• No results found

AZC Paterswolde transformatie schoolgebouw

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "AZC Paterswolde transformatie schoolgebouw"

Copied!
27
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

AZC Paterswolde

transformatie schoolgebouw

Rapportage brandpreventie

COA

15 juni 2021

gemeente Tynaarlo

03 aug 2021 Behoort bij besluit van Burgemeester en Wethouders

datum:

(2)

Project AZC Paterswolde transformatie schoolgebouw

Opdrachtgever COA

Document Rapportage brandpreventie

Status Definitief 04

Datum 15 juni 2021

Referentie 126315/21-009.394

Projectcode 126315

Projectleider ing. R.A.R. Nelissen

Projectdirecteur ir. S. Delfgaauw

Auteur(s) W.G. Jansen BSc

Gecontroleerd door J.H. Huls

Goedgekeurd door ing. R.A.R. Nelissen

Paraaf

Adres Witteveen+Bos Raadgevende ingenieurs B.V.

Leeuwenbrug 8 Postbus 233 7400 AE Deventer +31 (0)570 69 79 11 www.witteveenbos.com KvK 38020751

Het kwaliteitsmanagementsysteem van Witteveen+Bos is gecertificeerd op basis van ISO 9001.

© Witteveen+Bos

Niets uit dit document mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt in enige vorm zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van

(3)

INHOUDSOPGAVE

1 INLEIDING 5

1.1 Situatie 5

1.2 Doel 8

1.3 Wettelijk kader 8

2 BEOORDELING BRANDPREVENTIE 9

2.1 Sterkte bij brand 9

2.2 Beperking van uitbreiding bij brand 9

2.3 Verdere beperking van uitbreiding van brand en beperking van verspreiding van rook 11

2.4 Vluchtroute 11

2.5 Beschermede route 11

2.6 Extra beschermde vluchtroute 12

2.7 Beperking van het ontwikkelen van brand en rook 12

2.8 Noodverlichting en vluchtroute aanduiding 13

2.9 Tijdig vaststellen van brand 13

2.10 Vluchten bij brand 14

2.11 Bestrijden van brand 16

2.12 Bereikbaarheid voor hulpverleningsdiensten 17

2.13 Aandachtspunten 17

3 SAMENVATTING 18

Laatste pagina 18

Bijlage(n)

Aantal pagina's

I Tekening terrein T001 1

II Tekening brandveiligheid B002 (hoofdgebouw A) 1

III Tekening brandveiligheid B003 (dienstwoning B) 1

IV Tekening brandveiligheid entreegebouw/dienstengebouw B001 (gebouw B) 1

(4)

1

INLEIDING

1.1 Situatie

Het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) verbouwt een bestaand schoolgebouw in Paterswolde om tot asielzoekerscentrum (AZC). Dit betreft het ‘hoofdgebouw’. Daarnaast worden er twee gebouwen (Entreegebouw en Dienstwoning) opnieuw ingedeeld ter ondersteuning van de twee jaar durende exploitatie. De nieuw in gebruik te nemen AZC ligt aan de Mevrouw Bahler Boermalaan 6, te Paterswolde.

Naast het COA zijn ook GZA (Gezondheid Zorg Asielzoekers) en Vluchtelingenwerk gebruikers.

Afbeelding 1.1 Bestaande situatie

(5)

Afbeelding 1.2 Bestaande situatie kadastraal met gebouwcodering

Zoals benoemd maken de volgende drie gebouwen deel uit van de scope:

A. hoofdgebouw: leefruimte bewoners (maximaal 148 personen); slaapzalen, keukens, sanitair, was/strijkruimtes, OLC/lesruimte, recreatie, kantoor (zie afbeelding 1.3);

B. dienstwoning VWN: kantoren Vluchtelingen Werk Nederland (VWN) (zie afbeelding 1.4);

C. entreegebouw/Dienstengebouw: receptie, COA kantoren, spreekkamers, huismeesters, GZA (zie afbeelding 1.5).

Afbeelding 1.3 Hoofdgebouw (A)

(6)

Hoofdgebouw: leefruimte bewoners (maximaal 148 personen); slaapzalen, keukens, sanitair,

was/strijkruimtes, OLC/lesruimte, recreatie, kantoor. De volgende gebruiksfuncties zijn hierbij gedefinieerd (zie bijlage):

- bijeenkomstruimte;

- kantoorfunctie;

- woonfunctie.

Totale Gebruiksoppervlakte: 1.930,9 m2.

Afbeelding 1.4 Dienstwoning (B)

Dienstwoning: kantoorruimtes ten behoeve van Vluchtelingen Werk Nederland (VWN). De volgende gebruiksfuncties zijn hierbij gedefinieerd (zie bijlage):

- kantoorfunctie.

Totale Gebruiksoppervlakte: 92,0 m2.

Afbeelding 1.5 Entreegebouw/Dienstengebouw (C)

Entreegebouw; receptie, COA kantoren, spreekkamers, huismeesters, GZA. De volgende gebruiksfuncties zijn hierbij gedefinieerd (zie bijlage):

- gezondheidszorgfunctie (zonder bedgebied);

- kantoorfunctie.

Totale Gebruiksoppervlakte; 501,1 m2.

(7)

In deze rapportage worden alle drie gebouwen beoordeeld op brandveilig gebruik en toe te passen brandveiligheidsvoorzieningen. De aangegeven gebouwcodering (A, B, C) komen steeds terug voor elk te beschouwen onderdeel (als benodigd vanuit het bouwbesluit) in hoofdstuk 2.

1.2 Doel

Het doel van dit document is om vast te stellen welke wettelijke brandveiligheidseisen van toepassing zijn, aanvullend op de gestelde eisen op gebied van brandveiligheid die COA wenst en op welke wijze deze in het bouwplan ingepast kunnen worden. Dit document geeft een overzicht van de te nemen maatregelen om een voldoende mate van brandveiligheid te bereiken. Aan de hand van de vigerende wetgeving worden de eisen en de voorzieningen beschreven. Daar waar COA aanvullende wensen/eisen heeft wordt dit expliciet aangegeven. Dit document dient als onderbouwing bij de aanvraag omgevingsvergunning dat het gebouw voldoet aan de gestelde eisen.

1.3 Wettelijk kader

Het doel van dit document is om vast te stellen welke wettelijke brandveiligheidseisen van toepassing zijn, aanvullend op de gestelde eisen op gebied van brandveiligheid die COA wenst en op welke wijze deze in het bouwplan ingepast kunnen worden. Dit document geeft een overzicht van de te nemen maatregelen om een voldoende mate van brandveiligheid te bereiken. Aan de hand van de vigerende wetgeving worden de eisen en de voorzieningen beschreven. Daar waar COA aanvullende wensen/eisen heeft wordt dit expliciet aangegeven. Dit document dient als onderbouwing bij de aanvraag omgevingsvergunning dat het gebouw voldoet aan de gestelde eisen.

(8)

2

BEOORDELING BRANDPREVENTIE

2.1 Sterkte bij brand

Een vloer, trap of hellingbaan, waarover of waaronder een beschermde route voert, bezwijkt niet binnen 20 minuten bij brand in een subbrandcompartiment, waarin die beschermde route niet ligt.

Een bouwconstructie van een gebruiksfunctie met een vloer van een gebruiksgebied hoger dan 5 m boven het meetniveau bezwijkt bij brand in een brandcompartiment waarin de bouwconstructie niet ligt, niet binnen 30 minuten door het bezwijken van een bouwconstructie binnen of grenzend aan het

brandcompartiment.

1 in het gebouw zijn geen beschermde routes aanwezig en de aangegeven subbrandcompartimentering met een WBDBO van 30 minuten zorgt ervoor dat de vluchtroutes in stand worden gehouden. In het gebouw zijn geen gebruiksgebieden hoger dan 5m boven het meetniveau aanwezig waarmee de eis voor de bouwconstructie 0 minuten is;

2 het hele gebouw is als een subbrandcompartiment aangemerkt, waardoor er geen eisen worden gesteld aan het bezwijken van een vluchtroute. In het gebouw zijn geen beschermde routes, dan wel

gebruiksgebieden hoger dan 5 m boven het meetniveau aanwezig waarmee de eis voor de bouwconstructie 0 minuten is;

3 het hele gebouw is als een subbrandcompartiment aangemerkt, waardoor er geen eisen worden gesteld aan het bezwijken van een vluchtroute. In het gebouw zijn geen beschermde routes, dan wel

gebruiksgebieden hoger dan 5 m boven het meetniveau aanwezig waarmee de eis voor de bouwconstructie 0 minuten is.

2.2 Beperking van uitbreiding bij brand

De kans op een snelle uitbreiding van brand moet voldoende worden beperkt om een eventuele brand in een gebouw beheersbaar te kunnen houden. De belangrijkste bouwkundige voorziening daarbij is de brandcompartimentering. Een brandcompartiment (BC) is een gedeelte van een bouwwerk bestemd als maximaal uitbreidingsgebied van brand. De brandcompartimentering zorgt er voor dat een brand beheerst wordt en maakt brandweerinzet mogelijk.

Voor verbouw voor de ligging en omvang van het brandcompartiment mag uitgegaan worden van het rechtens verkregen niveau (RVN) met als ondergrens bestaande bouw. Voor gebouwen geldt in beginsel dat deze onderverdeeld dienen te worden in BC met een maximale omvang van 2.000 m2 (artikel 2.89, lid 1) en een onderlinge, volgens NEN 6068 bepaalde weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO) van 30 minuten (artikel 2.85). Overeenkomstig artikel 2.89 lid 5 wordt gesteld dat er in een BC ten hoogste een woonfunctie en een nevenfunctie daarvan ligt. Daarnaast is een technische ruimte met een

gebruiksoppervlakte van meer dan 100 m² of een technische ruimte waarin een of meer

verbrandingstoestellen met een totale nominale belasting van meer dan 160 kW worden opgesteld, is een afzonderlijk brandcompartiment.

(9)

A. Het totale gebruiksoppervlak van het te bouwen bouwwerk is kleiner dan de aangegeven grenswaarde van het maximale BC van 2.000 m2. Hierin zijn tevens de nevenfuncties van de woonfunctie inbegrepen (zijnde de bijeenkomstfunctie en de kantoorfunctie), wat zou betekenen dat het gehele gebouw aangemerkt kan worden als 1 BC. Echter is er vanuit het RVN al wel een bestaande brandscheiding aanwezig die in gebruik dient te blijven. Ook is er een kelder aanwezig (ruimte K.001) met een of meerdere verbrandingstoestellen van meer dan 160kW (bestaande situatie). In deze beschouwing gaan wij ervanuit dat de hiervoor genoemde scheidingen reeds in het huidige ontwerp aanwezig. Daarnaast worden er twee extra brandcompartimenten geïntroduceerd met een 30 minuten WBDBO scheidingen tussen gang 0.004 en gang 0.008 als ook tussen 0.097/0.098 en 0.002.

Aanvullend wenst COA het volgende:

- elke keuken heeft een 30 min WBDBO scheiding (deze wordt niet aangemerkt als apart BC maar is onderdeel van);

- elke was-strijk ruimte heeft een 30 min WBDBO scheiding (wordt niet aangemerkt als apart BC maar is onderdeel van).

Vanuit de bovenwettelijke toegevoegde WBDBO scheiding van de keukens ontstaat er een

brandoverslagrisico van ruimte 0.034 naar ruimte 0.022. Hiervoor dient de gevel grenzend aan de gang in twee richtingen een WBDBO scheiding te krijgen van 30 minuten. Vanuit de bovenwettelijke toegevoegde WBDBO scheiding van de keukens ontstaat er een brandoverslagrisico van ruimte 0.097 naar ruimte 0.02.

Hiervoor dient de gevel grenzend aan de keuken in twee richtingen een WBDBO scheiding te krijgen van 30 minuten. Vanuit de bovenwettelijke toegevoegde WBDBO scheiding van de keukens ontstaat er een brandoverslagrisico van ruimte 0.093 naar ruimte 0.02. Hiervoor dient de gevel grenzend aan de keuken in twee richtingen een WBDBO scheiding te krijgen van 30 minuten. Vanuit de bovenwettelijke toegevoegde WBDBO scheiding van de keukens ontstaat er een brandoverslagrisico van ruimte 0.055 naar ruimte 0.038.

Hiervoor dient de gevel grenzend aan de keuken in twee richtingen een WBDBO scheiding te krijgen van 30 minuten. Vanuit de bovenwettelijke toegevoegde WBDBO scheiding van de keukens ontstaat er een brandoverslagrisico van ruimte 0.076 naar ruimte 0.060. Hiervoor dient de gevel grenzend aan de keuken in twee richtingen een WBDBO scheiding te krijgen van 30 minuten. Vanuit de bovenwettelijke toegevoegde WBDBO scheiding van de keukens ontstaat er een brandoverslagrisico van ruimte 0.010 naar ruimte 0.005.

Hiervoor dient de gevel grenzend aan de sanitair 0.010 in twee richtingen een WBDBO scheiding te krijgen van 30 minuten.

Voor de onderverdeling van de brandcompartimenten en bijbehorende WBDBO scheidingen zie bijlage.

B. Het totale gebruiksoppervlak van het te bouwen bouwwerk is kleiner dan de aangegeven grenswaarde van het maximale BC van 2.000 m2. Hieruit volgt dat er geen nadere indeling benodigd is voor

meerdere BC. Het gehele gebouw kan worden aangemerkt als zijnde 1 groot BC. Voor een onderverdeling van de brandcompartimenten zie tekeningen in bijlage.

C. Het totale gebruiksoppervlak van het te bouwen bouwwerk is kleiner dan de aangegeven grenswaarde van het maximale BC 2.000 m2 waardoor het gehele gebouw in 1 BC kan liggen, maar de CV-ruimte (G.14) dient een apart BC omdat er een of meerdere verbrandingstoestellen van meer dan 160kW aanwezig zijn.

Aanvullend wenst COA het volgende:

- MER ruimte D.19 is een apart BC met een WBDVI-scheiding 60 minuten. Voor een Voor een onderverdeling van de brandcompartimenten zie tekeningen in bijlage.

Weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag naar ander perceel

Aangaande brandoverslagen naar andere percelen gaan wij uit van het reeds vergunde rechtensverkregen niveau. Aan het exterieur van de gebouwen wordt niets gewijzigd waarbij men er vanuit mag gaan dat in deze ongewijzigde situatie (immers de huidige gebouwen zijn reeds door bevoegd gezag gegund en tevens recentelijk in gebruik zijn geweest) geen nieuwe ontoelaatbare situaties ontstaan bij het opnieuw in gebruik nemen van de gebouwen onder een andere gebruiksfunctie.

(10)

2.3 Verdere beperking van uitbreiding van brand en beperking van verspreiding van rook

Ieder brandcompartiment moet worden ingedeeld in één of meer (beschermde) subbrandcompartimenten of in verkeersruimten waardoor een beschermde vluchtroute voert (artikel 2.98, lid 1) zodat brand en rook zich niet ongelimiteerd door het brandcompartiment kunnen verspreiden. Uitgangspunt is dat alle ruimten waarin brand zou kunnen ontstaan binnen een subbrandcompartiment liggen. In een

subbrandcompartiment is men enige tijd beschermd tegen een brand die elders in het brandcompartiment is ontstaan. Ook biedt subbrandcompartimentering bescherming tegen de brand in het

subbrandcompartiment dat juist is ontvlucht. De volgens NEN 6068 bepaalde weerstand tegen

branddoorslag van een subbrandcompartiment naar een andere ruimte in het brandcompartiment is ten minste 20 minuten:

A. het gebruiksoppervlak van de bepaalde BC is kleiner dan de aangegeven grenswaarde van het maximale sub-BC, zijnde maximaal 1.000 m2. Hierin zijn tevens de nevenfuncties van de woonfunctie inbegrepen.

Hieruit volgt dat er geen nadere indeling benodigd is voor meerdere (beschermde) sub-BC. Elk BC is een beschermde sub-BC;

B. er worden geen eisen gesteld voor kantoorfuncties aangaande maximale sub-BC. Het gehele gebouw kan worden aangemerkt als zijnde 1 groot BC als ook sub-BC;

C. er worden geen eisen gesteld voor kantoorfuncties en gezondheidszorgfuncties aangaande maximale sub-BC. Het gehele gebouw kan worden aangemerkt als zijnde 1 groot BC als ook sub-BC.

2.4 Vluchtroute

Een bestaand bouwwerk heeft zodanige vluchtroutes dat bij brand een veilige plaats kan worden bereikt.

(artikel 2.111, lid 1). Op elk punt van een voor personen bestemd gedeelte van een vloer begint een vluchtroute die leidt naar het aansluitende terrein en vandaar naar de openbare weg (artikel 2.112, lid 1).

Voor de woonfunctie geld hier een maximale afstand van 45 m. De bijeenkomstfunctie is bepaald op 60 m terwijl kantoor en gezondheidszorgfunctie binnen 75 m het aansluitende terrein dienen te kunnen bereiken:

A. er kan er overal binnen 45 m worden gevlucht naar aansluitend terrein. Overeenkomstig artikel 2.117 lid 4 voldoen alle vluchtroutes aan een vrije doorgang van minimaal 1,7 x 0,5 m. Zie bijlage;

B. er kan overal binnen 75 m worden gevlucht naar aansluitend terrein. Overeenkomstig artikel 2.117 lid 4 voldoen alle vluchtroutes aan een vrije doorgang van minimaal 1,7 x 0,5 m. Zie bijlage;

C. er kan overal binnen 75 m worden gevlucht naar aansluitend terrein. Overeenkomstig artikel 2.117 lid 4 voldoen alle vluchtroutes aan een vrije doorgang van minimaal 1,7 x 0,5 m. Zie bijlage.

2.5 Beschermede route

Een vluchtroute is vanaf de uitgang van het subbrandcompartiment waarin de vluchtroute begint een beschermde route, tenzij die uitgang direct grenst aan het aansluitende terrein. Echter wanneer er twee onafhankelijke vluchtroutes zijn, vervalt de eis voor een beschermde route (2.116, lid 1):

A. vanuit elk sub-BC kan het aansluitende terrein worden bereikt of kan er in 2 richtingen worden gevlucht.

Er zijn geen beschermde routes benodigd;

B. vanuit elk sub-BC kan het aansluitende terrein worden bereikt of kan er in 2 richtingen worden gevlucht.

Er zijn geen beschermde routes benodigd;

C. vanuit elk sub-BC kan het aansluitende terrein worden bereikt of kan er in 2 richtingen worden gevlucht.

Er zijn geen beschermde routes benodigd.

(11)

2.6 Extra beschermde vluchtroute

Voor een woonfunctie geldt dat een vluchtroute die door een gemeenschappelijke verkeersruimte voert waarop een totale gebruiksoppervlakte van meer dan 500 m² aan woonfuncties is aangewezen, is een extra beschermde vluchtroute overeenkomstig artikel 2.114 lid1. Echter wanneer er twee onafhankelijke

vluchtroutes zijn, vervalt de eis voor een extra beschermde route (artikel 2.116, lid 1).

Voor de andere gebruiksfuncties geldt dat een vluchtroute waarop meer dan 60 en ten hoogste 225 personen zijn aangewezen, is vanaf de uitgang van het subbrandcompartiment waarin de vluchtroute begint een extra beschermde vluchtroute, tenzij dat compartiment direct grenst aan het aansluitende terrein:

A. er is geen gemeenschappelijke verkeersruimte waarop meer dan 500 m2 aan woonfuncties is

aangewezen. Vanuit elk sub-BC kan het aansluitende terrein worden bereikt of kan er in twee richtingen worden gevlucht. Er zijn geen extra beschermde vluchtroutes benodigd;

B. vanuit elk sub-BC kan het aansluitende terrein worden bereikt of kan er in twee richtingen worden gevlucht. Er zijn geen extra beschermde vluchtroutes benodigd;

C. vanuit elk sub-BC kan het aansluitende terrein worden bereikt of kan er in twee richtingen worden gevlucht. Er zijn geen extra beschermde vluchtroutes benodigd.

2.7 Beperking van het ontwikkelen van brand en rook

Een te bouwen bouwwerk is zodanig dat brand en rook zich niet snel kunnen ontwikkelen. Over het

algemeen wordt met gangbare bouwproducten aan deze volgende eisen voldaan. Zie voor minder gangbare materiaaltoepassingen de productgegevens van de fabrikant. Op ten hoogste 5 % van de totale oppervlakte van de constructieonderdelen van elke afzonderlijke ruimte kan onderstaande aangegeven eis komen te vervallen (overeenkomstig artikel 2.79 lid 1):

A. een zijde van een constructieonderdeel die grenst aan de binnenlucht of buitenlucht heeft een volgens brandklasse D volgens NEN-EN 13501-1 en een rookklasse s2 bepaald volgens NEN-EN 13501-1. De bovenzijde van een vloer, een trap of een hellingbaan, die grenst aan de binnenlucht een volgens NEN 1775 bepaalde bijdrage tot brandvoortplanting van klasse T3 en rookklasse s2 bepaald volgens NEN-EN 13501-1. Er is geen beschermde route of extra beschermde vluchtroute aanwezig is, waardoor nergens zwaardere eisen van toepassing zijn;

B. een zijde van een constructieonderdeel die grenst aan de binnenlucht of buitenlucht heeft een volgens brandklasse D volgens NEN-EN 13501-1 en een rookklasse s2 bepaald volgens NEN-EN 13501-1. De bovenzijde van een vloer, een trap of een hellingbaan, die grenst aan de binnenlucht een volgens NEN 1775 bepaalde bijdrage tot brandvoortplanting van klasse T3 en rookklasse s2 bepaald volgens NEN-EN 13501-1. Er is geen beschermde route of extra beschermde vluchtroute aanwezig is, waardoor nergens zwaardere eisen van toepassing zijn;

C. een zijde van een constructieonderdeel die grenst aan de binnenlucht of buitenlucht heeft een volgens brandklasse D volgens NEN-EN 13501-1 en een rookklasse s2 bepaald volgens NEN-EN 13501-1. De bovenzijde van een vloer, een trap of een hellingbaan, die grenst aan de binnenlucht een volgens NEN 1775 bepaalde bijdrage tot brandvoortplanting van klasse T3 en rookklasse s2 bepaald volgens NEN-EN 13501-1. Er is geen beschermde route of extra beschermde vluchtroute aanwezig is, waardoor nergens zwaardere eisen van toepassing zijn.

(12)

2.8 Noodverlichting en vluchtroute aanduiding

Een bouwwerk heeft een zodanige verlichtingsinstallatie dat het bouwwerk veilig kan worden gebruikt en verlaten:

A. De gebruiksfunctie woonfunctie vereist geen (nood)verlichting. Vanuit de kantoorfunctie en de bijeenkomstfunctie is deze wel benodigd in de beschermde route en extra beschermde vluchtroute.

Er zijn geen verblijfsruimten voor meer dan 75 personen waardoor er geen noodverlichting hoeft te worden toegepast (artikel 6.3 lid 1). Vluchtroute aanduiding is vereist in ruimten voor meer dan 50 personen en in alle ruimten waar men doorheen vlucht. Vluchtroute aanduiding is nooit vereist in een woonfunctie.

Aanvullend wenst COA het volgende:

- noodverlichting overeenkomstig bijlagen;

- vluchtroute aanduiding is indicatief aangegeven (zie bijlagen).

B. Er zijn geen verblijfsruimten voor meer dan 75 personen waardoor er geen noodverlichting hoeft te worden toegepast (artikel 6.3 lid 1).

Aanvullend wenst COA het volgende:

- vluchtroute aanduiding is indicatief aangegeven (zie bijlagen).

C. Er zijn geen verblijfsruimten voor meer dan 75 personen waardoor er geen noodverlichting hoeft te worden toegepast (artikel 6.3 lid 1).

Aanvullend wenst COA het volgende:

- vluchtroute aanduiding is indicatief aangegeven (zie bijlagen).

2.9 Tijdig vaststellen van brand

Een bouwwerk heeft zodanige voorzieningen dat brand tijdig kan worden ontdekt zodat veilig kan worden gevlucht. Met andere woorden zodat mensen zich zelf in veiligheid kunnen brengen of in veiligheid kunnen worden gebracht.

A. De gebruiksfunctie woonfunctie vereist geen brandmeldinstallatie (BMI). Voor de bijeenkomstfunctie wordt er ook geen BMI vereist omdat er geen vloer gelegen is hoger dan 5 m boven het meetniveau en de totale oppervlakte van deze gebruiksfunctie lager is dan 500 m2. Ook voor de kantoorfunctie geld dat deze niet is benodigd omdat het totaal gebruiksoppervlak <500 m2 en er geen vloer aanwezig boven 4,1 m boven het meetniveau.

Wel worden er bij een woonfunctie met kamergewijze verhuur (wat in voorliggend ontwerp het geval is) rookmelders vereist in een besloten ruimte waardoor een vluchtroute voert tussen de uitgang van een verblijfsruimte en de uitgang van de woonfunctie die voldoen aan en zijn geplaatst volgens de primaire inrichtingseisen als bedoeld in NEN 2555. Wanneer de woonfunctie voor kamergewijze verhuur niet is ingedeeld in afzonderlijke beschermd subbrandcompartimenten, dienen

overeenkomstig Artikel 6.21 lid 3 in een verblijfsruimte een of meer rookmelders te worden geplaatst die voldoen aan en zijn geplaatst volgens de primaire inrichtingseisen als bedoeld in NEN 2555. Voor zowel de bijeenkomstfunctie als de kantoorfunctie worden er geen rookmelders vereist.

Aanvullend wenst COA het volgende:

BMI met een bewakingsomvang volledige bewaking conform NEN 2535, voor het gehele gebouw. Er wordt naar eigen organisatie een doormelding gedaan (24/7 bemand). De toegepaste brandmelders behorende bij deze BMI/OAI vervangen de hierboven vanuit artikel 6.21 lid 3 vereiste rookmelder als

(13)

In de keukens worden thermische melders geplaatst en de overige ruimten worden voorzien van optische melders. Met een nevenindicator kan de locatie van de brand kenbaar gemaakt worden.

B. Voor de kantoorfunctie is geen BMI vereist omdat het totaal gebruiksoppvervlak <500 m2 en er geen vloer aanwezig boven 4,1 m ten opzichte van het meetniveau.

C. Voor de kantoorfunctie is geen BMI vereist omdat het totaal gebruiksoppvervlak <500 m2 en er geen vloer aanwezig boven 4,1 m boven het meetniveau. Ook voor de andere gezondheidszorgfunctie is dit niet vereist omdat het gebruiksoppervlak <250 m en er geen vloer aanwezig is boven 1,5 m ten opzichte van het meetniveau.

2.10 Vluchten bij brand

Een bouwwerk heeft zodanige voorzieningen dat het ontvluchten goed kan verlopen.

Ontruimingsinstallatie

Een gebruiksfunctie met een brandmeldinstallatie als vereist vanuit het bouwbesluit heeft een ontruimingsalarminstallatie (OAI) als bedoeld in NEN 2575 en deze heeft een heeft een geldig

inspectiecertificaat dat is afgegeven op grond van het CCV-inspectieschema Ontruimingsalarminstallaties.

Het onderhoud van deze installatie voldoet aan NEN 2654-2. Tevens heeft een brandmeldinstallatie als vereist van het bouwbesluit een ontruimingsplan.

A. Er worden zoals aangegeven in paragraaf 2.9 geen BMI vereist vanuit het bouwbesluit en derhalve wordt er ook geen OAI vereist.

Aanvullend wenst COA het volgende:

- OAI type B (slowwhoop) conform NEN 2575. OAI wordt aangestuurd door de BMI en kan handmatig geactiveerd worden. De posities van de slowwhoop staan indicatief aangegeven (zie bijlage) en dienen op basis van een geluidmeting volgens de norm nader te worden bepaald. Er wordt rekening gehouden met slaapgebieden. Omdat de OAI niet vanuit bouwbesluit wordt vereist (een BMI wordt niet vereist overeenkomstig tabel bijlage I), is er geen inspectiecertificaat benodigd;

- er wordt een ontruimingsplan/BHV-plan door de gebruiker opgesteld.

B. Er worden zoals aangegeven in paragraaf 2.9 geen BMI vereist vanuit het bouwbesluit en derhalve wordt er ook geen OAI vereist.

Aanvullend wenst COA het volgende:

- er wordt een ontruimingsplan door de gebruiker opgesteld.

C. Er worden zoals aangegeven in paragraaf 2.9 geen BMI vereist vanuit het bouwbesluit en derhalve wordt er ook geen OAI vereist.

Aanvullend wenst COA het volgende:

- er wordt een ontruimingsplan door de gebruiker opgesteld.

Vluchtroute aanduiding

Ruimten waardoor verkeersroutes voeren en een ruimtes voor meer dan 50 personen dienen voorzien te zijn van een vluchtroute aanduiding (artikel 6.24). Deze eis geld niet voor woonfunctie voor kamergewijze verhuur maar wel voor de kantoorfunctie en bijeenkomstfuncties en gezondheidszorgfuncties. Een vluchtroute aanduiding voldoet binnen 15 seconden na het uitvallen van de voorziening voor elektriciteit, gedurende een periode van ten minste 60 minuten, aan de zichtbaarheidseisen als benoemd in de NEN-EN 1838.

(14)

A. Behoudens de woonfunctie worden er eisen gesteld voor het vluchten vanuit een verblijfsruimte dat moet worden voorzien in vluchtroute aanduiding in een verkeersroute en een ruimte bedoeld voor meer dan 50 personen. Deze is aangebracht op een duidelijk waarneembare plaats. Zie bijlagen.

Aanvullend wenst COA het volgende:

- er wordt ook vluchtroute aanduiding aangebracht voor het gebruiksoppervlak welke is aangemerkt als zijnde woonfunctie.

B. Voor het vluchten vanuit een verblijfsruimte moet worden voorzien in vluchtroute aanduiding in een verkeersroute en een ruimte bedoeld voor meer dan 50 personen. Deze is aangebracht op een duidelijk waarneembare plaats. Zie bijlagen.

C. Voor het vluchten vanuit een verblijfsruimte moet worden voorzien in vluchtroute aanduiding in een verkeersroute en een ruimte bedoeld voor meer dan 50 personen. Deze is aangebracht op een duidelijk waarneembare plaats. Zie bijlagen.

Vluchtdeuren

Deuren in vluchtroutes moeten het vluchten bij brand zo min mogelijk hinderen. Vluchtroutes waarop veel personen zijn aangewezen lopen het gevaar geblokkeerd te raken als deuren op de vluchtroute tegen de vluchtrichting indraaien of niet tijdig kunnen worden geopend. Een groep mensen op de vlucht zou daarom in het gedrang kennen komen.

Voor de woonfunctie voor kamergewijze verhuur (artikel 6.25, lid 2) en worden eisen aan het

ontsluitingsmechanisme van deuren gesteld. Elke deur op de vluchtroute moet eenvoudig met een lichte druk of een ontsluitingsmechanisme dat voldoet aan NEN-EN 179 en NEN-EN 1125 kunnen worden

geopend. Er mag dus een panieksluiting worden aangebracht maar dat hoeft niet. Een deur, (anders dan een woonfunctie) waarop bij het vluchten meer dan 100 personen zijn aangewezen kan worden geopend door een lichte druk tegen de deur door middel van een panieksluiting die voldoet aan NEN-EN 1125.Een automatisch werkende deur en een voorziening voor toegangs- of uitgangscontrole in een vluchtroute mogen het vluchten niet belemmeren (artikel 6.25, lid 8).Een deur op een vluchtroute is bij aanwezigheid van personen in het bouwwerk uitsluitend gesloten indien die deur tijdens het vluchten, zonder gebruik te moeten maken van een sleutel onmiddellijk over de ten minste vereiste breedte kan worden geopend (artikel 7.12, lid 1):

A. elke deur op de vluchtroute moet eenvoudig met een lichte druk of een ontsluitingsmechanisme dat voldoet aan NEN-EN 179 en NEN-EN 1125 kunnen worden geopend. Vergrendelde (nood)deuren (ruimte 0.022, 0.038 en 0.060) kunnen middels drukknop achter kunststofkap elektronisch ontkoppeld worden (handbediend). Bij bediening van deze kunststofkap gaat er een akoestisch signaal af. Deze wordt niet doorgeleid naar de 24/7 bemande receptie.

B. deuren in de vluchtroute draaien met de vluchtroute mee of op die deur zijn minder dan 60 personen aangewezen. Tevens zijn er geen deuren waar meer dan 100 personen op zijn aangewezen, waardoor er geen panieksluiting is vereist (artikel 6.25 lid 6).

C. deuren in de vluchtroute draaien met de vluchtroute mee of op die deur zijn minder dan 60 personen aangewezen. Tevens zijn er geen deuren waar meer dan 100 personen op zijn aangewezen, waardoor er geen panieksluiting is vereist (artikel 6.25 lid 6).

Zelfsluitende deuren

Een beweegbaar constructieonderdeel in een inwendige scheidingsconstructie waarvoor een eis aan de weerstand tegen branddoorslag, weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag of weerstand tegen rookdoorgang geldt, is zelfsluitend (artikel 6.26, lid 1). Deze eis geldt alleen voor binnendeuren daar waar WBDBO scheidingen zijn voorzien (zie bijlage).

(15)

2.11 Bestrijden van brand

Een bouwwerk heeft zodanige voorzieningen voor de bestrijding van brand, dat brand binnen redelijk tijd kan worden bestreden.

Brandslanghaspels

A. vanuit het bouwbesluit worden geen brandslanghaspels vereist voor de woonfunctie (artikel 6.28, lid 1).

De andere gebruiksfuncties (kantoorfunctie, bijeenkomstfunctie) blijven onder de aangegeven

grenswaarden zodat ook hier geen brandslanghaspels zijn vereist. Bestaande brandslanghaspels zullen overeenkomstig het rechtensverkregen niveau gehandhaafd blijven.

B. vanuit het bouwbesluit worden geen brandslanghaspels vereist voor de kantoorfunctie (artikel 6.28, lid 1 omdat de aangegeven grenswaarden niet worden overschreden.

C. vanuit het bouwbesluit worden geen brandslanghaspels vereist voor de kantoorfunctie en gezondheidszorgfunctie (artikel 6.28, lid 1 omdat de aangegeven grenswaarden niet worden overschreden.

Droge blusleiding

Gebouwen met een hoogste verblijfsgebied meer dan 20 m boven meetniveau dienen te zijn voorzien van een droge blusleiding (artikel 6.29). Omdat er geen verblijfsgebied hoger dan 20 m boven het meetniveau aanwezig is, is geen droge blusleiding benodigd voor de gebouwen.

Bluswatervoorziening

Een bouwwerk heeft een toereikende bluswatervoorziening (bijvoorbeeld een brandkraan, of een bron) binnen 40 m van de brandweeringang, tenzij dit naar oordeel van het bevoegd gezag niet is vereist. Tijdens vooroverleg met bevoegd gezag is er aangegeven dat men bij calamiteiten gebruik maakt van een eigen blusvoertuig. Derhalve hoeven er geen aanvullende voorzieningen nabij de brandweeringang gecreëerd te worden. De bluswatervoorziening en de bereikbaarheid blijft ongewijzigd ten opzichte van de huidige situatie.

Blustoestellen

Voor zover daarin niet reeds voldoende door de aanwezigheid van brandslanghaspels is voorzien, is een gebouw voorzien van voldoende draagbare of verrijdbare blustoestellen om een beginnende brand zo snel mogelijk door in het gebouw aanwezige personen te laten bestrijden.

Overeenkomstig paragraaf 2.11 zullen er brandslanghaspels worden toegepast (bestaande brandslanghaspel worden overeenkomstig rechtensverkregen niveau gehandhaafd. De dekkingen (te bestrijken gebied) van deze brandslanghaspels staan aangegeven op de bijlagen. Nabij ruimte 0.103 is het verkregen

dekkingspatroon niet toereikend en wordt er aanvullend een draagbaar blusapparaat geplaatst om een beginnende brand snel te kunnen blussen. Deze wordt ten minste eenmaal per twee jaar overeenkomstig NEN 2559 op adequate wijze voorzien van het nodige onderhoud:

A. Overeenkomstig paragraaf 2.11 zullen er geen brandslanghaspels worden toegepast. Hierdoor is het noodzakelijk om aanvullende blustoestellen te plaatsen. Zie bijlagen voor de posities. Deze worden ten minste eenmaal per twee jaar overeenkomstig NEN 2559 op adequate wijze voorzien van het nodige onderhoud.

B. Overeenkomstig paragraaf 2.11 zullen er geen brandslanghaspels worden toegepast. Hierdoor is het noodzakelijk om aanvullende blustoestellen te plaatsen. Zie bijlagen voor de posities. Deze worden ten minste eenmaal per twee jaar overeenkomstig NEN 2559 op adequate wijze voorzien van het nodige onderhoud.

(16)

2.12 Bereikbaarheid voor hulpverleningsdiensten

Om een snelle inzet mogelijk te maken van de brandweer is een goede bereikbaarheid vereist (afdeling 6.8).

Het gebouw dient goed bereikbaar te zijn via het openbare wegennet en brandweervoertuigen een onbelemmerde doorgang te bieden. Tevens dient een geschikte opstelplaats voor brandweervoertuigen aanwezig te zijn.

Tussen de openbare weg en ten minste een toegang van een bouwwerk voor het verblijven van personen ligt een verbindingsweg die geschikt is voor voertuigen van de brandweer en andere hulpverleningsdiensten.

De afstand tussen de opstelplaats en een brandweeringang is ten hoogste 40 m.

Hekwerken die een opstelplaats als bedoeld in het eerste lid afsluiten, kunnen door hulpdiensten snel en ge- makkelijk worden geopend of worden ontsloten met een systeem dat in overleg met de brandweer is be- paald.

Bij het oprijden van het terrein vanuit de Mw. Bahler-Boermalaan is een slagboom voorzien. Deze kan, in ge- val van calamiteit, voor de brandweer worden opengesteld. Het dienstengebouw is 24/7 bemand.

Brandweerlift

Een brandweerlift is niet vereist omdat er geen vloer van een verblijfsgebied hoger ligt dan 20 m boven het meetniveau.

2.13 Aandachtspunten

- in deze rapportage gaan wij ervanuit dat de op tekening aangegeven WBDBO scheidingen brandcom- partimenten, behoudens de WBDBO scheiding tussen BC 1 en BC2, reeds in het bestaande gebouw aan- wezig en voldoen. Dit dient door de uitvoerende partij bevestigd dan wel als zodanig hersteld te worden;

- voor dit gebouw is een gebruiksmelding vereist (artikel 1.18, lid 1, sub b).

(17)

3

SAMENVATTING

In de voorliggende rapportage e is een beschouwing gegeven van de brandveiligheidsaspecten.

De belangrijkste conclusies zijn dat:

- bouwconstructie blijft ongewijzigd en heeft geen brandwerendheid eisen;

- het gebouw is ingedeeld in brandcompartimenten (tevens (beschermde)subbrandcompartiment);

- 30 minuten WBDBO tussen de brandcompartimenten;

- bovenwettelijk en als extra veiligheid worden keukens als ook was/strijkruimtes voorzien van een WBDBO 30 minuten scheiding maar worden niet aangemerkt als apart BC;

- voor het deel aangemerkt als woonfunctie is geen noodverlichting vereist voor gebouw A maar wordt deze wel toegepast in verband met aanvullende wensen opdrachtgever;

- er is geen wordt noodverlichting vereist voor gebouw B en C;

- wel vluchtroute aanduiding voor de gebouwen A, B en C benodigd ten behoeve van de utiliteitsfuncties, maar wordt toegepast in het gehele gebouw in verband met aanvullende eisen/wensen opdrachtgever.

- geen brandslanghaspels benodigd voor de gebouwen A, B en C deze worden daar waar aanwezig vanuit rechtensverkregen niveau gehandhaafd;

- handblusser toegevoegd voor gebouw A daar waar geen dekkend patroon brandslanghaspel is verkregen en aanvullend (op verzoek van opdrachtgever) in keukens en was/strijkruimten. Daar waar handblusser reeds vanuit bestaand aanwezig zijn zullen worden gehandhaafd;

- handblussers benodigd voor gebouw B en C in verband met ontbreken brandslanghaspel;

- geen droge blusleiding benodigd;

- geen brandweerlift benodigd;

- een brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie wordt vanuit bouwbesluit niet vereist maar wordt wel toegepast ter plaatse van gebouw A in verband met aanvullende eisen/wensen opdrachtgever. Deze wordt doorgemeld binnen eigen organisatie welke 24/7 bemand is;

- brandweer geeft aan dat zij zelf met een of meerdere tankauto’s een eventuele brand zullen bestrijden waardoor er geen aanvullende bluswatervoorziening gecreëerd hoeft te worden.

(18)

Bijlage(n)

(19)

I

BIJLAGE: TEKENING TERREIN T001

(20)

Opstelplaats 1e blusvoertuig

picknicktafels + bloembakken

verzamelplaats

fietsenrekken

rookzone

afgesloten groenzone

afgesloten groenzone

afgesloten groenzone

toegang groenonderhoud loophek

personeel + toegang groenonderhoud

uitsluitend vluchtgebied, niet vrij toegankelijk

hek vanuit vluchtrichting te openen toegang

groenonderhoud

Dienstgebouw A

Dienst- gebouw

B

bouwhek (tijdelijk) zandbak

gras / speelveldje

parkeerplaats (halfverhard)

Speeltoestel Speeltoestel

aansluiting water+elektra t.b.v. tandartsbus

Woongebouw C

Brandput

Turnzaal School

Wo- ning

Kippenren

zandbak

gras / speelveldje

hier wordt geparkeerd Speeltoestel

hekwerk nieuw, (hoogte = 1.8 m) rekening houdend met bestaande bomen, zie foto's voor beoogde hekwerkoplossingen Camera's op eigen terrein gericht Niet alle bomen zijn ingetekend

bestaande perceelgrenzen conform kadaster

Discipline Status Formaat Getekend

Schaal Datum

Omschrijving

Bouwlaag

Code Datum Omschrijving Gewijzigd

, Project

Adres

Gebouw

INIT IEF ONT WER P

Hele terrein

Ontwerp buitenterrein Bestaande + nieuwe situatie Definitief ontwerp

Terrein

EK A1

15-4-21 1:500

L 4-6-21 Aanpassing nooduitgangen EK

Terrein

M 10-6-21 Div. wijz. t.b.v. vergunningstekening EK N 15-6-21 Div. wijz. t.b.v. vergunningstekening SHAR

9765 AP

Mevrouw Bahler Boermalaan 6A Paterswolde

T001

AZC Paterswolde

(21)

II

BIJLAGE: TEKENING BRANDVEILIGHEID HOOFDGEBOUW B001 (GEBOUW A)

(22)

KKVW

balie balie

balie

balie

entree GZA entree spreekkamers entree diensten

entree bezoekers

KK VW entree GZA

A30

13,4 m²

wachtruimte GZA

A31

13,1 m²

A32

triage 4,5 m²

A33

MK 0,2 m² werkkast

A34

1,9 m²

kantoor GZA

A35

23,8 m²

A36

pantry 8,7 m² behandelkamer

A38

22,5 m²

A39

SER 4,2 m²

spoelmeubel

A37

4,2 m²

(vlucht)gang

A40

7,1 m²

A41

CV 4,0 m²

A42

WC 2,3 m²

A43

WC 2,3 m²

behandelkamer

A27

20,7 m²

entree diensten

A01

9,9 m²

A02

Trigion 15,3 m²

A03

portaal 2,4 m²

A04

WC 2,5 m²

kantoor

A05

71,5 m²

ontvangst bezoekers

A06

8,7 m²

A07

kast 0,4 m²

entree bezoekers

A08

2,8 m²

A09

pantry 9,9 m²

A10

MK 0,5 m²

A11

WC 1,0 m² berging

A18

14,5 m²

locatiemanager

A12

12,1 m²

A13

repro 2,0 m² huismeester

A14

18,1 m²

werkkast

A15

2,2 m²

A16

kast 1,2 m²

vergaderruimte diensten

A28

28,7 m²

beveiligde spreekkamer

A21

9,9 m²

A29

MER 10,6 m²

wachtruimte

A19

25,1 m²

A17

ontvangstbalie 6,4 m²

A20

gang 32,6 m²

beveiligde spreekkamer

A22

14,2 m² beveiligde spreekkamer

A23

14,2 m² beveiligde spreekkamer

A24

14,2 m²

A25

DT&V 10,8 m²

A26

gang 4,3 m²

lengte vluchtroute: 18,6 m lengte vluchtroute: 28,3 m

CO2

KKVW

balie balie

balie

balie

entree GZA entree spreekkamers entree diensten

entree bezoekers

KK VW entree GZA

A30

13,4 m²

wachtruimte GZA

A31

13,1 m²

A32

triage 4,5 m²

A33

MK 0,2 m² werkkast

A34

1,9 m²

kantoor GZA

A35

23,8 m²

A36

pantry 8,7 m² behandelkamer

A38

22,5 m²

A39

SER 4,2 m²

spoelmeubel

A37

4,2 m²

(vlucht)gang

A40

7,1 m²

A41

CV 4,0 m²

A42

WC 2,3 m²

A43

WC 2,3 m²

behandelkamer

A27

20,7 m²

entree diensten

A01

9,9 m²

Trigion

A02

15,3 m²

A03

portaal 2,4 m²

A04

WC 2,5 m²

kantoor

A05

71,5 m²

ontvangst bezoekers

A06

8,7 m²

A07

kast 0,4 m²

entree bezoekers

A08

2,8 m²

A09

pantry 9,9 m²

A10

MK 0,5 m²

A11

WC 1,0 m² berging

A18

14,5 m²

locatiemanager

A12

12,1 m²

A13

repro 2,0 m² huismeester

A14

18,1 m²

werkkast

A15

2,2 m²

A16

kast 1,2 m²

vergaderruimte diensten

A28

28,7 m²

beveiligde spreekkamer

A21

9,9 m²

A29

MER 10,6 m²

wachtruimte

A19

25,1 m²

A17

ontvangstbalie 6,4 m²

A20

gang 32,6 m²

beveiligde spreekkamer

A22

14,2 m² beveiligde spreekkamer

A23

14,2 m² beveiligde spreekkamer

A24

14,2 m²

A25

DT&V 10,8 m²

A26

gang 4,3 m²

MK

MK

CV

verhoging in vloer (t.b.v. kapstokken)

entree entree entree

entree

nevenpaneel (t.b.v. hoofdgebouw) (nood)uitgang

Discipline Status Formaat Getekend

Schaal Datum

Omschrijving

Bouwlaag

Code Datum Omschrijving Gewijzigd

, Project

Adres

Gebouw

INIT IEF ONT WER P

Dienstgebouw A

Brandveiligheidstekening

Brandcompartiment(en) en veiligheidsmiddelen Definitief ontwerp

Veiligheid

EK A1

12-5-21 1:100

K 25-5-21 Aanvullingen Witteveen+Bos EK

Begane grond

L 3-6-21 Verwijderen nieuw raam EK

M 3-6-21 Hernoemen gebouw + ruimtenummers EK

9765 AP

Mevrouw Bahler Boermalaan 6A Paterswolde

B001

AZC Paterswolde brandcompartiment 2: 10,6 m2

kantoorfunctie: 354,7 m2

gezondheidszorgfunctie: 146,4 m2

handbrandblusser

brandcompartiment 1: 484,8 m2 Hele gebouw: 499,4 m2

brandcompartiment 3: 4,0 m2

CO2 handbrandblusser, koolstofdioxide (CO2)

(23)

III

BIJLAGE: TEKENING BRANDVEILIGHEID DIENSTWONING B003 (GEBOUW B)

(24)

MK

balie

B01 gang 12,2 m²

B02 SER 2,4 m²

B03 WC 1,5 m² spreekkamer B04

7,7 m² ontvangst B05

9,0 m²

B06 pantry 10,4 m²

spreekkamer B07

7,7 m²

kantoor B08

5,3 m²

spreekkamer B09

7,7 m²

berging B10

14,7 m²

balie/kantoor B11

9,1 m² entree

personeel

entree bewoners

toegang kruipruimte in kast

B01A kast 0,6 m²

CV

borstwering raam >2200 mm

lengte vluchtroute: 11,8 m

MK

W01

gang 9,2 m²

W02

douche 2,4 m²

W03

WC 1,5 m² slaapkamer

W04

7,7 m² woonkamer

W05

21,8 m²

W06

keuken 10,5 m²

slaapkamer

W07

7,7 m²

slaapkamer

W08

5,3 m²

slaapkamer

W09

7,7 m²

W10

berging 14,7 m²

W01A

kast 0,6 m²

toegang kruipruimte in kast

CV

borstwering raam >2200 mm

MK

balie

B01

gang 12,2 m²

B02

SER 2,4 m²

B03

WC 1,5 m² spreekkamer

B04

7,7 m² ontvangst

B05

9,0 m²

B06

pantry 10,4 m²

spreekkamer

B07

7,7 m²

kantoor

B08

5,3 m²

spreekkamer

B09

7,7 m²

berging

B10

14,7 m²

balie/kantoor

B11

9,1 m²

entree

personeel

toegang kruipruimte in kast

B01A

kast 0,6 m²

CV

borstwering raam >2200 mm

Discipline Status Formaat Getekend

Schaal Datum

Omschrijving

Bouwlaag

Code Datum Omschrijving Gewijzigd

, Project

Adres

Gebouw

INIT IEF ONT WER P

Dienstgebouw B

Brandveiligheidstekening

Brandcompartiment(en) en veiligheidsmiddelen Definitief ontwerp

Veiligheid

EK A2

6-5-21 1:50

H 25-5-21 Aanvullingen Witteveen+Bos EK

Begane grond

I 27-5-21 Pantry en deuren (input VWN) EK K 3-6-21 Hernoemen gebouw + ruimtenummers EK

9765 AP

Mevrouw Bahler Boermalaan 6A Paterswolde

B003

AZC Paterswolde

(nood)uitgang

(sub-)brandcompartiment: 92,0 m2 kantoorfunctie: 92,0 m2

handbrandblusser

deur te openen zonder sleutel

(25)

IV

BIJLAGE: TEKENING BRANDVEILIGHEID ENTREEGEBOUW/DIENSTENGEBOUW B002

(GEBOUW C)

(26)

toegang technische ruimte (kelder)

technische ruimte (kelder)

Bar

HVK

berging afdak gas-

meter

entree linkervleugel

hoofdentree

entree gymzaal

entree rechtervleugel

verdeelkast

voormalige vijverpartij (nu dicht, verhoging)

observatieruimte raam met zicht op gymzaal

verdeelkast

verhoging in vloer

schoorsteen

Kozijn 30min brandwerend uitvoeren (2-zijdig) om brandoverslag te voorkomen

WM / WD WM /

WD WM / WD WM /

WD WM / WD

WM / WD WM /

WD WM / WD WM /

WD WM / WD

WM / WD WM /

WD

entree linkervleugel

hoofdentree

entree

activiteitencentrum

entree rechtervleugel

verhoging in vloer verhoging in vloer

schoorsteen

Kozijn 30min brandwerend uitvoeren (2-zijdig) om brandoverslag te voorkomen

Raam wijzigen in vluchtdeur. Kozijn 30min brandwerend uitvoeren (2-zijdig) om brandoverslag te voorkomen

Bestaande wand vernieuwen, 30 min.

brandwerend uitvoeren, nieuwe deur.

lengte vluchtroute: 25,4 m

lengte vluchtroute: 20,5 m

lengte vluchtroute: 29,1 m

WM /WD WM / WD

CO2

CO2

ABF

ABF

ABF

ABF ABF

ABF

ABF AB

AB

reikwijdte brandslanghaspel 23,33 m reikwijdte brandslanghaspel 23,33 m

reikwijdte brandslanghaspel 23,33 m

reikwijdte brandslanghaspel 23,33 m

Raam wijzigen in vluchtdeur. Kozijn 30min brandwerend uitvoeren (2-zijdig) om brandoverslag te voorkomen

ABF

Voormalige vluchtdeur weer in gebruik nemen lengte vluchtroute: 24,2 m

C0.001

entree 4,6 m²

C0.002

recreatie 103,0 m²

C0.003

slaapruimte 6P 34,9 m²

C0.004

gang 41,7 m²

C0.005

slaapruimte 6P 26,4 m²

C0.006

was/strijkruimte 7,9 m²

C0.007

sanitair 16,5 m²

C0.008

gang 40,7 m²

C0.010

sanitair 11,0 m²

C0.011

entree 7,4 m²

C0.012

sanitair 10,9 m²

C0.013

slaapruimte 4P 23,7 m²

C0.014

slaapruimte 3P 18,7 m²

C0.015

slaapruimte 4P 23,7 m²

C0.016

keuken 12,6 m²

C0.017

slaapruimte 5P 23,7 m²

C0.018

slaapruimte 5P 23,5 m²

C0.019

slaapruimte 5P 23,8 m²

C0.020

slaapruimte 2P 14,6 m²

C0.021

slaapruimte 3P 15,1 m²

C0.022

gang 38,4 m²

C0.023

sanitair 17,7 m²

C0.026

slaapruimte 4P 22,3 m²

C0.025

slaapruimte 4P 23,0 m²

C0.027

gang 9,9 m²

C0.024

MK 0,8 m²

C0.029

sanitair 8,4 m²

C0.030

portaal 2,7 m²

C0.031

slaapruimte 4P 20,0 m²

C0.032

slaapruimte 6P 31,7 m²

C0.033

slaapruimte 2P 10,7 m²

C0.034

keuken

8,4 m²

C0.035

slaapruimte 4P 23,2 m²

C0.036

slaapruimte 3P 15,8 m²

C0.037

gasmeter 6,4 m²

C0.038

gang 51,1 m²

C0.039

technische ruimte 8,0 m²

C0.040

sanitair 8,4 m²

C0.041

portaal 5,7 m²

C0.042

slaapruimte 4P 20,0 m²

C0.043

slaapruimte 2P 12,3 m²

C0.044

slaapruimte 3P 15,7 m²

C0.045

sanitair 8,4 m²

C0.046

portaal 2,7 m²

C0.047

slaapruimte 4P 20,0 m²

C0.048

slaapruimte 6P 31,7 m²

C0.049

gang 5,8 m²

C0.050

slaapruimte 2P 10,2 m²

C0.051

portaal 5,9 m²

C0.052

slaapruimte 2P 10,4 m²

C0.053

slaapruimte 1P 7,2 m²

C0.054

slaapruimte 2P 12,8 m²

C0.055

keuken 6,0 m²

C0.056

sanitair 2,5 m²

C0.057

gang 22,4 m²

C0.058

gang 75,4 m²

C0.059

was/strijkruimte 9,6 m²

C0.060

gang 51,3 m²

C0.061

sanitair 7,2 m²

C0.062

sanitair 8,3 m²

C0.063

portaal 5,7 m²

C0.064

slaapruimte 4P 20,0 m²

C0.065

slaapruimte 2P 12,3 m²

C0.066

slaapruimte 3P 15,7 m²

C0.067

sanitair 8,4 m²

C0.068

portaal 2,7 m²

C0.069

slaapruimte 4P 20,0 m²

C0.070

slaapruimte 6P 31,7 m²

C0.071

gang 5,5 m²

C0.072

portaal 2,5 m²

C0.073

slaapruimte 2P 11,8 m²

C0.074

slaapruimte 3P

15,6 m²

C0.075

slaapruimte 3P 17,0 m²

C0.076

keuken 6,0 m²

C0.077

sanitair 2,5 m²

C0.078A

slaapruimte 1P 7,0 m²

C0.079

slaapruimte 4P 23,7 m²

C0.080

slaapruimte 5P 24,4 m²

C0.081

keuken 8,3 m²

C0.082

sanitair 10,1 m²

C0.084

multifunctionele ruimte 51,7 m²

C0.085

vrouwen-/kinderruimte 22,9 m²

C0.086

portaal 2,3 m²

C0.087

slaapruimte 4P 20,9 m²

C0.088

sanitair 2,3 m²

C0.089

slaapruimte 4P 23,7 m²

C0.090

keuken 2,8 m²

C0.091

slaapruimte 5P 28,5 m²

C0.092

werkkast 3,2 m²

C0.093

keuken 19,7 m²

C0.094

HVK 0,7 m²

C0.095

balies/uitgifte/kantoor 23,0 m²

C0.096

SER 3,3 m²

C0.098

trap 4,7 m²

C0.097

keuken 16,9 m²

C0.099

sanitair 20,1 m²

C0.100

multifunctionele ruimte 59,2 m²

C0.101

kast 1,2 m²

C0.102

recreatie 59,2 m²

C0.103

entree 14,3 m²

C0.104

sanitair 3,2 m²

CK.001

technische ruimte 44,4 m²

C1.001

trap 5,9 m²

C1.002

berging 20,4 m²

C0.004B

werkkast 3,3 m²

C0.004A

MK 0,8 m²

C0.078B

slaapruimte 1P 7,0 m²

C0.058A

gang 8,4 m²

C0.083

portaal 2,4 m²

berging afdak

bestaande berging en afdak worden

afgesloten, eventueel met bouwhek eromheen

WM / WDWM /

WDWM / WDWM /

WDWM / WD

WM / WDWM /

WDWM / WDWM /

WDWM / WD

WM / WDWM /

WD

entree linkervleugel

hoofdentree

entree activiteitencentrum

entree rechtervleugel

verhoging in vloer verhoging in vloer

schoorsteen

WM / WDWM /

WD

berging afdak

Zie tekening

AZC Paterswolde_Dienstgebouw_B_B003_B_25_00_Brandveiligheid

noodverlichting

optische brandmelder+slow whoop

nevenindicator brandmeldcentrale

(nood)uitgang

Discipline Status Formaat Getekend

Schaal Datum

Omschrijving

Bouwlaag

Code Datum Omschrijving Gewijzigd

, Project

Adres

Gebouw

INIT IEF ONT WER P

Woongebouw C

Brandveiligheidstekening

Brandcompartiment(en) en veiligheidsmiddelen Definitief ontwerp

Veiligheid

EK A0

11-5-21 1:100

Q 3-6-21 Hernoemen gebouw + ruimtenummers EK

Begane grond, 1e verdieping en kelder R 4-6-21 Aanpassing posties vluchtdeuren EK S 10-6-21 Div. wijz. t.b.v. vergunningstekening EK

9765 AP

Mevrouw Bahler Boermalaan 6A Paterswolde

B002

AZC Paterswolde brandcompartiment 2, tevens beschermd

sub-brandcompartiment: 823,8 m2 brandcompartiment 1, tevens beschermd sub-brandcompartiment: 242,3 m2

bijeenkomstfunctie: 186,9 m2

brandslanghaspel

handbrandblusser, koolstofdioxide (CO2) handmelder

brandcompartiment 3, tevens beschermd sub-brandcompartiment: 596,5 m2 brandcompartiment 4, tevens

subbrandcompartiment: 55,9 m2 brandcompartiment 5, tevens

sub-brandcompartiment: 210,1 m2 Hele gebouw: 2 brandcompartimenten: 1.928,6 m2

thermische melder+slow whoop AB

handbrandblusser

ABF

CO2

schuim-vetblusser schuim-sproeiblusser

Zie tekening

AZC Paterswolde_Dienstgebouw_B_B003_B_25_00_Brandveiligheid

Zie tekening

AZC Paterswolde_Dienstgebouw_B_B003_B_25_00_Brandveiligheid

(27)

www.witteveenbos.com

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

We delen tijdens twee weekends het leven van een parochiepriester, volgen de liturgische gebedsmomenten en vieren samen eucharistie.. We reserveren ruimte voor stilte, vorming en

De Belbus voor Vries en Zuidlaren wordt uitgevoerd door Stichting Belbus Vries-Zuidlaren.. De Belbus voor Eelde-Pa- terswolde wordt door Stichting Belbus Eelde uitgevoerd. De

Het azc Paterswolde verwacht voor kerst 2021 de eerste bewoners te ontvangen.. Een precieze datum is nog

Samen zorgen we ervoor dat de nieuwe bewoners snel thuis zijn in Paterswolde en dit traject voor alle betrokken, dus ook voor u, soepel verloopt.. In de volgende nieuwsbrief

De nieuwe bewoners geven in een eerste reactie aan, heel blij te zijn om hier te zijn.. Ze hebben nu meer privacy, zijn blij met de kamer en de mogelijkheid om een deur achter

De kinderen in de Taalklas zijn afkomstig uit het azc in Paterswolde, het azc in Eelde en het zijn kinderen die met hun familie in de omgeving van Eelde wonen.. Obs de

college betaalt voor een dienst moet het ten minste mogelijk maken dat een aanbieder kan voldoen aan de door de gemeenteraad gestelde eisen aan de kwaliteit en deskundigheid

Na de Verklaring Van Geen Bedenkingen van uw raad kan de omgevingsvergunning worden verleend en op de juiste wijze worden gepubliceerd. bouwtekeningen -