• No results found

Belendende beleidsterreinen en regelgeving

2. Wet en regelgeving, nationaal en internationaal

2.3 Samenvatting huidige wet en regelgeving in Nederland

2.3.2 Belendende beleidsterreinen en regelgeving

Naast regelgeving die primair is gericht op de arbeidsomstandigheden is er regel- geving die beoogt de verspreiding van asbest naar het milieu te beperken. Hierbin- nen is de volgende wet- en regelgeving van belang.

Asbestverwijderingsbesluit

Het Asbestverwijderingsbesluit en het Besluit tot wijziging van het Asbestverwij- deringsbesluit (ministerie van VROM, 1993, 1998 en 2000) [2] bevat voorschriften voor het verwijderen en afvoeren van asbest uit bouwwerken alsmede voorschriften voor het in het kader van de uitoefening van beroep of bedrijf verwijderen en af-

voeren van asbest uit objecten1. De voorschriften bevatten maatregelen die tijdens,

voor en na het slopen moeten worden getroffen.

De voorschriften uit het Asbestverwijderingsbesluit kunnen door gemeenten wor- den verwerkt in de gemeentelijke bouwverordening. Indien gemeenten de voor- schriften niet hebben opgenomen in de bouwverordening heeft het besluit een rechtstreekse werking. De gemeenten en de politie zijn verantwoordelijk voor de handhaving van de voorschriften voor het slopen van asbest uit bouwwerken. De VROM-Inspectie en de politie zien toe op de naleving van de voorschriften voor het uit slopen van asbesthoudende objecten.

Met het herziene Asbestverwijderingsbesluit, dat naar verwachting in 2005 zal worden gepubliceerd, wordt beoogd om emissie van asbestvezels te voorkomen bij het afbreken van een bouwwerk of het uit elkaar nemen van een object, bij het verwijderen van asbest of asbesthoudende producten uit een bouwwerk of object of bij opruimen van asbest of asbesthoudende producten na incidenten. Het besluit strekt ter vervanging van het Asbestverwijderingsbesluit alsmede tot de wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit met betrekking tot regels voor het werken met asbest.

1 Apparaten, transportmiddelen, constructies of installaties, niet zijnde bouwwerken in de

zin van de Woningwet. Het besluit geeft geen regels voor de verwijdering van asbest in- dien er geen sprake is van een bouwwerk of object (zoals bijvoorbeeld het opruimen van zwerfasbest).

Gemeentelijke bouwverordening

De gemeentelijke bouwverordening bevat onder meer voorschriften voor het slo- pen van asbest uit bouwwerken. De voorschriften die ten aanzien van het verwijde- ren van asbest zijn opgenomen in het Asbestverwijderingsbesluit [2] moeten door gemeenten worden opgenomen in de bouwverordening. De VNG heeft hiervoor een modelbouwverordening opgesteld.

Wet milieubeheer (hoofdstuk Afvalstoffen)

Het hoofdstuk Afvalstoffen van de Wm (ministerie van VROM, 1995) bevat onder meer bepalingen betreffende een specifieke zorgplicht voor het omgaan met afval- stoffen en het verwijderen van gevaarlijke afvalstoffen.

Stortbesluit bodembescherming Wet bodembescherming (ministerie van VROM, 1993)

In dit besluit [4] wordt o.a. bepaald dat afvalstoffen die asbest bevatten zodanig moeten worden gestort dat asbestvezels niet kunnen vrijkomen en zodanig moeten worden behandeld, verpakt of afgedekt dat er geen asbestvezels in het milieu te- recht kunnen komen. De vergunningverlener van de stortplaats (dat is de provincie) ziet toe op de naleving van de voorschriften. Dit besluit is van weinig belang voor dit onderzoek.

Regeling Bouwbesluit1 (Ministerie van VROM, 2003)

Deze regeling [5] bevat onder meer een methode om het potentiële risico van as- besthoudende bouwmaterialen in bouwwerken te beoordelen door de asbestconcen- tratie in de lucht onder gestandaardiseerde condities te bepalen. In de regeling zijn voorschriften opgenomen over de toelaatbare concentratie asbest (deze is gelijk

1 De Regeling Bouwbesluit 2003 vervangt alle voorgaande regelingen van het

gesteld aan de streefwaarde). Hiermee moet de toepassing van asbestbevattende materialen in bouwwerken door particulieren onmogelijk gemaakt worden. De gemeente ziet tot op de naleving van te treffen maatregelen in bouwwerken. Deze regeling geeft gemeenten een instrument om in bestaande situaties waar een risico bestaat op blootstelling aan asbest in gebouwen maatregelen af te dwingen. De regeling heeft geen betrekking op slopen, bewerken of onderhoud. De regeling valt derhalve buiten de scope van het onderzoek maar is gelet op de relatie met gebouwen hier wel vermeld.

Asbest in bodem, grond , puingranulaat en waterbodem

Door middel van een brief aan de Tweede Kamer van 3 maart 2004 is er een defini- tieve interventiewaarde bodemsanering voor asbest van 100 mg/kg (gewogen) vastgesteld. Tevens is een restconcentratienorm voor asbesthoudende bulkmateria- len opgesteld van 100 mg/kg (gewogen). Deze restconcentratienorm zal ingebed worden in het Productenbesluit asbest en zal opgenomen worden als bovengrens voor asbest bij de herziening van het Bouwstoffenbesluit. Daarnaast zullen er hand- reikingen opgesteld worden voor mobiel reinigen, opslag en transport van asbest- houdende bulkmaterialen. Voorts is er een NTA asbestonderzoek in waterbodem opgesteld en is een milieuhygiënisch saneringscriterium bodem, protocol asbest opgesteld.. Tot slot zal er afstemming plaatsvinden ten aanzien van de diverse rele- vante NEN normen op het gebied van (water)bodem en asbest.

Besluit asbestwegen Wms en Saneringsregeling asbestwegen 2e fase

In het Besluit asbestwegen Wms is aangegeven dat het verboden is om een asbest- bevattende weg in bezit te hebben. Indien dit wel het geval is dienen er sanerende maatregelen te worden om te voorkomen dat er milieuhygiënisch ongewenste situa- ties optreden. Daar er geconstateerd is dat er rondom de gemeenten Hof van Twen- te en Harderwijk nog steeds veel asbestwegen aanwezig zijn, is besloten om (na de uitvoering van 3 eerdere saneringsregelingen voor asbestwegen) een laatste sane-

ringsregeling open de stellen (de Saneringsregeling asbestwegen 2e fase). Particu-

lieren konden op basis daarvan een laatste maal een aanvraag indienen voor subsi- die ten aanzien van het saneren van de asbestwegen. Op basis hiervan zijn er ruim 1.000 aanvragen ingediend. De uitvoering van de saneringsregeling asbestwegen vindt plaats in de periode 2005-2009.

Productenbesluit asbest

Het productenbesluit asbest, dat naar verwachting begin 2005 in werking zal tre- den, stelt regels ten aanzien van het op de markt brengen, invoeren, in voorraad houden, verkopen, toepassen en hergebruiken van asbesthoudende producten. Het besluit vervangt een aantal verschillende besluiten of delen daarvan die hier tot op heden betrekking op hadden, zoals het Warenwetbesluit asbest, het Arbeidsom- standigbesluit, het Besluit asbestvrije frictiematerialen Wms en de Regeling Bouwbesluit 2003. Daarnaast voorziet het Productenbesluit asbest in de omzetting van enkele Europese richtlijnen. Voorts voorziet het besluit erin dat de restconcen- tratienorm die sinds 1 maart 2003 in de praktijk wordt gehanteerd, in regelgeving wordt verankerd.

Foto: Asbestbeplating van een schuur

Regeling sloop tuinbouwkassen met asbestbevattende voegkit (VROM, 2000)

Deze ministeriele regeling is van toepassing op het slopen van tuinbouwkassen met asbestbevattende voegkit (voor zover het slopen betrekking heeft op het verwijde- ren van de asbestbevattende voegkit). In de regeling is bepaald dat het slopen dient te worden verricht door een bedrijf dat kan aantonen dat de werknemers overeen- komstig een schriftelijk plan doeltreffende voorlichting en onderricht hebben geno- ten over o.a de maatregelen inzake de persoonlijke hygiëne en werkhygiëne en maatregelen om de blootstelling aan asbest zo laag mogelijk te houden. Ook moet het bedrijf beschikken over een verantwoordelijke functionaris die toeziet op de naleving van de maatregelen en voorschriften. Aan deze regeling ligt een TNO- onderzoek ten grondslag waarin wordt aangetoond dat de asbestconcentraties in de

ademzone tijdens de werkzaamheden lager zijn dan 0,01 vezels/cm3 lucht.

Asbestnormering lucht

De ministeries van SZW en VROM hanteren verschillende normen voor het beoor- delen van blootstelling aan asbest (in de lucht). Deze verschillen zijn deels goed te verklaren maar geven ook regelmatig aanleiding tot verwarring over met name de interpretatie van meetresultaten. Daarnaast zijn de VROM normen niet opgenomen in wet- en regelgeving, hetgeen vanuit bestuurlijk en maatschappelijk oogpunt niet transparant is. In 2005 willen VROM en SZW komen tot een zoveel als mogelijk op elkaar afgestemd stelsel van wettelijke toetsings- en grenswaarden voor het beoordelen van asbestconcentraties in de lucht [27]. Dit stelsel dient zowel in de SZW en VROM-regelgeving vastgelegd te worden.

Bevoegd gezag voor handhaving

Bij de handhaving van de regelgeving zijn in Nederland veel organisaties betrok- ken, met name de Arbeidsinspectie, de VROM-Inspectie, de Inspectie Verkeer en Waterstaat en de gemeenten. Er is geen sprake van een structurele samenwerking bij de handhaving van de voorschriften in de asbestketen, de genoemde organisa-

ties werken wel op projectbasis samen1. De samenwerking tussen de verschillende handhavende organisaties is een belangrijk aandachtspunt.

De Arbeidsinspectie handhaaft de Arbowetgeving voor asbest, gericht op het te- gengaan van blootstelling aan asbest in arbeidssituaties. Op grond van de Arbowet zijn asbestverwijderingsbedrijven verplicht de werkzaamheden (sloop-, vernieu- wings- of veranderingswerkzaamheden) te melden bij de Arbeidsinspectie. De melding dient schriftelijk te worden gedaan. Essentieel in dit kader is ook dat de werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd door of onder toezicht van een Des- kundig Toezichthouder Asbestsloop (DTA) en de werkzaamheden dienen plaats te vinden overeenkomstig een voor deze werkzaamheden opgesteld werkplan. De VROM-Inspectie is bevoegd voor de controle op de naleving van het Asbest- verwijderingsbesluit voor zover het de sloop van asbesthoudende objecten betreft. Daarnaast is de VROM inspectie verantwoordelijk voor de handhaving van het

Besluit asbestwegen Wms (en de bijbehoredne saneringsregeling asbestwegen 2e

fase). Gemeenten zijn bevoegd voor het toezicht op de sloop van asbesthoudende bouwwerken. Op grond van het Asbestverwijderingsbesluit zijn particulieren ver- plicht om het verwijderen van asbestbevattende materialen vooraf te melden aan B&W. Provincies zijn verantwoordelijk (op grond van de Wbb) voor de handha- ving van de naleving van de regels voor sanering van asbesthoudende grond.