• No results found

Stap 3, Doorvertaling RUP

BEHOUD DOOR GEBRUIK

De bunker ligt in parkgebied. De integratie van de bunker in het park kan garanties bieden naar behoud. Voorwaarde is wel dat de bunker behouden blijft als een geïsoleerd element in een open groene omgeving. Het aanbrengen van recreatieve infrastructuur in de buurt van de bunker lijkt niet gewenst. Het voormalige oorlogslandschap is herbevestigd als agrarisch gebied. Deze bestemming biedt de meeste garanties naar behoud van het openruimte ge-bied en van het landschap ten zuiden van het parkgege-bied.

BEHOUD DOOR WAARDERING

Een aantal aspecten die de erfgoedwaarden sterk bepalen dienen behouden te blijven: – Het open karakter van het zuidelijk gelegen agrarisch gebied dat de open

front-zone vormde: hier wordt best opgenomen dat het gaat om een bouwvrij agrarisch gebied

– De ervaring van de bunker speelt vooral nog vanop de ringweg, die deels samen-valt met de vroegere frontlijn. Vanaf dit traject wordt de relatie van de bunker met het oorlogslandschap nog het meest ervaren. Het zicht vanop de weg naar de bunker dient behouden te blijven door een open vista vast te leggen op het plan. – Om deze beleving te versterken, is het beperken van visueel storende elementen

in de omgeving van de bunker aangewezen, bijvoorbeeld door het bufferen van de woonontwikkelingen ten noorden van de bunker. De bestaande kleine

DEEL 3 – V O ORBEELD T OEP ASSINGEN

CLUSTER 1 – KLEIN ERFGOED

GRAFISCH PLAN

De geldende bestemmingen, ‘bouwvrij agrarisch gebied’ en ‘parkgebied’ volgens het gewestplan worden beperkt aangepast. Het ‘parkgebied’ wordt tot tegen de N37 doorgetrokken.

Aanvullend wordt aangeduid:

– Als overdrukzone: de laagdynamische parkzone.

– Als symbool: het waardevol te behouden erfgoed.

– Als lineair symbool: de buffer aan rand met woongebied. INDUSTRIEGEBIED PARKGEBIED PARKGEBIED WOONGEBIED WOONUITBREIDINGSGEBIED BOUWVRIJ AGRARISCH GEBIED WOONGEBIED MET LANDELIJK KARAKTER WOONUITBREIDINGSGEBIED Laagdynamische parkzone 100m

DEEL 3 – V O ORBEELD T OEP ASSINGEN

selementen kunnen hiertoe bijdragen. Behoud van deze lijnvormige structuur is daarom ook aangewezen.

BEHOUD VAN VORMKARAKTERISTIEKEN

9RRUHHQDDQWDOHOHPHQWHQNXQQHQVSHFLÀHNHLQULFKWLQJVYRRUVFKULIWHQRSJHQRPHQZRUGHQ Hier zal dit niet van toepassing zijn op het erfgoed zelf, aangezien dit te behouden is en aangezien transformaties via verbouwen niet aan de orde zijn. De inrichtingsvoorschriften ]LMQZHOYDQWRHSDVVLQJRPVSHFLÀHNHHLVHQWHVWHOOHQDDQGHLQULFKWLQJYDQGHYLVWD RPKHW open karakter te waarborgen) en de groenbuffer (om een meer gesloten wand naar de be-bouwing te waarborgen).

Stap 3, Doorvertaling RUP

VERORDENEND VOORSCHRIFT TOELICHTING

ARTIKEL - MILITAIR ERFGOED Symbolische aanduiding

§1. De bunkers, op het plan aangeduid met een ster, hebben erfgoedwaarden en moeten in situ worden behouden.

§2. Het is verboden deze relicten af te breken, te her-bouwen, te verplaatsen en/of te verbouwen .

§3. Enkel onderhouds- en instandhoudingswerken die het behoud en/of herstel van de erfgoedwaarden beogen en handelingen die geen aantasting van dit waardevol relict inhouden, zijn toegelaten.

De met deze overdruk aangeduide objecten hebben bij-zondere erfgoedwaarden. Ze moeten in hun huidige staat worden behouden.

Dit wil zeggen dat de constructies, maar ook geen delen van de constructie mogen worden afgebroken en/of verplaatst. Enkel herstel naar de oorspronkelijke toestand is toegelaten.

Onder handelingen die geen aantasting van het waardevol relict inhouden, worden o.a. verstaan: een vleermuizen-schuilplaats, een recreatieve rustplaats, …

CLUSTER 1 – KLEIN ERFGOED

DEEL 3 – V O ORBEELD T OEP ASSINGEN

ARTIKEL - BUFFER Overdruk

§1. Aan de grens van het parkgebied en het woongebied wordt een buffer voorzien. De buffer moet voldoen aan de voorwaarden van visuele afscherming en landschap-pelijke inpassing.

§2. De buffer zone wordt voor ten minste 50% (dicht) beplant met streekeigen struiken en hoogstammige bomen en wordt geïntegreerd in de omgevingsaanleg van het park.

§3. Alleen werken en handelingen met het oog op de aanleg en het onderhoud van de buffer zijn toegelaten met inbegrip van de aanleg van brandwegen in wa-terdoorlatende verharding indien dit om redenen van brandveiligheid wordt opgelegd of van waterbeheer-singswerken.

Het waardevol militair erfgoed heeft geen enkele band met de nieuwe stedelijke ontwikkelingen binnen de ring van Ieper. Dit erfgoed staat wel in relatie met het meer zuidelijk gelegen voormalige oorlogslandschap. Om de beleving van het erfgoed in relatie met het open agrarisch en voormalig oorlogslandschap te behouden en verster-ken, wordt daarom een buffer aangelegd naar de nieuwe woonontwikkelingen. Op die manier wordt het militair erfgoed tegenover een natuurlijke achtergrond en meer in relatie tot het open landschap gepercipieerd.

ARTIKEL - LAAGDYNAMISCHE ZONE Overdruk

Binnen deze zone van het park is het aanbrengen van recreatieve infrastructuur, hoogstammig groen en dichte begroeiing niet toegelaten.

Het beheer van het park moet het zicht op het waardevol militair erfgoed als geïsoleerd object in een open land-schap garanderen.

Het groenbeheer van het park moet dusdanig zijn dat het karakter en de beleving van het waardevol militair erfgoed wordt gevrijwaard. Deze objecten moeten vrij in het landschap liggen, niet worden overgroeid en zichtbaar zijn. Het aanplanten van hoge bomen en struiken rondom de bunker is daarom niet toegelaten.

ARTIKEL - BOUWVRIJ AGRARISCH GEBIED

§1. Het gebied is bestemd voor de beroepslandbouw. Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de landbouwbedrijfsvoering van land-bouwbedrijven zijn toegelaten, met uitzondering van: − het oprichten van gebouwen en vergelijkbare

con-structies;

− het aanmerkelijk wijzigen van het reliëf van de bodem §2. Voor zover ze door hun beperkte impact de realisatie van de algemene bestemming niet in het gedrang bren-gen, zijn de volgende werken, handelingen en wijzigin-gen eveneens toegelaten:

− het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur, gericht op het al dan niet toegankelijk maken van het gebied voor educatief of recreatief medegebruik, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet-gemotoriseerd verkeer;

− het herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande openbare wegen en nutsleidingen; − de instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van

de natuur, het natuurlijk milieu en de landschaps-waarden.

Categorie van gebiedsaanduiding ‘landbouw’. De volgende constructies geplaatst voor beroepsland-bouw zijn evenwel toegelaten. Ze worden niet als gebou-wen en gelijkaardige constructies beschouwd: schuilhok-ken, plastictunnels, constructies voor oogstbescherming en constructies voor kleinschalige energieopwekking die tijdelijk geplaatst worden of gemakkelijk verplaatsbaar zijn (bv. Kleinschalige zonnepanelen om een waterpomp te laten werken in een weide of om stroom op te wekken voor schrikdraad) … Serres daarentegen behoren tot de niet-toegelaten gebouwen en vergelijkbare constructies. Bouwvrij agrarisch gebied is een gebied dat een belang-rijke functie heeft voor de landbouw op zich en bijgevolg zoveel mogelijk bouwvrij moet behouden blijven Natuurbehoud, landschapszorg en recreatief medege-bruik zijn ondergeschikte functies in het agrarisch gebied. Ondergeschikt betekent ‘van betrekkelijk minder grote betekenis’

CLUSTER 1 – KLEIN ERFGOED

DEEL 3 – V O ORBEELD T OEP ASSINGEN

CLUSTER 2

markant

bouw-kundig erfgoed

DEEL 3 – V O ORBEELD T OEP ASSINGEN

DEEL 3 – V O ORBEELD T OEP ASSINGEN DEEL 3 – V O ORBEELD T OEP ASSINGE

N CLUSTER 2 – MARKANT BOUWKUNDIG ERFGOED