De meeliftregeling:
gemeentelijke samenwerking rond de nieuwe wet Inburgering Inleiding
De minister van SZW heeft in de voorbereiding van de wet en in het overleg met G4 en de VNG sterk aangedrongen op regionale samenwerking. De arbeidsmarktregio’s vormen hiervoor het meest aangewezen platform.
Bij een goede beschouwing blijkt dat binnen een arbeidsmarktregio vaak een verschil bestaat tussen een of twee gemeenten met een grote taakstelling en de andere gemeenten met een (heel) kleine taakstelling. De grote(re) gemeenten zijn voor hun inkoop aanbestedingsplichtig. Gezien de kleine omvang is voor de andere gemeenten een lokale (meervoudig) onderhandse aanbesteding bij lokale aanbieders een aangewezen oplossing. Er zijn mogelijk ook regiogemeenten die ervoor kiezen om aan te sluiten bij de aanbesteding van een centrumgemeente. Een pragmatische oplossing hiervoor is de meeliftregeling. Deze kent drie elementen: aansluiten, meeliften en individuele overeenkomsten.
Aansluiten
Regiogemeenten kunnen aansluiten bij de aanbesteding die de centrumgemeente moet uitvoeren.
Het voordeel is dat aangesloten kan worden bij de “inkoopkracht” van een groter volume. Ook kan gebruik worden gemaakt van de ervaring en expertise van de centrumgemeente. Het nadeel is dat geheel aangesloten moet worden bij de inrichting die de centrumgemeente kiest. Gezien de aantallen is het bovendien vrijwel zeker zo dat de statushouders voor hun leerroute gebruik moeten maken van een locatie in de centrumgemeente.
Meeliften
De centrumgemeenten kan aan de andere gemeenten de mogelijkheid bieden om cliënten uit hun eigen bestand te laten “meeliften” op door de centrumgemeente ingekochte percelen. De route wordt dan op een locatie in de centrumgemeente, door een aanbieder van de centrumgemeente en tegen de condities van de centrumgemeente uitgevoerd. De centrumgemeente brengt de route in rekening bij de regiogemeente en voorziet deze van de voor de verantwoording naar het rijk en de handhaving noodzakelijke informatie. Hiervoor zal in goed overleg een werkprotocol worden opgesteld.
Het blijkt dat er vooral belangstelling bestaat om statushouders te laten meeliften op de
Onderwijsroute. De onderwijsinstelling zijn immers vrijwel altijd in de centrumgemeente gesitueerd.
Op grond van Europese jurisprudentie1 moet een gemeente voorzichtig omgaan met het uitbreiden van de omvang van een eenmaal gesloten raamovereenkomst. Het is daarom aan te raden om in de aanbestedingsdocumenten een expliciete verwijzing worden opgenomen naar het artikel in de
1 HvJ EU 19 december 2018, zaak C-216/17, ECLI:EU:C:2018:1034.
Aanbestedingswet waarin een overschrijding van het aangekondigde maximum met 10% is
toegestaan2. Gezien het verschil in taakstelling tussen de centrumgemeenten en de regiogemeenten zal dir percentage naar alle waarschijnlijkheid niet worden overschreden.
Individuele overeenkomsten
Het blijkt in de praktijk dat ook gemeente buiten de “eigen” arbeidsmarktregio willen aansluiten bij de inkoop van de centrumgemeente. Dit met name voor de kleine groep statushouders in de Onderwijsroute die de mogelijkheid hebben om door te stromen naar een HBO- of Universitaire opleiding. In de praktijk blijkt het moeilijk om buiten het kader van een arbeidsmarktregio tot afspraken te komen.
De oplossing voor gemeenten uit een andere arbeidsmarktregio is gelegen in het gebruik van
individuele overeenkomsten. Deze zijn bij gemeenten bekend uit het sociale domein, waar ze worden gebruikt als oplossing om in bijzondere situaties maatwerkondersteuning te kunnen bieden. De centrumgemeente kan in het Programma van Eisen opnemen dat de selecteren aanbieders bereid moeten zijn om ook met gemeenten uit een andere arbeidsmarktregio in gesprek te gaan over het plaatsen van statushouders op individuele basis. In dit geval loopt de financiering per statushouder tussen de “buitengemeente” en de taalaanbieder. Het spreekt voor zich dat de tarieven en
voorwaarden van de centrumgemeente leidend zijn voor de individuele overeenkomst.
Nadere informatie en vragen?
Voor nadere informatie en vragen kunt u terecht bij Ben Bugter, inkoopadviseur van de gemeente Amsterdam. Hij is te bereiken op 06-17238323 en b.bugter@amsterdam.nl.
2 artikel 2.163b, lid a, sub 2 Aw2012