2. Haalbaarheidstoets
2.3 Boom effect analyse
Doel
Doel van het boomonderzoek is om de gevolgen van de voorgenomen rioolvervanging op het bomenbestand in beeld te brengen
Werkwijze
Het plangebied is onderverdeeld in de onderstaande zeven trajecten. Per traject heeft een visuele beoordeling van de situatie plaats gevonden, waarbij gekeken is naar de kwaliteit van de bomen en de groeiplaatsinrichting. De kwaliteit van de bomen is beoordeeld conform enerzijds een bepaling van de conditie (methodiek A. Roloff) en anderzijds van de mechanische kwaliteit van de bomen (VTA-methodiek). Bij de groeiplaatsinrichting is gekeken naar afwijkingen en conflicten, zoals het opdrukken van verharding en het wegdrukken van opsluitbanden. De ondergrondse situatie is onderzocht d.m.v. een groeiplaatsonderzoek.
Binnen het groeiplaatsonderzoek is de bodem- en de bewortelingsopbouw van de bomen beoordeeld. Hiervoor zijn met behulp van een minigraver verschillende proefsleuven en - kuilen gegraven. Een deel van de onderzoeken heeft plaatsgevonden in de rijbaan. Op basis hiervan moet duidelijk worden of er boomwortels onder de rijbaan aanwezig zijn en in hoeverre de aanleg van het nieuwe riool van invloed is op de boomwortels. Voor het onderzoek in de rijbaan zijn delen van de asfaltverharding verwijderd. De onderzoeklocaties in het asfalt zijn dicht-gestraat met BKK klinkers.
Het overige deel van de onderzoeken heeft plaatsgevonden in de trottoirs. Bij de beoordeling van de boomwortels is de Air-Spade ingezet. De Air-Spade blaast de grond rondom de wortels weg, zonder dat de boomwortels hierdoor beschadigen. (afbeeldingen )
Traject Straat
Traject 1 Dennenhorst
Traject 2 Dennenhorst 25-37
Traject 3 Van Beijnenlaan
Traject 4 Esmeijerlaan
Traject 5 Schotellaan
Traject 6 Ninaber van Eijbenlaan
Traject 7 Du Celliee Mullerlaan
Afb.: Onderzoek in de rijbaan en het trottoir en tevens herstellen van de verharding na afloop van het onderzoek.
Bevindingen
In de onderstaande tabel is per traject aangegeven welke boomsoort aanwezig is en in welke hoeveelheid. Tevens is de uitkomst van de kwaliteitsbepaling weergegeven.
Traject Straat Boomsoort Zijde Aantal Kwaliteit
Traject 1 Dennenhorst Linde Even
Oneven
18x 10x
Matig – Redelijk
Traject 2 Dennenhorst 25-37 Zilveresdoorn Even
Oneven
7x -
Redelijk – Goed
Traject 3 Van Beijnenlaan Valse Christusdoorn Even Oneven
7x 10x
Goed
Traject 4 Esmeijerlaan Boomhazelaar Even
Oneven
9x 10
Redelijk
Traject 5 Schotellaan Haagbeuk Even
Oneven
10x 12x
Goed
Traject 6 Ninaber van Eijbenlaan Zoete kers Even Oneven
8x 6x
Goed
Traject 7 Du Celliee Mullerlaan Sierpeer Even
Oneven halfwas fase en de volwassen fase. Bomen in de jeugd- en halfwas fase hebben hun uiteindelijke grootte nog niet bereikt en zullen zich nog verder ontwikkelen.
Traject Straat Ontwikkelingsfase
Traject 1 Dennenhorst Halfwas fase
Traject 2 Dennenhorst 25-37 Volwassen fase
Traject 3 Van Beijnenlaan Halfwas fase
Traject 4 Esmeijerlaan Jeugdfase
Traject 5 Schotellaan Jeugdfase
Traject 6 Ninaber van Eijbenlaan Jeugdfase
Traject 7 Du Celliee Mullerlaan Halfwas fase
Visuele beoordeling bovengrondse groeiplaatsinrichting
Op basis van de visuele inventarisatie van de aanwezige conflicten binnen het plangebied is gebleken dat er in de Dennenhorst (traject 1) en de Van Beijnenlaan (traject 3) veel conflicten aanwezig zijn. De nadruk van het groeiplaatsonderzoek zal om deze reden op deze twee trajecten gericht zijn.
Traject Straat Bovengrondse groeiplaatsinrichting Conflicten
Traject 1 Dennenhorst Bomen staan in een 50 cm. brede groenstrook tussen voetpad en rijbaan.
Veel
Traject 2 Dennenhorst 25-37
Bomen staan in een brede groenstrook (gazon).
Geen
Traject 3 Van Beijnenlaan Bomen staan in een 50 cm. brede groenstrook tussen voetpad en rijbaan.
Veel
Traject 4 Esmeijerlaan Bomen staan in een 50 cm. brede groenstrook tussen voetpad en rijbaan.
Matig
Traject 5 Schotellaan Bomen staan in een 50 cm. brede groenstrook tussen voetpad en rijbaan.
Nihil
Traject 6 Ninaber van Eijbenlaan
Bomen staan in een 50 cm. brede groenstrook tussen voetpad en rijbaan.
Matig
Traject 7 Du Celliee Mullerlaan
Bomen staan in een 50 cm. brede groenstrook tussen voetpad en rijbaan.
Nihil
Groeiplaatsonderzoeken
Locatie 1 Dennenhorst
Omschrijving De linden in de Dennenhorst staan in een zeer smalle plantstrook tussen de rijbaan en het trottoir. Er is sprake van veel schade aan de opsluitbanden en op verschillende locaties wordt de verharding van het trottoir en de rijbaan opgedrukt.
Rijbaan De opbouw ter hoogte van de rijbaan bestaat gemiddeld over 3-5 cm. asfaltverharding, met daaronder een puinlaag van 10-15 cm. Onder de laag puin is overwegend geel zand aanwezig.
Op alle onderzoekslocaties in de rijbaan is tot op een diepte van 100 cm. geen beworteling van de linden aangetroffen. De enige beworteling bevindt zich ter hoogte van de opsluitband, in de eerste 5 cm. onder de streklaag. Het zijn deze wortels die de opdruk veroorzaken.
Trottoir De opbouw ter hoogte van het trottoir bestaat uit tegelverharding (30x30 cm) op een cunet laag.
Het beeld van de bewortelingsopbouw op de verschillende onderzoekslocaties komt vrijwel overeen. De belangrijkste boomwortels bevinden zich in de eerste 30-40 cm. van het profiel.
Het betreft enerzijds fijne opnamewortels en anderzijds dikke stabiliteitwortels.
Afb.: Overzichtsfoto traject 1
Afb.: Boven: Profielkuil in de rijbaan met enkel wortels ter hoogte van de opsluitband. Onder: Oppervlakkig ontwikkelde stabiliteitwortels onder het trottoir.
Locatie 2 Dennenhorst 25-37
Omschrijving De vijf esdoorns staan in een brede groenstrook (gazon). Een deel van het gazon wordt gebruikt om op te parkeren waardoor er zichtbaar sprake is van verdichting van de bodem.
Overwogen dient te worden om een deel van het gazon op te heffen en om te vormen tot parkeerplaatsen. Hiervoor is het noodzakelijk om te weten wat het ‘beschermd boomgebied’
is en wat de minimale afstand uit de bomenrij is van waaruit graafwerkzaamheden plaats mogen vinden.
Beworteling Met behulp van de minigraver en de Air-Spade is een 40 cm. brede en 200 cm. lange proefsleuf gemaakt. De proefsleuf is op 300 cm. uit de stamvoet van één van de bomen gemaakt. Uit het onderzoek is gebleken dat er sprake is van zeer intensieve, oppervlakkig ontwikkelde, beworteling. Het betreft voornamelijk dunne opnamewortels. Op basis van het onderzoek is geconcludeerd dat de minimale afstand van waaruit er verantwoord gegraven mag worden 350 cm. is.
Afb.: Overzichtsfoto traject 2
Locatie 3 Van Beijnenlaan
Afb.: Zeer intensieve beworteling op 300 cm. uit de stamvoet van een van de bomen.
Omschrijving De bomen in de Van Beijnenlaan staan in een smalle plantstrook tussen de rijbaan en het trottoir. Er is sprake van veel schade aan de opsluitbanden en op verschillende locaties wordt de verharding van het trottoir en de rijbaan opgedrukt.
Rijbaan De opbouw ter hoogte van de rijbaan bestaat gemiddeld over 4-5 cm. asfaltverharding, met daaronder een puinlaag van 12-15 cm. Onder de laag puin bevindt zich een laag van 50-90 cm. teelaarde, die aansluitend overgaat in geel zand.
Op alle onderzoekslocaties in de rijbaan is tot op een diepte van 130 cm. geen beworteling aangetroffen. De enige beworteling bevindt zich ter hoogte van de opsluitband, in de eerste 10 cm. onder de streklaag. De dunne opnamewortels groeien maximaal 20 cm. onder de asfaltverharding.
Trottoir De opbouw ter hoogte van het trottoir bestaat uit tegelverharding (30x30 cm) op een cunet laag.
Het beeld van de bewortelingsopbouw op de verschillende onderzoekslocaties komt vrijwel overeen. De belangrijkste boomwortels bevinden zich direct onder de tegelverharding. Het betreft enerzijds fijne opnamewortels en anderzijds dikke stabiliteitwortels, met diameters tot 20 cm..
Afb.: Boven: Profielkuil in de rijbaan met enkel boomwortels direct onder de opsluitband. Onder: Direct onder de tegelverharding is intensieve beworteling aanwezig.
Locatie 4 Esmeijerlaan
Omschrijving De bomen in Esmeijerlaan staan in een zeer smalle plantstrook tussen de rijbaan en het trottoir. Er is sprake van schade aan de opsluitbanden en op verschillende locaties wordt de verharding van het trottoir en de rijbaan opgedrukt.
Bodemopbouw De opbouw ter hoogte van de rijbaan bestaat over 4-5 cm. asfaltverharding, met daaronder een puinlaag van 12-15 cm. Onder de laag puin bevindt zich een laag van overwegend geel zand.
Op de onderzoekslocatie in de rijbaan is tot op een diepte van 120 cm. geen beworteling aangetroffen.
Beworteling De opbouw ter hoogte van het trottoir bestaat uit tegelverharding (30x30 cm) op een cunet laag.
De belangrijkste boomwortels bevinden zich op circa 20 cm. onder de tegelverharding. Het betreft enerzijds fijne opnamewortels en anderzijds stabiliteitwortels met een diameter van 4-6 cm.
Afb.: Overzichtsfoto Esmeijerlaan
Afb.: Boven: Overzichtsfoto van de twee profielkuilen. Onder: Ter hoogte van de rijbaan is geen enkele boomwortel aangetroffen.
Toekomstverwachting in ongewijzigde omstandigheden
Onder de toekomstverwachting in deze paragraaf verstaan we enerzijds de kwaliteit van de bomen (conditie en mechanische kwaliteit) en anderzijds de kans op conflicten en de kans dat bestaande conflicten zich uitbreiden.
Met uitzondering van traject 2 kan algemeen worden geconcludeerd dat de groeiplaatsomstandigheden van de bomen binnen het plangebied verre van optimaal zijn. Bij de aanleg is er onvoldoende rekening gehouden met de eisen die bomen stellen aan hun ondergrondse groeiplaatsinrichting. Wanneer we bijvoorbeeld kijken naar de leidraad
“ontwerpnormen bomen” van het Handboek Bomen 2014, dan zouden de linden in de hoofdstructuur minimaal 30-50 m3 doorwortelbare ruimte voorhanden moeten hebben1. Een hoeveelheid die deze bomen in de praktijk bij lange na niet tot hun beschikking hebben. Daarnaast ontbreekt het de bomen aan een open plantspiegel ten behoeve van de wortelaanzetten. De ontwerpnorm voor de linden schrijft een open plantspiegel van minimaal 175x175 cm. voor. Ook hiervan is bij lange na geen sprake. Het is dan ook niet meer dan logisch dat als gevolg van de niet optimale standplaatsinrichting er conflicten ontstaan. Bij de bomen van de 1e boomgrootte klasse ontstaan deze conflicten het eerst, hetgeen we binnen het plangebied terug zien. Als gevolg van onvoldoende doorwortelbare ruimte en te smalle open plantspiegels ontstaat schade aan verharding en opsluitbanden. De verwachting is dat het aantal conflicten en de ernst ervan toe zullen nemen. Ten aanzien van de conditie verwachten wij dat deze in ongewijzigde omstandigheden achteruit zal gaan als gevolg van de beperkingen in de standplaatsen. De toekomstverwachting van de bomen in ongewijzigde omstandigheden is in de onderstaande tabel uitgewerkt.
Traject Straat Kwaliteit Conflicten Conclusie
Traject 1 Dennenhorst Sterke
afname
Traject 2 Dennenhorst 25-37
Traject 4 Esmeijerlaan Afname
verwacht
Toename verwacht
Toekomstverwachting matig
Traject 5 Schotellaan Lichte
afname
Traject 6 Ninaber van Eijbenlaan
Daar waar het riool onder de bomen ligt is het niet mogelijk om het riool te verwijderen en de bomen te behouden.
Concreet betekent dit dat er 56 bomen gekapt moeten worden om het bestaande riool te kunnen verwijderen. Een alternatief voor het verwijderen van de riolering is het volschuimen van de buizen en deze in de grond laten zitten.
Deze maatregel maakt het handhaven van de bomen weliswaar mogelijk, maar lost de problematiek ten aanzien van de groeiplaatsen niet op. Daarnaast heeft het laten zitten van de bestaande riolering gevolgen voor enerzijds het
Traject Straat Boomsoort Zijde Aantal
Traject 1 Dennenhorst Linde Oneven 8x2
Traject 3 Van
Beijnenlaan
Valse Christusdoorn
Oneven 10x
Traject 4 Esmeijerlaan Boomhazelaar Oneven 10x
Traject 5 Schotellaan Haagbeuk Oneven 12x
Traject 6 Ninaber van
Eijbenlaan
Uit de groeiplaatsonderzoeken is gebleken dat er geen noemenswaardige boomwortels richting de rijbaan groeien. De aanleg van een nieuw riool in het hart van de rijbaan is dan ook geen probleem. Voor de aansluiting van de
huisaansluitingen is het van belang dat er zorgvuldig gewerkt wordt, zodat er bij het graven van de sleuven geen wortelschade ontstaat. Overwogen dient te worden om bij de aanleg van de huisaansluitingen ter hoogte van boomwortels de Air-Spade in te zetten of grond weg te zuigen.
Conflict veroorzakende boomwortels
De boomwortels die de conflicten veroorzaken zijn over het algemeen stabiliteitwortels. Aangezien er onder de asfaltverharding van de rijbaan geen stabiliteitwortels aanwezig zijn, hebben de stabiliteitwortels die onder het trottoir groeien een belangrijke (stabiliteits)functie. Verwijderen van deze, overwegend oppervlakkig ontwikkelde wortels, is niet mogelijk zonder dat dit gevolgen heeft voor de stabiliteit van de bomen.
2 Ter hoogte van de hoek met de Esmeijerlaan 1 en de Dennenhorst kunnen twee linden die in het gazon staan
Oplossingsrichtingen
a) Handhaven bomen niet zinvol: vellen bomen en herinrichting
Voor de bomen op traject 1, 3 en 4 geldt dat handhaven niet zinvol is. Met name in trajecten 1 en 3 is reeds sprake van ernstige conflicten en deze zullen alleen nog maar toenemen. Voor traject 4 geldt dat de
verwachting is dat ook hier de conflicten groter zullen worden. Het vellen van de bomen in deze trajecten maakt het mogelijk om het bestaande riool te verwijderen en een nieuw riool, inclusief huisaansluitingen aan te leggen. Aansluitend is het mogelijk om een nieuw inrichtingsplan te maken en nieuwe bomen aan te planten.
Hierbij is het van essentieel belang dat voldaan wordt aan de geldende ontwerpnormen.
b) Handhaven bomen deels niet mogelijk
In de secties 5, 6 en 7 is handhaven van de bomen in de basis zinvol. Voor het verwijderen van de riolering aan de oneven zijde van de trajecten dienen de bomen aldaar verwijderd te worden. Overwogen kan worden om de bomen aan de even zijde aan de kant van de rijbaan extra groeiruimte te geven (bijvoorbeeld 0.5 meter) en het bestaande trottoir om te vormen tot groeiplaats. Aan de even zijde kan een nieuw trottoir worden aangelegd.
c) Handhaven bomen grotendeels mogelijk
In sectie 2 is het mogelijk om de belangrijkste bomen te behouden, mits er rekening gehouden wordt met een beschermd boomgebied van minimaal 350 cm. Eén boom (die boven op de riolering staat) zal verwijderd moeten worden.
Afb.: Schets van de optionele herinrichting na het verwijderen van het riool.