• No results found

Ondernemend Nederland

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Ondernemend Nederland"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Pagina 10 Pagina 9

Pagina 7 Pagina 6

Goede internal audit helpt de complete organisatie vooruit

‘Vastgoedfinanciering houdt niet op bij drie keer nee’

Nederlands financierings- landschap in beweging Groot deel van Nederlandse

mkb groeit niet of nauwelijks

mijnzakengids.nl

Ondernemend Nederland

juni 2019

(2)

2 ONDERNEMEND NEDERLAND

Alternatieve financieringen

Krediet voor ondernemers via de pinautomaat

‘Waar anderen weken over doen, kunnen wij in één dag’

'Goede service en snelheid'

‘Binnen een kwartier kun je je factuur verkopen’

Zakelijk krediet? Kijk eens verder dan een bank.

Groot deel van Nederlandse mkb groeit niet of nauwelijks Nederlands financieringslandschap in beweging

‘Vastgoedfinanciering houdt niet op bij drie keer nee’

3 4 4 4 5 6 7 9

Risicomanagement en auditing

Internal audit: een wereld in beweging

Digitalisering als de glazen bol voor internal auditing 'Regeldruk is legitieme zorg voor kleine ondernemer’

Nieuwe COBIT 2019 biedt praktische handvatten 10

11 12 13

Ondernemen in agri en food

Een man een vogel, een boer een gans

Marel Poultry verstrekt de juiste tools voor een verantwoorde productie 15

15

Colofon

Deze onafhankelijke publicatie van Pulse Media Group verschijnt op 22 juni bij Elsevier Weekblad.

De inhoud van de commerciële bijdragen zoals profielen, expertinterviews, expertbijdragen en advertorials beschrijven de meningen en standpunten van de geïnterviewden.

De redactie van PMG tracht alle fouten te voorkomen, maar de redactie kan niet instaan voor eventuele fouten of onvolkomenheden in deze bijdragen.

PMG aanvaardt hierdoor geen aansprakelijkheid. Pulse Media Group B.V. www.pulsemedia-group.com info@pulsemedia-group.com Sales: Nathalie du Bruin

Redactie: Cor Dol, Laura Fransen, Sanne de Jager, Kyra Kemps en Roy van der Marel Vormgeving: www.studio-unpolished.nl, foto’s: Bigstockphoto.com en Unsplash.com.

Directeur-uitgever: Paul van Vuuren, drukker: Janssen/Pers Rotatiedruk, Gennep.

COLUMN

Ondernemer zijn is niet iets dat je kunt leren.

Ondernemerschap is een aangeboren afwijking waarbij je vooral continu een roze bril op hebt. Dit bepaalt in grote mate of je start en – belangrijker – of je doorgaat wanneer het echt moeilijk wordt.

Wat je wel kunt leren is ondernemen. Hoe je een bedrijf opzet, hoe je een bedrijf uitbouwt, hoe je een organisatie structureert, hoe je financiering aantrekt en vooral hoe je mensen leidt.

De fascinerende tegenstelling is dat juist veel ondernemers niet ‘leren’ hoe ze beter kunnen ondernemen. Vaak begint het met een idee en is men vervolgens zeven jaar bezig om daar een succes van te maken. Een paar miljoen omzet, twintig man op de payroll met als inleg weken van 70 uur.

Wat ontzettend zonde, want hoewel ‘learning on the job’ in veel gevallen effectief is, kan de ondernemer vaak veel sneller, makkelijker en vooral leuker groeien als hij of zij zou leren om beter en slimmer te ondernemen. Vooral door aan het bedrijf te werken en niet erin. Door betere mensen te vinden, inspirerende doelen te stellen en effectieve processen te creëren om die doelen ook te halen. Door op het juiste moment de juiste financiering binnen te halen en beter te leiden. Dan is ondernemen makkelijker en vooral ook leuker, ook voor alle medewerkers.

Ik kwam daar zelf net op tijd achter. Ik heb zelf ervaren dat als je als ondernemer niet leert, je uiteindelijk zelf de reden bent waarom het bedrijf niet verder vooruitkomt. Het adagium

‘the bottleneck is always on top of the bottle’

is waar. Ondernemer zijn is niet te leren. Leren ondernemen wel. Succes.

Auteur: Kees de Jong

Ondernemer zijn

Ondernemer, investeerder, mede-initiatiefnemer nlgroeit

INHOUDSOPGAVE

(3)

GASTBIJDRAGE

O

ndernemers met een goed lopend bedrijf die even krap bij kas zitten en bij de bank geen gehoor krijgen, kunnen aankloppen bij SECASH. Deze jonge onderneming stelt vooral aan mkb’ers kortlopende kredieten beschik- baar. “Maar als je bij de bank terechtkunt, moet je dat zeker doen”, adviseert Herman Roebersen, een van de twee grondleggers.

Dat klinkt opmerkelijk voor iemand die middenstanders aan kredieten helpt, maar hij legt uit hoe hij dat bedoelt.

Enkele jaren geleden toen de financiële crisis diepe wonden veroorzaakte, vatte hij en zijn compagnon het plan op onder- nemers snel en gemakkelijk aan krediet te helpen. “Vooral in de crisisjaren ge- beurde het regelmatig dat banken geen geld meer uitleenden, de rekening courant onder druk kwam te staan en het einde van de onderneming naderde. Met het verstrekken van een kortlopend krediet wilden wij het voor deze groep mogelijk maken om de tijdelijke dip te overbruggen.

Dat idee sloeg aan, en zo ontstond SECASH”, vertelt hij.

Pinautomaten

Nu zijn in de wereld van de krediet- verstrekkers meer partijen actief, maar SECASH heeft een extra troef achter de hand, benadrukt Roebersen. “Met ons bedrijf SEPAY verkopen en verhuren

we sinds 2008 pinautomaten. Bovendien beschikken we over een vergunning van De Nederlandsche Bank (DNB) als betaal- instelling. Juist doordat we de transacties die via onze pinautomaten verlopen op de voet volgen, kunnen we zien of de omzet van een ondernemer voldoende is om de financiële verplichtingen na te komen.”

Niet alleen als de zaken tijdelijk minder gaan, kan een ondernemer soms om geld verlegen zitten. Als voorbeeld noemt Roebersen de modezaak die aan het begin van het zomerseizoen moet investeren in de aanschaf van de nieuwe collectie.

“Bij grote aantallen kan hij rekenen op flinke kortingen van de leverancier. Dat kan soms oplopen tot bedragen die hoger zijn dan de rente die hij bij ons op het krediet betaalt. Dat maakt het aan- trekkelijk om even wat extra geld aan te trekken.” In andere gevallen gaat het om ondernemers die willen groeien en daar behalve het nodige lef ook kapitaal voor nodig hebben. “Als een reguliere bank het dan laat afweten, kunnen wij meestal helpen met een passende bedrijfs- financiering.”

Rentepercentages

Tegelijk laat Roebersen er geen mis- verstand over bestaan dat de rente- percentages die zijn bedrijf kent stevig zijn en gemiddeld rond de 1,5 procent

per maand liggen. Op jaarbasis is dat ongeveer 20 procent. “Inderdaad, dat is fors”, geeft hij toe. “Dat komt onder andere door het risico dat afgedekt moet worden en het meestal om kortlopende kredieten gaat. Daarom adviseren we ondernemers ook altijd eerst bij hun bank te informeren of zij daar tegen aantrekkelijke voorwaarden de benodigde financiële middelen kunnen verkrijgen.”

Mocht de ondernemer daar toch nul op rekest krijgen, maar het geld snel nodig hebben dan kan SECASH hem helpen met een flexibel krediet. “Inderdaad, we werken snel, maar gaan daarbij niet over een nacht ijs. Zo beoordelen we de actuele prestaties van een bedrijf aan de hand van de huidige pin-omzet. Daarnaast kijken we naar de ontwikkeling van het bedrijf en naar de plannen die er liggen. Niemand heeft er baat bij als we te gemakkelijk geld verstrekken aan een ondernemer die vervolgens alleen maar verder in de problemen komt doordat hij niet kan voldoen aan zijn verplichtingen.”

Bij SECASH is het mogelijk een krediet van vijf tot honderdduizend euro te verkrijgen.

Afhankelijk van de termijn waarbinnen het bedrag wordt afgelost - looptijden van zes tot zesendertig maanden zijn mogelijk - en de beoordeling van het risico ligt de rente, zoals Roebersen eerder aangaf,

tussen de een en twee procent per maand.

Aflossingstermijnen variëren en zijn ge- baseerd op de wensen van de klant en de hoogte van het krediet. Transparantie en duidelijkheid als het gaat om de voorwaarden vindt hij belangrijk. “Bij ons is geen sprake van de beruchte kleine lettertjes.”

Op de website van SECASH kunnen belang- stellenden snel een indicatie krijgen van de mogelijkheden en de kosten van een krediet, maar om het geld daadwerkelijk op de rekening gestort te krijgen is meer nodig. “Onze financiële dienstverlening is alleen beschikbaar voor klanten van SEPAY, ons zusterbedrijf. Simpel gezegd, degenen die in aanmerking willen komen voor een krediet moeten een pinautomaat van ons kopen of huren. Deze kosten verrekenen we met de afsluitprovisie, waardoor hier voor de klant geen extra kosten aan verbonden zijn. Daarnaast moet de onderneming minimaal twee jaar bestaan en we verstrekken nooit meer dan tien procent van de jaaromzet.”

Pinautomaat als spil

Die pinautomaat waar Roebersen op doelt is eigenlijk de spil van het concept, legt hij uit. “Doordat wij de pin-omzet van een bedrijf voortdurend in de gaten houden, kunnen we ook tijdig in actie komen als er betalingsproblemen ontstaan. In dat geval overleggen we altijd met de ondernemer en bekijken we samen hoe we de problemen het hoofd kunnen bieden. Dat is immers in ons beider belang. Pas als het systeem een seintje geeft dat bijvoorbeeld de pin-betalingen bij een ondernemer achter blijven gaan we kijken wat er aan de hand is.”

Door de bundeling van de krachten van SECASH en SEPAY is volgens Roebersen een concept ontstaan dat misschien niet uniek is in Nederland maar wel met elementen die soortgelijke ondernemin- gen niet hebben. “Dat komt doordat we onze expertise met betaal- en geldverkeer die we bij SEPAY hebben opgedaan, ook aanwenden in SECASH. Daar we al jaren met ondernemers samenwerken, kennen wij de mogelijkheden van de markt en weten we welke kansen er liggen. Wij helpen met hun investeringen, zodat zij hun pin-omzet kunnen vergroten. Dat is ook weer gunstig voor ons. Zo snijdt het mes aan twee kanten.”

Tot nu heeft SECASH ruim tien miljoen euro als lening verstrekt, maar als het aan Roebersen en zijn collega’s ligt, wordt dat bedrag de komende twee jaar minstens tien keer zo hoog. “Afgelopen jaren zijn we vooral bezig geweest om onze tech- nische mogelijkheden volledig te be- nutten. Zo hebben we het grootste deel van onze activiteiten geautomatiseerd.

Nu we alle interne processen op orde hebben, staan we op het punt ons bedrijf en ons concept breder bekend te maken en flink te groeien.”

Krediet voor ondernemers via de pinautomaat

www.secash.nl www.sepay.nl 088 - 426 2700

Meer informatie

Herman Roebersen

(4)

4 ALTERNATIEVE FINANCIERINGEN ONDERNEMEND NEDERLAND

GASTBIJDRAGE

V

eel mkb’ers zullen het probleem her- kennen: uitstaande facturen die niet worden afgelost en ondertussen stapelen de rekeningen op. Factormaatschappij Voldaan is het antwoord op dit short-term liquiditeitsprobleem, zo legt commercieel directeur Tim Zoete uit.

Zoete en mede-oprichter Ad Buijs hebben een uitgebreide achtergrond binnen de bancaire sector. Daar viel het hen op dat liquiditeit voor mkb’ers niet voldoende ondersteund werd door hun werkgever en haar concurrenten. Grote organisaties werden wel voorzien van een passend antwoord, maar over kleine, minder ren- dabele bedragen bekommerde men zich niet. Omdat het totale aanbod van de kleine aanvragen desondanks niet afnam hebben Zoete en Buijs Voldaan in het leven geroepen.

“De traditionele vorm van factoring bestaat feitelijk al lang en is goed in- gebed in de bancaire wereld. Daar wordt ingekocht op basis van je volledige portefeuille. Wij doen dat net even anders en nemen alleen de factuur als zekerheid.

Daar zijn geen kasboekje, borgstelling of jaarcijfers voor nodig. De factuur wordt

op 120 punten gecontroleerd door ons algoritme vóór aankoop. That’s it.”

“Daarmee financieren wij feitelijk wat de rest niet doet. Wij helpen de ondernemer waar de bank zijn neus voor ophaalt. In algemene zin komen alle ondernemers die aan andere ondernemers factureren wel bij ons in aanmerking. Een notoire uitzondering daargelaten.”

Dat aanmelden gaat overigens bijzonder snel. “Bij ons ben je letterlijk binnen een kwartier klant en kun je je factuur verkopen. Binnen 24 uur beschik jij over extra liquiditeit. Probeer dat maar eens bij een bank.”

“We zijn de enige die vooraf duidelijk communiceert wat de kosten zullen zijn.

Dat is een principekwestie. Wat kost het behandelen van een factuur? Dat bere- kenen we door. Iedereen betaalt hetzelfde,

hoe groot je ook bent. Veel concurrenten hanteren kostenmodellen waar je achter- af extra voor moet betalen. Ik vind het belangrijk dat jij weet waar je aan toe bent.”

Die intrinsieke drang naar eerlijkheid en duidelijkheid leidde uiteindelijk tot het mede-oprichten van de Stichting MKB Financiering. “Wij zijn één van de founding partners van de stichting omdat we merkten dat er binnen de financiële sector niet altijd even nauw met de regels omgegaan wordt. Met de stichting geven we een signaal af dat we meedenken aan de belangen van onze klanten.”

‘Binnen een kwartier kun je je factuur verkopen’

Tim Zoete

www.factuurvoldaan.nl info@factuurvoldaan.nl 085 401 79 64

Meer informatie

GASTBIJDRAGE

F

unding Circle is in 2010 opgericht omdat er een grote kans lag op de financieringsmarkt voor het MKB. Dat gat blijkt een gezonde voedingsbodem te zijn geweest. In nog geen decennium is het online leenplatform uitgegroeid van een handvol leningen naar een internationaal opererende organisatie die meer dan 68.000 ondernemers heeft geholpen.

“Gek genoeg is datzelfde probleem er negen jaar later nog altijd”, aldus direc- teur Jeroen Broekema. “Met name de kleine bedrijven hadden moeite met het vinden van goede service en snelheid van hun financiering. Zij zijn gebaat bij een passende kapitaalinjectie om nieuw personeel aan te nemen, inventaris uit te breiden of op grotere schaal inkopen te doen. Daar schoten de traditionele grootbanken tekort.”

“Aan de andere kant zagen we dat veel investeerders geld wilden uitlenen aan deze kleine organisaties, maar die mogelijkheid niet kregen”, vervolgt hij.

“Daar zijn wij met Funding Circle op ingesprongen.”

“In de traditionele sector is men traag, is de service vaak slecht, werkt men in-

transparant en worden rare voorwaarden gehanteerd. Bij ons is alles super- simpel. In principe is iedere investeerder welkom.

Variërend van 100 euro tot grote in- vesteerders en institutionele partijen met grote bedragen. Je kiest zelf de leningen op basis van achtergrondinformatie en door ons berekende ratings van A+ tot E.

Die ratings geven het investeringsrisico aan. Gaat het met dat bedrijf minder goed, dan betekent dat dat jij een deel van je investering kan kwijtraken. We zijn namelijk geen spaarrekening. Wij zorgen ervoor dat onze investeerders daarvan op de hoogte zijn en adviseren altijd om te spreiden en te diversifiëren.”

Door 4 jaar geleden aan te sluiten bij de branchevereniging Nederland Crowd- funding en zich in te zetten voor de Stichting MKB Financiering probeert Funding Circle bij te dragen aan een

duurzame markt. “Wij zijn een van de grootste qua aantallen en hebben daarom in mijn ogen een belangrijke lead in het professionaliseren van de sector. Overal waar we kunnen, willen we bijdragen.

We proberen met onze transparantie, snelheid en service de markt te verbeteren.”

“Je wordt ook niet zomaar lid van deze initiatieven. Iedereen mag aan- sluiten, maar alleen als je voldoet aan de basisvereisten. Ik vergelijk het weleens met een rijbewijs. Uiteindelijk wil je alleen de mensen die kunnen autorijden op de weg tegenkomen.”

‘Goede service en snelheid’

Jeroen Broekema

www.fundingcircle.nl informatie@fundingcircle.nl 020 – 24 16 885

Meer informatie

GASTBIJDRAGE

“W

e doen geen gekke, nieuwe dingen.

Maar we kijken naar de onder- nemer en wat hij of zij nodig heeft.

Uiteindelijk is het voor de klant niet belangrijk in welke vorm het gebeurt.”

Aan het woord is Niels Turfboer, managing director van de moderne krediet- verstrekker Spotcap.

Spotcap is een traditionele krediet- verstrekker die met behulp van fintech - financiële technologie - die markt is ontstegen. Alle diensten van de Amster- damse onderneming gaan digitaal. De noodzaak voor een face-to-face ont- moeting is dankzij hun slimme gebruik van technologie volledig verdwenen en elke ondernemer kan overal en altijd een aanvraag indienen. “Dat zorgt voor veel snelheid, transparantie en efficiëntie voor onze klanten. Maar ook aan de andere

kant van de lijn is het hele proces gedigi- taliseerd. Vanaf het insturen van de aanvraag tot aan het moment dat er bij één van onze kredietanalisten een advies uit de machine komt rollen. Tot die tijd komt daar geen mens aan te pas.

De technologie is faciliterend, maar

onze ervaren kredietanalisten zijn altijd leidend in de beslissingen,”, vertelt Turfboer.

“Wij hanteren altijd minimale vereisten waaraan elke ondernemer moet voldoen.

Het bedrijf moet op zijn minst twee jaar bestaan en minimaal 300.000 euro omzet draaien. Wij willen immers verant- woord lenen aan gezonde bedrijven. En dus maken we intensief gebruik van geavanceerde algoritmes voor krediet- analyses; zelflerende codes die steeds beter worden in het maken van bepaalde beslissingen. Die analyses zijn dus ontzettend belangrijk om zuiver te doen.”

En toch gaat die uitgebreide analyse niet ten koste van de snelheid. “Waar andere partijen er weken over doen, kunnen wij dankzij ons systeem binnen één werkdag. Dat past meer bij deze tijd

en geeft ons de ruimte voor dedicated klantenservice. We houden je van alles op de hoogte, ondanks dat we je niet zien.

Als ondernemer ben je al druk zat.”

Voor consumentenleningen heb je toe- zichthouders. Voor zakelijke leningen niet. “Vanaf dag 1 heb ik mij verbaasd over hoe ongereguleerd de zakelijke financieringssector is. De AFM, overheid en ook kredietverstrekkers zelf moeten werken aan regelgeving en de naleving daarvan. Daarom zijn wij mede-oprichter van Stichting MKB Financiering dat een stap in de goede richting zet middels zelfregulering, maar we moeten als sector meer doen.“

‘Waar anderen weken over doen, kunnen wij in één dag’

Niels Turfboer

(5)

I

n de nasleep van de bankencrisis is de wereld van de kredietverstrekkers danig veranderd. De traditionele spelers kregen met strengere regelgeving te maken, lokale kantoren sloten hun deuren en kleinere kredieten werden met de dag minder interessant. Mkb’ers

werden daardoor steeds vaker over het hoofd gezien en zochten hun heil elders. Ideale omstandigheden voor organisaties om op in te springen en de markt voor alternatieve financieringen flink uit te breiden.

Zelden is de financieringsmarkt zo onderhevig aan veranderingen geweest als de afgelopen 10 jaar. Met het (dreigende) faillissement van een aantal grote banken en financiële instellingen kwamen ook de misstanden binnen de sector aan het licht. En dus moesten de duimschroeven worden aangedraaid. Met strenger toezicht en aangescherpte wetgeving als gevolg. En ook de banken zelf ondernemen stappen om het geschade vertrouwen te herstellen, door o.a een gedragscode in te stellen. Dat banken het hiermee voor zichzelf lastiger maakten om in de toekomst kredieten te verstrekken, wordt op de koop toe genomen.

Er ontstaat een gat in de markt. Kleine, jonge

ondernemingen hebben nog niet voldoende financiële historie opgebouwd om aan een financiering te komen.

Zelfs niet wanneer de liquiditeit hier wel ruimte voor biedt. De traditionele kredietverstrekkers zijn uitsluitend nog met grote, rendabeler aanvragen bezig.

Een krediet van 10 miljoen kost een bank net zoveel tijd als een van tienduizend. Tijd is immers geld.

Een aantal slimme jongens heeft met behulp van fintech knap op dit vraagstuk ingespeeld. Zij weten het proces dusdanig te versnellen, dat het weer lucratief wordt om het mkb te bedienen. Dankzij hun digitale toepassingen kunnen krediet en solvabiliteit binnen enkele clicks worden gecontroleerd, wordt al het papierwerk digitaal afgehandeld en zijn bezoekjes aan kantoren overbodig. Daarnaast zijn er ook nieuwe vormen voor het verstrekken van krediet bij gekomen. Crowdfunding, crowdlending, factoring, stapelfinancieringen; allerlei varianten die vandaag mogelijk zijn dankzij vernieuwende technieken. Vraag en aanbod komen binnen een fractie van een seconde bij elkaar.

De markt professionaliseren Een toezichthouder op de alternatieve

financieringsmarkt was er tot voor kort nog niet.

De Stichting MKB Financiering (SMF) brengt daar

verandering in. “Ons belangrijkste doel is wel het professionaliseren van de markt. We hebben in samenspraak met financiers, ondernemers, financieel adviseurs en andere relevante stakeholders een gedragscode ontwikkeld, waaraan al onze partners moeten voldoen. Daarmee zorgen we voor meer transparantie van de sector en kunnen we garanderen dat men met kwalitatief hoogwaardige financiers te maken heeft. Recent onderzoek naar crowdfunding heeft uitgewezen dat een aantal ondernemers kredieten heeft afgesloten met een veel te hoog risico. Zulke praktijken kunnen met deze gedragscode voorkomen worden. Gaat dit toch nog mis, dan is per 1 juli een officieel klachtenregister bij het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) geopend, wat uiteindelijk tot een schadevergoeding kan leiden”, zo vertelt directeur Ronald Kleverlaan.

SMF is opgericht om toegang tot financieringen voor het mkb te vergroten. Dat gebeurt inmiddels op een aantal vlakken. Ten eerste op het gebied van educatie.

Kleverlaan: “Het is van belang om meer bekendheid te genereren bij ondernemers over alle verschillende financieringsvormen. Er zijn namelijk ontzettend veel alternatieven naast traditionele, bancaire financieringen. Maar wat zijn de voor- en nadelen van deze vormen en hoe zijn deze eventueel te combineren?”

Het doel is om dat zo helder mogelijk over te brengen aan ondernemers.

Daarnaast richt SMF zich op het kennisniveau van financieel adviseurs. “We merkten dat ook daar veel onbekendheid is over alle mogelijke vormen”, aldus Kleverlaan. “Met meer informatie kunnen zij hun adviserende werk beter uitvoeren – dat komt zowel de mkb’er als financiers ten goede.”

Meer dan een miljard aan fi nancieringen

Toch kunnen heel veel alternatieve kredietverstrekkers op de huidige markt kwalitatief nog niet aan de strenge gedragscode voldoen. De verwachting is dat maximaal tien tot vijftien partijen dit voor het einde van het jaar voor elkaar kunnen krijgen. De sector is relatief jong en veel van de spelers op de markt hebben het wiel zelf moeten uitvinden. Toch is er al vijf jaar sprake van echt harde groei en is al meer dan een miljard aan alternatieve financieringen verstrekt. Dat is bijna 10 procent van de totale financieringsmarkt.

De alternatieve financieringen zijn er niet om de bancaire vormen op termijn te gaan vervangen. “Het is vooral een aanvulling”, zegt Kleverlaan. “Bancaire financieringen zullen altijd blijven bestaan. Met deze nieuwe vormen zullen partijen elkaar eerder gaan versterken.” Al zal het zakelijke financieringslandschap er wel anders uit gaan zien. “Negentig procent van de huidige markt wordt gefinancierd door drie grootbanken in Nederland. Dat is op zichzelf eigenlijk al heel onnatuurlijk. In ons omringende landen zie je veel meer diversiteit. Nu hebben we in Nederland met deze nieuwe aanbieders ook keuze náást die banken. Het landschap raakt meer gefragmenteerd en er komt meer ruimte voor specialisatie.”

Kleverlaan legt uit dat nieuwe aanbieders met een nieuw product veel makkelijker en sneller kunnen opereren dan de traditionele banken. Ze kunnen specialiseren en de kwaliteit van hun producten garanderen. Hij geeft een voorbeeld: “Het idee van een leasemaatschappij is niet nieuw. Veel van hun producten worden dan ook via banken geleased. Nu zien we ook een groei in partijen die tweedehands producten leasen. Bij een bank is daar doorgaans geen inhoudelijke kennis voor in huis, terwijl nieuwe spelers zich juist kunnen specialiseren op dit soort segmenten.”

De traditionele kredietverstrekkers zullen dan ook niet wakker liggen. De meeste spelen zelfs al in op de ontwikkelingen van de markt met nieuwe producten en startups. Toch zullen de toenemende invloed van fintech, de talrijke financieringsvormen en verdiepende specialisatie een hoop deuren openen voor mkb’ers die op zoek zijn naar een investering. Ze moeten alleen verder kijken dan een bank.

Zakelijk krediet? Kijk eens verder dan een bank. Van onze redactie

Auteur: Roy van der Marel

Er zijn ontzettend veel alternatieven naast traditionele, bancaire financieringen. Maar wat zijn de voor- en nadelen van deze vormen en hoe zijn

deze eventueel te combineren?

(6)

6 ALTERNATIEVE FINANCIERINGEN ONDERNEMEND NEDERLAND

H

et Nederlandse midden- en kleinbedrijf moet groeien. Om te kunnen concurreren met innovatieve initiatieven uit het binnenland, en om niet voorbijgestreefd te worden door spelers uit het buitenland. Groei levert ook het ultieme bewijs van het bestaansrecht van een onderneming; iets waar iedere ondernemer over na zou moeten denken volgens Justin Jansen, hoogleraar corporate entrepreneurship aan de Rotterdam School of Management Erasmus University.

“Je kunt een schitterende slagerij hebben met drie vestigingen, mooie producten en geen wens om verder te groeien. Maar als een internationale speler met veel investeerders vleesproducten en -vervangers gaat thuisbezorgen, kan dat impact hebben op de levensvatbaarheid van je slagerij.”

Een veranderende markt lijkt te resulteren in een lichte paradox voor Nederlandse midden- en kleinbedrijven.

Enerzijds bieden nieuwe technologie en een andere klantvraag volop kansen voor ondernemers om hierin mee te gaan. Dat bewijst een deel van de mkb’ers die met hun bedrijf jaarlijks meer dan 20 procent groei realiseren, in omzet of medewerkers. “Zij zijn in staat om kansen te identificeren en in te zetten voor hun onderneming”, stelt Jansen. Die snelle groei is echter voor slechts een op de twintig mkb’ers weggelegd; bijna de helft van het mkb groeit niet of nauwelijks en die groep wordt steeds groter. Dat lijkt deels te komen door een toenemend aantal startups voor wie het niet lukt de volgende stap te maken. Zij blijven na de startupfase, de eerste vijf jaar van een onderneming, steken in de huidige situatie. “We zien dat het peloton aan het uitdijen is; steeds meer bedrijven lijkten niet mee te kunnen gaan met de ontwikkelingen.” Verontrustend, vindt hij, mede omdat dit segment zorgt voor het grootste deel van de banen in Nederland.

Financiering

De ontwikkeling van startup naar scale-up vergt een lange adem. In de eerste jaren komt er een grote hoeveelheid uitdagingen op het nieuwe bedrijf af.

Het verdienmodel moet kloppen, men moet de juiste klantengroep vinden en de technologie moet werken.

Daar komt nog bij dat het soms hard werken is om de juiste financiering op het juiste moment rond te krijgen. Jansen: “Bijna alle bedrijven worden door bankleningen gefinancierd, maar banken staan niet bekend om het nemen van risico’s. Die risico’s zijn echter inherent aan het benutten van groeikansen.”

Dus moet men op zoek naar alternatieve vormen van

financiering, bijvoorbeeld in de vorm van particuliere investeerders of een andere optie uit wat Jansen omschrijft als een ‘pallet aan mogelijkheden en regelingen’. Hoewel het positief is dat ondernemers met een groeiwens andere opties hebben naast een bancaire lening, kan de hoogleraar zich voorstellen dat het moeilijk is om daar goed zicht op te krijgen. Hij pleit er dan ook voor dat de overheid de verschillende mogelijkheden overzichtelijk op een rijtje zet, omwille van de transparantie.

Silicon Valley

Een andere partij die kan bijdragen aan de groei en financiering van het Nederlandse mkb is de voorgaande generatie succesvolle ondernemers.

Jansen verwijst naar de Verenigde Staten waar een grote interne markt is van ondernemers die de volgende generatie ondersteunen. “Veel van de huidige bedrijven in Silicon Valley zijn te herleiden naar de oprichters en vroege werknemers van Paypal. Van oudsher is dat ecosysteem niet zo goed ontwikkeld in Nederland. Maar we zien goede voorbeelden van Nederlandse bedrijven die dankzij hun succes naar de beurs gaan. Daar moeten we van leren.” Het liefst zou hij ook hier een gemeenschap zien waarin men elkaar verder helpt. Dat alleen zal echter niet genoeg zijn om het peloton van niet- groeiende midden- en kleinbedrijven verder te helpen. Zij hebben tools en technieken nodig waarmee ze zelf de vertaalslag kunnen maken van het lezen over nieuwe technologie en verdienmodellen naar wat die kunnen betekenen voor hun eigen bedrijf.

Goed ondernemerschap

Uiteindelijk is dat de basis van goed

ondernemerschap, stelt Jansen. Iemand moet kunnen omgaan met onzekerheid, kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen en het bedrijf kunnen laten groeien.

Voor dergelijke vaardigheden zou dan ook veel meer aandacht moeten zijn binnen het onderwijssysteem, te beginnen op de basisschool. “Ik verbaas me erover hoezeer het onderwijs van mijn kinderen lijkt op het onderwijs dat ik gehad heb, terwijl de wereld is veranderd.” Naast het meegeven van een ondernemende denkwijze aan basisschoolleerlingen, zou daar ook in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) meer aandacht voor mogen zijn. “Veel mbo’ers beginnen later een eigen bedrijf. Het onderwijs dat ze nu krijgen is te veel ingericht op het uitvoeren van taken, terwijl het ook draait om creativiteit.”

Succesformule

Gevraagd naar een succesformule voor groei stelt Jansen dat een ondernemer tijd moet maken voor de toekomst. In plaats daarvan gaat alle aandacht vaak uit naar het oplossen van problemen en het bedienen van bestaande klanten. Met andere woorden: de focus ligt op gisteren en vandaag, niet op morgen. Het bedrijf dat dit jaar bovenaan de top 250 van snelst groeiende in Nederland staat, was echter al twee jaar bezig met het formuleren van de propositie, voordat ze er überhaupt mee de markt op gingen. Vier jaar later is het bedrijf goed voor 1697 banen. Aan bestaande ondernemingen die te maken hebben met een veranderende vraag vanuit de klant, adviseert hij om na te denken over een andere manier waarop men het bestaande product of de bestaande expertise kan vermarkten. Daarbij kan het waardevol zijn om contact te leggen met andere ondernemers met soortgelijke belangen, om samen een nieuwe dienst aan te bieden.

Bedrijfsgroei bij het mkb is van strategische waarde voor de Nederlandse economie, voor het voortbestaan van de ondernemingen zelf, en is daarnaast simpelweg leuk voor ondernemers en hun personeel, besluit Jansen. “Tegenwoordig willen alle studenten bij snelgroeiende bedrijven werken en leren. Groei geeft positieve energie.”

Groot deel van Nederlandse mkb groeit niet of nauwelijks Van onze redactie

Auteur: Laura Fransen

5 tips voor ondernemers met een groeiwens

1. FOCUS OP DE TOEKOMST - maak tijd om na te denken over de toekomst, naast de bezigheden van vandaag.

2. WEES DIVERS - zorg in de startupfase voor een divers team met verschillende achtergronden (commercieel, technisch, fi nancieel).

Diversiteit speelt een belangrijke rol bij besluitvorming.

3. VRAAG OM FEEDBACK - verkrijg direct bij de marktgang feedback van potentiële klanten voor inzicht in de levensvatbaarheid.

4. VERANDER – denk als bestaande onderneming na over nieuwe

manieren om een product of dienst in de markt te zetten.

5. ZOEK CONTACT – probeer als bestaande onderneming aansluiting te vinden bij de jongere generatie, bijvoorbeeld door een bezoek aan universiteiten en mbo-evenementen over ondernemerschap.

Bron: Justin Jansen, hoogleraar corporate entrepreneurship

Volgens de meest recente cijfers van het

Centraal Bureau voor de Statistiek telt Nederland ruim 1,76 miljoen midden- en kleinbedrijven.

Daarmee is 99,8 procent van alle bedrijven een mkb, een onderneming met een bedrijfsgrootte van nul tot tweehonderdvijftig werkzame personen. Hoewel het aantal bedrijven toeneemt door een aanzienlijke toestroom van nieuwe eenmansbedrijven, stagneert de groei bij een grote groep bestaande ondernemingen.

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek

MKB in Nederland

(7)

INTERVIEW met Luuc Mannaerts

T

erwijl de economie groeit en er meer financiering nodig is, loopt de hoeveelheid leningen die door banken verstrekt wordt terug. “Zeven op de tien ondernemers wil in de aankomende vijf jaar investeren, maar Nederlandse banken hebben duidelijk moeite om het midden- en kleinbedrijf (mkb) goed te bedienen”, stelt Luuc Mannaerts, CEO van mkb-financieringsplatform October Nederland. Een goed gesprek over de ontwikkelingen, uitdagingen en toekomst van het Nederlandse financierings- landschap.

Wat maakt het moeilijk voor banken om aan de fi nancieringsvraag te voldoen?

“Dat heeft enerzijds te maken met het grote aantal mkb’ers en zzp’ers (ruim 1,76 miljoen) en anderzijds met de toe- nemende kosten voor banken om deze klanten te bedienen. Die kosten komen voort uit veranderende wetgeving op het gebied van kapitaaleisen en risico- management. Hierdoor is het aanvragen van krediet een complex en intransparant proces voor ondernemers. Daar komt nog bij dat een ondernemer misschien eens in de drie jaar financiering ophaalt en logischerwijs niet zo bekend is met het proces. Dat samen maakt het een flinke uitdaging.”

Dat ziet men terug in de cijfers.

“Dat klopt, uit onderzoek van October blijkt dat 28 procent van mkb’ers moeite heeft om kapitaal aan te trekken. Dat is een ontzettend hoog percentage. Bijna het dubbele daarvan geeft aan dat ze het regelen van financiering als een negatieve invloed op het ondernemerschap ervaren.

Ik noem het een blok aan het been. Het proces weerhoudt mensen ervan om optimaal te kunnen ondernemen; en dat is gewoon heel gek. Natuurlijk zal er altijd een percentage bedrijven zijn dat moeite heeft met het verkrijgen van leningen, want niet ieder bedrijf draait even goed.

Geld uitlenen aan bedrijven die failliet (dreigen te) gaan, is nooit een goed idee.

Maar ik geloof niet dat 28 procent van de bedrijven in Nederland failliet gaat.”

De terughoudendheid van banken is te herleiden naar Europees beleid.

Nederlandse banken blijken echter vaker dan gemiddeld kredietaanvragen van het mkb af te wijzen. Wat is uw kijk hierop?

“Ik denk dat de Nederlandse banken iets rationeler zijn en ook kijken of ze geld aan een krediet verdienen. Weten dat de kosten voor het verstrekken van dit soort leningen omhoog gaan, beïnvloedt de beslissing om het wel of niet te doen.

Als banken steeds vaker besluiten het niet te doen, ontstaat dus een gat, waar alternatieve financiering op inspeelt.

De afgelopen jaren zijn heel veel spelers in dat gat gesprongen en ik denk dat we nu in een fase komen waarin de alternatieve financieringsmarkt gaat stabiliseren, professionaliseren en ook zal consolideren.”

Jullie zijn een van de partijen die alternatieve fi nanciering verstrekken.

Wat voegen jullie toe?

“In de breedte voegen wij samen met collega-bedrijven diversiteit toe aan het financieringslandschap. Nederland kent drie grootbanken en een paar kleinere banken. Die staan allemaal onder het-

zelfde toezicht. Bedrijven zoals October hebben een ander bedrijfsmodel en vallen daarmee onder andere regelgeving.

Die diversiteit in kredietverstrekkers is zo belangrijk, omdat ondernemers er afhankelijk van zijn. En ze hebben hierin voldoende keuze nodig. Kijk, ieder bedrijf dat iets produceert, zorgt dat hij drie verschillende leveranciers heeft voor zijn belangrijkste grondstof, zodat hij ergens op kan terugvallen als de eerste of zelfs de tweede niet kan leveren.

Datzelfde zou moeten gelden voor onder- nemers en kredietverstrekkers. Geld is hun grondstof, dus moeten ze zorgen dat ze een alternatief hebben als iemand niet kan leveren. Mijn advies aan ondernemers is dan ook: zorg dat je een goede relatie hebt met een bank, maar zorg ook dat je een alternatief hebt voor eventuele financiering, bij voorkeur een niet-bank.”

Ondernemers op zoek naar alternatieve vormen van fi nanciering hebben ruime keuze. Hoe vindt men de juiste fi nancier?

“Daar ligt momenteel nog een uitda- ging. En dat is een reden waarom wij initiatieven zoals Stichting MKB Finan- ciering ondersteunen. Zo kan een onder- nemer teruggrijpen op onderzoeken en een overzicht van passende partijen.

Daarnaast kan de ondernemer zelf een aantal vragen stellen om zo een selectie te maken:

1. Hoeveel financiering is er nodig en voor hoelang, en wat biedt de verstrekker?

2. Is de financiering te verkrijgen zonder persoonlijke garantie of borg, en/of zonder zekerheden te stellen?

3. Hoe hoog is de rente, past deze bij het doel van de financiering, en welke andere kosten worden wanneer in rekening gebracht?

Met name die tweede vraag is een belangrijke. Door privé borg te staan, verbind je je privésituatie aan je onder- neming. Terwijl het doel van een besloten vennootschap (bv) juist is om onder- nemers te laten ondernemen door het risico te beperken. Andere zekerheden kunnen de flexibiliteit van de onder- neming beperken. Alle drie de vragen moet je gewoon aan de financier kunnen stellen.”

“Onze kracht is technologie;

dit stelt ons in staat onze processen te meten en

verbeteren.”

Wat maakt jullie specifi ek een goede keuze?

“October financiert met geld van institu- tionele investeerders zoals het European Investment Fund in combinatie met particuliere investeerders (crowdlending).

Daarmee bieden we ondernemers die onze offerte accepteren zekerheid van financiering. Omdat de institutionele investeerders hun geld nooit bij ons neer zouden leggen zonder een grondig boekenonderzoek, kunnen ondernemers erop vertrouwen dat we onze zaken goed geregeld hebben. Daarnaast bieden we snelheid: indien nodig kan het geld op iemands rekening staan binnen een week na het eerste contact. Die snelheid bereiken we deels met digitalisering, waarmee we ook voor transparantie zorgen. Onze kracht is technologie. Deze technologie maakt het mogelijk inzicht te verkrijgen waarmee we onze eigen processen kunnen meten en verbeteren.

In de toekomst zullen we nog een stap verder gaan. Met behulp van data zullen

wij inzicht krijgen in de kwaliteit en verbeterpunten van een onderneming en de ondernemer daar bewust van kunnen maken. Zo bieden we onze klanten de tools om hun bedrijfsvoering te verbeteren.”

Hoe ziet het Nederlandse fi nancierings- landschap van de toekomst eruit?

“Over een paar jaar zullen alternatieve financieringsvormen breder bekend zijn.

Dan heeft minimaal de helft van de ondernemers naast zijn bank een keer geproefd aan een niet-bancaire financier.

Bij ons zal de technologie en de inzet van data met sprongen vooruit zijn gegaan, waardoor ons risk management nog beter is geworden en de klant daar de vruchten van plukt. Hopelijk maakt ook Nederland als geheel een inhaalslag op het gebied van data delen. In landen zoals Frankrijk moeten bedrijven nu al volledige winst-verliesrekeningen en andere details openbaar maken. Door ondernemers daartoe te verplichten, blijft iedereen scherp en kunnen we maximaal gebruikmaken van analysetechnologie.

Uiteindelijk hoop ik dat bedrijven in de nabije toekomst anders tegen hun financieringsbehoefte aankijken. Niet langer als een enorme uitdaging, maar simpelweg wetend wie ze kunnen bellen.”

Nederlands fi nancieringslandschap in beweging

October is het snelst groeiende platform voor mkb-financiering in continentaal Europa. Ga naar www.october.eu voor meer informatie.

Meer informatie

“Over een paar jaar zullen alternatieve fi nancieringsvormen breder bekend zijn. Dan heeft minimaal de helft van de ondernemers naast zijn bank een keer geproefd aan een niet-

bancaire fi nancier.”

Luuc Mannaerts,

CEO van October Nederland

(8)

Breng mensen bij elkaar met

uw nalatenschap

U weet dat het Oranje Fonds niets liever doet dan

mensen bij elkaar brengen. Zo steunden we afgelopen jaar ruim 10.000 sociale initiatieven en projecten. Het maakt ons gelukkig dat we hiermee honderdduizenden mensen hebben geholpen.

En als u nu uw nalatenschap regelt, kunt u ook blijvend van dat goede gevoel genieten. Van het besef, dat u later mensen bij elkaar brengt die dat nodig hebben.

Dus gun uzelf blijvend dat goede gevoel, bel 030-656 45 24 of kijk op www.oranjefonds.nl/nalaten en regel samen

met het Oranje Fonds uw nalatenschap.

1077.01.003 Oranje Fonds Nalaten Adv. 254x370.indd 1 11-06-19 11:02

(9)

INTERVIEW met Pablo de Loor

O

p zoek naar financiering voor een passend bedrijfspand komen som- mige ondernemers bij banken voor een dichte deur te staan. Voor hun gevoel geven ze hun koopwens noodgedwongen op en vallen terug op huur, met relatief hoge maandlasten en een lagere liqui- diteit als gevolg. Zonde, want een ‘nee’

van de bank hoeft een aankoop niet tegen te houden, vertelt Pablo de Loor, voormalig bedrijfsmakelaar en partner bij Mogelijk Vastgoedfinancieringen.

Welke rol speelt vastgoed voor het succes van een onderneming?

“Goede huisvesting is voor elke onder- nemer van belang. Het object moet passend zijn; niet te klein want dat werkt niet, niet te groot want dat is zonde.

Daarnaast bestaat er de keuze uit huur of koop. Dat eerste biedt met name voor- delen op het gebied van flexibiliteit;

het is een kwestie van het huurcontract uitdienen en men kan er vandoor. Als je daarentegen iets koopt maar er over drie jaar toch vanaf wil, is de vraag of de verkoopprijs voldoende gestegen is om quitte te spelen na aftrek van zaken als overdrachtsbelasting en notariskosten.

Als er de intentie is om voor langere termijn in het pand te verblijven, is kopen echter wel interessant, omdat de maandlasten vaak lager liggen dan maandelijkse huur zou zijn. Het zo laag mogelijk houden van die lasten is zeker voor een groeiende onderneming nuttig, omdat je je geld dan liever besteedt aan een extra bus, machine of personeelslid dan aan je stenen. Het streven is altijd om liquiditeit te behouden zodat men de groei kan financieren.”

Hoe gaat het verkrijgen van de fi nan- ciering voor een bedrijfspand in zijn werk?

“Bij de grootbanken is het gefinancierd krijgen van leensommen onder 1 miljoen euro verdraaid lastig. Zeker onder de 500.000 wordt slechts mondjesmaat gefinancierd. Dat heeft te maken met de regelgeving waaraan banken zich moeten confirmeren, waardoor een aanvraag van 150.000 euro niet aantrekkelijk is voor de bank. Bedrijfstechnisch is dat begrijpelijk, maar banken hebben ook een maatschappelijke rol en die laten ze hier varen. Op zo’n moment loopt een ondernemer tegen een muur aan, want waar kan je dan wel terecht voor het financieren van het benodigde vastgoed?

Als het bij de bank niet lukt en de kennis over alternatieven ontbreekt, dan valt iemand misschien terug op huren, ter- wijl kopen financieel voordeliger zou kunnen zijn. Gelukkig zijn steeds meer tussenpersonen zoals financieel advi- seurs zich bewust van alternatieve moge- lijkheden, zodat zij ondernemers kunnen helpen de juiste richting in te slaan.”

Hebben ondernemers voldoende ver- trouwen in aanbieders van alternatieve fi nanciering, in het kader van onbekend maakt onbemind?

“Dat merken we eerder op bij sommige investeerders. Die moeten het geld ver- strekken en zijn daar terecht heel zuinig op. Bij de aanvragers zien we een andere instelling. Ondernemers laten zich niet afwimpelen door een ‘nee’ van de bank;

de ware ondernemer gaat op zoek naar een ‘ja’. Of dat nu via crowdfunding of familie of bij een bedrijf als Mogelijk is,

die ondernemer wil verder. Wij vinden dat alleen maar gaaf, zo’n blijk van onder- nemerschap.”

Logisch, want dat is ook jullie eigen achtergrond.

“Bij Mogelijk doe je inderdaad zaken met ondernemers. De drie partners komen niet uit de bancaire sector, maar zijn van hetzelfde DNA gemaakt als onze aanvragers; we spreken dezelfde taal.

Mogelijk is namelijk ontstaan nadat wij zelf van dichtbij meemaakten hoe moeilijk het kan zijn om als ondernemer de financiering voor een bedrijfspand rond te krijgen. Wij zaten op dat moment in de vastgoedmarkt en zagen een koper noodgedwongen vertrekken omdat de bank de financiering niet wilde ver- strekken. Terwijl het een prima partij was met een goed vermogen en goede financiële geschiedenis. Op dat moment besloten we het dan maar zelf te gaan financieren en zo onze kopers te helpen.

Vanuit deze situatie is in 2016 Mogelijk ontstaan en inmiddels zijn we een volwassen bedrijf met 22 collega’s.”

Zijn er specifi eke groepen ondernemers die goed bij jullie terecht kunnen?

“Een heel spectrum aan ondernemers kan bij ons terecht en we financieren door heel Nederland. We zouden vlaggetjes kunnen planten van Zeeuws Vlaanderen tot Groningen. Als alternatieve financier zijn we extra interessant voor groepen die moeite hebben met het verkrijgen van een bancaire lening. Een voorbeeld daarvan is de ondernemer die tegen de zestig loopt. Op het moment dat hij zijn pand wil herfinancieren, vinden banken dat leeftijdtechnisch spannend. Zonder herfinanciering is verkopen het enige alternatief. Dat kan echter knap lastig zijn in een vastgoedmarkt waar geen smeerolie in zit, omdat banken niet

financieren: wie kan het pand dan wel kopen? Dan ontstaat er een probleem voor de ondernemer die dacht een appeltje voor de dorst te hebben door het pand nog een jaar of vijftien te verhuren.

“Als alternatieve fi nancier zijn we extra interessant voor groepen die moeite hebben met

het verkrijgen van een bancaire lening.”

Moet hij het verkopen, dan houdt hij misschien 2 ton over. Daarmee kan hij die vijftien jaar niet overbruggen. Bij ons staat de ondernemer centraal en kijken we echt naar de mogelijkheden. Wij zien in een zestigjarige bedrijfseigenaar een ouwe rot met veel ervaring en een goede historie. Ook voor starters en expats die moeizaam bij banken terechtkunnen, zien wij kansen. Soms lopen we ergens tegenaan en moeten we op zoek naar een oplossing. Met enige regelmaat zoeken we echt met een ondernemer mee naar de route waarlangs we er wel kunnen komen. De gedeelde ondernemersgeest waarmee dat gebeurt wordt door onze klanten erg gewaardeerd.”

“Bij Mogelijk fi nanciert één investeerder het zakelijk vastgoed van een ondernemer, peer-to-peer fi nancieren dus.”

In ruil daarvoor ligt het rente- percentage wel iets hoger dan bij de bank.

“Ons model is gebaseerd op financiering vanuit de markt. Eén investeerder financiert het zakelijk vastgoed van een ondernemer, peer-to-peer financieren

dus en iets heel anders dan crowd- funding waar we wel eens mee verward worden. Onze investeerders zijn vaak oud-ondernemers die op zoek zijn naar een investering met een goed afgewogen risico en een mooi rendement. Als we die momenteel vragen om akkoord te gaan met een rente van 4 procent in plaats van de huidige 6 procent, vinden ze dat waarschijnlijk net te laag. Als deze markt zich echter blijft ontwikkelen, verwacht ik dat steeds meer investeerders zullen willen instappen. De vraag voor ons is of zij in kleine stapjes te bewegen zijn naar een rentepercentage wat de ondernemer ten goede komt. Het gaat onze investeerders namelijk niet enkel om het rendement, het biedt ook emotionele voldoening en lol om te investeren in mensen waarin ze zichzelf herkennen. Aan de andere kant is het goed voor ondernemers om zich te realiseren dat de kosten van de hogere rente snel genoeg zijn terugverdiend als het betekent dat je het pand kunt kopen en uitbreiding kan verwezenlijken. Die keuze moet iedereen voor zich maken.

Ons doel is om alternatieve financiering als product meer bekendheid te laten verkrijgen, zodat ondernemers weten dat ze ook een andere route kunnen nemen.

Weet dat het niet ophoudt bij drie keer nee van de banken.”

‘Vastgoedfi nanciering houdt niet op bij drie keer nee’

Bij Mogelijk Vastgoedfinancieringen finan- ciert een investeerder het zakelijk vastgoed van een ondernemer.

De markt financiert de markt.

www.mogelijk.nl

Meer informatie

Pablo de Loor

(10)

10 RISICOMANAGEMENT EN AUDITING ONDERNEMEND NEDERLAND

I

nternal audit (IA) wordt nog niet door iedere bestuurder volledig op waarde geschat. Soms wordt het wat al te gemakkelijk op één lijn gesteld met de interne accountant. Onterecht, want een goede internal audit helpt de complete organisatie vooruit en bestrijkt een veel breder gebied dan alleen de financiën en de verslaglegging. Jantien Heimel (hoofd internal audit bij Vattenfall NV en voorzitter van beroepsvereniging IIA, Instituut van Internal Auditors Nederland) en Peter Hartog (manager vaktechniek bij IIA Nederland) vertellen over de meerwaarde van hun vak.

Hartog denkt dat de rol van internal auditing in een organisatie over het algemeen nog niet goed bekend is. Het wordt vaak makkelijk over één kam geschoren met interne accountancy. Dat is soms logisch, maar lang niet altijd. Een internal auditor kijkt veel breder dan alleen naar de financiën en verslaglegging.

Een internal audit is een systematisch onderzoek naar het goed en betrouwbaar functioneren van de interne organisatie. Niet alleen om de waarde van de organisatie te beschermen, maar ook om die te verhogen. Dat onderzoek behelst dus ook het innovatie- en aanpassingsvermogen. Het blikveld is de bekende drie-eenheid bestuur, risicomanagement en beheersing van de organisatie, dus governance, compliance en risk management. “Internal auditing is in beginsel geen verplichte functie, maar in de financiële sector wel. In de Code Corporate Governance voor beursgenoteerde ondernemingen wordt ook gesteld dat je als organisatie een internal audit functie

moet hebben, om de risico’s verbonden aan de strategie en de activiteiten van de organisatie te beoordelen, en moet evalueren en uitleggen als dat niet zo is.” In die zin is het opvallend dat het vak nog geen algemene bekendheid geniet, want zowel Hartog als Heimel zijn ervan overtuigd dat internal auditing een absolute meerwaarde biedt aan elke organisatie. Heimel: “Een interne auditor toetst belangrijke processen aan de strategie van het bedrijf, met de bedoeling het bedrijf of de organisatie vooruit te helpen, door te wijzen op risico’s en met management te overleggen over de mogelijke maatregelen om die te managen, zodat je de doelen van het bedrijf gaat halen.”

Compliance

Compliance, of in goed Nederlands: de zorg dat je voldoet aan wet- en regelgeving, zit verweven in de rol van internal auditing. Als je kijkt naar de kwaliteit van de organisatie of meer specifiek naar de kwaliteit van beheersing, kijk je naar het waarborgen dat de organisatie de gestelde doelen bereikt met inachtneming van wet- en regelgeving. “Compliance wordt daarom automatisch meegenomen. Veel organisaties, zeker in de financiële sector, hebben een eigen compliancefunctie. Deze functionaris kijkt naar wijzigingen in de relevante wet- en regelgeving en de vertaling daarvan naar interne richtlijnen, inclusief monitoring of ook aan de richtlijnen wordt voldaan”, vertelt Hartog. De compliancefunctie wordt meer gezien als een tweedelijnsfunctie, waar de internal auditor een onafhankelijke derdelijnsfunctie is, die feitelijk kijkt of de eerste- en tweede lijn goed werken.

Dit is het three lines of defence-model dat door veel organisaties wordt gehanteerd, waarbij de derde lijn – de internal auditor – kijkt of het geheel goed is opgezet en in de praktijk goed functioneert.

Cultuur

De cultuur van een organisatie is een belangrijk punt van aandacht voor internal auditing. “Als je wilt waarborgen dat een organisatie op succesvolle wijze de strategie volgt, kom je al snel uit bij de cultuur”, beschrijft Hartog het belang van dit onderwerp voor de internal auditor. “Waar we als auditors sterk op focussen is dat we objectief en met een deugdelijke grondslag iets zeggen over de organisatie.

Tegelijkertijd is cultuur maar heel moeilijk tastbaar en meetbaar. Het is lastig om er een objectief oordeel over te geven. Dat geeft een spanningsveld; al langere tijd zoekt het vakgebied naar oplossingen hiervoor.”

Hartog denkt dat Nederland op dit punt vooroploopt, mede door gebruik van ervaringen uit de sociale wetenschappen. Het auditen van cultuur is ondanks het spanningsveld, gegeven het belang daarvan, iets wat toch zo goed mogelijk wordt gedaan. Heimel:

“Oorzaken van problemen die zich in de organisatie hebben voorgedaan, zijn vaak te herleiden naar de cultuur. Daarom is het zeker voor een internal auditor een punt van aandacht. Uiteindelijk kun je over het algemeen een redelijk advies geven en beoordelen of de cultuur van de organisatie past bij de gestelde doelen.” Ook in de Code Corporate Governance wordt cultuur als heel belangrijk onderdeel (‘voor de lange termijn waardecreatie’) van de organisatie benoemd. Anders gezegd: als je als auditor kijkt naar governance, moet je dus ook kijken naar cultuur. Het is niet voor niets dat steeds meer sociale wetenschappers, die bekend zijn met verschillende modellen om gedrag en cultuur te meten, worden ingezet in de internal audit.

Digitalisering

Een ander onderwerp dat zich snel ontwikkelt, is digitalisering. IT is zo langzamerhand tot in de haarvaten van elke organisatie doorgedrongen en is daarmee van existentieel belang. Heimel: “Je ziet dat audits door Interne Audit Functies op dit gebied regelmatig worden geoutsourcet aan specialisten op specifieke IT-onderwerpen. Allerlei onderdelen van digitalisering worden steeds meer specifiek en ik verwacht dat outsourcen meer zal gaan gebeuren, of dat een auditor op dit gebied dit bij verschillende organisaties doet.” Veel organisaties benutten in hoge mate de voordelen van digitalisering, maar krijgen ook te maken met de risico’s, zoals cybercrime. Een auditor neemt die risico’s mee in de beoordeling en brengt het onder de aandacht van het management. “Je hoeft geen specialist te zijn, maar ik vind wel dat elke auditor basiskennis moet hebben over dit onderwerp, ook om een goed gesprek met IT’ers te hebben en de goede vragen te stellen, de antwoorden te snappen en het risico in te kunnen schatten. Een ander aspect is beoordelen of een organisatie de kansen van digitalisering wel optimaal benut. Op basis van uitgebreide analyse van grote hoeveelheden data wordt het meer en meer mogelijk om als auditor zelfs voorspellende uitspraken te doen. Daarmee wordt internal auditing steeds meer een vak dat verandert van ‘achteruit kijken’ naar

‘vooruit kijken’. En: “De kennis verandert snel. De beroepsverenigingen, zoals het Instituut van Internal Auditors, kunnen goed helpen om de kennis up-to- date te houden. En het is belangrijk om als auditor gewoon in de maatschappij te staan, om gevoel te houden bij ontwikkelingen op dit vlak en open te staan voor veranderingen.”

Gedragscode

Om relevant te zijn en te blijven voor de organisatie, is het zaak dat de internal auditor zich voortdurend ontwikkelt en op de hoogte blijft van allerlei ontwikkelingen, bijvoorbeeld regelgeving. Het kwaliteitsprogramma van de IIA biedt normen en standards voor de beroepsgroep. Wie lid is en zich afficheert als internal auditor, moet voldoen aan de gedragscode en standaarden van het IIA. Onderdeel van de standaarden is een jaarlijkse zelfevaluatie en eens in de vijf jaar een beoordeling door een externe.

Die beoordeling wordt georganiseerd vanuit de IIA.

INTERNAL AUDIT: een wereld in beweging Van onze redactie

Auteur: Cor Dol

Anders gezegd: als je als auditor kijkt naar governance, moet je dus

ook kijken naar cultuur.

Een goede internal audit helpt de complete organisatie vooruit

en bestrijkt een veel breder gebied dan alleen de financiën

en de verslaglegging.

(11)

INTERVIEW met Dennis van de Wiel en Alexander Lethen

H

et speelveld van de internal auditor verandert. Dat is de conclusie die Dennis van de Wiel (Director Business Analytics KPMG) en Alexander Lethen (RVP Benelux bij Celonis) trekken na hun ervaringen met de branche. Dat veranderende speelveld is uitermate interessant, maar behoeft wel de nodige skills. En juist daar kunnen KPMG en Celonis de nodige ondersteuning bieden.

Wat is de huidige positie van een internal auditor in de organisatie?

Van de Wiel: “Een internal auditor heeft onder meer de taak om risico’s in de orga- nisatie te identificeren en te adresseren.

De mogelijkheden om vanuit die functie zelfstandige waarnemingen te doen, zijn tegenwoordig veel groter dan voorheen.

Digitalisering vormt een aanvulling op het arsenaal van mogelijkheden dat de internal auditor heeft om een goed beeld te krijgen van de organisatie. We helpen de internal auditor om meer te halen uit de beschikbare technologie. Dat gaat van meer traditionele consulting, waarbij we helpen bij het neerzetten van de strategie, visie en plan van aanpak, tot het beschikbaar hebben van tools als software en verschillende methodes die een internal audit-afdeling kan gebruiken om direct de waarnemingen te gaan doen.”

Lethen: “Juist de analytische skills van de internal auditor in combinatie met digitale capaciteiten kunnen ervoor zorgen dat veel meer delen van de organisatie ontsloten kunnen worden. De rol van internal auditing was altijd voornamelijk gericht op compliance, nu gaat internal audit en de skillset die daarbij komt kijken ook in andere procesdomeinen intreden, zoals logistiek, inkoop, customer en sales.”

Welke verschuivingen in het vak van de internal auditor kun je identifi ceren, kijkende naar digitalisering?

Van de Wiel: “Een aantal. Veel internal audit-afdelingen zijn al geruime tijd bezig met data-analyse. In het verleden was dit vooral bedoeld om de effectiviteit van controls vast te stellen, maar dat verschuift nu naar het identificeren van restrisico’s die in alle facetten van de organisatie zitten. Het testen van de activiteiten van controls gaat steeds meer naar de tweede lijn, of zelfs de eerste lijn: de interne controlafdeling of de business zelf. Een andere verschuiving is de mate waarin gesteund wordt op en gebruik wordt gemaakt van informatie.

Waar data-analyse voorheen diende als extra, wordt het nu veel meer een onderdeel van het totaal, bijvoorbeeld met internal audit-planning. Dat kan het werk wezenlijk veranderen.”

Lethen: “Digitalisering wordt steeds meer een integraal onderdeel van de totale

organisatie, het zit tot in de haarvaten van elk bedrijf. Dat heeft als gevolg dat digitalisering steeds meer bij de business zelf wordt neergelegd om bijvoorbeeld een applicatie in te richten. Bedrijven gaan zich organiseren rondom processen.

Die processen worden meer en meer gedigitaliseerd. Dat betekent ook dat skillsets steeds dichter bij elkaar komen:

IT moet steeds meer van de business begrijpen en vice versa en de auditor moet steeds meer van dat alles begrijpen.”

Wat betekent uw organisatie daarin?

Van de Wiel: “Internal auditing is ons dagelijks werk en core business. Ik durf wel te zeggen dat we daar een stapje in voorlopen: we laten zien wat een internal audit-afdeling kan bereiken als ze optimaal gebruikmaakt van de technologie. We spelen daarop in door onze ervaring te laten spreken: we weten wat wel en wat niet werkt. Daarnaast zoeken we zelf ook steeds meer de samenwerking op met technologie- partijen, zoals Celonis, die software kunnen ontwikkelen om de waarde van een internal audit-afdeling te ontsluiten.

Wij voegen daar onze kennis en ervaring aan toe, zodat een internal audit-afdeling die waarde ook daadwerkelijk en op een kortere termijn kan realiseren.”

Kunt u een voorbeeld geven?

Van de Wiel: “Proces Mining heeft de laatste jaren een vlucht genomen. Deze methodiek is bij uitstek geschikt voor internal auditing, omdat het in staat is om inzicht te geven in processen, maar het is niet gebonden aan een bepaalde technologie of proces in de organisatie. Je kunt het op elk proces toepassen, waarmee het bij uitstek geschikt is voor internal auditing. Het is systeemonafhankelijke technologie, waarmee je dus 100 procent van de processen kunt visualiseren. Je ziet het totaalplaatje, waardoor je veel beter afwegingen kunt maken en afwijkingen kunt dooranalyseren.”

Lethen: “Klassiek gezien is auditing achteruit kijken. Met de opkomst van machine learning kun je als auditor steeds meer vooruitkijken. Omdat er steeds meer geautomatiseerd wordt en steeds meer evidence is voor hoe bepaalde processen verlopen zijn, kun je processen uiteraard terugkijkend beoordelen, bijvoorbeeld op compliancy. Maar we kunnen ook steeds beter gaan voorspellen welke dingen mis zullen gaan. De internal auditor kan gaan correleren en dat vereist een iets andere

mindset. De time frame verschuift: de internal auditor gaat steeds meer real time trendanalyses doen, dus ‘hoe houd ik het heden op de rails’ en door het combineren van Proces Mining en kunstmatige intelligentie, kan de auditor ook de toekomst gaan voorspellen. Een auditor zal zich daar ook in moeten gaan bekwamen, om de juiste modellen te kunnen ontwikkelen.”

Lukt dat altijd even goed?

Lethen: “Daar ligt zeker een uitdaging voor veel organisaties. Hoe kun je informatie uit het verleden gebruiken om de toekomst te voorspellen? Dat vraagt om investeringen in Proces Mining en Machine Learning en opleidingen voor deze skillsets. Maar zo kan het vak van auditor wel veel belangrijker worden.

Wat Celonis doet: we nemen de informatie van alle geautomatiseerde processen en laten 100 procent transparant zien hoe die binnen de organisatie zijn verlopen.

Doordat we het verleden 100 procent in kaart kunnen brengen, kunnen we naar de toekomst toe een groot aantal dingen doen. Bijvoorbeeld: welke structurele oorzaken liggen ten grondslag aan procesvariaties? Met kunstmatige intel- ligentie kun je daar hypotheses over opstellen om het heden te verbeteren.

Bovendien kunnen we laten zien wat het verschil is tussen de huidige en beoogde toekomstige situatie. Belangrijk is hoe mensen met die nieuwe ideeën gaan werken. We hebben een academy opgezet om hen op dit gebied te bekwamen.”

Gebruiken organisaties en bedrijven dit al voldoende?

Lethen: “In veel gevallen benut een organisatie de kansen die digitalisering biedt niet op optimale wijze. Toegegeven, het klinkt te mooi om waar te zijn om de toekomst te voorspellen. Maar juist door internal auditors goed uit te rusten met deze mogelijkheden, kunnen zij daadwerkelijk een aanjager in de organisatie worden. Belangrijk is het besef dat digitalisering integraal is en dat bedrijven en organisaties beseffen wat technologie hen kan bieden. En dan is er heel veel mogelijk.”

Digitalisering als de glazen bol voor internal auditing

www.kpmg.nl www.celonis.com

Meer informatie

Alexander Lethen

Dennis van de Wiel

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Waarom zijn de verschillen in ervaren gezondheid zo groot tussen mensen met een hoog versus laag inkomen, een hogere versus lagere opleiding en degenen onder en boven de 35 jaar die

• als je schade hebt doordat je jouw brommer niet kunt gebruiken.. • zodra jij of jouw erfgenamen geen belang meer hebben bij

U dient voor zover het de subsidiabele activiteiten betreffen voor Actielijn 2, waarop u de artikelen 22, 25 en 26 van de AGVV toepast, zorg te dragen voor het voldoen aan

Van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het beschadigen, vernielen of verstoren van holen of andere voortplantings-

BIJ NIET STARTEN – SPANNING LAGER DAN 12 V : Als de startmotor niet draait en de spanning is lager dan 12V controleer dan de werking van het sleutelcontact, de spanning van de

Het doel van deze bacheloropdracht was het verkrijgen van inzicht in category management om te kunnen bepalen of er mogelijkheden zijn voor de fabrikant om het productkeuzeproces

KPN, de grootste mobiele operator en marktleider in Nederland, vraagt zich af welke factoren een rol spelen bij het huidig en toekomstig gebruik van mobiel betalen, en hoe

In dit rapport wordt antwoord gegeven op de hoofdvraag: “Is het voor DEMCON financieel en strategisch een goede keuze om product X in producFe te nemen?” Hiervoor is gekeken wat