• No results found

In dit hoofdstuk beschrijft de inspectie haar oordeel over de kwaliteit van het onderwijs op basisschool De Grote Lier en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel. Daarbij legt de inspectie zo mogelijk verbanden tussen de verschillende onderzochte indicatoren onderling en - voor zover relevant- tussen indicatoren en de schoolcontext en eerdere inspectiebezoeken.

3.1 Het algemene beeld van de kwaliteit van het onderwijs

De inspectie komt tot de conclusie dat het onderwijs op basisschool De grote Lier in algemene zin van voldoende niveau is. De eindopbrengsten van de laatste drie jaren zijn van gemiddeld niveau en ook de tussenopbrengsten voldoen aan de verwachtingen.

Het leerstofaanbod voldoet aan de normen. Zo werkt de school voor

Nederlandse taal en rekenen en wiskunde met methoden die voldoen aan de kerndoelen. Ook investeert de school in het versterken van het beredeneerd aanbod in de kleutergroepen hetgeen onder meer blijkt uit het schema met tussendoelen dat de school hanteert. Het in de praktijk brengen van de ideeën en afspraken met betrekking tot de tussendoelen verdient echter nog de nodige aandacht. Tevens stelt de inspectie vast dat het systeem van kwaliteitszorg beneden de maat is. Hierbij speelt wellicht een rol dat de school de laatste jaren te maken heeft gehad met meerdere ingrijpende wisselingen in het management en dat de bovenschoolse ondersteuning in dit opzicht pas recent voldoende gestalte krijgt.

Belangrijke onderdelen van het didactisch proces voldoen goed. Zo laten de leerlingen duidelijk een taakgerichte houding en een geslaagde onderlinge samenwerking zien. Er zijn echter ook enkele indicatoren van het didactisch proces die verbetering behoeven. Te denken valt aan de te bescheiden wijze waarop de meeste leraren tegemoet komen aan de verschillen tussen leerlingen en de beperkte wijze waarop de gemiddelde en de meer begaafde leerling verantwoording krijgt voor de organisatie van het eigen leerproces.

De zorg en begeleiding van leerlingen die meer aandacht verdienen is in algemeen zin op niveau, maar de inspectie heeft met het zorgteam diverse mogelijkheden besproken om de leerlingenzorg te verbeteren. Zo beschikt de school over een samenhangend systeem om de ontwikkeling van leerlingen te volgen, maar blijft de evaluatie van de effecten van de zorg achter.

Uit de gegevens die de school en de inspectie hebben verzameld blijkt dat de leraren en de leerlingen zich veilig en prettig voelen op de school. De

schoolleiding investeert in de professionalisering van het team door onder meer het voeren van gesprekken en het afleggen van klassenbezoeken. De leraren geven aan dat dit leidt tot een meer open houding van leraren, waardoor de samenwerking in het team een impuls krijgt. Bij de inspectie bestaat echter de indruk dat het professionele klimaat in het team nog enige achterstand heeft.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Basisschool De Grote Lier - 8-1-2007 12 Tot slot kan gezegd worden dat de Grote Lier voldoende kwaliteit levert, maar dat er voor de nieuwe directeur, het managementteam en de leraren meerdere uitdagingen liggen om het onderwijs verder te verbeteren. Onder meer de ondersteuning van het bovenschoolsmanagement en een mogelijk vooruitzicht op een nieuw schoolgebouw zullen hierbij een stimulans kunnen zijn.

3.2 Toelichting

De opbrengsten van het onderwijs

Nadat de school op de Eindtoets enige jaren hoger scoorde dan het gemiddelde van scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie, presteerde de school in 2004 duidelijk te laag. De laatste twee jaren scoort de school rond het gemiddelde. De school voldoet daarmee aan de verwachtingen, zeker ook omdat alle leerlingen aan de toets deelnemen. Uit de analyses van de school blijkt overigens dat de Grote Lier de laatste jaren voor wereldoriëntatie boven gemiddeld presteert.

Tijdens het jaarlijks onderzoek van de inspectie in 2004 kwam de inspectie tot de conclusie dat de school voor de tussentoetsen beter scoorde dan

vergelijkbare scholen. Momenteel zijn de resultaten op de tussentoetsen van voldoende niveau.

De school volgt de sociale ontwikkeling van de leerlingen op individueel niveau.

Algemene conclusies op schoolniveau worden niet getrokken, maar uit de beschikbare gegevens overheerst de indruk dat de sociale vaardigheden van de leerlingen gemiddeld liggen op het niveau dat mag worden verwacht.

Aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften biedt de school gerichte hulp, waarbij ook externe expertise wordt ingeschakeld. Bij het beoordelen van de ontwikkeling van deze leerlingen kan nog winst geboekt worden indien de school voor deze leerlingen een helder ontwikkelperspectief opstelt.

De schoolloopbaan van de leerlingen verloopt volgens de verwachtingen. Dat bekent dat er weinig leerlingen doubleren en de school weinig leerlingen verwijst naar een school voor speciaal basisonderwijs. Ook verlengt de school voor slechts een zeer beperkt aantal leerlingen de kleuterperiode en stroomt er relatief een gering aantal leerlingen uit naar het leerwegondersteunend

onderwijs en het praktijkonderwijs.

De kwaliteitszorg

Tijdens het jaarlijks onderzoek in maart 2004 kwam de inspectie tot de

conclusie dat de school in onvoldoende mate gericht werkte aan de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Nu komt de inspectie tot dat zelfde oordeel en is er dus geen sprake van verbetering. Hierbij speelt wellicht een rol dat door de vele wisselingen in het management van de school er minder aandacht is geweest voor de kwaliteitszorg.

Niet alleen zijn de verschillende aspecten van de kwaliteitszorg onvoldoende tot wasdom gekomen, ook vormen de aspecten geen samenhangend geheel.

Inmiddels werkt de school, in samenwerking met de andere scholen van de stichting, in het kader van de opzet van het nieuwe schoolplan aan de opzet van een integraal en hoogwaardig systeem van kwaliteitszorg.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Basisschool De Grote Lier - 8-1-2007 13 Op enkele onderdelen van de schoolontwikkeling beschikt de school over een jaarplan. Dit is het geval voor de opzet van het coöperatief werken en de implementatie van de weektaak. Deze verbeterplannen zijn echter maar in beperkte mate specifiek uitgewerkt en zijn niet geplaatst in een planning voor de langere termijn. Ook heeft de school de opbrengsten van

schoolontwikkelingen onvoldoende samengebracht in beleidsdocumenten, waardoor het borgen van verworvenheden onvoldoende is gegarandeerd.

Onder meer door het ontbreken van een jaarverslag schiet de school tekort bij haar rapportage aan ouders en bevoegd gezag over de gerealiseerde kwaliteit.

Hierbij moet wel opgemerkt worden dat de school door middel van

nieuwsbrieven de ouders in zekere mate op de hoogte houdt van bepaalde schoolontwikkelingen.

De school heeft nog niet de gewoonte om de kenmerken en de daarmee samenhangende onderwijsbehoeften van de leerlingen van de school in kaart te brengen. Hierdoor koppelt de school niet expliciet de inrichting van haar

onderwijs aan de specifieke leerlingenpopulatie.

Ondanks dat deze nog zeker niet optimaal is honoreert de inspectie de evaluatie van het onderwijs als voldoende. Hierbij weegt onder meer mee dat de school de opbrengsten van de Eindtoets en Entreetoets evalueert en tijdens teamvergaderingen met regelmaat de balans opmaakt ten aanzien van de effecten van schoolverbeteringen op de lange en de korte termijn.

Mede doordat de school zich aan de hand van vragenlijsten op de hoogte stelt van het welbevinden van leerlingen en leraren waarborgt de school de sociale veiligheid voldoende. De school staat voor de taak om verder te investeren in het formuleren van een uitgewerkt veiligheidsbeleid dat onder meer gericht is op de preventie van incidenten. Nu reeds hanteert de school gedragsregels en een pest en gedragsprotocol dat zelfs in kleutergroepen door leerlingen

ondertekend is. Mede naar aanleiding van incidenten kan de school sociale vaardigheidstraining inzetten om positief sociaal-emotioneel gedrag te bevorderen.

Hoewel het oordeel over de aandacht voor sociale cohesie en burgerschap positief is, stelt de inspectie wel vast dat de beleidsmatige onderbouwing van dit thema duidelijk ruimte bevat voor verbetering.

Het onderwijsleerproces

De leraren tonen op de meeste onderdelen didactisch en pedagogisch vakmanschap. Dit leidt onder meer tot een goede taakgericht werksfeer. De leraren werken met een onderwijsaanbod dat voldoet aan de kerndoelen en door goed klassenmanagement gaat er geen onderwijstijd verloren.

De actieve en betrokken werkhouding van de leerlingen wordt bevorderd door de wijze waarop de school de samenwerking van de leerlingen stimuleert. De prettige interactie tussen leraren en leerlingen draagt bij tot een klimaat waarbij zowel leerlingen als leerlingen zich thuis voelen. Ook de ouders tonen zich in algemene zin tevreden over en betrokken bij de school, temeer omdat het team de laatste tijd extra aandacht heeft voor het onderhouden van constructieve contacten met de ouders.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Basisschool De Grote Lier - 8-1-2007 14 De school hanteert een adequaat leerlingvolgsysteem om de prestaties en ontwikkelingen van de leerlingen te volgen. Zo brengt de school de sociaal-emotionele ontwikkeling van alle leerlingen in kaart en krijgt de school sinds kort ook relevante informatie over de vierjarigen van de peuterspeelzaal. Voor bepaalde leerlingen hanteert de school een handelingsgerichte proces diagnose en maken de leraren handelingsplannen, die zowel binnen als buiten de groep worden uitgevoerd.

Ondanks dat het onderwijsleerproces in grote lijnen van voldoende niveau is staat de school voor de opgave het leerproces op belangrijke onderdelen verder te verbeteren.

Het vaststellen van tussendoelen voor de kleutergroepen is een duidelijke impuls voor de kwaliteit van het beredeneerd aanbod. De inspectie heeft echter vastgesteld dat deze doelen slechts een geringe rol spelen bij de voorbereiding van de thema's. Verder werken de betrokken leraren slechts in beperkte zin samen bij de inhoudelijke voorbereiding van de thema's.

Het team kan nog winst boeken bij het omgaan met verschillen tussen

leerlingen. Verlengde instructie voor individuele leerlingen of groepen leerlingen kan meer worden ingezet. Ook is het, mede gezien de leerlingenpopulatie, van belang meer aandacht te schenken aan het aanbieden van uitdagende

verdiepingstof aan leerlingen die meer aankunnen. Het verder uitwerken van de weektaak biedt hiertoe goed kansen. Ook staat de leraar nu nog betrekkelijk centraal in het onderwijsleerproces en kunnen de meeste leerlingen meer verantwoordelijkheid krijgen voor de organisatie van het eigen leerproces. Dat betekent ook dat leraren minder uit naam van de leerlingen hardop denken maar uitdrukkelijker dan nu het geval is leerlingen kunnen aanzetten tot denken. Dat neemt niet weg dat de inspectie ook goede voorbeelden heeft waargenomen van interne differentiatie. Hierbij kan onder meer gewezen worden op de organisatie van het onderwijs in rekenen en wiskunde in groep 8.

Nog niet alle leerlingen die daar voor in aanmerking komen krijgen op

planmatige wijze extra ondersteuning aangeboden. Indien leerlingen wel hulp krijgen volgens een handelingsplan geldt dat de school over het algemeen onvoldoende de effecten van deze hulp analyseert en in kaart brengt.

Tenslotte merkt de inspectie nog op dat de leerlingenzorg zich nu met name richt op het belang van het individuele kind, terwijl ook groepsanalyses en schoolanalyses van groot belang zijn om de kwaliteit van het

onderwijsleerproces op een hoger niveau te brengen.

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek Basisschool De Grote Lier - 8-1-2007 15

GERELATEERDE DOCUMENTEN