• No results found

Nr. Ingreep Schade archeologie? Toelichting

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Nr. Ingreep Schade archeologie? Toelichting"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Afdeling Expertise C. Thanos 088 - 5450363 cthanos@odmh.nl

Postbus 45 2800 AA Gouda 088 - 5450000 www.odmh.nl

Besluitdatum

Verzenddatum 09-09-2016 Ons kenmerk 2015310603 Uw kenmerk

Bijlagen 1

Gemeente Krimpenerwaard t.a.v. mevrouw N. Amelink Postbus 51

2820 AB Stolwijk

Onderwerp

beoordeling ingrepen plangebied De Hem C.G. Roosweg te Schoonhoven

Geachte mevrouw Amelink,

Tijdens de vergadering van de Raadscommissie Ruimte en Financiën van 15 juni 2016 in Lekkerkerk werd de ontwerp-omgevingsvergunning voor het realiseren van een fruitboomgaard en renovatie van een schuur aan de C.G. Roosweg in Schoonhoven behandeld. Tijdens deze vergadering zijn vanuit de commissie nog verschillende vragen gesteld en onduidelijkheden aangegeven over de inrichting van de terreinen en de eventuele gevolgen voor de aanwezige archeologische resten van het voormalige klooster De Hem.

Op uw verzoek hebben we gekeken naar alle ingrepen en zijn nagegaan of deze mogelijk schadelijk zijn voor de aanwezige archeologische resten. De onderstaande tabel geeft alle beoordeelde ingrepen weer en in hoeverre er schade kan optreden aan het archeologisch bodemarchief. Een uitgebreide beschrijving van de beoordeling van de plannen vindt u in de bijlage.

De aanwezigheid en diepteligging van de archeologische resten binnen het plangebied is voor een deel moeilijk te voorspellen. Voorzichtigheidshalve zijn we ervan uitgegaan dat de resten kunnen voorkomen op een diepte vanaf 30 cm onder het huidige maaiveld (dus direct onder de bouwvoor).

Nr. Ingreep Schade archeologie? Toelichting

1 teelt aardbeien Nee er zijn geen bodemingrepen

2 aanleg parkeerterrein Nee de bodemingrepen zijn ondiep

3a nutsvoorzieningen Nee smalle ondiepe ingrepen buiten de resten van klooster 3b hemelwaterafvoer Nee smalle ondiepe ingrepen buiten de resten van klooster

4 renovatie schuur Nee er zijn geen bodemingrepen

5 aanplant bom en Nee wortels komen in een bed en gaan niet dieper dan 10 cm onder het huidige maaiveld

6 plaatsen van palen Nee de palen komen in een bed en gaan niet dieper dan 30 cm onder huidig maaiveld

7 aanbreng netten Nee er zijn geen extra palen nodig

8 slootverbreding nee/minimaal smalle ontgraving met flauwe oever, eventuele schade is beperkt 9 plaatsen afrastering Nee slechts enkele palen, bevinden zich buiten resten van het klooster

(2)

10 verwijderen dammen Nee vallen buiten de resten van het klooster

11 dempen sloot Nee zolang de slootkant niet wordt opgeschoond en de waterbodem intact blijft

Advies

Op basis van de uitgevoerde beoordeling zien we geen verdere redenen van archeologische aard die een beletsel of beperking vormen ten aanzien van de beoogde inrichting van het plangebied De Hem.

Het is wel noodzakelijk dat de geschetste ontwikkelingen worden uitgevoerd zoals ze zijn beschreven.

Wanneer ze afwijken of dieper reiken dan zoals ze beschreven zijn, moet er nader advies worden ingewonnen over de noodzaak van eventuele aanvullende stappen.

Nadere informatie

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de heer C. Thanos, telefoonnummer: 088 - 5450363, e-mailadres: cthanos@odmh.nl. Bij correspondentie, vragen of overleg over deze brief verzoeken wij u ons kenmerk 2015310603 te vermelden.

Hoogachtend,

Teamcoördinator Cluster Bodem en Archeologie Omgevingsdienst Midden-Holland, Ir. J.S. Mellema

Dit document is digitaal vastgesteld. Er staat daarom geen handtekening onder.

(3)

Bijlage 1

Beoordeling ingrepen De Hem op de archeologie ODMH – dhr. C. Thanos, 6 september 2016

1. Inleiding

Binnen het plangebied De Hem worden de waardevolle resten verwacht van het oude klooster De Hem. Er zijn plannen om het plangebied in te richten voor de teelt van kersen en aardbeien. De vraag is in hoeverre de nieuwe inrichting schadelijk is voor de aanwezige archeologische resten. In dit document worden alle ingrepen kort beschreven en wordt gekeken of en in welke mate schade optreedt aan de in de bodem aanwezige resten.

Allereerst wordt zeer kort beschreven welke archeologische resten waar en hoe diep worden verwacht (paragraaf 2). Op basis van de diepteligging en de aard van de archeologische resten kan vervolgens gekeken worden welke beoogde handelingen eventueel schade toebrengen aan de aanwezige resten (paragraaf 3). De beoordeling wordt afgesloten met een conclusie.

Bij de onderbouwing wordt in de voetnoten verwezen naar de geraadpleegde documenten.

2. Archeologische waarden De Hem

Binnen het plangebied bevinden zich de resten van het voormalige klooster De Hem (gesticht in 1396 en verwoest in 1572). Op basis van historische kaarten worden in de noordelijke helft van het

plangebied de stenen funderingsresten verwacht. De zuidelijke helft van het terrein was in gebruik als tuin.1

Op basis van archeologische waarnemingen2 weten we dat de funderingsresten variëren van stenen muurrestanten (de top ervan lag op meer dan een meter onder het maaiveld) tot een laag puin van baksteenfragmenten en mortel (al op 30 cm onder het maaiveld). De laag puin is mogelijk het gevolg van hergebruik van bakstenen waarbij muren zijn gesloopt en de uitbraaksleuven vervolgens zijn opgevuld met mortel en baksteenfragmenten.

Uit het archeologisch booronderzoek3 is geconcludeerd dat archeologische resten van het voormalige klooster voorkomen tussen 0,45 en 1,6 m onder het maaiveld. Daarnaast zijn er aanwijzingen voor een slootdemping en mogelijk een verstoorde laag.

Op basis van alle waarnemingen in het veld gaan we ervan uit dat de diepteligging van de archeologische resten varieert. Vanaf het maaiveld is een homogene donkerbruine laag (dikte:

gemiddeld 30 cm) aanwezig. Deze laag is het gevolg van langdurig ploegen en wordt de bouwvoor genoemd. Aangezien mortel en puin plaatselijk direct onder deze bouwvoor aanwezig is4, gaan we er voorzichtigheidshalve van uit dat archeologische resten overal direct onder de bouwvoor kunnen voorkomen.

Tot nu toe was er nog geen archeologische informatie beschikbaar over omvang en inrichting van het kloosterterrein. In februari en juni is het plangebied onderzocht door middel van een geofysisch

1Zie Engelse, R.F., 2016: Archeologisch onderzoek De Hem, C.G. Roosweg naast nr. 28 te Schoonhoven (Gemeente Krimpenerwaard). Bureau- en inventariserend veldonderzoek met boringen. Archeomedia-rapport A16-018-I, dd. mei 2016.

2 Met dank aan de Archeologische Werkgroep Schoonhoven, beschreven in Engelse 2016.

3Engelse 2016.

4Waargenomen door de AWS en de ODMH.

(4)

onderzoek5. Met behulp van onder andere grondradar en magnetometrie is het plangebied onderzocht om na te gaan of de verwachte muurresten en uitbraaksleuven voldoende meetbaar waren om de plattegrond van het klooster in kaart te brengen. Uit de eerste interpretaties blijkt dat in de noordoostelijke hoek van het plangebied inderdaad een plattegrond zichtbaar is van het klooster.

Daarnaast blijken in de noordwestelijke hoek nog eens twee plattegronden aanwezig te zijn: een uit de 17e en een uit de 20e eeuw. Beide zijn terug te vinden op historische kaarten en de resten ervan zijn nu dus daadwerkelijk aangetoond.6

Op de onderstaande afbeeldingen zijn de resultaten van het geofysisch onderzoek zichtbaar: links de data, rechts met de projectie van de sloten van de kadastrale minuut (1811-1831) en een eerste interpretatie van delen van de plattegrond van het klooster.

Afbeelding 1 (links) : ruwe data geofysisch onderzoek (rapport Saricon 2016); Afbeelding 2 (rechts): projectie van de watergangen en sloten van de kadastrale minuut 1811-1832 (blauw), de resten van twee huizen 17e-20e eeuw (rood, linksboven), interpretatie van delen van het klooster (rood rechtsboven).

Het geofysisch onderzoek maakt duidelijk dat het kloosterterrein veel waardevolle informatie bevat:

een plattegrond van het klooster blijkt nog (grotendeels?) aanwezig te zijn. Bij het beoordelen van de inrichtingsplannen is het daarom van belang om te weten hoe diep de ingrepen gaan en in welke mate er schade kan optreden aan de resten van het klooster. De gevolgen van de ingrepen kunnen elk een ander effect hebben. Een enkele maar diepe ingreep hoeft minder te verstoren dan een groot aantal kleine ondiepe ingrepen. In het laatste geval kan bijvoorbeeld waardevolle informatie verloren gaan over de plattegrond van het klooster.

Bij de beoordeling van de ingrepen gaan we ervan uit dat archeologische resten direct onder de bouwvoor aanwezig kunnen zijn en dat de ingrepen de informatiewaarde over de plattegrond van het klooster niet mogen verstoren. Kortom: ingrepen zoveel mogelijk beperken tot en met de bouwvoor (tot 30 cm onder het maaiveld).

5Tijdens het jaarlijkse archeologisch congres heeft adviesbureau Saricon de ODMH een dag geofysisch onderzoek

aangeboden als promotie voor geofysisch onderzoek. Het onderzoek bestond uit één dag veldwerk en de ODMH heeft De Hem als testlocatie uitgekozen. De oostelijke helft van het plangebied is toen onderzocht en op basis van de positieve resultaten heeft de gem eente Krimpenerwaard besloten de westelijke helft ook te laten onderzoeken.

6Oever, van den, F., 2016: Gecombineerd geofysisch onderzoek kloosterterrein Sint Michiel, De Hem te Schoonhoven.

Saricon, documentcode 16S071-DR-01, dd. 7 juli 2016)

(5)

3. Beoordeling ingrepen

Alle ingrepen die vermeld staan op de terreinindeling van het plangebied De Hem zijn beoordeeld. De ingrepen zijn genummerd, voorzien van een korte beschrijving en er is nagegaan in hoeverre er gevolgen zijn voor de aanwezige archeologische resten. Voor de nummers wordt verwezen naar de kaart onderaan dit document.

1. Teelt aardbeienplanten

Korte omschrijving: aardbeien worden bovengronds in bakken geteeld.

Gevolgen voor archeologie: er vinden geen bodemingrepen plaats.

Verwachte archeologische schade: geen, er vinden immers geen bodemingrepen plaats.

2. Realiseren parkeerplaatsen

Korte omschrijving: aanleg 16 parkeerplaatsen langs C.G. Roosweg.

Gevolgen voor archeologie: in de diepere ondergrond, dieper dan 1 m, kunnen nog archeologische resten liggen (waarneming AWS bij trafohuisje). De parkeerplaatsen vallen buiten de zone waar nog resten van het klooster of andere bebouwing verwacht worden. Het is niet duidelijk of de grond hier geroerd is door de aanleg van de voormalige spoorlijn. Op basis van een overzichtskaart van het voormalige station7 lijkt het parkeerterrein te overlappen met de ligging van de oude spoorlijn. Voor de fundering van de spoorlijn is een zandlichaam aangelegd dat deels lijkt te overlappen met de beoogde parkeerplaats. Diepe grondwerkzaamheden (dieper dan 50 cm) voor de zekerheid zoveel mogelijk beperken.

Verwachte archeologische schade: geen, zolang afgravingen niet diep gaan (bij voorkeur niet dieper dan 50 cm).

3a. Graven nutsvoorzieningen met rioolput en pomp

Korte omschrijving: er wordt een smalle sleuf gegraven tot de vorstvrije zone (circa 80 cm diep), voor de rioolpomp wordt waarschijnlijk een ontgraving gedaan van minder dan 1 m².

Gevolgen voor archeologie: de leidingsleuf valt samen met de funderingsresten van het oude station van De Hem (1827-1975?). Op basis van geofysisch onderzoek worden resten van het klooster ten zuiden van de te renoveren schuur verwacht. De ontgraving ten behoeve van de rioolpomp is lokaal en beperkt van aard.

Verwachte archeologische schade: geen, de beperkte ontgravingen gaan door de funderingsresten van het oude station en vallen buiten de verwachte resten van het klooster.

3b. Hemelwaterafvoer naar sloot

Korte omschrijving: hier wordt een zeer ondiepe en smalle sleuf gegraven om het regenwater van de schuur af te laten voeren.

Gevolgen voor archeologie: de sleuf is smal en ondiep. De sleuf ligt ter hoogte van de funderingsresten van het oude station en de resten van het klooster worden niet geraakt.

Verwachte archeologische schade: geen, de beperkte ontgraving valt buiten de verwachte resten van het klooster.

4. Renovatie schuur

Korte omschrijving: de schuur wordt bovengronds gerenoveerd en voorzien van een keuken en een toilet. De toiletafvoer valt onder punt 3a.

Gevolgen voor archeologie: er vinden geen bodemingrepen plaats bij de renovatie.

Verwachte archeologische schade: geen, er vinden immers geen bodemingrepen plaats.

7Streekarchief Midden-Holland: document NL-UtHUA_A179487_De Hem.

(6)

5. Aanplant 2016 kersenbomen en snoeien wortels

Korte omschrijving: de bomen worden geplant in aan te leggen bedden met een hoogte tot 50 cm en een breedte van 1 m. De bomen wortelen vooral horizontaal. Door mechanische afsnijding gaan de wortels niet dieper dan 10 cm in de huidige bouwvoor. Tussen de bedden blijft de bodem bedekt met gras. Zie ook afbeelding 3.

Gevolgen voor archeologie: archeologische resten kunnen direct onder de huidige bouwvoor (vanaf een diepte van 30 cm) voorkomen. De wortelgroei vindt hoofdzakelijk plaats in het aan te leggen bed en zal door mechanische afsnijding nooit dieper gaan dan circa 10 cm onder het huidige maaiveld.

Voor een goede vruchtgroei en opbrengst is het noodzakelijk dat de wortelgroei beperkt blijft.

Onderhoud is dus gegarandeerd.

Verwachte archeologische schade: geen, mechanische afsnijding en worteldiepte gaan niet dieper dan de bouwvoor.

Afbeelding 3: weergave wortelsnoei bomen.8

6. Plaatsen palen voor de ondersteuning van de bomen

Korte omschrijving: de palen komen op een diepte tot 80 cm onder de top van het aan te leggen bed, dus tot de onderkant van de bouwvoor. Tussen de palen komen draden waarlangs de takken van de bomen geleid worden. Volgens dhr. Van der Spek (specialist bedrijfsbenodigdheden bij Agrifirm plant, het bedrijf dat de boomgaard zal aanleggen) zijn voor elke 3 bomen twee palen nodig ter

ondersteuning.9 Bij de aanplant van 2016 bomen zijn dus circa 1344 palen nodig.

Gevolgen voor archeologie: in principe gaan de palen niet dieper dan de bouwvoor (50 cm ophoging en 30 cm bouwvoor). Mochten ze wel dieper gaan, dan heeft dat nog weinig gevolgen: het gaat om palen met een kleine doorsnede, ze staan allemaal op een rij en de afstand tussen de palen is meer dan 2 m. De daadwerkelijke verstoring van de bodem is zeer gering. De ‘leesbaarheid’ van de archeologische sporen zal door het eventueel dieper aanbrengen niet slechter worden.

Archeologische schade: geen, de palen gaan immers niet dieper dan de bouwvoor.

7. Aanbreng netten tegen vogels

Korte omschrijving: om vogelvraat tegen te gaan worden netten (overkap) aangebracht. Op een voorbeeldfoto is te zien dat deze netten aan een constructie zitten die aan de palen voor de bomen zijn bevestigd. De palen voor de ondersteuning dienen dus ook voor het bevestigen van de netten. Er zijn geen nieuwe palen nodig voor het bevestigen van de netten.10

8De schets is als bijlage toegevoegd aan de brief van 11 januari 2016 van dhr. Kranenburg.

9Brief Agrifirm plant - Van der Spek dd. 2 september 2016.

10Zie noot 9.

(7)

Gevolgen voor archeologie: zie punt 6. De palen gaan niet dieper dan 80 cm (ophoging en bouwvoor samen).

Archeologische schade: geen, de overkap wordt bevestigd aan de palen die ter ondersteuning dienen voor de bomen.

Afbeelding 4: de palen ter ondersteuning van de bomen (gele pijlen) worden tevens gebruikt voor de netten (rode pijlen).11

8. Te verbreden sloten

Korte omschrijving: de sloot die het plangebied omsluit, wordt verbreed in verband met

watercompensatie. De bovenkant van de sloot wordt met maximaal één meter verbreed. Er komen flauwe oevers waardoor er relatief weinig diepe afgravingen plaats vinden. De slootkanten zijn nu door vee vertrapt en verbreed.

Gevolgen voor archeologie: de slootverbreding beperkt zich voor een zeer groot deel tot de ingekalfde zone. Volgens geofysisch onderzoek is de kans gering dat funderingsresten van het klooster geraakt worden. Daarnaast zijn de ontgravingen ondiep (tot 60 cm) en is er sprake van een flauwe oever.

Archeologische schade: geen tot minimaal. Zou op een enkele plaats de funderingsresten van het klooster aan gesneden worden, dan gaat het over een zeer smal stukje vanwege de flauwe oever.

11De foto is afkomstig uit de brief van 11 januari 2016 van dhr. Kranenburg.

(8)

Afbeelding 5: schematische weergaven van de slootverbreding. 12

9. Plaatsen afrastering

Korte omschrijving: er worden enkele palen, een hekwerk en afrastering geplaatst.

Gevolgen voor archeologie: het gaat om het plaatsen van enkele palen die relatief weinig van de bodem verstoren. Daarbij staan ze in een zone waar vooralsnog geen resten van het klooster verwacht worden.

Archeologische schade: geen, het gaat om enkele palen die niet leiden tot een significante bodemverstoring.

10. Verwijderen dammen

Korte omschrijving: de twee dammen in de zuidelijke sloot worden verwijderd

Gevolgen voor archeologie: de dammen staan in een 20e-eeuwse sloot. Er wordt niet gegraven in de huidige slootkant en de dammen liggen buiten de resten van het klooster.

Archeologische schade: geen, er vinden geen grote bodemingrepen plaats en de dammen liggen niet ter hoogte van het kloosterterrein.

11. Te dempen sloot

Korte omschrijving: de middensloot wordt gedempt.

Gevolgen voor archeologie: zolang de slootkanten niet worden opgeschoond of afgegraven en de waterbodem intact blijft, is de demping niet schadelijk.

Archeologische schade: geen, mits de kanten niet opgeschoond worden en de waterbodem intact blijft.

4. Conclusie

Binnen het plangebied De Hem zijn twaalf ingrepen beoordeeld op de eventuele negatieve gevolgen voor de aanwezige archeologische resten van het klooster De Hem. Het overgrote deel van de inrichtingen gaat niet dieper dan de huidige bouwvoor (tot 30 cm onder het huidige maaiveld).

De meeste bodemingrepen die wel dieper gaan dan de bouwvoor vinden plaats buiten de verwachte aanwezigheid van de resten van het klooster: de sleuven voor de nutsvoorzieningen, het hekwerk, de aanleg van de parkeerplaatsen en het verwijderen van de dammen.

Slechts één bodemingreep kan mogelijk de resten van het klooster raken: het verbreden van de sloot.

Aangezien de verbreding met name plaatsvindt door middel van de aanleg van een flauwe oever en het een zeer smalle afgraving betreft, wordt de eventuele schade aan de resten van het klooster als zeer gering ingeschat.

12De schets is als bijlage toegevoegd aan de brief van 11 januari 2016 van dhr. Kranenburg.

(9)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Wij adviseren u om een begeleider mee te brengen, u mag na de ingreep niet alleen naar huis rijden.. Uw begeleider mag niet mee naar binnen in

Gezien het veelvuldig voorkomen van glans- havervegetatie op de Leiebermen wordt nage- gaan in hoeverre deze vegetatie evolueert naar ecologisch goed ontwikkeld Arrhenaterion

Uit het antwoord moet blijken dat koolstofnegatief wil zeggen dat er meer koolstof wordt gebonden (in koolstofverbindingen) dan er wordt afgegeven (als CO 2 ) / er door de

Eindexamen havo biologie pilot 201 4-I - havovwo.nl - www.havovwo.nl - www.examen-cd.nl Cosmetische ingrepen 1 C 2 maximumscore 1 R, iris/regenboogvlies Opmerking..

3p 19 Bereken de minimale afstand tussen de opening van de kraan en de opening van het flesje waarbij geen water verspild wordt. Rond je antwoord af op een geheel

Deze brochure geeft u meer informatie over kleine chirurgische ingrepen onder lokale verdoving en probeert op een aantal veelgestelde vragen antwoord te geven.. Mocht u na

Drie tot vijf minuten voor het starten van een pijnlijke/ver- velende procedure, laten we uw kind het gasmengsel inademen via een masker.. Hierdoor is uw kind meer

Psoriasis: Otezla is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige chronische plaque-psoriasis bij volwassen patiënten die geen respons hebben vertoond op of die