• No results found

Kunstgeschiedenis moderne kunst

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Kunstgeschiedenis moderne kunst"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kunstgeschiedenis

Handleiding leerkracht

Denkwijs

Emmi M . Visser

moderne kunst

(2)

In deze serie verschijnen onder andere de volgende titels:

• Kunstgeschiedenis - de oudheid

• Kunstgeschiedenis - middeleeuwen

• Kunstgeschiedenis - renaissance en barok

• Kunstgeschiedenis - moderne kunst

• Denken over Taal (zes delen groep 3 t/m 8)

• Literatuur en creatief schrijven

Kijk op onze website www.eduforce.nl voor alle verrijkingswerkboeken.

Handleiding voor de leerkracht bij ‘Kunstgeschiedenis - moderne kunst’ uit de reeks Denkwijs.

Verrijkingswerk voor groep 7 en 8.

Uitgeverij Eduforce Lavendelheide 21 9202 PD Drachten www.eduforce.nl mail@eduforce.nl Tel: 0880 – 200 300 Auteur: drs. Emmi M. Visser Eduforce, januari 2016 ISBN: 978-94-92131-29-4

© 2016 Eduforce. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel toestemming van de uitgever.

(3)

3

belangrijkste is. Elk hoofdstuk bevat tenminste één samenwerkingsopdracht.

Tijdsplanning

Het doorwerken van een hoofdstuk kost

ongeveer 90 tot 120 minuten, afhankelijk van de snelheid van de leerling. Sommige hoofdstukken duren langer in verband met uitgebreidere opdrachten aan het einde van het hoofdstuk. Een tip is om van de eindopdrachten aan het einde van elk hoofdstuk werkstukken te laten maken.

Benodigdheden

Bij verschillende opdrachten zijn woordenboeken of encyclopedieën nodig. Deze kunnen zo nodig op internet geraadpleegd worden. Verder heeft de leerling geregeld extra papier nodig en wordt zo nu en dan verwezen naar een website.

Tenslotte wordt de leerling aangemoedigd zo nu en dan meer afbeeldingen van kunst uit een te zoeken. Dit kan met internet of met boeken gedaan worden.

Begeleiding

In principe kan de leerling de hoofdstukken zelfstandig verwerken. Sommige onderdelen van het werkboek zijn lastiger dan andere. Hierbij kan extra begeleiding noodzakelijk zijn.

Hoofdstuk 2 t/m 8 bevatten een samenwerkingsopdracht die met een medeleerling kan worden uitgevoerd. Indien wenselijk kunnen deze opdrachten ook alleen worden uitgevoerd.

Introductie

Deze handleiding biedt ondersteuning voor de leerkracht bij het werkboek ‘Kunstgeschiedenis - moderne kunst’ uit de reeks ‘Denkwijs’.

Het werkboek is een combinatie van theorie over kunstbeschouwing en theorie over kunstgeschiedenis.

Leerdoelen

Het hoofddoel van deze methode is om leerlingen plezier te laten beleven aan en inzicht te geven in de geschiedenis van kunst en architectuur. Algemene geschiedenis en kunstbeschouwing komen daarbij ook aan bod, kunst. Dit werkboek leert kinderen zich open te stellen voor kunst, wat in lijn ligt met de karakteristiek van Kunstzinnige Oriëntatie in het primair onderwijs.

Voorts komt in deze methode een aantal

competenties aan de orde met betrekking tot de kerndoelen Kunstzinnige Oriëntatie, namelijk, 55 en 56 en in beperkte mate 54. Ook kerndoelen 51 en 52 (oriëntatie op jezelf en de wereld) komen sterk naar voren. Van de kerndoelen Nederlands komen 4, 5, 6 en 12 aan bod.

Deze lesmethode streeft er ook naar om leerlingen, behalve plezier bij het kijken naar kunst, een theoretische achtergrond te bieden waarmee zij hun eigen kijk- en denkstrategieën ten opzichte van kunst kunnen uitbreiden. Daarbij is het idee dat het een het ander versterkt: meer inzicht geeft meer plezier in het kijken naar kunst, en meer plezier leidt tot nieuwsgierigheid naar meer inzicht.

Aansluiting

De inhoud van deze methode geeft een grondige basis voor het vak ‘Culturele Kunstzinnige Vorming’ van het voortgezet onderwijs. Hoewel sommige onderwerpen in dit werkboek beperkte overlap vertonen met het curriculum van het voortgezet onderwijs, is de methode desondanks op zichzelf staand en uitdrukkelijk gericht op groep 7 en 8 van het basisonderwijs.

Soorten opdrachten

Dit werkboek is ontworpen om leerlingen extra uitdaging in de vorm van verrijkingswerk te bieden. Deze uitdaging komt niet alleen naar voren in het onderwerp, maar vooral ook in de soorten opdrachten. Bijna alle opdrachten bestaan uit open vragen, waarbij de leerling evalueren, toe te passen en te creëren. Dit betekent dat de meeste opdrachten niet één gesloten antwoord hebben, maar dat de argumentatie en uitwerking van het antwoord het

(4)

4

tekening.

2.5 Idem 2.1. Belangrijk is dat de leerling in zijn of haar argumentatie bewijst de verschillen tussen de kunstenaars te begrijpen.

2.6a Idem 2.1. Er is geen 100% correcte volgorde, maar de leerling zou ongeveer de volgende verdeling moeten hebben:

1: mythologie

2, 3 en 4: religieus, portret, les leren 5, 6 en 7: dagelijks leven, landschap, stilleven.

2.6b Idem 2.1. Bijvoorbeeld: dromen, fantasie, scènes uit boeken, het heelal, etc.

2.6c Idem 2.1. Het antwoord van de leerling verraad dat hij of zijn begrijpt dat het heel moeilijk is om met totaal nieuwe ideeën te komen. Deze kunstenaars dachten eigenlijk niet eens na over mogelijke nieuwe onderwerpen. Dat zat niet in hun wereldbeeld.

3. Neoclassicisme

3.1 Een goed antwoord laat zien dat de leerling serieus over de vraag heeft nagedacht. In werkelijkheid waren kunstenaars zich daar maar weinig van bewust. Wel waren ze zich uiteraard bewust van hun voorgangers en tijdgenoten en hun werk, maar ze dachten nauwelijks in kunststijlen.

3.2 Idem 3.1. Bijvoorbeeld: dankzij academies konden heel veel studenten les krijgen van de grootste experts. Ook konden ze elkaar inspireren. Een nadeel was dat het vast heel duur was en er minder ruimte was voor creativiteit.

3.3 Idem 3.1. Kunstenaars probeerden steeds opvallender, dramatischer, grootsere schilderijen te maken.

3.4 Idem 3.1. Het was voor Amerikanen makkelijker, omdat zij minder beïnvloed werden door de eeuwenlange conventies die in Europa nog veel invloed hadden.

3.5 Kort gezegd was de Franse Revolutie een opstand in 1789-1799 die resulteerde in de afschaf van de Franse monarchie en de oprichting van de Frans Republiek.

3.6 Idem 3.1. In beide schilderijen moeten

‘klassieke’ elementen voorkomen. De leerlingen moeten elkaar als held hebben afgebeeld.

3.7 Idem 3.1. Bijvoorbeeld: Goya’s portretten waren juist door hun lelijkheid heel herkenbaar.

3.8 A. Constable B. Turner C. Constable

A en C lijken op elkaar en zijn nog redelijk precies en realistisch geschilderd. B is meer een impressie, zonder veel details.

3.9 Idem 3.1. Wie er uiteindelijk meer invloed

De antwoorden

1. Kunst? Geschiedenis?

1.1 Een goed antwoord laat zien dat de leerling serieus over de vraag heeft nagedacht. Bijvoorbeeld: de industriële revolutie, Napoleon, België onafhankelijk, Eerste en Tweede Wereldoorlog,

beurskrach, de uitvinding van de auto, computer, televisie, etc.

1.2 Idem 1.1. De leerling heeft door dat dit een hele lastige vraag is die afhangt van tijd, plaats en cultuur.

1.3 Idem 1.1. Bijvoorbeeld: een conventie is een bepaalde manier van dingen doen die iedereen als ‘juist’ en ‘goed’

beschouwt.

1.4 Idem 1.1. Romantische kunst volgt de geest van de romantiek. De romantiek legt de nadruk op gevoel, emotie, intuïtie en verbeelding.

1.5 Idem 1.1. Het schilderij van Friedrich is zeker romantisch, want het legt de nadruk op het dromerige van de wandelaar en de prachtige eenzaamheid van zijn omgeving.

Het werk van Alma Tadema is niet romantisch, hoewel het onderwerp romantisch is in de gewone betekenis van het woord. De sfeer en schilderstijl zijn echter helemaal niet romantisch. Alma Tadema legt geen nadruk op emoties.

1.6 Idem 1.1.

1.7 Idem 1.1.

2. Eeuw van het verstand

2.1 Een goed antwoord laat zien dat de leerling serieus over de vraag heeft nagedacht. Uit de voorgaande werkboeken zou de leerling opgepikt moeten hebben dat kunstenaars reageren op de kunst van hun voorgangers. Die reactie is vaak om een heel andere weg in te slaan. De leerling zou dus kunnen verwachten dat de nieuwe generatie kunstenaars juist niet dramatisch zal werken.

2.2 Goede tekeningen laten zien dat de leerling het verschil tussen barok en rococo begrijpt. De baroktekening is heftig, dramatisch, met grote verschillen tussen licht en donker. De rococotekening 2.3 Deze opdracht vraagt de leerling om de

prent heel precies te bekijken.

Bijvoorbeeld: een uitgemergelde man, een moeder wiens kind van de trap valt, een man die botten afkluift, ruzie, etc.

2.4 Idem 2.1. De tekening is een serieuze poging om een prent in de stijl van Hogarth te maken en de uitleg verklaart de verschillende elementen in de

(5)

In de laatste twee

eeuwen is

de kunst enorm snel veranderd.

.

Waarom? Dat

ontdek jij in het werk -

boek . Je bekijkt kunst

van Ingres tot Van Gogh en Mondriaan en ontdekt wat jij er zelf eigenlijk van vindt

.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3.1 Een goed antwoord laat zien dat de leerling serieus over de vraag heeft nagedacht.. De pausen hadden veel macht omdat de Katholieke Kerk veel

Antwoord: Zoals u heeft kunnen lezen in het antwoord op vraag 1 is dit onderdeel van de mogelijke oplossingen die we onderzoeken?. Kan er een hek bij de ingang van het grote plein

Deze vooringenomenheden zijn bij de meeste HRM-afdelingen niet bekend; hierdoor wordt er veelal niet aan vrouwen gedacht voor bepaalde functies 27 en hebben ze ook niet altijd

Nader tot de troon Waar het loflied klinkt Heel de schepping zingt:.. Hij

Maak een foto van het typeplaatje van de waterkoker die jullie gaan gebruiken en plak die foto hieronder.. 1PT

Maak een foto van het typeplaatje van de waterkoker die jullie gaan gebruiken en plak die foto hieronder.. Op het typeplaatje staan

Borduurders die een eerdere versie bezitten, kunnen hun oudere BERNINA borduursoftware bijwerken naar de nieuwe BERNINA borduursoftware 9 om alle nieuwe fantastische functies

In dit boek schuwt zij het niet om zelf pijnlijk eerlijk te zijn, maar vooral ook niet om jou pijnlijk duidelijk te maken dat je moet stoppen met jezelf voor de gek houden.. Wil