Bodem en poplulierenteelt: gids ten behoeve van de deelnemers aan de 'Studiedag gewijd aan populierenteelt: Dijlevallei'

\ I

Ministerie

van Landbouw

Bestuur

voor

Landbouwkundig Cnd erzoek

Centrum

voor

Landbouwkundig Cnderzoek

-

Gent

Rijksstation voor

Populierenteelt

Gaverstraat

_,

4

95OO GERAARDSBERGEN

BCDE]U

EN PCPUIJERENTEBLT

Gids ten behoeve van de

deelnemers

aan de

7

et

Tabe1

1.

Gemiddeld

stamsnijvlak

(S§V)

op 1"30 m,

respectievelijk

op

_f-jarige

en op

1l-jarige

leefbijd.

f' Rcb,

vert

ry

Ï,IIGERGE GOMIRCDE

ffi

m

Eodemkundige

studie

van de

planting

P.

E.

Florivatr-.Archennes

De lcï.assificatie van de

gronden,

uitgedrukt

door middel

van de

bodemgeschikt-heid

voon

populier

hangt

af

van verscheidene bodemkundige

fairtoren

en hurr

interaeties.

Van deze

falrtoren

is

het vochtopl.everÍngsvermogen

zeer

waanschÍjnï.ijlr de

heï.ang-rijkste,

alhoewel de

andere

bodemkenmerken de waterhui.shoudÍng

in

bel.angrÍ.jke

mate meCe bepal.en.

-

de granulometnische

samenstelling

(grondsoont),

-

de hoeveelheid (gehalte

x

dilrte)

en de kwatri.tei.t van het organisetr

materiaal,

-

de

struktuun

en de eonsistentie van de bodem,

-

de

mineralogisehe

sameÍlsteltring,

-

de

(dis)continuiteit

van het bodernprofiel,

-

de bodemaapaciteit (nutti.ge _diepte),

Enkele

gegevens

over

de

planting

F.

B.

Florival-Archennes

I:ge{lijQ

: Aangelegd

tijdens

het

plantseizoen

19?0-197L

door

N.

V.

Union

.Allumettière.

Flantafstand

: I x I

me

boord

;

3 trrl.

KLonen '" De aangewende klonen

zijn

cv.

Primo,

cv.

Ghoy,

cv"

Gaver

en

ev,

GÍbeeq"

GroeÍ

:

4

ProfÍeL ï-,8

-JVS r?r.

CIC) L

P,

B,

F.trorÍva1

ev"

Ghoy (2 _)"

f,:ggng_ :

Alluvia1e

bodem op oeverwalformati.e van de (oude) Dij1e.

§gss-'"

ru

L 3lPdPYg

ï)efínitÍe

:

matig

gleyige

(geroeste) gronden op

Licht-zandleem,

zwaarder

(zandleem) ',vondend i.n de

diepte,

gnof zandsubstraat

tn

gelaagde banken op L,30

m

diepte,

dikke

(30 _{cm) humeuze bovengrond} (venmoderde kr"rltuur-humus)"

g-e_o-og$-e§{S_

:

gnonden

met

iets

excessieve

(te

droge)

dnainering voornamelÍjk

ín

venband

met

de Liehtere

textuur,

De

consistentie

is

iets te

vast

in

de

onder-grond,

waar

tegenover

staat

dat de

lithologisehe

diseontinuiteit

gunstig

(ver-zwarend)

is.

De schommeJ.ingen van de

watertafel

zijn

minder

beï.angnijker

voor wat

de

extreme

waarden

(1,50

m)

betreft

dan

voor

de kri.ti.eke sehommeJ.ingen

(0,50

rn).

Geschikte bodem

voor

populier

met bodernkundige coëffi.ciënt 0,8584.

Frofi.e3. LB

*JVS

nr"

CI02

P,

E,

FLcrivaï

cv.

Ghcy ( trZ _).

liggnq:

Alluviale

bodem op

oeverwal lemige

tot

zandlemÍge korngronden van de

(oude)

Dijle"

F-ase

;

Lhpl<z 4

ï)efÍnitÍe

:

sterk

gleyrge (geroeste) gronden op

leem, Iíehter

wordend (zandi.eem)

in

de

diepte,

met dikke

(40 crn) humeuze bovenlaag

(vermoderde

kultuurhumus)"

gronden

met

gunstige granuLometrisehe

samenstelling

rnet

iets

te

gering

vochtopleveringsvermogen (eehommelingen van de

watertafel

".2,30

m

voor

de

extreme

en

t

o, So

m

voor

de

kritieke

waarden). Lithol.ogis etre dis

eontinuiteit

is

tamelij k

homo geen.

De

consistentie

is

half-openwrijfbaar (friabel.),

haLf

niet-fríabel

of

vast.

ïIet

is

een kalkhoudende

afzetting met

een

overvloedig

humusbednag"

Zeer

geschilrte bodem

met

hoge pedo).ogische

coëffÍcÍënt

(0,9827).

(Gemiddeld

grondvlak

van de

4

aanpalende bomen

t

12,7g am2)"

fr

b

trrofÍeï

ï,8

-JVS

nr,

nCB

F"

B.

F.ïonivaL

c\r.

FrÍmro (5)"

{".$ggng

:

Aïl"uvi.atre bodem (koïm.grond) van de

DÍile.

F'ase

:

Lhpkz

3

Defi.ni.tíe : sterl< gleyige gronden op uxvaar nandl"eem

tot

(1"Íctat) treem

;

mandig

(grof

_zand),

zandlernig

en/of

Lemig wordend op rnatige

diepte

(1

_m)

_in

_af -wisseLend

gestratificeerde

banden

_;

dikke

(30 _cm) humusbovenlaag

(kultuur-humus)"

p_e_o_oy$_e§qg_

:

grond

met

goede

granulometrisehe

samencitelling

met

i.ets

on-voldoend vochtopLeveringsvermogen

(cfr"

LB-.IVS

nr.

002 Ghoy).

Vriij

hoge J.ithologische homogeniteit op kalkhoudend materi.aaL. De

eonsis-tentie

is

vast

tot zeer

vast

en

bijgevolg rninder gunstig"

ïIet vlak

relief

en de

vrij

grote

grondrvaterschornmelingen (algemeen

₎

2,3C

m,

kritisch

0r 60

m) veroorzaken

mede een

rninder

goede waterhuishouding.

Overi.gens

is

dit

een

(zeer)

goede grond

voor

popuLieren rnet bodemkr.mdige

eoëfficiënt 0,9050

(geschikt

tot zeer

gesehikt),

(Gemiddeld grondvlak van de

4

aanpaLende bomen

:

10, 14

a*2).

Frofiel

LE

*JVS

nr.

CI04

P.

B,

F-nl"onivaL

ev"

PnÍrm.o (

i4),

I-iggp3-:

Alluvial.e

bodeno op de

oeverwal

van de Dij1e"

Fase

:

Ldpy

3

-O_eJ!n_ijle-: matLg gleyrge gnonden op

zandleem, zwaarder

(Ieem) wordend

in

de

diepte,

dild<e (30

cm)

humeuze bovenLaag

(vermoderde

Imlturan-humus)"

p_e_o_o_r_dgllqg_

:

gronden op zandJ.eern rnet

iets te

exeessieve

drainering

(matig

gleyige

oeverwalafzetting)

;

dikke

humeuze bovengnond,

niet

kaLkhoudende

afzetting

met

iets

defieiente

gelaagde, vaste stnutrrtuur en

consistentie

_;

vJ.ak retlref"

Matig

gesehikte bodem

voor

de populi.erenteelt met bodemkundige

coëfficiënt

0,7479

(matig

geschilct

of

overgang

tot

gesehikt).