Original BMW accessoires. Montagehandleiding.

(1)

Original BMW accessoires.

Montagehandleiding.

Inbouw Performance-stuur BMW 1 Serie (E 81, E 82, E 87, E 88) BMW 3 Serie (E 90, E 91, E 92, E 93)

Inbouwsetnr.: 32 30 2 165 395 Inbouwset Performance-stuur 32 30 2 165 396 inbouwset Performance-stuur Montagetijd

De montagetijd bedraagt ca. 1,5 uur. Deze tijd kan afwijken, afhankelijk van de toestand en de uitrusting van de auto.

Alleen voor auto’s zonder sportstuur

In principe moet de auto vóór het begin van de ombouwwerkzaamheden naar het meest recente I-level worden geflashed. Afhankelijk van de productieleeftijd van de auto resp. van de reeds aan de auto uitgevoerde

werkzaamheden zijn verschillende programmeertijden nodig.

De aangegeven montagetijd omvat niet de tijd die voor het programmeren/coderen benodigd is.

Bij de calculatie van de inbouwkosten moet met het verrekenen van alle kosten voor de programmeertijd rekening worden gehouden (er mag geen verrekening in het kader van de garantie plaatsvinden).

Belangrijke aanwijzingen

Doelgroep van deze montagehandleiding is in ieder geval het voor BMW auto’s opgeleide vakpersoneel met de relevante vakkennis.

Alle werkzaamheden moeten met behulp van de actuele BMW reparatiehandleidingen, elektrische schema’s, onderhoudshandboeken en montagehandleidingen in een logische volgorde met de voorgeschreven

gereedschappen (speciale gereedschappen) worden uitgevoerd, rekening houdend met de geldende veiligheidsvoorschriften.

Beperk bij montage- of werkingsproblemen het zoeken naar storingen tot ca. 0,5 uur voor mechanische resp. 1,0 uur voor elektrische werkzaamheden.

Stuur om onnodig meerwerk te vermijden en kosten te besparen via het Aftersales Assistance Portal (ASAP) onmiddellijk een aanvraag naar de onderdeeltechnische support.

Geef daarbij het volgende aan:

- chassisnummer

- onderdeelnummer van de inbouwset - exacte omschrijving van het probleem - reeds uitgevoerde montagestappen.

De uitdraai van deze montagehandleiding niet archiveren, want via ASAP vindt er dagelijks een update plaats!

Pictogrammen

Duidt op opmerkingen die u op gevaren wijzen.

Duidt op opmerkingen die u op bijzonderheden wijzen.

Geeft het einde van de opmerking of waarschuwingstekst aan.

!

(2)

Montageaanwijzingen

Bij de montage van kabels en/of leidingen moet erop worden gelet dat deze niet geknikt of beschadigd worden. De kosten die hierdoor ontstaan worden door BMW AG niet vergoed.

Extra gemonteerde kabels en/of leidingen moeten met kabelbinders worden bevestigd.

De kabel voor de optionele meettrigger met een kabelbinder achter het dashboardkastje monteren of desgewenst in het dashboardkastje. Dit moet van tevoren met de klant overlegd worden.

Indien de aangegeven PIN-kamers bezet zijn, moeten overbruggingen, dubbele krimpingen of parallelle aansluitingen worden aangelegd.

Alle afbeeldingen tonen auto’s met links stuur (LHD); bij auto’s met rechts stuur (RHD) moet overeenkomstig te werk worden gegaan.

Na afsluiting van de inbouwwerkzaamheden moet bij het Performance-stuur een basisinstelling uitgevoerd worden.

Alleen auto’s zonder sportstuur

Na het inbouwen moet de inbouw met SSS (Software Service Station) via het pad – CIP – geprogrammeerd/

gecodeerd worden.

Bestelinstructies

De airbagmodule H is geen onderdeel van de inbouwset en moet afzonderlijk besteld worden.

(zie ETK voor onderdeelnummer en beschrijving).

Benodigd extra en speciaal gereedschap 00 9 317, bekledingswig

(3)

Inhoudsopgave

Hoofdstuk bladzijde

1. Onderdelenoverzicht . . . 4

2. Voorbereiding . . . 5

3. Aansluitingsoverzicht. . . 6

4. Inbouw- en montageschema . . . 7

5. Inbouwset inbouwen . . . 8

6. Afsluitende werkzaamheden, codering en basisinstelling . . . 10

7. Elektrisch schema . . . 11

(4)

1. Onderdelenoverzicht

Legenda

A Inbouwkabel B Regeleenheid C Wikkelveercassette

D Performance-stuur (met afdekking) E Contrastekkerhuis 2-pol. SW F Kabelbinder (15 stuks) G Miniconnector (2 stuks)

H Airbagmodule (geen onderdeel van de inbouwset)

G

A B C D E

F H

090 0852 V

(5)

2. Voorbereiding

ISTA-nr.

Korte test uitvoeren ---

Minpool van de accu losmaken 12 00 ...

De volgende componenten vooraf demonteren

Bekleding portierstijl rechtsonder 51 43 150

Bekleding dashboard onder rechts 51 45 181

Afdekking voetpedaalsysteem 51 45 185

Stuurkolombekleding onderste gedeelte 32 31 020

Stuurkolombekleding bovengedeelte 32 31 003

Stuur 32 33 ...

Wikkelveercassette 61 31 011

(6)

3. Aansluitingsoverzicht

Legenda

Positie Aanduiding Signaal Kabelkleur/

doorsnede

Aansluitpunt in de auto Korte naam/

aansluiting

A Inbouwkabel --- --- --- ---

A1 Leiding open Kl. 30g GN/BR

0,5 mm²

Met miniconnector Gaan de kabel van de CAS- regeleenheid

X13376 PIN 1

A2 Leiding open Kl. 31 BR

0,5 mm²

Met miniconnector Gaan de kabel van de CAS- regeleenheid

X13376 PIN 12

A3 Contrastekker PT-Can High BL/RT

0,35 mm²

Op Junction Box achter dashboardkastje X14271 PIN 1

A4 Contrastekker PT-Can Low RT

0,35 mm²

Op Junction Box achter dashboardkastje X14271 PIN 2 A5 Pinhuis 2-pol. SW

--- --- Met contrastekkerhuis E op losgepinde leidingen van

stekker X14271 ---

A6 Contrastekkerhuis 12-pol. SW --- --- Op regeleenheidB ---

A7 Contrastekkerhuis 12-pol. WS --- --- Op wikkelveercassetteC X10170

A8 Contrastekkerhuis 3-pol. --- --- Optioneel op 2D meettrigger ---

A

A5

A6 A8 A7

A4 A2

A1

A3

090 0849 V

(7)

4. Inbouw- en montageschema

Legenda

A Inbouwkabel B Regeleenheid C Wikkelveercassette D Performance-stuur

1 CAS-regeleenheid

2 Junction Box voorpassagier

3 Verbindingskabel voor optionele meettrigger

1 2 3

B

C

A D

090 0850 V

(8)

5. Inbouwset inbouwen

Stekker X14271 kan in de Junction Box in de linker of rechter aansluiting ingebouwd zijn.

Aftakkingen A3–A5 naar Junction Box monteren.

Kabel (1) uit PIN 1 en PIN 2 van stekker X14271, 54-pol. BL, lospinnen en als volgt in contrastekkerhuis E vastpinnen:

- kabel BL/RT uit PIN 1 in PIN 1 - kabel RT uit PIN 2 in PIN 2

Aftakking A3 en A4 als volgt in stekker X14271 vastpinnen:

- aftakking A3, kabelkleur BL/RT, in PIN 1 - aftakking A4, kabelkleur RT, in PIN 2

Aftakking A5 op contrastekkerhuis E aansluiten.

Aftakking A6, contrastekkerhuis 12-pol. SW, op regeleenheid B aansluiten.

Regeleenheid B met kabelbinders F op de autokabelboom bevestigen.

Aftakking A1+A2 naar de CAS-regeleenheid en aftakking A7 naar de stuurkolom monteren.

Aftakkingen A1+A2 als volgt met miniconnector G op contrastekkerhuis X13376, 41-pol. SW, aansluiten:

- aftakking A1, kabelkleur GN/BR, op kabel RT van PIN 1 (30g)

- aftakking A2, kabelkleur BR, op kabel BR/SW van PIN 12

X14271 A3 A5

A4

E 1

090 1312 Z

A6 A1+A2

A7

F F B

090 1318 Z

X13376

1 A1+A2

G

090 1373 Z

(9)

5. Inbouwset inbouwen

Transportbescherming (1) van wikkelveercassette C verwijderen.

Wikkelveercassette C volgens ISTA-RA: 61 31 011 in de auto inbouwen.

Voor auto’s met SA 248 (stuurverwarming):

De drie kabels van de stuurverwarming blijven in de stekker. De stuurverwarming heeft daarna geen functie.

Voor alle auto’s:

De kabel uit stekker X10170 lospinnen en als volgt in aftakking A7 vastpinnen:

- kabel BR uit PIN 1 in PIN 1 - kabel BR/GE uit PIN 2 in PIN 2 - kabel GE/BR uit PIN 3 in PIN 3 - kabel GE/SW uit PIN 4 in PIN 4 - kabel GR/BR uit PIN 5 in PIN 5 - kabel GR/SW uit PIN 6 in PIN 6

Aftakking A7 op wikkelveercassette C aansluiten.

Inbouwkabel met kabelbinders F aan bestaande kabelboom bevestigen.

Stekker (1) op wikkelveercassette C aansluiten.

Contrastekkerhuis 3-pol. SW (2) van het Performance- stuur D op pinhuis 3-pol. SW (3) van de

wikkelveercassette C aansluiten.

Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met airbags in acht nemen.

Stuur volgens ISTA-RA: 32 33 ... inbouwen.

De kabel voor de optionele meettrigger met een kabelbinder achter het dashboardkastje monteren of desgewenst in het dashboardkastje. Dit moet van tevoren met de klant overlegd worden.

1 C

090 1322 Z

X10170 C

A7

F

090 1319 Z

C 1

2 3

D

090 0853 V

!

(10)

6. Afsluitende werkzaamheden, codering en basisinstelling Alleen auto’s zonder sportstuur

Het inbouwsysteem moet gecodeerd worden.

- Autoaccu aanklemmen

- Uitbreiding met SSS (Software Service Station) via het pad - CIP - coderen Alleen auto’s met sportstuur

Het inbouwsysteem hoeft niet gecodeerd te worden.

- Autoaccu aanklemmen Alle auto’s

- Korte test uitvoeren - Functietest uitvoeren

- Auto op overeenkomstige wijze weer assembleren - Basisinstellingen uitvoeren

Basisinstellingen

Voor een werking volgens de voorschriften moeten na de uitgevoerde inbouw twee basisinstellingen uitgevoerd worden. Om in het menu basisinstellingen te komen, houdt u bij een ingeschakeld contact de toets links L en rechts R op het Performance-stuur gelijktijdig gedurende minstens 2 seconden ingedrukt. Daarna verschijnt een paar seconden lang een menu waarin de softwareversie weergegeven wordt. Vervolgens springt de display automatisch naar het eerste menu-onderdeel.

- Kies met de toets R c.q. L tussen een diesel- of benzineauto (het vakje rondom het teken betekent dat dit geselecteerd is)

- Druk de toets R lang in om naar de instelling "Correctiefactor voor toerental" te gaan. Bij een lopende motor kunt u hier het toerental van de display in het stuur en de display in het combi-instrument onderling afstellen. Laat de motor op een constant, goed afleesbaar toerental draaien (bijv. 3000 omw./min), en druk nu op L voor een verlaging of R voor een verhoging van de correctiefactor totdat de beide waarden overeenkomen.

Schakel het contact uit, de instellingen worden automatisch opgeslagen.

Auto’s met stuurverwarming

De verwarmingsknop op de stuurafdekking van de stuurkolom is na de montage van het Performance-stuur functieloos.

Demomodus

Voor een overzicht van de werking van het Performance-stuur kan een demomodus van ongeveer 110 seconden in een oneindige herhaling geactiveerd worden. Hierbij worden kort de functiemenu’s van de vier modi (ED-MODE, SPORT-MODE, RACE-MODE en SETUP-MODE) doorlopen en rijsituaties nagebootst.

De demomodus wordt in het menu basisinstellingen gestart door de toetsen L en R gedurende minstens twee seconden tegelijkertijd in te drukken.

Voor het beëindigen van de demomodus simpelweg het contact uitschakelen.

(11)

7. Elektrisch schema

Legenda

Alle met * gekenmerkte aanduidingen gelden alleen voor deze montagehandleiding resp. dit elektrisch schema.

Kabelkleuren

A1* Leiding open, met miniconnector op leiding naar stekker X13376, PIN 1 A2* Leiding open, met miniconnector op leiding naar stekker X13376, PIN 12 A3* Contrastekker, op Junction Box, stekker 54-pol. BL X14271

A4* Contrastekker, op Junction Box, stekker 54-pol. BL X14271 A5* Pinhuis 2-pol. SW, op contrastekkerhuis E*

A6* Contrastekkerhuis, 12 pol. SW, op regeleenheid B*

A7* Pinhuis 12-pol. WS, op wikkelveercassette C*/X10170

A8* Contrastekkerhuis 3-pol. voor optionele LAP-trigger meetsensor

BL Blauw

BR Bruin

GN Groen

GR Grijs

RT Rood

SW Zwart

WS Wit

1 2 2 1

8 7 2 1 12 6

12 7

B*

A5*E*

A6*

A8*

A7*

C*

A1* A2* A14271*A3* A4*

Kl. 31

Kl. 30g

LIN_P Kl. 15

PT-CAN High PT-CAN High

PT-CAN Low PT-CAN Low

0.5 WS/RT

0.5 WS/BL 9 5

6 4 5 3 1 2

Kl. 31

0.5 WS/BR

0.5 GN/RT

0.5 GN/BR

0.5 BR

0.35 BL/RT

BL/RT

BL/RT0.35 0.35

RT RT

0.35

0.35 RT

090 0851 V