• No results found

schadevergoeding ex artikel 7:686 BW zich tot het huidige vergoedingensysteem?

4.2 Ontbinding op verzoek van de werknemer

4.2.4 Billijke vergoeding en schadevergoeding

De werknemer zou in de meest voordelige positie verkeren als hij na ontbinding van de arbeidsovereenkomst naast een transitievergoeding, de billijke vergoeding en schadevergoeding beide toegekend krijgt. De wet zegt in artikel 7:686 BW dat de bepalingen van het ontslagrecht de mogelijkheid voor partijen om schadevergoeding te vorderen niet uit sluit. De vraag is of er een situatie bestaat waarin de

arbeidsovereenkomst wordt ontbonden op grond van artikel 7:671b of 7:671c BW, een billijke vergoeding wordt toegekend en nog ruimte bestaat voor het vorderen van schadevergoeding wegens wanprestatie. In het eerste hoofdstuk, waarin de rol van artikel 7:686 BW voor invoering van de WWZ werd besproken, kwamen een aantal uitspraken aan bod waarin de Hoge Raad de mogelijkheid heeft aanvaard om artikel 7:686 BW in te zetten als middel om ook na ontbinding van de arbeidsovereenkomst schadevergoeding te vorderen wegens wanprestatie van de werkgever.114 De vraag is

of deze mogelijkheid ook bestaat in het nieuwe systeem van vergoedingen. Verhulp stelt dat artikel 7:686 BW niet door de werknemer gebruikt kan worden om hogere vergoedingen te bewerkstelligen. De nieuwe vergoedingen, de transitie- en de billijke vergoeding, vormen een uitputtende regeling waarin wordt voorzien in de situatie waarin sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever. Een

schadevergoeding wegens een ernstige wanprestatie zou volgens Verhulp overigens zien op hetzelfde feitencomplex.115 Daar tegenover kan gesteld worden dat de billijke

vergoeding en de schadevergoeding wezenlijk anders zijn. Zij zien misschien wel op hetzelfde feitencomplex maar vergoedingen wezenlijk iets anders. De billijke

vergoeding biedt compensatie in verband tot de ernstig verwijtbare handeling van de werkgever, maar vergoedt niet de daadwerkelijke schade als gevolg hiervan. De schadevergoeding biedt vergoeding van de daadwerkelijke schade die voortvloeit uit de wanprestatie en wordt berekend aan de hand van de algemene schadevergoedings- 114 HR 1 december 1989, NJ 1990/451; HR 26 januari 1990, NJ 1990/499; HR 20 mei 1999,

JAR 1999/103.

115 E. Verhulp, ‘artikel 7:686 BW ontbinding wegens wanprestatie’, in: J.H. Nieuwenhuis, C.J.J.M. Stolker, W.L. Valk (red.), Tekst en Commentaar Burgerlijk wetboek, Deventer: Kluwer 2015.

regels van boek 6 BW. Omdat bij berekening van de billijke vergoeding niet wordt gekeken naar de daadwerkelijk geleden schade en de hoogte van de

transitievergoeding vooraf vast staat, kunnen er gevolgen van het ontslag zijn die niet door deze vergoedingen worden gecompenseerd. In deze situatie is er geen sprake van een uitputtende regeling en kan het gat dat is ontstaan, worden opgevuld door de schadevergoeding ex artikel 7:686 BW, mits het schade is in verband staat met de wanprestatie van de werkgever. Naast de situatie waarin de vergoedingen zouden zien op hetzelfde feitencomplex, kan zich ook nog de situatie voordoen waarin de

werknemer een schadevergoeding vordert naast de hem toekomende billijke vergoeding omdat de billijke vergoeding toeziet op de compensatie van het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten dat heeft geleid tot het einde van de

arbeidsovereenkomst maar niet op ander verwijtbaar handelen van de werkgever. Door de limitatieve lijst redelijke gronden in lid 3 artikel 7:669 BW, de eis dat één van die gronden volledig voldragen moet zijn en dat gronden elkaar niet mogen aanvullen, kan het voorkomen dat de werkgever op meerdere vlakken verwijtbaar is geweest, maar deze verwijtbaarheid niet wordt meegewogen omdat deze niet bijdraagt aan de redelijke grond voor ontslag. Deze mogelijkheid wordt ook door Verhulp erkend. De toekomst zal moeten uitwijzen hoe rechters deze situaties zullen beoordelen.

4.3 Conclusie

Nu de wetgever artikel 7:686 BW heeft laten staan in het nieuwe ontslagrecht, is het ontslagrecht met betrekking tot de vergoedingen niet zo eenduidig als bij de plannen werd beoogd. De billijke vergoeding wordt tot nu toe in zeer uitzonderlijke gevallen toegekend, waardoor op het eerste gezicht meer zekerheid ontstaat voor de werkgever. Met artikel 7:686 BW is er toch een mogelijkheid om een hoge ontslagvergoeding te vorderen in de vorm van een schadevergoeding. De schadevergoeding is een

wezenlijk andere vergoeding dan de billijke vergoeding en kan in bepaalde situaties mogelijk een gunstigere uitkomst bieden voor de werknemer. Met de

schadevergoeding wordt de daadwerkelijke schade vergoed die in zodanig verband staat met de wanprestatie van de werkgever. Geen rekening wordt gehouden met de situatie waarin de werkgever zich bevindt. Voor de werknemer kan dit positief uitpakken, maar voor de werkgever zorgt dit voor veel onzekerheid. De

dat met de WWZ is geïntroduceerd, omdat het nieuwe systeem juist te hoge vergoedingen beoogt te voorkomen en rechtszekerheid moet bevorderen.

Conclusie

De wetgever heeft bij invoering van de WWZ een limitatieve lijst met redelijke gronden voor ontslag opgenomen en heeft het ontslagrecht eerlijker en eenduidiger willen maken door invoering van een nieuwe vergoedingensysteem. Het is zeer opmerkelijk dat de wetgever in de parlementaire geschiedenis van de WWZ niet heeft stilgestaan bij de positie van artikel 7:686 BW binnen het nieuwe ontslagrecht. Het artikel geeft, naast de limitatieve redelijke gronden, een extra (ruimere) grond voor ontbinding en naast de beperkte transitie- en billijke vergoeding biedt artikel 7:686 de mogelijkheid tot het vorderen van schadevergoeding. Dit lijkt op het eerste gezicht niet te passen binnen het nieuwe gesloten stelsel van ontslagrecht dat de wetgever voor ogen had. Op het nieuwe stelsel is veel kritiek geuit: de ontbinding is moeilijker geworden, en voor werkgevers zorgt dit voor meer onzekerheden. Voor invoering van de WWZ werd artikel 7:686 BW vrijwel onbenut. Er was een andere makkelijkere manier om de arbeidsovereenkomst te ontbinden, namelijk artikel 7:685 (oud) BW. Deze mogelijkheid is komen te vervallen en ook het nadeel dat een beroep op artikel

7:686 BW diende aan te vangen met een dagvaardingsprocedure is met invoering van de WWZ verdwenen. Door het arbeidsrechtelijke karakter is voor ontbinding wegens wanprestatie vereist dat de wanprestatie ernstig genoeg is. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat deze van zodanige aard moet zijn, dat zij het ingrijpende gevolg van de ontbinding van de arbeidsovereenkomst kan rechtvaardigen. Als deze norm wordt vergeleken met de gronden in artikel 7:669 lid 3 c tot en met h BW kan tot de

conclusie worden gekomen dat het beide een strenge toets zijn voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Het verschil is echter dat bij een beroep op artikel 7:686 BW de rechter alle omstandigheden van het geval mag meewegen, bij een beroep op een van de redelijke gronden kijkt een rechter enkel naar de feiten die nodig zijn voor het vervullen van een redelijke grond. Uit de schaarse jurisprudentie is echter nog niet op te maken dat artikel 7:686 BW werkelijk meer ruimte biedt dan een beroep op artikel 7:671b BW. Ruimte biedt het artikel mogelijk wel bij het ontbindingsverzoek van de werknemer met de vordering tot schadevergoeding. De wetgever heeft de hoogte van de vergoedingen willen beperken door invoering van de transitievergoeding en alleen in uitzonderlijke gevallen een billijke vergoeding. Uit de wetsgeschiedenis en de jurisprudentie blijkt dat de billijke vergoeding ook echt alleen in zeer uitzonderlijke gevallen wordt toegekend. De billijke vergoeding ziet op het verwijtbare gedrag van de werkgever, en dient deze te compenseren, terwijl de schadevergoeding ex artikel 7:686 BW ziet op vergoeding van de daadwerkelijke door de werknemer geleden schade. De werknemer staat voor een keuze bij de te volgen ontbindingsprocedure. Er lijkt zelfs ruimte voor het vorderen van een schadevergoeding naast de billijke vergoeding wanneer de billijke vergoeding niet alle verwijtbare handelingen van de werkgever dekt. Artikel 7:686 BW en de op grond van dit artikel te vorderen

schadevergoeding kan voor meer onzekerheden gaan zorgen voor werkgevers, nu er toch de mogelijkheid lijkt te zijn voor het toekennen van een hoge ontslagvergoeding. Des te meer reden dat het onbegrijpelijk is dat artikel 7:686 BW in de parlementaire geschiedenis van de WWZ niet voorkomt. De rol die de ontbinding wegens

wanprestatie gaat innemen in het nieuwe ontslagrecht is nog niet met veel zekerheid te voorspellen in verband met de schaarse jurisprudentie tot nu toe. Geconcludeerd kan worden dat er ruimte bestaat voor artikel 7:686 BW in het nieuwe ontslagrecht, maar dat het dat tot nu toe nog niet heeft ingenomen. Als het artikel het nutteloze imago van zich af heeft weten te schudden, kan het zeker mogelijkheden gaan bieden en meer aan terrein winnen binnen het nu geldende ontslagrecht.

Literatuurlijst

Boeken

Asser/Hartkamp & Sieburgh 2012

A.S. Hartkamp & C.H. Sieburgh, Mr. C. Assers handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht. 6. Verbintenissenrecht. Deel II. De verbintenis in het algemeen, Deventer: Kluwer 2012.

Asser/Heerma van Voss 2015

G.J.J. Heerma van Voss, Mr. C. Assers handleiding tot de beoefening van het

Nederlands burgelijk recht. 7. Bijzondere overeenkomsten. Deel V. Arbeidsovereenkomst, Deventer: Kluwer 2015.

Bles 1909

A.E. Bles, Wet op de arbeidsovereenkomst IV, ‘s-Gravenhage: Belinfante 1909.

Boot, Houweling & Keulaerds 2015

G.C. Boot, A.R. Houweling & M.J.M.T. Keulaerds, Parlementaire geschiedenis Wet

Werk en Zekerheid, Den Haag: Boom juridische uitgevers 2015.

Grinten/Bouwens & Duk 2011

W.H.A.C.M. Bouwens & R.A.A. Duk, Van der Grinten.

Grinten/Bouwens & Duk 2015

W.H.A.C.M. Bouwens & R.A.A. Duk, Van der Grinten.

Arbeidsovereenkomstenrecht, Deventer: Kluwer 2015.

Heerma van Voss 2013

G.J.J. Heerma van Voss, Inleiding Nederlands sociaal recht, Den Haag: Boom juridische uitgevers 2013.

Heijden, Slooten & Verhulp 2012

P.F. van der Heijden, J.M. Slooten & E. Verhulp, Arbeidsrecht tekst en commentaar, Deventer: Kluwer 2012.

Houweling, Vestering & Zondag 2014

A.R. Houweling, P.G. Vestering & W.A. Zondag (red.), Sdu Commentaar

arbeidsrecht thematisch, Den Haag: Sdu 2014.

Loonstra & Zondag 2008

C.J. Loonstra & W.A. Zondag, Arbeidsrechtelijke themata, Den Haag: Boom juridische uitgevers 2008.

Rueb 2009

A.S. Rueb, Compendium Burgerlijk procesrecht, Deventer Kluwer 2009.

Sagel & Verhulp 2005

S.F. Sagel & E. Verhulp, ‘Onzekere tijden voor het ontslag op staande voet?’, in: S.F. Sagel & E. Verhulp (red.), Voor De Laat: de Hoge Raad, Reeks VvA 34, Deventer: Kluwer 2005.

Sagel 2014

S.F. Sagel, Werk en zekerheid, ontslagrecht doen in tijden van hard and fast rules (oratie Leiden), Leiden 2014.

Slooten, Zaal & Zwemmer 2015

J.M. van Slooten, I. Zaal & J.P.H. Zwemmer, Handboek nieuw ontslagrecht, Deventer: Kluwer 2015.

Verhulp 2015

E. Verhulp, ‘artikel 7:686 BW ontbinding wegens wanprestatie’, in: J.H.

Nieuwenhuis, C.J.J.M. Stolker, W.L. Valk (red.), Tekst en Commentaar Burgerlijk wetboek, Deventer: Kluwer 2015.

Artikelen

Boot 2015

G.C. Boot, ‘Werk en Zekerheid’ Voorwoord themanummer WWZ, Arbeidsrecht 2014/47.

Buijs 2016

D.J. Buijs, ‘Transitievergoeding, ook na 104 weken arbeidsongeschiktheid’ TRA 2016/16.

Cats, FD 2 maart 2016

R. Cats, ‘Ontslagaanvraag vaker afgewezen na invoering nieuw ontslagrecht’,

Financieel Dagblad 2 maart 2016.

Dekker 2015

H.B. Dekker, ‘Overzicht relevante jurisprudentie WWZ tot 1 januari 2016’, TAP 2016/3.

Duk 2014

R.A.A. Duk, ‘Art. 7:669 Wet werk en Zekerheid, de rechter als bureaucraat’, TRA 2014/26.

Hakvoort 2015

K. Hakvoort, ‘(ontslag)vergoedingen onder de WWZ: hoe goedkoop is de WWZ voor de verwijtbare werkgever?’, TAP 2015/226.

Hoekstra 2015

T.D.E. Hoekstra, ‘Art. 7:686 BW binnen de WWZ: een vreemde eend in de bijt of nieuw gemeengoed?’, TAP 2015/270.

Jansen & Loonstra 2004

C.J.H. Jansen en C.J. Loonstra, ‘Ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van wanprestatie’, SR 2004/8.

Koning, NRC 1 maart 2016

P. de Koning, ‘Ontslagweg ligt als een grauwsluier op de arbeidsmarkt’ NRC 1 maart 2016.

Leupen, FD 1 maart 2016

J. Leupen, ‘Ontslagwet van Asscher was politieke dadendrang waarbij te weinig is nagedacht’, Financieel Dagblad 1 maart 2016.

Peters 2016

S.S.M. Peters, ‘Billijke vergoedingen hausse 2016: ontaardt het door de wetgever geregisseerde strakke ballet in een losbandige lambada’, AR-updates 16 maart 2016.

Roukema & Rutgers 2016

A. Roukema & D.J. Rutgers, ‘Kroniek Wet Werk en Zekerheid 2015’, Bb 2016/14.

Schouten 2014

B. Schouten, ‘Ernstig verwijtbaar handelen of nalaten: over de omvang van een muizengaatje’, TAP 2014/9.

Vestering 2012

P.G. Vestering, ‘De ontbinding gekortwiekt, maar nog niet vleugellam’, TAP 2012/7.

Wegener-Belinfante 2014

T.M.J. Wegener-Belinfante, ‘De transitievergoeding: een praktijkgericht overzicht’,

Zanten-Baris 2014

A. van Zanten-Baris, ‘De billijke vergoeding in volle omvang’, Arbeidsrecht 2014/55.

Jurisprudentie