• No results found

Achtergronden bij de financiering van terrorisme

Dit hoofdstuk gaat allereerst nader in op de fenomenen extremisme en terrorisme. Daarbij worden de verschillende vormen van terrorisme beschreven, alsmede de verscheidenheid in organisatiegraad van terroristische organisaties. In paragraaf 3.2 volgt een korte beschrijving van de terroristische activiteiten die in de periode 2018-2019 in Nederland hebben plaatsgevonden. Paragraaf 3.3 geeft een beschrijving van de terroristische dreiging voor Nederland in mei 2020. Paragraaf 3.4, ten slotte, richt zich op terrorismefinanciering, waarbij eveneens wordt ingegaan op de middelen die er zijn gemoeid met het plegen van terroristische activiteiten.

3.1 Extremisme en terrorisme

Extremisme

Volgens de AIVD kan extremisme in zijn uiterste vorm tot terrorisme leiden, name-lijk wanneer maatschappij-ontwrichtende schade wordt aangericht en/of grote groepen mensen angst wordt aangejaagd. De AIVD beschrijft extremisme als volgt: ‘het actief nastreven en/of ondersteunen van diepingrijpende veranderingen in de samenleving die een gevaar kunnen opleveren voor (het voortbestaan van) de democratische rechtsorde, eventueel met het hanteren van ondemocratische methodes die afbreuk kunnen doen aan het functioneren van de democratische rechtsorde’. De methodes die extremistische personen of groeperingen inzetten, kunnen zowel gewelddadig (bijvoorbeeld geweldplegingen of mishandelingen) als niet-gewelddadig (bijvoorbeeld systematisch haatzaaien, verspreiden van desinfor-matie en intimideren) zijn.39 Een voorbeeld van extremisme die in zijn uiterste vorm tot terrorisme kan leiden, is het verspreiden van radicaal gedachtegoed door religi-euze (onderwijs)instellingen. Dit kan bedoeld of onbedoeld ertoe leiden dat bepaalde personen gestimuleerd worden om een terroristische daad te plegen. In die gevallen vormt het verspreiden van radicaal gedachtegoed in feite een potentiële voorfase van terrorisme.

Terrorisme

De NCTV hanteert de volgende definitie voor terrorisme: ‘het uit ideologische motie-ven plegen van op mensenlemotie-vens gericht geweld, dan wel het aanrichten van maat-schappij-ontwrichtende zaakschade, met als doel maatschappelijke ondermijning en destabilisatie te bewerkstelligen, de bevolking ernstige vrees aan te jagen of politieke besluitvorming te beïnvloeden’.40

Schulten et al. onderscheiden de volgende vormen van terrorisme waarbij de aanlei-ding voor terrorisme centraal staat:41

 Religieus gemotiveerd terrorisme. Voorbeelden hiervan zijn de terroristische activiteiten van ISIS (Islamitische Staat in Irak en Al-Sham) en Al-Qaida, en – daaraan gerelateerd – de Nederlandse ‘uitreizigers’ en ‘terugkeerders’ (zie later in deze paragraaf voor meer info) die in de afgelopen jaren hebben meegestreden met onder meer ISIS.

39 www.aivd.nl/onderwerpen/extremisme. 40 NCTV (2016).

 Rechts-extremistisch gemotiveerd terrorisme. Een voorbeeld hiervan is de rechts-terroristische aanslag in het Nieuw-Zeelandse Christchurch gericht tegen moslims (maart 2019).

 Links-extremistisch gemotiveerd terrorisme. Een voorbeeld hiervan zijn de terroristische activiteiten die de Rote Armee Fraktion (RAF) in de periode 1970-1998 in Duitsland verrichtten.

 Nationalistisch en separatistisch gemotiveerd terrorisme. Voorbeelden hiervan zijn terroristische activiteiten van de Irish Republican Army (IRA) in Ierland, de Partiya Karkerên Kurdistanê (Koerdische Arbeiderspartij PKK) in Turkije en Iraaks-Koerdistan, en de Euskadi Ta Askatasuna (ETA) in Spanje.

 Single-issue gemotiveerd terrorisme. Hierbij kan gedacht worden aan (groepen) personen die terroristische daden plegen met een ideologisch motief, bijvoorbeeld wat betreft single issues als anti-abortus of dierenrechten.

Terroristische organisaties kennen een grote diversiteit qua organisatiegraad, varië-rend van omvangrijk en complex, zoals ISIS, Al-Qaida en Boko Haram, tot kleine gedecentraliseerde groepen met een platte organisatie. Daarnaast kunnen individuen, zogeheten lone actors, terroristische daden plegen zonder dat ze zijn verbonden aan een terroristisch netwerk.42 Keatinge en Keen omschrijven deze laatste categorie als volgt: ‘de dreiging met of het gebruik van geweld door een enkele dader, niet handelend uit puur persoonlijk-materiële redenen, met als doel een breder publiek te beïnvloeden en te handelen zonder directe ondersteuning bij de planning, voorbereiding en uitvoering van de aanval. De beslissing om te hande-len wordt niet geleid door een groep of andere individuen, hoewel het misschien door anderen is geïnspireerd.’43 In een rapport van de Egmont Group of Financial Intelligence Units44 wordt aangegeven dat lone actors individueel aanvallen plegen maar tegelijkertijd zelden zonder enige externe invloed of ondersteuning handelen. Ondanks dat ze alleen handelen, kunnen ze toch worden beïnvloed door de ideolo-gieën van terroristische organisaties waarmee ze contact hebben of hadden.45

3.2 Terroristische activiteiten in Nederland

In de periode 1970-2017 zijn er in de Global Terrorism Database voor Nederland 128 terroristische incidenten geregistreerd waarbij in totaal 36 dodelijke slachtoffers vielen. Terroristische aanslagen met tientallen slachtoffers hebben zich in Nederland niet voorgedaan. Het aantal dodelijke slachtoffers als gevolg van terrorisme is in Nederland dan ook laag in vergelijking met de meeste omliggende landen.46

Volgens de AIVD was in 2018 sprake van een toename van incidenten met een jihadistische, terroristische of radicaalislamitische achtergrond in Nederland. In

42 De Goede (2007). 43 Keatinge & Keen (2017).

44 De Egmont Group of Financial Intelligence Units is een wereldwijd orgaan van 164 FIU’s. De Egmont Group biedt een platform voor veilige uitwisseling van expertise en financiële informatie om witwassen en terrorismefinan-ciering te bestrijden.

45 Egmont Group of Financial Intelligence Units (2019).

46 www.start.umd.edu/gtd/search/Results.aspx?search=netherlands&sa.x=0&sa.y=0. De Global Terrorism Database biedt informatie tot en met het jaar 2017.

dat jaar deden zich enkele voorvallen voor waarbij de dader vermoedelijk vanuit een jihadistisch of radicaalislamitisch motief handelde of wilde handelen:47

 In mei 2018 stak een Syrische man in Den Haag drie mensen neer. Het OM verdacht de man met ernstige psychische problemen van poging tot moord met een terroristisch motief.

 In juni 2018 zijn drie personen in Rotterdam aangehouden waarvan er twee werden verdacht van het voorbereiden van een terroristische aanslag in Frankrijk. Het is volgens de AIVD niet uitgesloten dat zij ook Nederlandse doelwitten

overwogen.

 In augustus 2018 vond op het Amsterdamse Centraal Station een steekpartij plaats waarbij een 19-jarige Afghaan die uit Duitsland kwam, twee mensen ernstig verwondde. De man verklaarde dat hij wraak wilde nemen vanwege een cartoonwedstrijd over de profeet Mohammed, die PVV-leider Geert Wilders in het voorjaar had aangekondigd. In oktober 2019 is de man veroordeeld tot een gevangenisstraf van bijna 27 jaar.

 In augustus 2018 is op het Centraal Station van Den Haag een Pakistaan gearres-teerd die een aanslag wilde plegen op Wilders, vanwege de door de politicus aangekondigde cartoonwedstrijd over de profeet Mohammed.

 In september 2018 zijn zeven jihadisten aangehouden die volgens de AIVD tot een jihadistisch netwerk behoorden waarvan de oorsprong in Arnhem lag. Zij waren voorbereidingen aan het treffen voor een terroristische aanslag op een grootschalig evenement in Nederland.

In 2019 deden zich de volgende voorvallen voor:

 In maart 2019 vond een aanslag plaats in een tram in Utrecht waarbij vier doden en twee zwaargewonden vielen. In maart 2020 is de man veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf voor de schietpartij met terroristisch oogmerk. Hij is schuldig bevonden aan moord op vier mensen, poging tot moord op drie mensen en bedreiging met een terroristisch misdrijf van zeventien mensen.48

 In november 2019 zijn twee mannen uit Zoetermeer aangehouden die worden verdacht van het voorbereiden van een terroristische aanslag. Zij zouden van plan zijn geweest een aanslag met bomvesten en een of meer autobommen te plegen maar hadden daar nog niet de beschikking over.49

Naast jihadistisch terrorisme waren er de afgelopen jaren in Nederland ook enkele incidenten met rechtsextremistisch terrorisme die leidden tot veroordelingen. In 2016 was er een aanslag met molotovcocktails bij een moskee in Enschede waarbij geen slachtoffers vielen. De daders werden veroordeeld tot gevangenisstraffen van 36 en 30 maanden.50 In 2018 werd een rechtsextremist veroordeeld tot 36 maanden cel vanwege het voorbereiden van een terroristische aanslag.51

47 AIVD (2019). 48 www.rechtspraak.nl/Organisatie-en-contact/Organisatie/Rechtbanken/Rechtbank-Midden-Nederland/Nieuws/Paginas/Levenslang-voor-schietpartij-in-tram-op-24-Oktoberplein-Utrecht.aspx. 49 NCTV (2019b). 50 https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHARL:2018:1864. 51 https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id =ECLI:NL:RBGEL:2018:5215.

In de vorige NRA van 2017 is gerapporteerd dat er toen in Nederland zes zaken waren geregistreerd met een strafrechtelijke veroordeling op het terrein van terro-rismefinanciering.52 Dat aantal is sindsdien opgelopen naar twaalf veroordelingen.53

Bijna alle veroordelingen hebben betrekking op het leveren van financiële onder-steuning van vrienden of familieleden die naar strijdgebieden zijn uitgereisd (zie volgende paragraaf voor meer informatie over ‘uitreizigers’). Daarnaast lopen momenteel circa 35 tf-onderzoeken met 50 verdachten. Ook de meeste van deze lopende zaken hebben betrekking op het financieren van uitreizigers in strijd-gebieden door vrienden en familie.

3.3 Huidige terroristische dreiging in Nederland

In mei 2020 heeft de NCTV het dreigingsniveau in Nederland vastgesteld op niveau drie (‘aanzienlijk’) van vijf: een aanslag is ‘voorstelbaar’ waarbij vooral gedacht wordt aan een aanslag van eenlingen of kleine groepen met een jihadistisch motief of uit een andere extremistische hoek.54 De huidige terroristische dreiging wordt volgens de AIVD en de NCTV vooral vanuit de jihadistische hoek verwacht.

Jihadistische dreiging

In het meest recente Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 52 (DTN 52) van de NCTV uit mei 2020 worden twee categorieën van jihadisten benoemd als bron van zorg:55 (1) de gedetineerde jihadisten die elkaar negatief beïnvloeden en nieuwe netwerken vormen en (2) de ‘uitreizigers’ (personen die zijn uitgereisd naar een strijdgebied in Syrië of een ander land om daar deel te nemen aan de jihadistische strijd) en ‘terugkeerders’ (uitreizigers die terugkeren naar Nederland) die bij terroristische groepen zijn aangesloten en strijdervaring hebben opgedaan. Daarbij benoemt de NCTV specifiek ook de geweldsdreiging die van vrouwelijke terugkeer-ders kan uitgaan. De dreiging van de potentiële terugkeerterugkeer-ders bestaat uit de

strijdervaring die ze hebben opgedaan in de periode dat ze bij terroristische groepen verbleven. Mannen hebben daar vaak excessief geweld meegemaakt, zijn onder-wezen in de jihadistische geweldsideologie en kunnen in het strijdgebied training, gewelds- en gevechtservaring hebben opgedaan, alsmede ervaring in het gebruik van wapens en explosieven.

Volgens DTN 52 bedraagt het totale aantal naar Syrië en Irak uitgereisde personen circa 300. Hiervan zijn er ongeveer 100 gesneuveld en zijn er 60 personen terug-gekeerd. In totaal bevinden zich nog circa 145 uitreizigers in Syrië en omringende landen, waarvan ongeveer vijftig volwassenen verblijven in opvangkampen of in detentie in Noordoost-Syrië. Ongeveer vijftien uitreizigers bevinden zich in Turkije. Er verblijven nog minimaal 205 minderjarigen met een Nederlandse band in het voormalige strijdgebied, waarvan er 90 zijn ondergebracht in de opvangkampen in Noordoost-Syrië. Bijna 90% van deze minderjarigen is jonger dan negen jaar.

52 Van der Veen en Heuts (2017b).

53 Aantal verkregen uit mailwisseling met OM op 8 april 2020. Het gaat om de volgende zaken die op rechtspraak.nl staan geregistreerd onder ECLI:NL:RBROT:2019:8646, ECLI:NL:RBROT:2019:8645, ECLI:NL:RBROT:2019:5342, ECLI:NL:RBROT:2019:2505, ECLI:NL:RBROT:2019:2504, ECLI:NL:RBROT:2019:2482,

ECLI:NL:RBROT:2019:2481, ECLI:NL:RBROT:2019:322, ECLI:NL:GHDHA:2017:642, ECLI:NL:GHDHA:2019:102, ECLI:NL:RBROT:2016:1266, ECLI:NL:RBROT:2016:1264.

54 NCTV (2020). 55 NCTV (2020).

In paragraaf 3.1 kwam al aan de orde dat er een relatie kan bestaan tussen het ver-spreiden van radicaal gedachtegoed door religieuze (onderwijs)instellingen en het plegen van terroristische daden door geradicaliseerde personen. In de recentelijk uitgevoerde parlementaire ondervraging over de financiering van moskeeën in Nederland vanuit het buitenland stonden de onwenselijke effecten van deze financiering van gedachtegoed centraal, omdat deze vorm is te verbinden aan radicaliseringsprocessen die veelal vooraf gaan aan het plegen van terroristische activiteiten.56 Deze NRA besteedt daarom ook aandacht aan deze financiering vanuit het buitenland. Volgens de AIVD kan financiële steun van islamitische instellingen vanuit het buitenland gepaard gaan met inmenging op ideologisch vlak. Radicaal-islamitische ‘aanjagers’ hebben zich volgens de inlichtingendienst sterk weten te positioneren binnen het aanbod van het onderwijs voor jonge moslims. Als gevolg van onverdraagzame en antidemocratische denkbeelden kunnen kinderen en jong-volwassenen vervreemden van de samenleving en mogelijk worden belemmerd in hun deelname aan de maatschappij. De inlichtingdienst geeft aan dat het voorheen slechts om enkele gevestigde moskeeën en onderwijsinstellingen ging die dit gedachtegoed verspreidden, maar dat het aanbod inmiddels wijdvertakt is.57

Rechts-extremistische dreiging

Bij rechts-extremisme staan volgens de AIVD één of meer van de volgende denk-beelden centraal: vreemdelingenhaat, haat jegens vreemde (cultuur)elementen en ultranationalisme.58 In haar Jaarverslag 2019 beschrijft de AIVD de belangrijkste denkbeelden van rechts-extremisten in Nederland: anti-islamideeën en het alt-rechts gedachtegoed:59

 Anti-islamideeën. De AIVD ziet het anti-islamstandpunt als de belangrijkste nieuwe ideologische drijfveer die de afgelopen jaren steeds meer naar voren kwam.

 Alt-rechts gedachtegoed. De AIVD stelt dat de Nederlandse alt-rechtsbeweging uiteindelijk als doel heeft een autoritair politiek bestel te realiseren dat alleen de grondrechten van de witte burger (man) waarborgt.

Over de rechts-extremistische scene zegt DTN52 dat in Nederland in vergelijking met andere EU-landen sprake is van een klein aantal extremistische geweldsinci-denten. De NCTV geeft ook aan dat de Nederlandse rechts-extremistische scene wat betreft aantallen, organisatiestructuren, financiering en geweldsbereidheid on-vergelijkbaar is met de ons omringende landen, maar dat een rechts-terroristische aanslag door een eenling in Nederland voorstelbaar blijft. Deze inschatting is vooral gebaseerd op de mogelijkheid dat een Nederlandse eenling radicaliseert en via online invloeden tot een rechts-extremistische geweldsdaad overgaat. De organi-satiegraad van de Nederlandse rechts-extremistische scene is laag. Eenlingen inspireren zich vooral online. Uit een eind 2019 gehackte database van een fascistische en neonazistische besloten webforum blijkt dat een kleine groep van tien à vijftien Nederlandse rechts-extremisten internationaal online actief was en zocht naar rechts-extremistische content. Daarbij viel het gewelddadige taalgebruik op.60 De NCTV en de AIVD zien het gebruik van geweld door rechts-extremistische eenlingen of kleine groepen als een reëel risico.

56 www.tweedekamer.nl/kamerleden_en_commissies/commissies/pocob. 57 AIVD (2019). 58 www.aivd.nl/onderwerpen/extremisme/rechts-extremisme. 59 AIVD (2020). 60 NCTV (2020).

Hoewel de grootste terroristische dreiging momenteel verwacht wordt vanuit de jihadistische hoek, valt – mede in het licht van enkele incidenten in andere Europese landen – niet uit te sluiten dat terrorisme vanuit een rechts-extremistische hoek de komende jaren in Nederland zal voorkomen. Wereldwijd neemt de dreiging van rechts-extremistisch terrorisme volgens de Global Terrorism Index 2018 toe. In de periode 2013-2017 waren er bij 113 aanslagen 66 sterfgevallen als gevolg van terrorisme veroorzaakt door rechts-extremistische groepen en personen. Binnen de EU waren in die periode twaalf aanvallen in het Verenigd Koninkrijk, zes in Zweden en twee in Griekenland en Frankrijk. In de VS waren er in 2017 dertig aanslagen die resulteerden in zestien doden. De meeste aanvallen werden uitgevoerd door lone actors met rechts-extremistische, nationalistische of anti-islamitische overtuigin-gen.61 In 2019 vonden in het buitenland enkele terroristische daden met een rechts-extremistisch motief plaats. Eerder werd al de aanslag gericht tegen moslims in het Nieuw-Zeelandse Christchurch genoemd. Andere voorbeelden van terroristische daden met een rechts-extremistisch motief in 2019 zijn een politieke moord in het Duitse Kassel, twee moorden in het Duitse Halle en een aanslag in het Amerikaanse El Paso.

Links-extremistische dreiging

Onder links-extremisme verstaat de AIVD vooral het antifascistisch extremisme, antiglobalisme of het verzet tegen het Nederlandse asiel- en vreemdelingenbeleid die een bedreiging vormt voor de democratische rechtsorde.62 Volgens het Jaar-verslag 2019 van de AIVD bleven gewelddadigheden bij ‘linkse’ groeperingen uit in 2019 en concentreerden zij zich op activisme in de vorm van demonstraties en burgerlijke ongehoorzaamheid. De (geweldloze) acties vanuit de linkse hoek concentreerden zich op thema’s zoals antiracisme, LHBTQI63-tolerantie en de klimaatstrijd. De AIVD wijst er op dat ontwikkelingen zoals de opkomst van rechts-extremisme en verdere polarisering in de samenleving links-rechts-extremisme kunnen laten opleven.64

Een terroristische dreiging vanuit links-extremistische hoek lijkt vooralsnog niet te bestaan in Nederland. Volgens de NCTV is de extreemlinkse beweging in Nederland, in vergelijking met Duitsland en Frankrijk, beperkt in omvang en activiteit. Acties beperken zich voornamelijk tot het woord in plaats van de daad. Soms vindt een bescheiden demonstratie plaats, bijvoorbeeld in reactie op anarchistische ontwik-kelingen in Griekenland, of worden posters met opruiende teksten verspreid uit solidariteit met vluchtelingen.65 Deze gebeurtenissen kunnen niet onder de noemer ‘terrorisme’ geschaard worden.

Overige dreigingen

In Nederland lijkt op dit moment geen sprake van een dreiging van nationalistisch, separatistisch of single issue gemotiveerd terrorisme.66

61 Global Terrorism Index 2018.

62 www.aivd.nl/onderwerpen/extremisme/links-extremisme.

63 LHBTQI staat voor Lesbisch, Homoseksueel, Biseksueel, Transgender, Queer en Interseksueel. 64 AIVD (2020).

65 NCTV (2020). 66 AIVD (2020).

3.4 Terrorismefinanciering

De financiering van terrorisme heeft tot doel het optreden van terrorisme mogelijk te maken. Artikel 421 van het WvSr gaat in op de strafbaarstelling van het finan-cieren van terrorisme. Hierin staat dat een persoon strafbaar handelt wanneer deze financiële steun verleent aan het plegen van een terroristisch misdrijf of aan een misdrijf ter voorbereiding of vergemakkelijking van een terroristisch misdrijf. In het artikel wordt verwezen naar andere artikelen van het WvSr waarin deze verschil-lende typen (terroristische) misdrijven nader worden toegelicht. Zoals in hoofdstuk 1 al aan bod kwam, kan het bij terrorismefinanciering gaan om financiering van terroristische activiteiten in Nederland (al dan niet vanuit het buitenland) maar ook om de financiering van terroristische activiteiten in het buitenland vanuit Nederland. De financiële middelen die gebruikt worden voor terrorismefinanciering, kunnen zowel een criminele als een legale herkomst hebben.

De verscheidenheid in de organisatiegraad van terroristische organisaties is van invloed op de omvang van de benodigde financiering van terrorisme. Volgens De Goede zijn de kosten voor het plegen van terroristische daden beperkt, zeker in het licht van de schadeomvang die terrorisme veroorzaakt.67 Als hoogste worden de kosten van de 9/11 aanslagen in New York en Washington geschat, op US$ 400.000 tot US$ 500.000. Voor de aanslagen in Madrid in 2004 zijn de berekende kosten € 54.271 en voor de aanslagen in Londen in 2005 UK£ 8.000. Voor de aanslagen in Parijs in 2015 lopen de kostenberekeningen uiteen, afhankelijk van wat er in meegenomen wordt, van € 30.000 tot € 82.000.68 Een onderzoek naar de kosten van zeven aanslagen in Europa met een grote impact in de periode 2015-2017 wees uit dat deze aanslagen in de meeste gevallen zijn gefinancierd met minder dan € 10.000.69 In paragraaf 3.2 zijn enkele recente aanslagen en andere terroristische activiteiten beschreven die zich in de periode 2018-2019 in Nederland hebben voor-gedaan. Over de bedragen die hieraan zijn te verbinden, is weinig bekend. Wel wijst de aard van deze activiteiten erop dat er waarschijnlijk geen grote bedragen mee gemoeid zijn.

De afgelopen decennia lieten wijzigingen zien in de aard van het terrorisme en (waarschijnlijk bijgevolg) de financiering ervan. De meeste aanslagen na 2001 lijken te zijn gefinancierd via beperkte en lokaal beschikbare middelen. Aan het in stand houden van terroristische organisaties zijn echter hoge kosten verbonden. De kosten omvatten onder meer de rekrutering van terroristische strijders, het plannen van terroristische daden, het verzorgen van training, levensonderhoud, reiskosten, het onderhoud van het terroristische netwerk, de aanschaf van wapens, public relations en propaganda. Over de financiering van de (hoge) kosten van terroris-tische organisaties is bekend dat voor Al-Qaida internationale donaties belangrijk waren70 en dat ISIS zich voornamelijk financierde door het exploiteren van haar grondgebied (smokkel van olie en gas, diefstal en plundering van publieke goederen, verkoop van kunstschatten) en de daar woonachtige bevolking (belastingheffingen en diefstal).71

67 De Goede (2007).

68 Wesseling & De Goede (2018). 69 Wesseling & De Goede (2018). 70 Wesseling & De Goede (2018). 71 Jonsson (2015).

In de afgelopen jaren zijn er eveneens nieuwe ontwikkelingen geweest in de financiële en de IT-sector. Nieuwe betaalmiddelen zoals virtuele valuta’s (o.a.