• No results found

1. Inleiding

3.3. Welke effecten op de leefomgeving is in de literatuur elders te vinden?

3.3.7. De buitenlandse effecten samengevat

De meest opvallende gegevens welke uit de resultaten naar voren zijn gekomen, zijn dat elke boorput gemiddeld 18 miljoen liter water verbruikt per put voor het fracken en de afwerking van de boorput. In 2011 maakte fracking 0,1 procent van de totale Amerikaanse zoetwater onttrekkingen uit. Echter wordt het meeste van het water dat wordt gebruikt in fracking van schalie voorgoed verbruikt - ongeveer 80 procent van de fracking water blijft zitten in de schalie reservoir, terwijl ongeveer 20 procent terug stroomt als verontreinigd afvalwater. De US EPA meldt dat het fracken tussen de 8.7 miljoen en 14 miljoen liter water vereist per boorput (U.S. Department of Energy, 2013). Een extra 151.000 – 3.700.000 liter water is nodig om de boorput te boren (GWPC and ALL Consulting, 2009). “Aanzienlijk meer water is nodig dan voor conventionele gasputten omdat de schaliegas boorputten dieper zijn” (U.S. Department of Energy, 2013). Als men dan kijkt hoe het waterverbruik zich verhoudt met andere energie bronnen, is het nuttig om te kijken hoeveel water verbruikt wordt per energie welke verkregen wordt. Een gemiddelde schaliegas boorput verbruikt 1,3 miljoen gallons/MMBTU verbruikt. Het verbruik is minimaal 13 liters per Megawatt uur en maximaal 19,5 liters per Megawatt uur. Ondanks dat er miljoenen gallons worden gebruikt, waarbij het meeste bij het fracken wordt gebruikt, is het waterverbruik in liters per Megawatt uur lager dan bij de meeste andere energiebronnen.

Het volgende onderdeel ging over de boorput integriteit, hier was de conclusie hoofdzakelijk dat behuizing (casing) problemen voor de lekken zorgen. Lekkage vanuit de reservoir door een breuk lijn direct naar een drinkwater reservoir is echter onwaarschijnlijk. Van de gloednieuwe boorputten waren 5% al lek. Als boorput leeftijd stijgt, gaat ook de mate van lekkage omhoog. Tegen de tijd dat boorputten, rijp zijn (offshore putten in de Golf van Mexico rijpen bijvoorbeeld na 15 - 25 jaar), hebben een zeer aanzienlijk percentage van de boorputten een of andere vorm van verlies van boorput integriteit en zijn dus lek. De conclusie die Ingraffea uiteindelijk maakte luidt als volgt; Tenminste 13% van alle olie en gas boorputten welke geboord zijn zal lekkage problemen ondervinden. Ten tweede zal tenminste 45% van de onconventionele boorputten gaan lekken. En tenslotte zullen onconventionele boorputten geboord na 2009 eerder en bij een hoger percentage problemen hebben met lekkage dan boorputten geboord voor 2009. Ook neigen Schaliegas boorputten eerder problemen te vertonen met betrekking tot lekkage van de behuizing dan conventionele boorputten. De hoofdreden voor het lekken van de boorputten is dat de boorput corrodeert (George E King Consulting Inc., 2013). De hoofdoorzaken voor corrosie van de productieleidingen en behuizing zijn; H2S (zuur gas met ijzersulfide als bijproduct), CO2 (Hoofdoorzaak van de corrosie door geproduceerd gas), O2 (Hoofdoorzaak van corrosie in het algemeen), Bacteriën (bijproducten en geproduceerd zuur).

De hoeveelheid afval is enorm. De schaliegas industrie in Pennsylvania produceerde een gerapporteerde hoeveelheid van totaal 1.454 miljoen liter toxisch afval, afkomstig van hydraulisch fracken binnen Pennsylvania in de eerste zes maand van 2012. Chemische stoffen welke verwacht worden in het afvalwater zijn olie en vet, Natrium, Lithium, Calcium, Magnesium, Barium, Beryllium, Strontium, Radium (226 en 228), Arseen, Nitriet, Nitraat, Ammonia, Ethyleen Glycol, Tolueen, Benzeen, Chloor, Bromide, Radon, Thorium, Uranium, Boor, Aluminium, Lood, IJzer, Kobalt, Nikkel, Koper, Zilver, Cadmium, Zink, Kwik, Mangaan, Chroom en Molybdeen (Ziemkiewicz, 2014). Er worden bij het fracken ook chemicaliën gebruikt zoals naftaleen, diesel, zoutzuur en vele andere chemicaliën zoals 2-butoxyethanol, welke ook weer mee naar het oppervlak stromen. De concentraties van de volgende chemicaliën zijn in het afvalwater te hoog; chloride, droge stof gehalte, sulfaat, bromide, barium, strontium, radium 226 en 228, arseen, boor, ijzer, seleen, TDS gehalte, natrium, fluoride, totaal gehalte aan oliën en vetten en de benzeen concentratie.

Er werd echter nog geen bewijs gevonden voor verontreiniging van de ondiepe drinkwaterbronnen bij actieve boorlocaties door het diepe zoute grondwater of door fracking vloeistof. In het oppervlakte water is wel aangetoond dat de bromide concentratie na 200 meter nog veel te hoog is. De concentratie is namelijk 70 mg/l bij bromide en mag maximaal 0,01 mg/l bedragen.

De uiteindelijke conclusie van het rapport ‘Marcellus shale and mercury: assessing impacts on aquatic ecosystems’ luidt dat als men kijkt naar de verschillen tussen de gebieden met en zonder schaliegas activiteit, er geen verschillen te zien zijn in de biodiversiteit van vissen en macrofauna door de verandering in concentraties van de gemeten chemicaliën. Er zijn wel verschillen te zien in de bacterie kolonies in de gebieden met schaliegas activiteiten. Ook is behalve de totale kwik concentratie de opgeloste organische koolstof concentratie significant hoger in de gebieden met schaliegas activiteiten. Het is duidelijk te zien in onder andere vis dat bio accumulatie plaatsvindt van kwik. Er moet wel gezegd worden dat alleen chloride, bromide en kwik in het rapport onderzocht zijn in het oppervlakte water. Dit zijn echter maar een paar van de aanwezige verontreinigingen.

Wat men kan concluderen over de landschap effecten is dat als geheel heeft het fracking proces een zeer unieke grondstofwinning voetafdruk, in vergelijking met de andere types van grondstofwinning. Gemiddeld gezien is er 12 hectare verstoord land voor elke boorvloer welke gebouwd wordt. De range ligt tussen de 5 tot 20 hectare (Drohan P. D., 2013). In Pennsylvania zijn er 6000 tot 15.000 boorvloeren, wat dus als resultaat heeft, een verstoord gebied van maximaal 300.000 hectare. Dat is een gebied van ongeveer 240 voetbalvelden (1 voetbalveld is 7,140 m2) groot. Door het gebruik van grind voor de wegen welke naar de boorinstallaties gaan wordt in feite kalk in de bos gebieden van Pennsylvania gestrooid. Het stof afkomstig van de grind verlaagt namelijk de pH van de bodem en dit maakt het moeilijker voor de inheemse soorten om te concurreren ten gunste van de invasieve soorten. Ook de groei van de wortels worden door de pijpleidingen en boorvloeren belemmerd. Infiltratie in de bodem is door de hogere bodemdichtheid (samenpersen van de bodem) slecht. Als men kijkt naar de gezondheidseffecten met betrekking tot schaliegas is er amper onderzoek geweest. Bijvoorbeeld van de bromide bijproducten van desinfectiemiddelen welke ontstaan in de waterzuivering, kunnen gezondheidsproblemen worden veroorzaakt en er zijn genoeg rapporten welke dit onderbouwen (Van Briesen, 2013) echter zijn van bromide en verscheidene andere chemicaliën zoals cadmium en chroom, barium, strontium, radium (226 en 228), chloor en radon geen concentraties bekend. Bamberger vond echter effecten op de huid, de luchtwegen, maag -en darmproblemen, neurologische problemen en reproductieve problemen bij dieren (Rabinowitz, 2013). Dit onderzoek was echter niet uitgebreid genoeg om iets over de effecten te kunnen zeggen. Een ander opvallend gegeven is dat in Pennsylvania vaak tussen 1-15 of zelfs meer boorputten per boorvloer aanwezig zijn. In Pennsylvania is het gemiddelde aantal boorputten per boorvloer 2,3. Wanneer het aantal geplande boorvloeren en geplande aantal boorputten hier aan word toegevoegd wordt dit gemiddelde ongeveer 2,8” (Brittingham, Drohan, & Bishop, 2013). Tenslotte kan gezegd worden dat de schaliegas activiteiten negatieve effecten op de biodiversiteit en het ecosysteem in Pennsylvania hebben. Een van de belangrijkste redenen voor de daling van bijvoorbeeld het aantal zangvogels is de concurrentie en predatie door synantrope soorten welke profiteren van de nieuwe gebieden ontstaan door de schaliegas activiteiten. Al met al zijn de effecten van schaliegas op het landschap behoorlijk.