• No results found

Aanbevelingen

In document “Leren Ondernemen” (pagina 77-88)

Hoofdstuk 4. Conclusie en aanbevelingen

4.2 Aanbevelingen

De aanbevelingen geven antwoord op de zesde deelvraag: “Welke mogelijkheden tot verbetering zijn er met betrekking tot leren ondernemen?”. De aanbevelingen zijn opgesteld aan de hand van de algemene conclusies uit het onderzoek en gelden voornamelijk voor de onderwijsinstellingen.

1) Versnipperd en ad-hoc

 Er moet 1 Noordelijke of provinciale instelling komen die goede ondernemerschapsprojecten, initiatieven en vakken aanbiedt. Een zogenaamd ondernemerschapscentrum. Zo ontstaat meer structuur in het aanbieden van projecten en initiatieven. Daarnaast moet zo´n

centrum niet een “eenheidsworst” worden van 1

ondernemerschapsopleiding, maar moeten verschillende richtingen aangeboden worden die gericht zijn op bepaalde branches, doelgroepen of opleidingen. Studenten en buitenstaanders hebben een duidelijk overzicht en kunnen de keuze voor een bepaalde opleiding beter afwegen. Binnen de Hanze Hogeschool is reeds een dergelijk centrum opgericht; het Expertisecentrum Ondernemerschap en Markt.

 Onderwijsinstellingen moeten meer samenwerken op het gebied van ondernemerschap. Er moet een “van elkaar leren”-mentaliteit ontstaan. Het is niet nodig om het wiel tweemaal uit te vinden. Binnen onderwijsinstellingen moet ondernemerschap transparant zichtbaar zijn. Studenten kunnen dan een bewuste keuze maken voor een bepaalde opleiding.

2) Docenten zijn niet opgeleid om ondernemerschap te onderwijzen

 Docenten zijn vaak gebonden aan de regels en lijnen die van bovenaf

worden opgelegd. Onderwijsinstellingen moeten docenten meer de mogelijkheid geven om kennis te nemen van het begrip ondernemerschap. Door docenten bijvoorbeeld op docentstages te sturen naar het regionale bedrijfsleven. Zo ontstaat een soort kennisontsluiting tussen het onderwijs en het bedrijfsleven.

 Onderwijsinstellingen moeten ondernemers uitnodigen om gastcolleges

of workshops te geven. De studenten spreekt dit aan, omdat ze een reëel voorbeeld krijgen van een ondernemer uit de praktijk.

3) Beleid onderwijs en ondernemerschap

 Aangezien het begrip ondernemerschap relatief nieuw is binnen het onderwijs, bestaat er geen structureel beleid ten aanzien van dit onderwerp. Ondernemerschap en een ondernemende houding moeten structureel ingebed worden in het curriculum van elke opleiding, waarin duidelijk geformuleerd is wat het begrip inhoudt (competenties en karaktereigenschappen) en hoe dit gemeten wordt.

 Onderwijsinstellingen moeten een actief alumnibeleid voeren, dat rekening houdt met studenten die een eigen onderneming starten tijdens of na de opleiding. De onderwijsinstellingen houden hierdoor contact met nieuwe ondernemers, die inhoudelijk iets kunnen betekenen voor de onderwijsinstelling op het gebied van leren ondernemen.

4) Meetbaarheid van ondernemerschap

 Ondernemerschap moet meetbaar gemaakt worden. Het leren

ondernemen moet achterhaald kunnen worden en te herleiden zijn naar een onderwijsinstelling. Onderwijsinstellingen moeten een actief alumnibeleid voeren, waardoor ze beter inzicht hebben in het aantal starters vanuit een bepaalde opleiding; ze kunnen daarop inspelen.

 De Kamers van Koophandel kunnen extra informatie achterhalen bij de

inschrijving van een nieuwe ondernemer. Bij de registratie van een nieuwe ondernemer kunnen vragen gesteld worden: `Waar bent u geschoold?´, `Welke opleiding heeft u genoten?´ en `Heeft de opleiding invloed gehad op het besluit om ondernemer te worden?´. Dit kan gedaan worden in de startende leeftijdsgroep 20-30 jaar. Oudere leeftijdsgroepen zijn meestal niet meer relevant om te relateren aan de betrokken onderwijsinstelling.

Onderwijsinstellingen kunnen, wanneer ondernemerschap meetbaar wordt gemaakt, getoetst worden op het begrip ondernemerschap. Studenten kunnen zien welke onderwijsinstellingen daadwerkelijk ondernemend zijn en ondernemers afleveren.

Vervolgonderzoeken:

- Onderzoek naar de meningen van studenten die de opleidingen volgen. Dit

onderzoek heeft zich alleen gericht op leidinggevenden en docenten en is daarom vrij subjectief.

- AOC´s betrekken bij het onderzoek.

- Andere MBO- en HBO-opleidingen erbij betrekken, die nog niet zijn meegenomen binnen dit onderzoek, zoals Zorg en PABO.

- Onderzoek naar een centrum voor ondernemerschap, provinciaal dan wel

Noordelijk.

- Onderzoek naar het voortgezet- en basisonderwijs met betrekking tot leren ondernemen. Eventueel de mogelijkheden onderzoeken bij de PABO voor het onderwijzen van het vak ondernemerschap op scholen.

- Onderzoeken hoe docenten binnen onderwijsinstellingen zelf

ondernemender worden, zodat ze het beter over kunnen brengen op de studenten.

- Onderzoek naar juiste toetsing van competenties en

karaktereigenschappen voor leren ondernemen.

- Onderzoek naar het meetbaar maken van ondernemerschap op

onderwijsinstellingen. Het mogelijk maken om te kunnen achterhalen waar ondernemers geschoold zijn.

Referenties

- ANP (2006), Ondernemer spelen populair, Leeuwarder Courant, 31 mei

- ANP (2006), Ondernemers, Dagblad van het Noorden, Groningen, 27 mei

- Bull, I. (1991), Toward a theory of entrepreneurship, Faculty working paper 91-0107, Bureau of Economic and Business Research, University of Illinois at Urbana Champaign, Handboek Ondernemers en Adviseurs, ISBN: 90-200-2414-0, Kluwer, Deventer.

- Burggraaf, W., Floren, F., Kunst, J. (2005), Ondernemerschap en

ondernemen, Netwerkpers, Zwolle.

- Cantillion, R. (1755), Essai sur la nature du commerce en general.

- De Groot, W. (2006), Verhouding Onderwijsniveau en Innovatief

Ondernemerschap, Leeuwarden.

- Driessen, M. P., Zwart, P. S. (1998), The role of the entrepreneur in Small

business success: the entrepreneurship scan,

http://www.ondernemerstest.nl/, Rijksuniversiteit Groningen.

- EIM (2004), Tabel cohorten over 1988 – 1997, Zoetermeer.

- Emans, B. (2002), Interviewen. Theorie, techniek en training, Wolters-Noordhoff, Groningen.

- Harlaar, M., Droste, H. (2004), Persoonlijk ondernemerschap in een

notedop, ISBN: 9001259065, Wolters-Noordhoff, Groningen.

- Jansen, T., (2002), ‘Nieuw’ Ondernemerschap in de kennis- en

netwerkeconomie, EIM, Zoetermeer

- Kao, R. W. Y. (1995), Fundamentals of Small business en entrepreneurship,

sheets college 2005, Rijksuniversiteit Groningen.

-- Kirzner, (1973) I. M. (1973), Competition and Entrepreneurship, Chicago: University Press, Handboek Ondernemers en Adviseurs, ISBN: 90-200-2414-0 Kluwer, Deventer.

- Kleverlaan, R., (2002), De academische entrepreneur, Universiteit van Amsterdam.

- Knight, F., (1921), Risk, uncertainty and profit, University of Chicago

- Knight, F. (1921), Risk, Uncertainty and Profit, Boston: Houghton Mifflin, Entrepreneurship, Strategies and Resources (2003), Pearson Education Limited, ISBN: 81-7758-202-X.

- Livesay, H. C. (1982), `Entrepreneurial history´, Encyclopedia of

entreprneurship, Englewood Cliffs, Handboek Ondernemers en Adviseurs, ISBN: 90-200-2414-0 Kluwer, Deventer.

- McClelland, D. C., (1961), The achieving society, Princeton New York.

- Ministerie van Economische Zaken – Van Gennip, C. E. G. (2003), Notitie: `in actie voor ondernemers´, Den Haag

- Ministerie van Economische Zaken en Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (1999), Kabinetsnota: ´De ondernemende samenleving´, Den Haag.

- Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en het Ministerie van Economische Zaken (2001), Partnership Leren ondernemen.

- Minnema, D., (2006), Ondernemerschap in het Havo- / Vwo-onderwijs,

Universitair Onderwijs Centrum Groningen.

- Morris, M.H., Kuratko, D.F., Schindehutte, M. (2001), Towards integration:

Understanding entrepreneurship through frameworks, The international journal of entrepreneurship and innovation, ISSN: 1465-7503

- Mulder, R., ten Cate, R. (2006), Innovatief Ondernemen, Pearson Prentice Hall, ISBN: 9043011703.

- Nandram, S. S., Samsom, K. J. (2000), ‘Succesvol Ondernemen: eerder een kwestie van karakter dan van kennis´, Onderzoeksrapportage, Nyenrode Business University, Breukelen.

- Navis, J-W. (2006), Rutte dwingt tot ondernemerschap, Universiteitskrant

Rijksuniversiteit Groningen, Jaargang 35, nummer 32

- Ofman, D. (2002), Bezieling en kwaliteit in organisaties, ISBN:

9021535939, Kosmos, Utrecht.

- Risseeuw, P., Thurik, R. (2003), Handboek Ondernemers en Adviseurs, ISBN: 90-200-2414-0, Kluwer, Deventer.

- Say, J. B., (1803), Traite d´economie politique.

- Schumpeter, J. A., (1911), Theorie der Wirtschaftlichen Entwicklung.

- Schumpeter, J. A. (1934), The theory of economic development,

Cambridge, MA: Harvard University Press, Entrepreneurship, Strategies and Resources (2003), Pearson Education Limited, ISBN: 81-7758-202-X.

- Senge, P. M. (1995), Het vijfde discipline praktijkboek, ISBN:

9052611610, Sdu Uitgevers, Den Haag.

- Sharma, P., Chrisman, J. J., (1999), Toward a reconciliation of the definitional issues in the field of corporate entrepreneurship, Entrepreneurship Theory and Practice.

- Steffenson, M., Rogers, E. M., Speakman, K., (1999), Spin-offs from research centers at a research university, Journal of Business Venturing, New York.

- Timmons, J. A., Stevenson, H. M., e.a. (1987), Opportunity recognition: the core of entrepreneurship, Frontiers of entrepreneurship research, Babson College

- Timmons, J. (1994), Fundamentals of Small business en entrepreneurship, sheets College 2005, Rijksuniversiteit Groningen.

- Van der Kuip, I., Verheul, I. (2003), Early Development of entrepreneurial

qualities: the role of initial education, EIM, Zoetermeer.

- Van Gennip, C. E. G. / Ministerie van Economische Zaken (2006),

Discussienotitie voor aanpak ondernemerschap binnen hoger onderwijs, Offensief voor ondernemerschap in het hoger onderwijs, Den Haag.

- Verhoeven, W., Gibcus, P., de Jong - ´t Hart, P. (2005), Bedrijvendynamiek

in Nederland: goed of slecht?, EIM, Zoetermeer

- Wennekes, A. R. M. (2001), De succesvolle ondernemer, ondernemers

vertellen over succes en falen, Publicatienummer 11B112, Ministerie van Economische Zaken, Den Haag.

- Wennekes, A. R. M. (2001), De succesvolle ondernemer, afbeelding uit sheets college Fundamentals of Small business en entrepreneurship (2005), Rijksuniversiteit Groningen.

- Zwart, P. S., (2005), Fundamentals of Small business en entrepreneurship, sheets college 2005, Rijksuniversiteit Groningen.

- Zwart, P. S., (2006), New Ventures en Entrepreneurship, sheets college 2006, Rijksuniversiteit Groningen.

Internet:

- www.lerenondernemen.nl, (2006).

- www.cfi.nl, (2006), database van ministerie van OC&W, onderwijsinstellingen. - Gepubliceerd artikel: Ben jij geschikt als ondernemer? (2005), Planet,

(http://www.planet.nl/planet/show/id=75346/contentid=90193/sc=8d5407). - Ministerie van Economische Zaken: Onderwijs en Ondernemerschap (2006),

http://www.minez.nl/content.jsp?objectid=141823, 10 september.

- Rutte, M. (2006), www.ondernemersplein.nl, 4 vragen aan…

http://www.ondernemersplein.nl/rubriek.php?p=91

- Van Gennip, C. E. G. (2006) www.ondernemersplein.nl, 4 vragen aan…

http://www.ondernemersplein.nl/rubriek.php?p=92

- Driessen, M. P. (2006), www.ondernemersplein.nl, 4 vragen aan…

http://www.ondernemersplein.nl/rubriek.php?p=277

- NIPOS Examens (Nederlands Instituut voor Persoonlijk Ondernemerschap) (2006), http://www.nipos.nl/

- Rijksuniversiteit Groningen (2006), www.rug.nl, Major-minor structuur, http://www.rug.nl/Corporate/onderwijs/maMinStructuur

- Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (2006), www.nhl.nl.

- Van Hall Instituut (2006), www.vhall.nl.

- Christelijke Hogeschool Nederland (2006), www.chn.nl.

- Hogeschool Drenthe (2006), www.hsdrenthe.nl.

- Friesland College (2006), www.fcroc.nl. - Friese Poort (2006), www.friesepoort.nl.

- Noorderpoortcollege (2006), www.noorderpoort.nl.

- Alfa College (2006), www.alfacollege.nl.

Bijlagen

I Contactpersonen onderwijsinstellingen

II Contactpersonen extern

III Initiatieven per onderwijsinstelling verdeeld

- Noordelijke Hogeschool Leeuwarden - Christelijke Hogeschool Nederland - Van Hall Instituut

- Hanze Hogeschool Groningen

- Hogeschool Drenthe - Friesland College - Friese Poort - Noorderpoortcollege - Alfa College - Drenthe College

Bijlage I. Contactpersonen onderwijsinstellingen

In document “Leren Ondernemen” (pagina 77-88)