Beoordeling werkplekleren jaar 3

(1)

Beoordeling werkplekleren jaar 3

ingevuld door: handtekening:

naam student Carolien Kliffen... HvA-opleiding (vak) : n.v.t... vt / dt

naam werkbegeleider: Annemiek Out... naam & plaats school: PCC Fabritius, Alkmaar... ...

naam PCC-begeleider: Annelies de Jong... datum beoordeling: 18 Juni 2013... uitslag/cijfer: ...

berekening van het cijfer voor jaar 3 met weging per competentie:

1. de docent als (sociaal vaardig) persoon: interpersoonlijk competent

Leerdoelen voor jaar 3. De student kan:

 actief sturen in relaties met en tussen leerlingen met verschillende achtergronden door het inzetten van communicatieve, sociale en interculturele vaardigheden;

 deze sturing gebruiken ten behoeve van een positief leerklimaat, zowel voor leerlingen individueel als voor een groep (klas);

 over deze relaties onderzoeksvragen stellen en beantwoorden vanuit een theoretisch kader

 over deze relaties communiceren met leerlingen en met anderen.

Beoordeling van deze competentie:

8

- Ik heb de meeste voorderingen gemaakt op deze competentie, bij het aansturen en stimuleren van leerlingen. Doordat ik me veel opener heb opgesteld.

- Bij het starten van de les verwelkom ik de leerlingen. In de eerste les voor een nieuwe klas, stel ik me voor.

- Ik geef opbouwende feedback aan leerlingen. Bij een groepje van SDM-mode ging het model met flippers lopen. Ik heb ze voor creativiteit gecomplimenteerd, maar daarna wel de vraag gesteld;

kan je wel lopen als je van de trap op en af loop, Dat gingen ze proberen en als conclusie hebben zij de flippers ingekort. Deze inzicht hebben zij zelf bedacht.

- Bij het groepjes jongens moet ik probleem gedrag snel signaleren, anders gaan ze ongewenst gedrag vertonen. Als ik deze signalen zie geef ik ze individueel een functie die ze moeten uitvoeren. Hierdoor ben ik een stap voor het ongewenst gedraag waar je dan moet voor straffen.

competentie nr. 1 2 3 4 5 6 7 totaal eindcijfer

cijfer (totaal van de

gewogen cijfers, delen door 10)

weging 1 2 2 1 1 1 2 10

gewogen cijfer (cijfer x weging)

(2)

- Ik voer buiten de les ook gesprekjes met leerlingen. een meisje die ik de dag er voor zonder mitella zag lopen had nu een mitella.

Dit had te maken met haar kneuzingen eerder dit jaar maar het raakt steeds niet over, Ik heb toen voor de zekerheid ook naar het gezinsleven gevraagd.

- Ik laat leerlingen eerst zelf nadenken. Bij de enquête (zie pdf;

leerlingen enquête) hebben zij dit ook bevestigt.

- In een pauze het ik ook een gesprek gevoerd met Yasmine over het monteren van het filmpje. Hierbij heb ik vermeld dat ze mij altijd mag benaderen voor vragen.

- Bij het surveilleren bij intersectoraal toets heb ik adequaat gereageerd op ongewenst gedrag. hierbij heb ik het model van ego-toestanden toegepast. We praten hierdoor niet als ouder kind maar als gelijke volwassenen. Hij begreep wat hij fout deed en dat ik hierdoor boos werd. Als ik dit model niet had toegepast dan bleef het een welles nietes.

2. de docent als opvoeder: pedagogisch competent

 vanuit belangstelling voor de leerlingen en vanuit kennis van hun (ook culturele) achtergronden een veilig leef- en

werkklimaat bevorderen door waarderen, stimuleren en gepast corrigeren;

 gewenst en ongewenst gedrag met leerlingen bespreken op individueel en op groepsniveau;

 over zijn bevindingen en werkwijze communiceren met collega’s;

 zijn bevindingen en werkwijze in verband brengen met pedagogische concepten en opvattingen.

 onderzoeksvragen op pedagogisch terrein stellen en beantwoorden vanuit een theoretisch kader.

7

- Ik praat met een prettige toon tegen leerlingen, hierdoor ontstaat een prettige leerklimaat. (zie movie; 2^e les- uitleg catwalk).

- Ik creëer wederzijds respect. Leerlingen durven mij te banderen voor persoonlijke vragen. o.a. kreeg ik de vraag, kan iemand zwanger raken tijdens de ophoud periode, en wanneer is die periode. Ik begreep later dat het niet voor een toets was maar vanwege ze vriendin.

- Ik vraag aan de leerlingen of ze de tassen op de gang willen laten. Alleen hun etui mogen ze gebruiken. Dit gebeurt bij allebei de vakken.

- Ik vraag om stilte als er iets wordt uitgelegd, ik spreek leerlingen individueel aan op ‘storend gerag’ als ze door gaan met praten (zie movie; Laatste les sdm-stil). Dit kan klassikaal gedaan worden of tijdens een presentatie met gebaren.

- Ik speek leerlingen op groepsgedrag aan. Tijdens de les kwamen leerlingen binnen die snel naar huis zijn geweest om de kleding op te halen (zie movie; Laatste les sdm-Laatkomers). Bij

(3)

binnenkomst vertelde ze dat de kledingstuk stuk is en hierdoor niet konden aantrekken. Ik heb deze leerlingen later

toegesproken, omdat ik de les niet verder wou verstoren. Tijdens dat gesprek waren zij niet bezig met het repareren van de rok ik heb het met ze er overgehad dat ik dat niet acceptabel vind. Ze begrepen mijn standpunt en zijn de rok gaan afmaken.

- Na de les reflecteer ik de les met mevr. Out en waarom of hoe zij een situatie aanpakt. Niet alleen complimenten moet ik geven maar ook corrigeren mag ik harder aanpakken. Dit probeer ik dan in de volgende les toe te passen.

- Bij intersectoraal moeten de kinderen een werkstuk maken en presenteren over een beroeps onderwerp in hun gekozen sector.

Ik ben persoonlijk gespreken aangegaan over hun interesse en zo een passend onderwerp te formulieren die voldoet aan de eisen van school en aan de interesse van de leerlingen.

3. de docent als vakdocent/didacticus en ontwikkelaar: vakinhoudelijk en didactisch competent

 de leerlingen een goede leeromgeving aanbieden, gericht op het benutten van het potentieel van alle leerlingen;

 daarbij oog hebben voor de beroepscontext en/of het vervolgonderwijs

 rekening houden met individuele verschillen en adequate werkvormen, hulpmiddelen en taalgericht vakonderwijs toepassen

 zijn werkwijze en keuzes vanuit leertheorie onderbouwen.

4

- De SDM vakken zijn zo vernieuwend waardoor er veel lessen veranderen of op het moment zelf dingen anders moeten. Door deze veranderingen heb ik me niet kunnen verdiepen in

vakinhoudelijk kwesties. Tijdens de observaties heb ik me daar op geconcentreerd (zie pdf; Observatie- gedrag leerlignen).

- Aan het begin van de stage heb ik een aantal kooklessen bijgewoond van mevr. Van de Windt. Daarbij heb ik leerlingen geholpen bij het lezen van recepten, corrigeren van ‘mislukt’ ei scheiden en opruimtaken gegeven.

- Tijdens deze kooklessen hebben we gepraat over koken thuis en hoe de taken daar in verdeeld zijn. Hierdoor kreeg ik een indicatie over wie de expert zijn. Deze deskundige heb ik ingezet als het bij een andere niet lukte.

- Ik heb meerder manieren laten zien van ei scheiden o.a. een methode met en fles.

- Bij Sdm is de les voornamelijk praktijk gericht. Om meerdere intelligenties aan te spreken heb ik voor de groepjes meerdere opdrachten gegeven die ze moesten verdelen. De taken waren;

(4)

schrijfopdracht, presentatie opdracht en een tekenopdracht verwerkt in één les. Hierdoor kan elke leerlingen uitblinken op zijn onderdeel.

- Als de les niet verloopt zo als gedacht moet je een plan b hebben.

Er zijn door de school heen perforators deze heb ik gebruikt om confetti te laten maken, door leerlingen die niks te doen hadden.

De lessen daarop had ik ballonnen en wc rollen mee om een kanon te maken.

4. de docent als organisator: organisatorisch competent

 door goede planning en organisatie van de leeromgeving zorgen voor een taakgericht leerklimaat voor de leerlingen;

 de eigen werkzaamheden efficiënt organiseren;

 bijdragen aan de taken en de organisatie van het team en de school.

7

- Mijn lessen zijn ondersteund door een Prezie. Hierdoor wijk ik niet te veel uit van mijn verhaal.

- De laatste slide van de Prezie bevat een kortte samenvatting wat er is gezegd en wat er van de leerlingen wordt verwacht (zie pdf;

Observatie- structuur/ les presenteren).

- Ik geef directe instructie tijdens de lessen zoals; ‘‘willen jullie afronden’’ (zie movie; Laatste les sdm- Afronden), “we gaan over 5 min opruimen’’, “we gaan beginnen met opruimen”, enz.

- Ik zorg ervoor dat ik de benodigde materialen bij me heb. Ik ben goed voorbereid.

- Bij het maken van een lesplan schrijf ik dit eerst in het klad, waarna ik het lesplan formulier invul. (zie pdf; lesplan- les presentatie).

- Ik hou een agenda bij. Hierdoor kom ik afspraken na en weet ik het verloop van de werkzaamheden en planning voor de komende tijd.

(5)

5. de docent als teamlid: competent in samenwerken

 mede op eigen initiatief school- of teamtaken uitvoeren;

 samenwerken met medestudenten en docenten bij het voorbereiden en uitvoeren van taken;

 actief bijdragen aan team- of ander overleg;

 zijn visie verwoorden op schoolorganisatie en samenwerking daarbinnen.

8

- Ik ben aanwezig bij de intervisie op de PCC Fabritius en PCC Oosterhoud. En deel daar actief mee door eigen ervaringen te delen.

- Bij het brainstoren voor volgend jaar SDM heb ik verschillen toepassingen van software en andere creatieve ideeën ingebracht. Ook heb ik docenten benadert met ideeën die voor hun toepasbaar kunnen zijn.

- Ik heb aangeboden om filmpjes van SDM te monteren, dit aanbod hebben ze gebruikt. Ik moet van vier workshop een filmpje

monteren (zie map; PCC dans). Die op de dag van Open Podium wordt vertoont.

- Ik heb me ook aangemeld voor dagje Walibi Holland, omdat ik begreep dat daar te kort in was. Uiteindelijk hadden ze genoeg docenten.

- Bij een gesprek over de speurtocht heb ik ideeën ingebracht over het inzetten van moderne middelen.

- Bij het zoeken van app voor verschillende SDM vakken heb ik meegezocht en het nodig materiaal al op de ipad’s geüpload.

6. de docent in contact met de omgeving: competent in samenwerken met de omgeving

 deelnemen aan contacten met de buitenwereld, bijv. ouders, zo mogelijk ook bedrijven of instellingen in de

beroepscontext;

 mogelijkheden onderzoeken die de omgeving (in brede zin) van de school biedt voor het leren in zijn vak- of leergebied.

6

- Ik ben aanwezig geweest bij een ouderavond van mevr. Out.

Hierdoor merkte ik hoeveel invloed ouders hebben op kinderen, zonder dat ze dat zelf beseffen

- Tijdens het Open Podium kom ik waarschijnlijk in contact met ouder. Ik ben slecht in namen en hoop hierdoor dat hun kind aanwezig is tijdens een gesprek.

(6)

7. de docent als zelfsturend professional: competent in reflectie en ontwikkeling

 de eigen competenties en de sterke en zwakke kanten daarin benoemen;

 met behulp van reflectie en feedback systematisch werken aan het verbeteren van zijn functioneren;

 een uitgewerkte en persoonlijke visie op het leraarschap in een diverse samenleving verwoorden;

 de eigen praktijkervaringen vanuit theoretische kaders (vakdidactisch, intercultureel, ontwikkelingspsychologisch) duiden en analyseren

 een vraag of probleem in de eigen beroepspraktijk methodisch onderzoeken.

7

- Als ik docent wil worden moet ik werken aan woordkeuzes, zinsopbouw en het verminderen van mijn accent.

- Ik moet het spoorboekje beter laten aansluiten op mijn time magement. Hierdoor heb ik geen tijdnood einde van de les.

- Als ik met een leerling bezig ben heb ik vaak geen overzicht van de les. Hierdoor heb ik geen indicatie wat de rest van de klas doet.

- Met alle feedback na en tijdens deze stage zoals; vertel rustig, neem de tijd, eerst stil in de klas dan pas praten, einde van de introductie kort samenvatten wat er gedaan moet enz. Heb ik verwerkt en op mijn manier uitgevoerd in de lessen daarna.

- Ik voel me nu iets rustiger en zelfzekere voor de klas staan dit neem ik ook mee in de toekomst als ik voor klanten moet

presenteren. Dit was mijn doel van deze minor; niet dichtklappen als je voor een groep sta.

- Mijn non-verbale communicatie ben ik meer van bewust. Wat ik communiceer moet kloppen met wat ik met mijn lichaam uitstraal.

- Mijn doel nog voor deze korte periode, is het niet alleen benoemen van goede punten maar ook punten die verbeterd moeten worden bij het gemaakte werk van leerlingen.