• No results found

2.1 Bronnen

Tijdens het bureauonderzoek is de bestaande relevante kennis van de

onderzoekslocatie verzameld. Daartoe zijn de in Tabel 2 weergegeven bronnen geraadpleegd. Aan de hand van het bureauonderzoek is een archeologisch verwachtingsmodel opgesteld.

Tabel 2: Annen, Eexterweg 14: gebruikte bronnen en kaarten.

Actueel Hoogtebestand Nederland

ANWB, 2004. Topografische Atlas Drenthe 1:25000. ANWB bv, Den Haag, p.18.

Brongers, J.A. 1976. Air Photography and Celtic Field Research in the Netherlands. ROB, Nederlandse Oudheden 6, Amersfoort.

Centraal Archeologisch Archief (CAA) en Centraal Monumenten Archief (CMA) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) [ARCHIS].

Essen-kaart Drenthe [ARCHIS]

http:\\earth.google.com

Geomorfologische Kaart. Alterra [ARCHIS]

Indicatieve Kaart Archeologisch Waarden (IKAW)

Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA) versie 3.1. College voor de Archeologische Kwaliteit (www.sikb.nl)

Nijland, G., R.J. de Lange en J.C. Smittenberg 1982. Milieukartering Drenthe 1974-1978. III Fysische Geografie.

Bijlage II: Fysisch Geografische Kaart van Drenthe schaal 1:50000. Rapport Provinciale Planologische Dienst van Drenthe, Assen, blad 3.

Spek, T. & A. Ufkes. 1995. Archeologie en Cultuurhistorie van Essen in de Provincie Drenthe. Inventarisatie, Waardering en Aanbevelingen ten behoeve van het Stimuleringsbeleid Bodembeschermingsgebieden.

Wageningen/Groningen.

Spek, T. 2004. Het Drentse Esdorpenlandschap. Een historisch-geografische studie. Stichting Matrijs, Utrecht.

Stichting voor Bodemkartering, 1977. Bodemkaart van Nederland 1:50000. Blad 12 Oost Assen. StiBoKa, Wageningen.

12 Provinciën. 2006/2007. Atlas van Topografische Kaarten. Nederland 1955-1965. Uitgeverij 12 Provinciën, Landsmeer, k.60.

12 Provinciën. 2005. Luchtfoto Atlas Drenthe 1:14 000. Uitgeverij 12 Provinciën, Landsmeer, p.36.

Uitgeverij Nieuwland, 2006. Grote Historische Topografische Atlas ±1898-1928. Drenthe 1 : 25 000. Uitgeverij Nieuwland, Tilburg, k.152.

Versfelt, H.J. & M. Schroor, 2001. De Franse Kaarten van Drenthe en de Noordelijke Kust. 1811-1813. Heveskes Uitgevers, Groningen/Veendam, k.6B.

Versfelt, H.J. & M. Schroor, 2005. De Atlas van Huguenin: Militair-topografische Kaarten van Noord-Nederland 1819-1829. Heveskes Uitgevers, Groningen/Veendam, k.32

Versfelt, H.J. 2004. Kaarten van Drenthe 1500 - 1900. Heveskes Uitgevers, Groningen.

Wolters-Noordhoff Atlasprodukties, 1990. Grote Historische Atlas van Nederland deel 2: Noord-Nederland 1851-1855, schaal 1:50000. Wolters-Noordhoff, Groningen, k.56.

www.watwaswaar.nl

3

2.2 Fysische geografie (KNA 3.1 LS04)

Volgens de geomorfologische kaart bevindt het plangebied zich in een ondiep dal (classificatie geomorfologische kaart 2R3). Ten noorden, zuiden en westen van dit dal liggen hogere heuvels en ruggen (10B1). Dit is ook te zien op het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN). De hogere delen liggen circa 15 meter boven het NAP, het plangebied circa 9,5 meter en anderhalve kilometer naar het oosten toe ligt het oppervlak ongeveer 2 meter boven het NAP.

Volgens de fysisch-geografische kaart (zie Figuur 3) ligt Eexterweg 14 binnen een laagte, namelijk een erosiedal (classificatie fysisch-geografische kaart Bl1g, waarbij 'B' staat voor periglaciaal: vormen ontstaan door werking van water en bodemijs in een koud klimaat; 'g' staat voor grondmorene op 40 tot 120 cm onder het maaiveld).

Figuur 3: Annen, Eexterweg 14: detail van de fysisch-geografische kaart. Het plangebied is met een rode lijn aangegeven en bevindt zich in een erosiedal (Bl1g). Ten noorden en zuiden liggen heuvelruggen (Gh1n en Nh1; 'G' staat voor glaciaal:

landijsafzettingen binnen 120 cm onder maaiveld; 'N' staat voor niveo-eolisch:

dekzandafzettingen zonder grondmorene of premorenaal binnen 120 cm onder maaiveld). Ten oosten is een puinhelling en een glooiing met microreliëf (Bg2 en Fg1; 'F' staat voor fluviatiel: beek- en veenafzettingen onder invloed van stromend water).

De bodem van het plangebied bestaat in het zuiden uit een veldpodzolgrond in leemarm en zwak lemig fijn zand (classificatie bodemkaart Hn21 met grondwatertrap VI: gemiddeld hoogste grondwaterstand tussen 40 en 80 cm en gemiddeld laagste grondwaterstand meer dan 120 cm onder het maaiveld).

4

De noordelijke helft van het plangebied bevat een haarpodzolgrond, eveneens in leemarm en zwak lemig fijn zand (Hd21 met grondwatertrap VII: gemiddeld hoogste grondwaterstand meer dan 80 cm en gemiddeld laagste

grondwaterstand meer dan 160 cm beneden het maaiveld). Ten zuidwesten van het plangebied bevindt zich een dobbe, het Jippingsveen. Ten noorden van de Eexterweg 14 bestaat de bodem uit een kamppodzolgrond met stenen in de bovengrond (cHd21m). Oude bouwlanden op de jongere delen van es-complexen bestaan deels uit deze gronden [StiBoKa 1977: 97-98 en 107].

Essen hebben een cultuurdek van opgebrachte mestgrond en zijn als

bouwland in gebruik geweest. Ze liggen in de directe omgeving van een dorp.

Op de Essenkaart van Drenthe [ARCHIS] is te zien dat het noordelijke deel van het plangebied binnen een es zou liggen. Volgens de publicatie van Spek &

Ufkes [1995, nr. 79] gaat het om een jonge es, die in de zuidoostelijke hoek is aangetast door nieuwbouw. Dit is ter hoogte van het noordelijke deel van het plangebied (zie verder onder 2.4 Historische geografie).

Tabel 3: Annen, Eexterweg 14: overzicht van de ARCHIS-meldingen (voor de dateringen en de ligging wordt verwezen naar Appendix I en II).

ARCHIS-nrs RD-coördinaten Omschrijving Datering CMA

14153/12G-A25 245,900/561,526 celtic field vroege ijzertijd - midden romeinse tijd

14175/12G-A40 245,154/562,110 bewerkt vuursteen neolithicum CAA

10066/12GN-58 245,840/561,940 1 grafheuvel met 1 standvoetbeker, 1 stenen hamerbijl, 1 vuurstenen Grand-Pressigny dolk, standgreppel, lijksilhouet, houtskool

neolithicum laat A

10067/12GN-10 245,820/561,970 1 grafheuvel met 1 standvoetbeker neolithicum laat A 137138/12EZ-199 246,225/562,500 onbekend aantal bewerkt vuursteen onbekend 137139/12GN-238 245,950/562,000 2 grafheuvels midden bronstijd 137141/12GN-239 246,120/561,675 onbekend aantal bewerkt vuursteen onbekend 137360/12EZ-264 245,800/562,800 1 waarschijnlijk verdwenen grafheuvel onbekend

137361/12EZ-265 245,900/562,800 1 waarschijnlijk verdwenen grafheuvel laat neolithicum - romeinse tijd 239101/12GN-109 244,850/561,750 bewerkt vuursteen: 1 A-steker, 2

afslag-schrabbers

onbekend

239108/12GN-321 245,150/562,125 bewerkt vuursteen: 1 transversale spits, 4 afslagschrabbers, 1 schaaf, 1 boor, 2 afslagen, 1 kling met kernvoet

neolithicum

239122/12EZ-199 246,225/562,500 onbekend onbekend

239209/12GN-180 246,125/561,675 bewerkt vuursteen: 3 afslagen onbekend

5

2.3 Archeologie (KNA 3.1 LS04)

Het plangebied ligt ten zuidoosten van Annen, op een afstand van meer dan anderhalve kilometer buiten de historische kern. Uit het plangebied zijn geen meldingen bekend van archeologische terreinen of vondsten aan het Centraal Monumenten Archief (CMA) en het Centraal Archeologisch Archief (CAA) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE).

Uit de omgeving zijn wel vondsten bekend. Ongeveer tweehonderd meter ten zuidwesten van Eexterweg 14 is bewerkt vuursteen uit het neolithicum gevonden [ARCHIS-nummers 14175 en 239108]. De overige meldingen liggen buiten een straal van een halve kilometer van het plangebied.

Ten noordoosten is de ligging van twee grafheuvels gemeld, die inmiddels verdwenen zijn en waar geen gegevens over bekend zijn [ARCHIS-nummers 137360 en 137361]. Ten zuidoosten hiervan is onder andere bewerkt vuursteen gevonden [ARCHIS-nummers 137138 en 239122]. Westelijk van het

plangebied, ter hoogte van de Schaapdijk, liggen enkele grafheuvels. Deze zijn in 1955 onderzocht door medewerkers van het Biologisch Archaeologisch Instituut (BAI, tegenwoordig Groninger Instituut voor Archeologie). Twee grafheuvels stammen uit het late neolithicum en de andere twee uit de midden bronstijd [ARCHIS-nummers 10066, 10067 en 137139]. Vlakbij is bewerkt vuursteen gevonden [ARCHIS-nummers 137141 en 239209] en bevindt zich een celtic field of raatakker-complex uit de ijzertijd [ARCHIS-nummer 14153].

Ten zuidwesten van het plangebied is eveneens bewerkt vuursteen gevonden [ARCHIS-nummer 239101].

Behalve de genoemde opgravingen bij de grafheuvels is door RAAP in 1992 een rapport gemaakt over het Hunzedal met adviezen voor bescherming van archeologische waarden in dat gebied [ARCHIS-CIS nummer 4440]. De westelijke grens van dat onderzoeksgebied ligt bij de Eexterweg en grenst aan het plangebied. Aangezien dit rapport een verwachtingskaart is, geeft het geen informatie over de bodem in dit gebied.

Voor meer details en gegevens over de ligging wordt verwezen naar Appendix II en Tabel 3.

2.4 Historische geografie (KNA 3.1 LS03)

In de historische atlassen (zie Figuur 4) is te zien dat het plangebied voor zover bekend tot het begin van de twintigste eeuw niet bebouwd is geweest.

Op een kaart uit het begin van de negentiende eeuw (Figuur 4 onder) is het Jippingsveen groter weergegeven en grenst aan de Eexterweg. Hierdoor beslaat het veen het zuidwestelijke deel van het plangebied. De uiterste noordwestelijke hoek van het plangebied is in gebruik als gras- of

landbouwgrond. Een eeuw later (Figuur 4 boven) bestaat het plangebied in het zuiden en oosten uit heide en is nog steeds niet in gebruik. Tussen het

westelijke weiland en de rest van het terrein is een smalle weg afgebeeld die 6

loopt tot de noordelijke begrenzing van het plangebied. Het noordelijke en zuidelijke deel van het gebied worden eveneens doorsneden door een smalle weg.

Figuur 4: Annen, Eexterweg 14: details van historische kaarten (verschaald). Boven een detail uit 1898-1928; midden een detail uit 1851-1855 en onder is een uitsnede te zien uit de atlas met kaarten van 1811-1813. De ligging van het plangebied is met een blauwe lijn aangegeven.

7

2.5 Archeologisch verwachtingsmodel (KNA 3.1 LS05)

Op de Indicatieve Kaart voor Archeologische Waarden (IKAW) heeft het plangebied een hoge trefkans op archeologische waarden. Het terrein ligt op de overgang van een zandrug (ten noorden en zuiden van het plangebied) naar een beekdal (circa anderhalve kilometer naar het oosten). Hogere delen in het landschap, zoals zandruggen, waren in de steentijd al favoriete

bewoningsplekken. Uit het plangebied zelf zijn geen meldingen van archeologische vondsten of terreinen bekend, maar circa 150 meter ten zuidwesten is bewerkt vuursteen uit het neolithicum of nieuwe steentijd gevonden. Ten zuidoosten zijn tevens twee grafheuvels uit dezelfde periode gelegen. Dit houdt in dat er ook binnen het plangebied rekening moet worden gehouden met archeologische indicatoren voor menselijke activiteiten uit deze periode. Deze indicatoren kunnen, behalve bewerkt en/of verbrand vuursteen, bestaan uit verbrande hazelnootdoppen, scherven aardewerk en

houtskoolconcentraties die kunnen wijzen op de aanwezigheid van haardplaatsen.

In de ARCHIS-gegevensbestanden van de omgeving van het plangebied zijn eveneens meldingen uit de metaaltijden bekend. Er zijn twee grafheuvels uit de bronstijd gemeld en de ligging van een celtic field uit de ijzertijd/romeinse tijd. Tijdens het veldwerk moet daarom ook rekening worden gehouden met archeologische indicatoren uit deze perioden. Dit kunnen zijn voorwerpen van zowel steen als van keramiek/aardewerk en metaal. Ook kunnen resten van metaal- en wolbewerking worden aangetroffen. Aan te treffen grondsporen kunnen bestaan uit waterputten, paalgaten, afvalkuilen, etc. Gezien de slechte conservering in zandgrond is de kans op botmateriaal of voorwerpen van hout zeer klein.

De kans op archeologische vondsten uit de late middeleeuwen wordt voor het noordwestelijke deel van het plangebied hoog ingeschat wegens de waarschijnlijke ligging op een esgrond. Een esdek is over het algemeen te herkennen aan een dikke humeuze bovengrond (opgebrachte mest of

potstalmest). Materiaal uit deze periode kan bestaan uit onder andere scherven aardewerk, metaalvondsten, bouwmateriaal etc.

Volgens de informatie van de KLIC lopen tussen de Eexterweg en het woonhuis leidingen. Tevens liggen er enkele leidingen op het terrein tussen de verschillende bestaande gebouwen en langs het parkeerterrein in het

zuidoosten. Verdere verstoring van de bodem wordt niet verwacht, behalve mogelijk in het noordwesten waar in de late middeleeuwen/nieuwe tijd de esgrond zal zijn bewerkt. Hierdoor zullen de onderliggende lagen deels zijn verstoord.

8

GERELATEERDE DOCUMENTEN