Stap
voor
Stap 1
Iwan Michailov
Hans van Schuppen
Accordeon
methode
Voorwoord
Deze methode is gemaakt voor iedereen die het accordeon wil leren bespelen en daar vooral plezier aan wil beleven!
Het grote voordeel van deze methode is dat deze geen voorkennis vereist. De op- bouw gebeurt zeer geleidelijk.
In deel één komt het allereerste begin aan bod:
- het spelen van de eerste 6 tonen - hoe speel ik een begeleiding in de bas
- de hele-halve-kwartnoot en halve noot met punt
- maar ook technieken zoals vingerwisseling, spreiding enz.
Voor de leerling is deze methode zeer prettig in gebruik. Naast zelf gecomponeerd materiaal ontdekt hij ook bekende liedjes. Dat maakt het instuderen gemakkelijk en plezierig...
Bij elk stukje hoort trouwens een beknopte theoretische uitleg.
Bij deze methode hoort een supplement met nog meer oefenstukjes. Vanaf bladzijde 15 heb je het supplement echt wel nodig.
Heel veel speelplezier gewenst!
Iwan Michailov en Hans van Schuppen
Een korte uitleg over de accordeon en enkele muzikale begrippen.
De accordeon bestaat uit drie delen:
- de diskant met het toetsenbord en gril - de balg
- de baskant
Met de toetsen spelen we meestal de melodie en de baskant dient dan voor de be- geleiding. De balg is natuurlijk erg belangrijk, want zonder lucht komt er geen geluid uit de accordeon. De balg is voor de accordeon wat de strijkstok is voor de viool:
door de hantering van de balg creëer je alle dynamiek en expressie. Het spelen van muzikale zinnen, de accenten, hard en zacht spelen gebeurt allemaal met de balg.
Daarnaast speelt ook de aanslag van de vingers een belangrijke rol.
Om aan te geven wanneer er met de balg gewisseld moet worden gebruiken we deze tekens,
voor uit spelen en voor dicht spelen
Het toetsenbord bestaat uit witte en zwarte toetsen, de witte liggen naast elkaar en de zwarte toetsen liggen afwisselend in groepjes van 2 en 3 tussen de witte toetsen.
Er ligt altijd een toon C links van een groepje van 2 zwarte toetsen.
A B C D E F G
f g a b c d e f g a b c d e f
Nu gaan we naar de baskant: de bas in het midden met het kuiltje erin is de grond- bas C. De bas er recht boven (zie tekening) is de grondbas G. De C wordt met de 4de vinger gespeeld en de G met de 3de vinger.
G C
De volgende oefening is met C grondbas en G grondbas.
Bij de volgende oefening gebruik je de 2 handen. We blijven 4 tellen uit en 4 tellen dicht met de balg spelen.
Je speelt de begeleiding van de wals met de 4de en de 3de vinger als volgt: 4-3-3.
Het is de bedoeling om de eerste bas lang te spelen, daarvoor druk je het basknopje helemaal in. De andere 2 bassen speel je kort, door de basknopjes maar half in te drukken.
My first waltz
In de volgende oefening komen we een nieuwe bas tegen, de F bas die onder de C bas zit. Kijk maar naar de tekening.
G C F
g c f
Nu een melodie met de F bas in de begeleiding.
In the sun
Probeer deze canon eens met je leraar of met een andere leerling.
Like a canon
Dit teken betekent let op de vingerzetting.
In de volgende oefening zit de nieuwe toon A. In deze oefening begin je niet met je duim op de C maar met de duim op de D, zodat je met de 5de vinger de nieuwe toon A kunt spelen. Aan het eind van de oefening plaats je je duim weer een toets naar beneden zodat de laatste noot C met de 1ste vinger wordt gespeeld.
In het stukje “Carnaval in Rio” begin je met de 4de vinger op de toon G, de duim staat dan op de toon D. Met je 5de vinger kun je dan de nieuwe noot A spelen.
Carnaval in Rio
Conversation
We spelen nu een stukje voor 2 accordeons. Let op het volgende belangrijke mu- zikale gegeven: “vraag en antwoord geven”.
Nog een swingend stukje voor 2 accordeons.
