• No results found

Hoge bloeddruk in de zwangerschap_Franciscus Gasthuis

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Hoge bloeddruk in de zwangerschap_Franciscus Gasthuis"

Copied!
17
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

HOGE BLOEDDRUK IN DE ZWANGERSCHAP HYPERTENSIE

FRANCISCUS GASTHUIS

(2)

Inhoudsopgave

Inleiding ... 4

Meten van de bloeddruk ... 4

Wisselende bloeddruk ... 4

Hypertensie ... 5

Gevaren van hypertensie ... 5

Soorten hypertensie ... 5

Zwangerschapshypertensie ... 5

Pre-existente hypertensie ... 5

Preeclampsie ... 6

Eclampsie ... 6

HELLP-syndroom ... 6

Wie loopt risico op zwangerschapshypertensie? ... 6

Erfelijkheid ... 7

Voorkomen van zwangerschapshypertensie ... 7

Rust ... 7

Klachten en verschijnselen ... 7

Onderzoek ... 7

Laboratoriumonderzoek ... 8

Lichamelijk onderzoek ... 8

Echoscopisch onderzoek ... 8

Poliklinische controle ... 9

Opname in het ziekenhuis ... 9

Lichte vormen van zwangerschapshypertensie ... 11

Bevalling ... 11

Na de bevalling ... 11

Complicaties bij ernstige vormen ... 11

Preeclampsie ... 11

Het HELLP-syndroom ... 12

Eclampsie ... 12

Medicijnen tegen complicaties ... 12

Bloeddrukverlagende middelen ... 13

Bijwerkingen ... 13

Medicijnen die insulten stuipen voorkomen en stoppen ... 13

Medicijnen die de longrijping van de baby versnellen ... 13

Bevalling bij ernstigere vormen van zwangerschapshypertensie ... 13

Na de bevalling ... 14

Voeding van uw baby ... 14

(3)

Na het ontslag ... 15

De volgende zwangerschap... 15

Keizersnede ... 16

Vragen ... 16

Patientenorganisaties ... 16

(4)

Inleiding

Deze folder geeft u informatie over een hoge bloeddruk en

zwangerschap. Van de vrouwen die voor het eerst zwanger zijn, krijgt zo'n tien tot vijftien procent een hoge bloeddruk

(hypertensie). Bij een volgende zwangerschap komt dat minder vaak voor. Hypertensie is vaak een reden om u naar de

gynaecoloog te verwijzen.

In deze folder vindt u terug:

 welke controles meestal plaatsvinden bij lichte hypertensie;

 welke extra zorg mogelijk is in het geval van ernstige hypertensie;

 welke zeldzame complicaties kunnen optreden.

De verloskundige, de huisarts of de gynaecoloog informeert en adviseert u verder.

Meten van de bloeddruk

Doorgaans wordt bij iedere zwangerschapscontrole uw bloeddruk gemeten. U krijgt een band om uw bovenarm.

Wanneer deze wordt opgeblazen, ontstaat even een knellend gevoel. De band is via een slangetje verbonden met de

bloeddrukmeter. Terwijl de lucht de band uitloopt, luistert de verloskundige of arts met de stethoscoop in de elleboogplooi.

Daar zijn kloppende tonen van de slagader hoorbaar. Op de bloeddrukmeter wordt bij de eerste hoorbare toon de

bovendruk afgelezen en bij de laatste hoorbare toon de

onderdruk. Bij automatische bloeddrukmeters is luisteren met de stethoscoop niet nodig. Deze apparaten vinden zelf de boven- en onderdruk.

Wisselende bloeddruk

De bloeddruk kan wisselen, bij angst of inspanning kan zij stijgen. Bij sommige vrouwen stijgt de bloeddruk tijdens het spreekuur, soms ook door de bloeddrukmeting zelf. Het is

normaal dat de waarden van de bloeddruk wisselen. Bij de ene meting kunnen andere waarden gevonden worden dan bij de andere.

(5)

Hypertensie

Bij zwangere vrouwen wordt over het algemeen de meeste waarde gehecht aan de onderdruk (de diastolische bloeddruk).

Onderzoek laat zien dat er bij een onderdruk tot 90, geen

verhoogde kans is op complicaties voor moeder en kind. Vanaf een bloeddruk van 90-95 kan de kans bestaan op complicaties.

Gevaren van hypertensie

Bij een hoge bloeddruk (95 of hoger) kunnen complicaties bij u en uw kind optreden. Uw nieren en lever kunnen tijdelijk

slechter gaan werken en er kunnen afwijkingen in de bloedstolling ontstaan. De bloedtoevoer naar de placenta

(moederkoek) kan afnemen. Hierdoor kan uw baby langzamer gaan groeien of in conditie achteruit gaan. De risico’s nemen toe naarmate uw bloeddruk stijgt. Ook is van belang wanneer de hypertensie tijdens de zwangerschap optreedt. Tegen het einde van de zwangerschap is de kans op complicaties meestal veel kleiner dan vroeg in de zwangerschap.

Soorten hypertensie

Zwangerschapshypertensie

Een hoge bloeddruk als gevolg van zwangerschap, wordt

zwangerschapshypertensie genoemd. Hierbij heeft u eerst een normale bloeddruk en in de tweede helft van de zwangerschap hypertensie. De oorzaak van zwangerschapshypertensie is onbekend. Waarschijnlijk spelen de aanleg en de ontwikkeling van de placenta in de eerste helft van de zwangerschap een rol.

Pre-existente hypertensie

Hypertensie die al vóór de zwangerschap bestaat, wordt chronische of pre-existente hypertensie genoemd.

Waarschijnlijk heeft ongeveer een derde van de zwangere vrouwen met hoge bloeddruk, deze vorm van hypertensie. Uw huisarts of verloskundige adviseert de controle van uw

zwangerschap door de gynaecoloog als uw bloeddrukverhoging al vóór de zwangerschap bestaat. De adviezen bij een

chronische hypertensie worden in deze folder niet besproken.

Wel hebben sommige extra onderzoeken hetzelfde doel als die bij zwangerschapshypertensie. Uw gynaecoloog kan u hierover informeren.

(6)

Preeclampsie

Een ernstige vorm van zwangerschapshypertensie wordt preeclampsie genoemd, dit werd vroeger ook wel

zwangerschapsvergiftiging genoemd. Hierbij is er eiwitverlies in de urine of zijn er andere tekenen van tijdelijke

orgaanbeschadiging.

Eclampsie

Eclampsie is een zeer ernstige vorm van

zwangerschapshypertensie. Hierbij ontstaan stuipen (insulten of convulsies).

HELLP-syndroom

Een speciale vorm van ernstige zwangerschapshypertensie is het HELLP-syndroom.

Deze vormen van ernstige zwangerschapshypertensie worden later in deze folder apart besproken. Ze komen gelukkig weinig voor: bij minder dan 2% van de vrouwen die voor de eerste keer zwanger zijn. In een volgende zwangerschap zijn ernstige vormen van zwangerschapshypertensie nog zeldzamer.

Wie loopt risico op zwangerschapshypertensie?

Zwangerschapshypertensie treedt vooral op tijdens de eerste zwangerschap. Een volgende zwangerschap verloopt bij lichte vormen doorgaans normaal. Bij een ernstige vorm bestaat in een volgende zwangerschap wel een grotere kans op het

opnieuw optreden van zwangerschapshypertensie. Het verloop is vaak minder ernstig. Bij de meeste vrouwen is niet duidelijk waardoor zwangerschapshypertensie optreedt. Een aantal ziekten verhoogt de kans hierop, zoals:

 suikerziekte (diabetes mellitus);

 vaat- en nierziekten;

 sommige auto-immuunziekten;

 al eerder bestaande hoge bloeddruk.

Ook bij een meerlingzwangerschap is de kans op zwangerschapshypertensie toegenomen.

(7)

Erfelijkheid

Vermoedelijk spelen ook erfelijke factoren een rol. Vrouwen die een moeder of zus hebben met een ernstige vorm van

zwangerschapshypertensie, hebben ongeveer vijfmaal zoveel kans op een hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap te

krijgen.

Voorkomen van zwangerschapshypertensie

Voor gezonde vrouwen die voor hun zwangerschap geen ziekten hadden, zijn geen zinvolle maatregelen bekend om zwangerschapshypertensie te voorkomen. Vroeger werd een zoutloos of zoutarm dieet geadviseerd, maar dit heeft geen effect. U mag dus een normale (matige) hoeveelheid zout gebruiken.

Rust

Of u door rust zwangerschapshypertensie kunt voorkomen, is nooit goed onderzocht. Toch adviseert de verloskundige of arts bij een verhoogde bloeddruk vaak rust, zoals minder of stoppen met werken of extra hulp thuis.

Klachten en verschijnselen

Veel vrouwen met lichte zwangerschapshypertensie hebben geen klachten. Bij de ernstigere vormen komen meestal wel klachten voor zoals:

 hoofdpijn (komt vaak voor);

 wazig, lichtflitsen of sterretjes zien;

 tintelingen in de vingers;

 pijn of een knellend gevoel boven in de buik;

 misselijkheid en braken;

 oedeem: zwellingen door vocht vasthouden.

Onderzoek

Als uw bloeddruk in de tweede helft van de zwangerschap verhoogd is, wordt deze na korte tijd opnieuw gecontroleerd.

Soms blijkt hij dan toch normaal te zijn. Als de onderdruk bij herhaling verhoogd is, kan er sprake zijn van

zwangerschapshypertensie.

(8)

Bij een verhoogde bloeddruk wordt uw urine gecontroleerd op de aanwezigheid van eiwit. Bij een bloeddruk die bij herhaling 90 mmHg of hoger is, bij eiwit in de urine en/of bij klachten, verwijst de verloskundige of de huisarts meestal door naar het ziekenhuis. Eventuele complicaties van de hypertensie bij u en de baby worden zo op tijd herkend.

Laboratoriumonderzoek

Meestal vindt bloedonderzoek plaats op het aantal bloedplaatjes en het functioneren van lever en nieren. Eiwit in de urine

vertelt iets over het functioneren van de nieren en de ernst van de hypertensie. Als de bloeddruk (ernstig) verhoogd is, er eiwit in de urine zit of bij afwijkende laboratoriumuitslagen, kan

opname in het ziekenhuis nodig zijn.

Als bij u urine, bloed of weefsel wordt afgenomen voor

onderzoek, dan kan het zijn dat dergelijk ‘lichaamsmateriaal’

overblijft. Dit materiaal kan worden gebruikt voor

wetenschappelijk onderzoek. Hierdoor wordt inzicht verkregen in het ontstaan en de behandeling van ziekten. Onderzoek moet aan strenge voorwaarden voldoen, zoals het anoniem

verwerken van uw lichaamsmateriaal.

Alle belangrijke informatie over onderzoek van

lichaamsmateriaal, vindt u via www.pathology.nl/voorlichting.

Heeft u er bezwaar tegen dat uw lichaamsmateriaal voor

wetenschappelijk onderzoek wordt gebruikt? Dan leest u in de folder hoe u bezwaar kunt maken.

Lichamelijk onderzoek

Uw gewicht wordt gecontroleerd om vast te stellen of u veel vocht vasthoudt. Meestal verzamelt vocht (oedeem) zich in de onderbenen. U kunt dan putjes in de benen drukken die maar langzaam verdwijnen. Soms zwellen het gezicht en de handen op als gevolg van oedeem.

Echoscopisch onderzoek

Voor de beoordeling van de conditie van de baby, wordt de grootte van de baarmoeder beoordeeld. De gynaecoloog schat

(9)

Echoscopisch onderzoek geeft aanvullende informatie over de grootte van de baby en de hoeveelheid vruchtwater. Bij

ernstige vormen van hypertensie wordt soms tijdens het

echoscopisch onderzoek de doorstroming van de bloedvaten in de navelstreng gemeten (Doppler-onderzoek). Vaak wordt ook een hartfilmpje van de baby gemaakt (een CTG:

CardioTocoGram).

De onderzoeken vinden op de polikliniek plaats. Afhankelijk van de situatie, krijgt u een vervolgafspraak of bespreekt de

gynaecoloog direct de uitslagen met u. In dat geval duurt het enkele uren voordat alle gegevens bekend zijn. Bij ernstige hypertensie wordt u soms meteen opgenomen.

Poliklinische controle

Hoe uw zwangerschap verder wordt begeleid, hangt af van de uitslagen van het onderzoek. Als de bevindingen meevallen, kan de gynaecoloog u terugverwijzen naar de verloskundige of de huisarts. In andere gevallen neemt de gynaecoloog de

begeleiding over. Poliklinische controles zijn voldoende als u geen klachten heeft.

 Uw bloeddruk is matig verhoogd (onderdruk onder 100 mmHg),

 er is geen eiwit in de urine gevonden,

 uw zijn bloeduitslagen normaal en

 de baby lijkt normaal van grootte en beweegt goed.

De kans op complicaties voor u en de baby is dan klein.

Opname in het ziekenhuis of bloeddrukverlagende medicijnen zijn niet nodig. Wel moet u geregeld terugkomen voor controle.

Als de hypertensie ernstiger wordt, kan alsnog een

ziekenhuisopname worden geadviseerd. Doorgaans herhaalt de gynaecoloog bij elke controle de verschillende onderzoeken. Als u tussen de controles door meer of nieuwe klachten krijgt of minder bewegingen van uw kind voelt, neemt u dan contact op met het ziekenhuis.

Opname in het ziekenhuis

Een opname in het ziekenhuis wordt u meestal geadviseerd bij:

 klachten;

(10)

 ernstige zwangerschapshypertensie (onderdruk hoger dan 100 mmHg);

 eiwit in de urine;

 afwijkende bloeduitslagen;

 een duidelijke groeiachterstand van uw baby;

 andere complicaties.

Het doel van de ziekenhuisopname is bewaking van uw gezondheid en die van uw baby.

Onderzoeken tijdens opname

Als u in het ziekenhuis ligt, wordt regelmatig gevraagd of u klachten hebt. De bloeddruk wordt meerdere malen per dag gemeten en bloed- en urineonderzoek vindt regelmatig plaats.

Ook de conditie van uw baby wordt in de gaten gehouden.

Leven voelen is een belangrijk teken. Vaak maakt de

verpleegkundige dagelijks een CTG en wordt echoscopisch onderzoek herhaald.

Duur van uw opname

Soms blijkt na enkele dagen dat de ernst van de

zwangerschapshypertensie meevalt, zodat u weer naar huis kunt. In ernstiger gevallen blijft u langer opgenomen, als het nodig is tot na de bevalling. Over het algemeen wordt in het ziekenhuis bedrust geadviseerd. Meestal mag u wel uit bed om naar de wc te gaan of te douchen. Ernstige

zwangerschapshypertensie kan niet genezen door bedrust alleen.

Hoe u zich voelt

Veel vrouwen met zwangerschapshypertensie voelen zich niet ziek. Eventuele medicijnen kunnen bijwerkingen geven, maar worden vaak goed verdragen. Toch is een opname vaak een moeilijke tijd van wachten, spanning, onzekerheid en

ongerustheid. Het is daarom belangrijk dat u aan artsen en verpleegkundigen uitleg vraagt over uw toestand en de verwachtingen. Zij kunnen niet precies voorspellen wat er gebeurt, dat is afhankelijk van de ontwikkeling van de hypertensie, uw klachten en de conditie van uw baby.

(11)

Lichte vormen van zwangerschapshypertensie

Bevalling

Voor uw baby is het in principe het gunstigst om geboren te worden op of in de buurt van de uitgerekende datum. Soms kan de gynaecoloog adviseren de bevalling in te leiden, bijvoorbeeld wanneer:

 de bloeddruk stijgt;

 bloeduitslagen afwijkend zijn;

 u meer eiwit via de urine verliest;

 de conditie van uw baby achteruit lijkt te gaan.

Na de bevalling

Zwangerschapshypertensie geneest meestal spontaan na de bevalling. In de eerste twee dagen na de bevalling is vaak nog extra waakzaamheid geboden. De bloeddruk kan nog stijgen, maar daalt daarna in principe. Eventuele afwijkende

bloeduitslagen verbeteren dan spontaan.

Bij lichte vormen van hypertensie, krijgt u na de bevalling vaak het advies nog een of twee dagen in het ziekenhuis te blijven voor controle van de bloeddruk. Hierbij speelt een rol of u:

 al voor de bevalling opgenomen was;

 er laboratoriumafwijkingen gevonden waren

 hoe hoog uw bloeddruk was tijdens en na de bevalling.

U krijgt ongeveer zes weken na de bevalling een nacontrole bij de verloskundige, huisarts of gynaecoloog . Hierbij krijgt u een advies omtrent de begeleiding voor een eventuele volgende zwangerschap.

Complicaties bij ernstige vormen

Gelukkig zijn ernstige vormen en complicaties van zwangerschapshypertensie zeldzaam.

Preeclampsie

Wanneer er naast de hoge bloeddruk ook een abnormale hoeveelheid eiwit in de urine aanwezig is, spreekt men niet meer van zwangerschapshypertensie maar van preeclampsie.

De kans op complicaties neemt dan toe. Het is dan beter dat u wordt opgenomen. De ernst en het verloop van preeclampsie kunnen sterk wisselen. Sommige vrouwen hebben lange tijd

(12)

weinig of geen klachten, andere worden in korte tijd ernstig ziek.

Het HELLP-syndroom

Een ernstige vorm van preeclampsie is het HELLP-syndroom.

HELLP staat voor:

 Hemolyse (afbraak van de rode bloedcellen);

 Elevated Liver enzymes (verhoogde leverenzymen);

 Low Platelets (een laag aantal bloedplaatjes).

Vrouwen met het HELLP-syndroom voelen zich meestal ziek.

Vaak hebben zij ernstige pijn in de bovenbuik, soms met uitstraling naar de zijkant van de buik of de rug. Ook misselijkheid en hoofdpijn komen veel voor. De klachten

kunnen in aanvallen optreden. Ze verdwijnen vaak na enige tijd (uren tot dagen) om later weer terug te komen. Het HELLP- syndroom is een ernstig ziektebeeld waarvoor

ziekenhuisopname noodzakelijk is.

Eclampsie

Bij ernstige zwangerschapshypertensie en preeclampsie treden in zeer zeldzame gevallen insulten of convulsies op. Er wordt dan gesproken van eclampsie. Insulten zijn trekkingen van de armen en benen. Soms wordt op de tong gebeten en er kan sprake zijn van urineverlies. De vrouw merkt er zelf niets van, doordat zij buiten bewustzijn raakt. De gynaecoloog geeft medicijnen om de insulten te stoppen en nieuwe insulten te voorkomen. Zeer intensieve bewaking is noodzakelijk, soms op de Intensive Care.

Eclampsie is een zeer ernstige situatie, die in enkele gevallen levensbedreigend kan zijn door bijkomende complicaties als een hersenbloeding, lever- of nierbeschadiging of problemen met de bloedstolling. Gelukkig herstellen de meeste vrouwen uiteindelijk helemaal. Wel is er meer risico voor de gezondheid van de baby. Complicaties zoals het loslaten van de placenta kan voor komen.

Medicijnen tegen complicaties

(13)

uw kind te voorkomen. Vaak begint u met tabletten. Bij ernstiger vormen van zwangerschapshypertensie worden medicijnen via een infuus toegediend.

Bloeddrukverlagende middelen

Als de bloeddruk bij herhaling te hoog is, kunnen

bloeddrukverlagende medicijnen worden gegeven. Er zijn verschillende middelen:

 alfamethyldopa (Aldomet®),

 labetolol (Trandate®)

 nifedipine (Adalat®)

 ketanserine (Ketensin®).

De laatste twee middelen kunnen, in plaats van tabletten, ook per infuus worden toegediend, evenals Nicardipine (Cardene®).

Bijwerkingen

De belangrijkste bijwerkingen van deze bloeddrukverlagende middelen zijn: hoofdpijn, slaperigheid, duizeligheid,

hartkloppingen, misselijkheid en braken.

Medicijnen die insulten stuipen voorkomen en stoppen

Om insulten te stoppen of te voorkomen, geeft de gynaecoloog via een infuus magnesiumsulfaat. Magnesiumsulfaat kan na toediening misselijkheid, braken en dufheid veroorzaken. Ook kan een raar gevoel in de keel en op de tong ontstaan.

Daarnaast kunt u het erg warm krijgen.

Medicijnen die de longrijping van de baby versnellen

Als er een kans is dat de baby voor 33-34 weken geboren wordt, geeft men vaak corticosteroïden (bijnierschors-

hormonen) om de longen van de baby sneller te laten rijpen.

Deze medicijnen krijgt u via een injectie.

Bevalling bij ernstigere vormen van zwangerschapshypertensie

De enige manier om de oorzaak van zwangerschapshypertensie te behandelen, is het beëindigen van de zwangerschap. Alle andere behandelingen bestrijden alleen symptomen en

proberen complicaties te voorkomen. Bij ernstige preeclampsie,

(14)

HELLP-syndroom en eclampsie wordt daarom vaak overwogen de zwangerschap te beëindigen.

Daarbij zijn de duur van de zwangerschap, de groei en de

conditie van het kind en de conditie van de moeder van belang.

Bij voorkeur wordt uw bevalling ingeleid. Als inleiden niet mogelijk is, of als de conditie van uw baby of uzelf dit niet toelaat, wordt een keizersnede overwogen. Vaak is een ruggenprik mogelijk. Soms, bijvoorbeeld bij afwijkende

bloedstolling, is narcose veiliger. Als de geboorte plaatsvindt vóór 36-37 weken of als de baby te licht is, is opname van de baby op de afdeling Neonatologie soms noodzakelijk.

Na de bevalling

Ook bij ernstige vormen van zwangerschapshypertensie treedt na de bevalling spontane genezing op. Vrijwel altijd adviseert de gynaecoloog om na de bevalling een aantal dagen in het ziekenhuis te blijven. Naarmate de hypertensie ernstiger was, kan het herstel langer duren. Als u bloeddrukverlagende

medicijnen hebt gekregen, moet u deze na de bevalling meestal nog enige tijd blijven gebruiken.

Verreweg de meeste vrouwen die een ernstige vorm van zwangerschapshypertensie hebben gehad, zijn binnen twee weken na de bevalling weer thuis en genezen uiteindelijk weer volledig. Behalve de ernst van de zwangerschapshypertensie, is voor het herstel ook van belang hoe u bevallen bent. Een

kraamvrouw knapt na een gewone bevalling sneller op dan na een keizersnede.

Voeding van uw baby

Meestal kunt u ook bij ernstige zwangerschapshypertensie uw baby borstvoeding geven. Als u veel te vroeg bevallen bent, moet u de eerste tijd de voeding afkolven.

Medicijnen

Als u na de bevalling medicijnen in verband met de bloeddruk gebruikt, bespreekt de gynaecoloog of kinderarts met u of uw baby borstvoeding mag krijgen. Bij de meeste middelen wordt

(15)

in kleine hoeveelheden in de moedermelk terechtkomen en onschadelijk zijn voor de baby. Over ketanserine zijn deze gegevens onbekend; daarom kan dit middel bij borstvoeding waarschijnlijk beter niet gebruikt worden. De gynaecoloog bespreekt wat bij u van toepassing is.

Emotionele aspecten

Welke naam er ook aan gegeven wordt: ernstige

zwangerschapshypertensie, preeclampsie, eclampsie, HELLP- syndroom, het kan voor u een emotioneel zware tijd zijn. Vaak is er een plotselinge overgang van een normale, gezonde

zwangerschap naar een periode met angst en zorgen. Het is moeilijk te accepteren dat het lichaam ‘faalt’. Sommige

vrouwen voelen zich hier – ten onrechte – zelfs schuldig over.

Door het ernstig ziek zijn, kunt u zich soms niet alles herinneren. Anderzijds maakt een opname op de afdeling

Intensive Care vaak diepe indruk. U kunt te maken krijgen met een langdurige opname van de baby op de afdeling

Neonatologie met de bijbehorende zorgen.

Het is voor het verwerkingsproces belangrijk, dat u zo goed mogelijk geïnformeerd wordt over wat er met u gebeurt of is gebeurd. Bedenk daarom voordat u op nacontrole komt bij de gynaecoloog, welke vragen u nog heeft of welke stukken in uw herinnering nog onduidelijk zijn.

Na het ontslag

Als u een ernstige vorm van zwangerschapshypertensie hebt gehad kan het enkele weken of zelfs maanden duren voordat u zich lichamelijk weer fit voelt. Ook emotioneel moet u

herstellen van de zwangerschap, de bevalling en alle spanning daaromheen. De huisarts, psycholoog, gynaecoloog of

kinderarts kan u hierin begeleiden. Contact met lotgenoten die iets dergelijks hebben meegemaakt biedt vaak goede steun. De patiëntenvereniging Stichting HELLP-syndroom kan hierin

bemiddelen.

De volgende zwangerschap

Bij zeer ernstige zwangerschapshypertensie of eclampsie is er een kleine kans op herhaling in een volgende zwangerschap.

(16)

Het verloop is dan vaak minder ernstig. Een gesprek met de gynaecoloog voorafgaand aan een volgende zwangerschap, geeft u informatie over wat u deze zwangerschap kunt

verwachten. De begeleiding van een volgende zwangerschap gebeurt door de gynaecoloog.

Keizersnede

Als u een keizersnede heeft gehad, heeft u bij een volgende bevalling altijd een medische indicatie voor de bevalling.

Vragen

In deze folder worden de gevolgen van een lichte en een

ernstige zwangerschapshypertensie beschreven. Gelukkig komt dat laatste zelden voor, en bij de meeste vrouwen is de afloop van de zwangerschap ondanks eventuele complicaties gunstig.

Als u naar aanleiding van deze folder nog vragen hebt, aarzelt u dan niet om contact op te nemen met uw huisarts,

verloskundige of gynaecoloog. Het telefoonnummer van de polikliniek Gynaecologie is 010 - 461 6202.

Om verder te lezen

De Stichting HELLP-syndroom geeft onder andere een folder en een syllabus uit. Hierin staat informatie over het HELLP-

syndroom en een brievenbundel met ervaringen van lotgenoten. Daarnaast verschijnt drie maal per jaar het

donateursblad Inzicht. Dat bevat actuele medische informatie, ervaringsverhalen, vragen en antwoorden, reacties van lezers en informatie over activiteiten van de Stichting.

Patientenorganisaties

Stichting HELLP-syndroom

Telefoonnumer: 0529 – 427 000 e-mail: info@stghellpsyndroom.nl website: www.stghellpsyndroom.nl

Deze stichting is in 1994 opgericht en heeft onder meer als doelstelling het geven van informatie over ernstige vormen van zwangerschapshypertensie en de organisatie van

lotgenotencontacten.

(17)

Telefoonnummer: 070 - 386 2535 website: www.couveuseouders.nl Vereniging Keizersnede-ouders (VKO) Telefoonnummer: 076 – 503 7117

bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 10.00-21.00 uur.

Augustus 2015 1148

© 1998 NVOG, aangepaste versie

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In deze folder leest u meer over waardoor postprandiale hypotensie wordt veroorzaakt en wat er tegen te doen

In deze folder vertellen wij u over het thuis meten van uw bloeddruk via de Thuismeten app, zodat we uw bloeddruk goed in de gaten kunnen houden en u niet steeds naar het

a Graduate School, Tianjin University of Traditional Chinese Medicine, Tianjin b Nephrology Department, Fuyang Fifth People’s Hospital, Anhui.. c School of Health Sciences

Voor gezonde vrouwen die voor hun zwangerschap geen ziekten hadden, zijn geen zinvolle maatregelen bekend om zwangerschapshypertensie te voorkomen Indien de bloeddruk verhoogd

Opname wordt meestal geadviseerd bij klachten, ernstige zwangerschapshypertensie (onderdruk hoger dan 100 mmHg), eiwit in de urine, afwijkende bloeduitslagen, een

Heeft u nieuwe of toenemende klachten die met uw nierschade en/of hoge bloeddruk te maken kunnen hebben, bel dan naar de polikliniek. U belt ook als uw metingen niet

De kans op deze complicaties is over het algemeen niet verhoogd bij een lichte verhoging van de bloeddruk (zoals een onderdruk tot 90 mmHg), maar zij neemt toe naarmate de

Het is dus belangrijk dat u voldoende eiwit binnen krijgt om bouwstoffen te leveren voor het lichaam, maar niet zoveel dat daardoor het eiwitverlies met de urine toeneemt.. Naast