• No results found

Advies aan universitaire lerarenopleidingen

In document Maatwerk – Wie neemt de regie? (pagina 64-67)

3. Lessentrekker: concrete actiepunten voor de 10 cruciale stakeholders.

3.5 Advies aan universitaire lerarenopleidingen

Observaties

Anders dan de hbo-masters is bij de ulo’s veel meer sprake van instroom vanuit andere (master)opleidingen en van instroom van ervaren leraren met een universitaire master die al enige tijd onbevoegd lesgeven. Hierdoor worden opleidingscoördinatoren vaker en directer betrokken bij het gesprek over assessments en maatwerk. Om de instroom richting lerarenopleiding te verhogen zijn er sinds 2013 via Educatieve Modules, Educatie- en communicatie-masters en via de route Trainees in Onderwijs meer flexibele opleidingsroutes gecreëerd.

Naast de doelgroepen van deze routes constateren wij dat er ook behoefte is bij ervaren leraren met een hbo-bachelor (tweedegraads lerarenopleiding) om via een universitaire master een eerstegraads bevoegdheid te behalen. In de praktijk blijkt deze route echter zeer lastig begaanbaar omdat universiteiten een wetenschappelijke vooropleiding hanteren als toelatingseis. Slechts in enkele uitzonderlijke gevallen is het gelukt om, in nauw overleg met de betrokken opleidingen en met actieve steun van het assessmentcentrum van de UT, tot een passend opleidingsaanbod te komen. Tegelijk bieden deze cases overigens ook goede aanknopingspunten voor vervolgstappen en noemt het Actieplan Academische Leraren13 ‘vergroten van de toegankelijkheid’ als een van de

speerpunten voor het komend jaar.

Tegenover de ruimere ervaring van universitaire lerarenopleidingen met flexibele instroom staat, dat een groot deel van de vakinhoudelijke opleiding plaatsvindt onder de hoede van de faculteiten - die veelal juist

2 voorbeelden

Aan het begin en eind van deze rapportage zijn de mails van Bart te vinden. Eén van de twee kandidaten voor wie een erg mooie oplossing is gevonden. En dat terwijl hij in eerste instantie vrij bot werd afgewezen bij zijn beoogde opleiding. Door inzet van assessoren, opleiders en examencommissie is hij nu bijna klaar en komt zijn bekwaamheid straks overeen met zijn bevoegdheid.

(Bekijk ook het portret van Bart op vanbekwaamnaarbevoegd.nl.)

Voor de tweede kandidaat had dat nog meer voeten in de aarde. Doordat hij nog tijdens zijn opleiding een baan kreeg heeft hij nooit zijn opleiding afgemaakt, wat ervoor zorgt dat hij anno 2019 wel ruim 20 jaar ervaring heeft, maar geen diploma. In eerste instantie kreeg hij te horen nog 8(!) jaar deeltijd te moeten studeren. Door dit project en de inzet van assessoren, opleiders en examencommissies van maar liefst 2 universiteiten is dat teruggebracht naar 15 ECTS en staat hij in 2020 na 20 jaar eindelijk bevoegd voor de klas.

(Bekijk ook de blog over groenpluk op pagina 58 en het daarop volgende portret van Antonino en luister naar onze podcast).

65 verder afstaan van de onderwijspraktijk en meer oog hebben voor het belang van de ontwikkeling van academische (onderzoeks-)vaardigheden. Deze situatie zorgt voor een permanente spanning - die op zich heel vruchtbaar kan zijn, maar die soms ook leidt tot onevenredig veel nadruk op het belang van hoogwaardige vakinhoudelijke opleiding en een onderschatting van het belang van onderwijskundige c.q. pedagogisch- didactische scholing. In dit spanningsveld spelen examencommissies een belangrijke rol als ‘poortwachter van onderwijskwaliteit’ waarbij opvalt dat de positie en rol van examencommissies nogal verschilt: soms zien zij op enige afstand toe op het toelatings- en kwaliteitsbeleid, maar veel vaker zijn zij ook actief betrokken bij individuele beslissingen over vrijstellingen en toelating.

Zou het zo kunnen zijn dat we op weg zijn naar een centraal assessmentcentrum?

Omdat de belangstelling voor flexibele routes toeneemt en de expertise m.b.t. assessments beperkt is, doen vijf universitaire lerarenopleidingen op dit moment een beroep op dezelfde assessor en werken de VU en de UvA samen op het gebied van assessments, waarbij onder meer voor de specifieke doelgroepen van Aan de Slag voor de Klas en Teach for Amsterdam aangepaste assessments zijn toegepast, gericht op zij- instromers in de tekortvakken informatica, wiskunde, natuurkunde en scheikunde. Vanuit deze startsituatie is het niet verwonderlijk dat in het Actieplan 2019-2020 afspraken zijn opgenomen over harmonisering van de toelatingseisen en de inrichting van een landelijk assessmentcentrum om beter te kunnen inspelen op de groeiende behoefte aan flexibele instroom, de toelatingsprocedure soepeler en consistent te maken en meer recht te doen aan de kennis en het ontwikkelpotentieel van aspirant leraren. De

vraag is dan ook: hoe kunnen de goede voornemens in het Actieplan ook daadwerkelijk gerealiseerd worden…?

Hoe kunnen universitaire lerarenopleidingen ervoor zorgen dat iedere student maatwerk krijgt?

Op dit moment maken vijf universiteiten (de drie TU’s, Radboud Universiteit en UU) regelmatig gebruik van hetzelfde assessmentcentrum en werken ook de VU en de UvA intensief samen. In het eerder aangehaalde Actieplan wordt aangegeven dat toegewerkt gaat worden naar innovatie van de lerarenopleiding en naar een consistent toelatingsbeleid dat de toegankelijkheid vergroot, inclusief een landelijk regiepunt voor toelatingsassessments. De doelen worden heel concreet omschreven als te behalen resultaten voor het collegejaar 2020/21 en uitgewerkt in activiteiten en werkpakketten, die worden toegewezen aan projectteams die daarvoor verantwoordelijk zijn. Daarmee zetten de ULO’s/ICL heel concrete stappen in een richting waarover al langer gesproken wordt.

In een overleg hierover met de werkgroep van ICL heeft DNA van de Leraar aangegeven dat we deze aanpak zeer toejuichen en vanuit de ervaring die we hebben opgedaan met concrete casussen, graag bereid zijn om waar nodig advies en ondersteuning te geven. Daarbij hebben we o.a. aangegeven dat het verstandig lijkt om:

- Bij de inrichting van een landelijk assessmentcentrum gebruik te maken van de reeds ontwikkelde expertise en het samenwerkingsmodel van de Medische Faculteiten bij de doorontwikkeling van de Interuniversitaire Voortgangstoets.

- Alsnog op enigerlei wijze aan te haken bij de landelijke pilot Leeruitkomsten en zo tijdens de duur van deze pilot (tot 2021) de

66 ruimte te nemen en te krijgen voor leerwegonafhankelijke toetsing en het ontwikkelen van leeruitkomstengerichte programma’s.

- Samen met de assessoren van de hbo-lerarenopleidingen (verenigd in de werkgroep LENA) na te gaan hoe de samenwerking met LENA en de Landelijke Assessorendag versterkt kan worden.

67

In document Maatwerk – Wie neemt de regie? (pagina 64-67)