• No results found

Bijzondere zorg Motorische ontwikkeling

In document Schoolbrochure. De Zonnebloem (pagina 115-120)

fase 3: Individueel aangepast curriculum (school op maat)

17.7 Bijzondere zorg Motorische ontwikkeling

17.7 Bijzondere zorg Motorische ontwikkeling

Namen van kinderen die uitvallen voor motorische ontwikkeling worden aan de leerkracht bewegingsopvoeding doorgegeven. Zij zal de kleuters verder testen met behulp van het volgsysteem van de

scholengemeenschap. Deze kinderen worden ook verder opgevolgd in de lagere school.

116 Zieke kinderen

Wanneer een kind ziek is, wordt het nadien bijgewerkt. Bij kinderen die langdurig afwezig zijn, kan de zorgcoördinator en/of de klasleerkracht in overleg met de ouders zoeken naar de beste manier om het kind niet te ver achterop te laten geraken.

Kansarmoede

Kinderen uit kansarme gezinnen krijgen aandacht. Deze ouders kunnen uitgenodigd worden voor een gesprek met de directie en/of zorgcoördinator.

Er is ook aandacht voor ouders met financiële problemen. (gesprek met directie)

Anderstaligen

Anderstalige kinderen worden in de klasgroep zoveel mogelijk geïntegreerd. Ze leren veel van mekaar. Ze krijgen in het begin ook op regelmatige basis hulp voor taal door de zorgcoördinator.

Inclusief onderwijs

Indien van toepassing begeleiden we GON-kinderen. Er is dan overleg en een samenwerking met de GON-verstrekkende school.

Twee tot drie keer per jaar is er ook een GON-bespreking waarbij alle betrokken partijen rond de tafel zitten.

Afstemming op het buitengewoon onderwijs

Jaarlijks gaan we met een afvaardiging van het team naar de openschooldag in een school voor buitengewoon onderwijs.

Wanneer ouders beslissen om hun kind naar een school voor buitengewoon onderwijs te sturen, gaat de zorgcoördinator of de CLB-medewerker ook mee op bezoek in de school.

Ook bezoeken we de GON-school, indien we GON-leerlingen in onze school hebben, bij opendeurdagen.

Kinderen met nood aan socio-emotionele begeleiding

Deze kinderen krijgen indien nodig socio-emotionele begeleiding, voor zover onze draagkracht dit toelaat. Verder kan er ook externe hulp worden ingeroepen of overleg gepleegd worden met externe hulpverleners, maar dit telkens in samenspraak met de ouders.

Kinderen die soms nood hebben om zich even af te zonderen

We hebben een hoekje op de speelplaats voorzien waar kinderen die het even nodig hebben zich kunnen afzonderen. Er staat een bankje en een boksbal waarop ze zich even kunnen afreageren. Wanneer de kinderen terug willen aansluiten op de speelplaats kan er een gesprek plaatshebben met de toezichthoudende leerkracht.

17.8 Communicatie met ouders

Ouders zijn een heel belangrijke partner. Betrokkenheid van ouders komt de ontwikkeling van kinderen ten goede.

 Wij hechten als school veel belang aan een open en correcte communicatie

 Als school informeren we de ouders duidelijk. We verwachten dit dan ook van de ouders. Wederzijds respect is hierbij een belangrijke factor

 Het is als school onze bedoeling om op dezelfde lijn te staan van de ouders. We vetrekken immer met hetzelfde doel : ‘we willen het beste voor elk kind’.

 Via een engagementsverklaring engageren ouders zich om aanwezig te zijn op oudergesprekken en de toen opgemaakte afspraken. Deze afspraken worden concreet genoteerd en aan de betrokken partijen bezorgd ter kennisname en/of ondertekening.

 Indien ouders dit wensen kan het CLB ingeschakeld worden.

118 18 Revalidatie / logopedie tijdens de lessen

Er zijn twee situaties waardoor een kind afwezig kan zijn omwille van revalidatie tijdens de lestijden.

 revalidatie na ziekte of ongeval (max. 150 minuten per week, verplaatsingen inbegrepen)

 revalidatie voor kinderen met een specifieke onderwijsgerelateerde behoefte waarvoor handelingsgericjt advies is gegeven. (Max. 150 minuten per week, verplaatsingen inbegrepen)

Ouders moeten toestemming vragen aan de directeur om hun kind revalidatie te laten volgen tijdens de lestijden.

Om een beslissing te kunnen nemen om revalidatie na ziekte of ongeval toe te staan, moet de school over een dossier beschikken dat minstens de volgende elementen bevat:

 Een verklaring van de ouders waaruit blijkt dat de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden.

 Een medisch attest waaruit de noodzakelijkheid, de frequentie en de duur van de revalidatie blijkt.

 Een advies van het CLB, geformuleerd na overleg met klassenraad en ouders, dat motiveert waarom de revalidatie tijdens de lestijden vereist is.

 een toestemming van de directeur voor een periode die de duur van de behandeling, vermeld in het medisch attest, niet kan overschrijden.

Om een beslissing te kunnen nemen om revalidatie toe te staan voor de leerling met specifieke onderwijsgerelateerde behoefte waarvoor een handelingsgericht advies is gegeven, moet de school over een dossier beschikken dat minstens de volgende elementen bevat:

 Een verklaring van de ouders waaruit blijkt dat de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden.

 Een advies van het CLB, geformuleerd na overleg met klassenraad en ouders. Dat advies moet motiveren waarom de problematiek van de leerling van die aard is dat het wettelijk voorziene zorgbeleid van een school daarop geen antwoord kan geven en dat de revalidatietussenkomsten niet beschouwd kunnen worden als schoolgebonden aanbod. Indien er op het moment van de aanvraag tot

afwezigheid nog geen handelingsgericht advies werd gegeven voor de leerling, kunnen het handelingsgericht advies en dit advies van het CLB gelijktijdig afgeleverd worden.

 een samenwerkingsovereenkomst tussen de school en de revalidatieverstrekker over de manier waarop de revalidatie het onderwijs voor de leerling in kwestie zal aanvullen en de manier waarop de informatie-uitwisseling zal verlopen. De

revalidatieverstrekker bezorgt op het einde van elk schooljaar een

OPEN

evaluatieverslag aan de directie van de school en van het CLB, met inachtneming van de privacywetgeving waaraan hij onderworpen is.

 een toestemming van de directeur, die jaarlijks vernieuwd en gemotiveerd moet worden, rekening houdend met het evaluatieverslag van de

revalidatieverstrekker.

De directeur van de school neemt, op basis van de verzamelde documenten, de

uiteindelijke beslissing of de revalidatie tijdens de lestijden kan plaatsvinden of niet.

Deze beslissing wordt door de school aan de ouders meegedeeld.

19 Diversiteit

Net zoals onze samenleving, is ook onze school en elke klas op zoveel manieren

verschillend. Die diversiteit slaat niet alleen op etnische en culturele verschillen tussen mensen, maar omvat ook verschillen in leeftijd, geslacht, seksuele voorkeur, lichamelijke en verstandelijke mogelijkheden, sociale klasse, taal, opleidingsniveau, godsdienst, levensbeschouwing en persoonsgebonden kenmerken zoals karakter en temperament.

Wij hebben aandacht voor deze verschillen. We proberen ze in kaart te brengen via gesprekken met ouders, kinderen, externe participanten en geloven ook in de

meerwaarde hiervan binnen onze school.

We willen onze leerlingen leren om op een positieve manier met diversiteit om te gaan en open te staan om te leren van en met elkaar. We zijn ervan overtuigd dat wie open staat voor diversiteit, zich breder zal ontwikkelen.

Als katholieke dialoogschool gaan we met andere culturen, persoonlijke verschillen om in verbodenheid en met respect.

Dit dragen we uit naar de kinderen die ons zijn toevertrouwd.

We vragen wel dat alle ouders die onze schoolvisie en schoolreglement ondertekenen, dit ook nakomen (bv. mee zwemmen, openluchtklas, mee naar de kerk, …). Indien er toch problemen opduiken, gaan we in overleg en zoeken we naar een oplossing die voor alle partijen als positief ervaren wordt. Zo kunnen we alle kinderen bieden waar ze recht op hebben maar met respect voor elkaar.

We streven ernaar dat dit diversiteitsbeleid door iedereen op school gedragen wordt, maar dit is een dynamisch proces dat nooit af is.

120 20 Privacy

In document Schoolbrochure. De Zonnebloem (pagina 115-120)