• No results found

Hervormde kerk, CDA en doorbraak

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Hervormde kerk, CDA en doorbraak "

Copied!
48
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Gewetensvorming gewenst

prof. dr. A.G. Weiler

In de hedendaagse politieke debatten over de inrichting van de samenleving speelt op- merkelijk vaak het zedelijk bewustzijn van de discuss1anten een rol van betekenis. Onder- werpen als wetgeving ten aanzien van abor- tus, euthanasie, kernbewapening, sociale ze- kerheid, ontwikkelingshulp, minderheden- en vluchtelingenbeleid worden belicht vanuit een veelheid van ethische standpunten. Op- vallend is daarbij de overeenstemming in de ethische grondhoudingen die ter sprake ko- men: vrijheid, gerechtigheid, solidariteit wor- den door allen nagestreefd. Elk spreekt ook vanuit een besef van verantwoordelijkheid ten aanzien van z1jn medemensen en de vormgeving van een menswaardige samen- leving. Maar wat bepleit wordt als concrete invulling van die grondhoudingen, als rechts- goederen en rechtsverordeningen die aan die fundamentele opties een materiele in- houd geven, is allerminst convergent. In zo'n situatie komt vaak de vraag op naar een beslissend en gezagvol laatste woord, dat in die spreiding van concrete zedelijke oorde- len het meest of zelfs het eniq iuiste oordeel moet aanwijzen. Voortdurend klinkt zo een beroep op de kerken om zich uit te spreken.

lntussen zijn politici z1ch bewust van hun eigen politieke verantwoordelijkheid, die geen afgeleide is van enige kerkelijke ge- zagsstructuur. Tevens zijn zij moderne men- sen, ten voile deelhebbend aan het bescha-

Christen Democratische Verkenningen 4/86

vingsproces van de twintigste eeuw, dat al- thans in de Westerse cultuurkring tendeert naar een kritische rationele subjectiviteit, die de zedelijke autonomie van het geemanci- peerde individu als inzet heeft. De politicus ziet een veelheid van normen- en waarden- producerende instanties om zich heen, en heeft - als het goed is - zijn eigen welover- wogen keuzen gemaakt, op grand van zijn ervaringen, gehoord de veelheid van zedelij- ke argumentaties. Voor de politiek beslis- sende stap is hij aangewezen op de moder- ne democratische procedures; in beg1nsel beslissen daarin mensen, en niet tot eenheid gemanipuleerde blokken. De fundamentele beslissing berust dus op de individuele ze- delijke autonomie van het persoonlijk gewe- ten, als de i)laats waar het goddelijke 1n de mens tot spreken komt. Het geweten is tevens mede-weten: het spiegelt het zedelijk oordeel van en over het zelf, van en over de anderen. In de trouw aan het eigen geweten is elk mens met de anderen verbonden: allen zijn wij k1nderen Gods. Aan het geweten mag je je toevertrouwen.

De erkenning van deze in genade en solida- riteit ontvangen autonomie behoedt mensen voor zedelijke anarch1e en subjectivisme.

Een gewetensbeslissing is niet simpelweg een 'lk vind ... ', maar: 'Mij wordt aangezegd ... ' De gewetensbeslissing zal een vertaling moeten zijn van Gods spreken, zoals dat in

141

(2)

ons hart en in de gemeente des Heren tot ons komt.

Hoe kan het dan zijn, dater zoveel verschil is in de concrete 1nhoud van gewetensvol ge- nomen beslissingen? Spreekt God dan soms verdeeld? Met een simpel 'Neen' als antwoord is d1e vraag niet af te doen. De menselijke bestaanscondities behoren daar- biJ betrokken te worden. Toch zijn er steeds weer zeer God-getrouwe mensen opge- staan, die aan d1e goddelijke eenhe1d een aardse uitdrukking willen geven. Oat kan bijvoorbeeld gebeuren door met gezag na- mens God te spreken, zich beroepend op de Bijbel als r1chtsnoer voor het handelen, ook 1n de polit1ek: 'Maak alles naar het model, zoals u dat op de berg is getoond' (Exod.

25:40; 26 30; Hand. 7:44, Hebr. 8 5).

De legitimat1e van dit gezagvollngnJpen in de 'tijdelijke werkelijkheid' kan tweeerlei ziJn. Al- lereerst een sociologisch argument Het 'volk' is n1et in staat zich op te werken tot een gefundeerd autonoom zedelijk oordeel, en derhalve heeft het behoefte aan leiders die hen de gedragsregels met (goddelijk) gezag voorhouden. Vervolgens een metafy- sisch-theologisch argument De kritische re- de is niet in staat zichzelf en zijn oordelen ten einde toe te funderen: de goddelijke Open- baring, in Heilige Schrift (en trad1tie) aan mensen aangereikt, heeft derhalve de vorm van gezagvolle taal gekregen. Deze taal is in zichzelf gefundeerd als Godsopenbanng, en toevertrouwd aan dragers van kerkelijk ge- zag. Aan hen is dus uite1ndelijk gehoorzaam- heid verschuldigd. In afgezwakte vorm is dit argument ook te horen b'1j kritische baslsge- meenten, charismatische bewegingen of Exodus-communiteiten, die zich als groep stellen onder het gezag van de Bijbel, en het individuele geweten onder hun hoede nemen.

De morele ernst van deze posities hoeft n1et te worden gebagatelliseerd. Maar dat de menselijke vrijheid hier ondergeschikt wordt gemaakt aan noodzakelijk geacht rnoreellel- derschap is evident. Voor hen die zich ver- antwoordelljk voelen voor de menswaardige

142

ordening van de samenleving ligt hier een imrnens probleem. Is het juist te bevorderen dat 1n de sarnenleving de mensopvatting van intellectuelen, van de hogere rniddenklasse algernene geldigheid verwerft? Moeten indi- vidualiteit, persoonlijkheidsontwikkeling en zelfbeschikking, vrijhe1d en openheid, pluri- forrnitelt, rationaliteit en gematigdheid het als waarden en norrnen winnen van een Ieven uit de traditie, uit de gehoorzaarnheid aan het gezag, uit de universele geldigheid van kerkelijk spreken, en de 'objectieve werke- lijkheid', die aan de subjectieve willekeur van individuen is onttrokken?11 Moeten de bur- gerlijke waarden van het moderne humanis- me het w'1nnen van kerkkritiek en maat- schappijkritiek, van evangelisch radicalisrne, non-conformisme, profetisme?

De politieke verscheidenheid in onze samen- leving, waarbiJ christenen tot heel verschil- lende politieke overtuigingen kunnen komen, maakt du1delijk, dat de heel verschillende culturele en sociale gesitueerdhe1d van men- sen 66k hun gewetensbesliss1ngen door- dringt. Slechts in de d1mensie van de veel- heid zijn w1j mensen. Die veelheid roept orn commun·1cat1e en d1aloog, niet om de harde hand van eenheid brengend gezag. Maar communicatie van zedelijk autonome men- sen veronderstelt een d1epgaande geestelij- ke vorming van het geweten, in confrontatie met de waardebepal1ngen van rechts, van links en van het midden. Geen enkele maat- schappelijke organ1satie, ook niet een poli- tieke partij, kan 1n een democratische sa- menleving zonder een gericht vormingsaan- bod van dialogerende aard, terwille van de gefundeerde gewetensbesliss1ng van haar leden. Hernemen van dit vorrningsaanbod is een zaak van hoogste urgent1e. Dit klernt vooral voor een partij, voor welke het hart van de politieke overtuiging wordt gevorrnd door de 1nspiratie van het Evangel1e.

1 Vgl. 0 Schreuder. Kathol1eken 1n beweg1ng. Depnvatie of mob1l1sa11e?. 1n: Ph. Stouthard en G. van T1llo (red.). Katho- liek Nederland na 1945 Opstellen aangeboden aan prof dr. W GoddiJn (Annalen van het ThiJmgenootschap. 7 4/1.

1985. pp 106-1 07)

Chnsten DemocratiSChe Verkenn1ngen 4/86

fl

'v

t c

(3)

Geioof en pol1t1ek

Doorbraak in gestolde politieke emancipatie

door drs. J.E. van Veen

Men kan niet spreken van de protestantse politieke filosofie.

In de hervormde kerk heeft zich een politieke doorbraak ontwikkeld, die afwijkt van parallel/en in de gereformeerde en katholieke ontwikkeling. Ds. Van Veen reageert in dit artikel op "Protestanten, katholieken en de 'C'" van drs. C.J. Klop in Christen Democratische Verkenningen van december 1985.

Ds J.E. van Veen (19321 was secreta- ris van de Raad voor de zaken van Overheid en Samenlev1ng vanwege de Nederlandse Hervormde Kerk Sinds arp1l j I. is hiJ directeur van 'Kerk en Wereld' te Dnebergen

In het artikel "Protestanten, katholieken en de 'C'", meldt drs. C.J. Klop dat in 1972 in de Contactraad de eigenlijke basis voor de christen-democratische samenwerking ook politiek-filosofisch is gelegd. Volgens hem hebben in die tljd de protestantse en de katholieke politieke filosofie elkaar vrucht- baar gevonden. De protestantse pol1tieke filosofie vindt haar fundenng in het beginsel van 'soevereiniteit in eigen kring' en de ka- tholieke politieke filosofie in het beginsel van de subsidiariteit.

Soevereiniteit in eigen kring en subsidia- riteit

B1j 'soevereiniteit in e1gen kring', een ge- dachte die in gereformeerde knng is ont- staan, gaat het om een fundamenteel ele- ment in de wijsbegeerte van de wetsidee, aan de VU ontwikkeld o.a. door prof. dr. H.

Dooyeweerd. Oat fundamentele element is dat Gods Woord betekenis heeft voor on- derscheiden levensverbanden, als het be- drijfsleven, gezinsleven, onderwijs, de media, de welzijnszorg en de politiek (ook wei wets-

Chnsten Democratische Verkenn1ngen 4/86

cirkels genoemd). Op deze gebieden heb- ben mondige gemeenteleden een eigen ver- antwoordelijkheid, die zij, georganiseerd in een protestants-christelljk werkverband als bijv. christelijke werkgevers- en werkne- mersorganisaties (CNV, NCW), christel1jk schoolbestuur, een christelijke rad1o-omroep (NCRV, EO), een christelijke politieke partij (ARP), gemeenschappelijk kunnen beleven en uitwerken. Deze verbanden werden val- gens het princ1pe van soevereinite1t 1n eigen knng onttrokken aan het gezag van de kerk.

Waarschijnlijk is deze organisatievorm ook een duidelijke reactie geweest op een for- meel bevoogdende reglementen- en regen- tenkerk, zoals de Nederlandse Hervormde Kerk was eind negentiende eeuw.

Er vond een vorm van verdeling plaats waar- biJ de kerk als organisat1e verantwoordelijk was voor predik1ng, sacramenten, cateche- se, pastoraat, e.d., en de kerk als organisme zich uitkristalliseert in deze christelijke werk- verbanden.

Volgens Klop heeft deze gedachte Inspire- rend ingewerkt op een katholieke gemeen-

143

(4)

schap die zich bevrijdde uit een meer geslo- ten hierarchische structuur. Het sloot goed aan bij het in de katholieke gemeenschap ontwikkelde subsidiariteitsbeginsel, dat uit- drukte dat een hager niveau niet moet be- beslissen over wat op een lager niveau kan worden geregeld. Dit beginsel vindt zijn wor- tels in de parochiegedachte: kleine gemeen- schappen met een grate mate van onderlin- ge solidariteit.

Doorbraak vergeten

Met deze beschrijving heb ik geen moeite.

Wei met de herhaalde constatering van Klop op biz. 561: Aldus zien wij dat de protestant- se en de katholieke politieke filosofie elkaar wederzijds vruchtbaar aanvullen en verbete- ren. Want het lijkt mij een niet aanvaardbare reductie van het politiek-filosofische krach- tenveld. Met geen woord wordt gerept over de doorbraakgedachte die ook in leidingge- vende hervormde kringen na de Tweede Wereldoorlog post vatte en resulteerde in het hervormde herderlijk schrijven: 'Christen zijn in de Nederlandse samenleving', van 1955. Of is een politieke filosofie die christe- nen bindt maar niet leidt tot een christelijke (katholieke) organisatievorm te verwaar- lozen?

Waar ging het in de doorbraak om? Het is een beweging die ontstaan is 1n de Tweede Wereldoorlog op basis van gedeelde men- selijke ervaringen in lijden onder en verzet tegen de Duitse bezetting. Ervaringen die gedeeld werden door mensen uit de ver- schillende zuilen, volksdelen (gereformeerd, hervormd, kathoilek, socialistisch, etc.) waar- in onze samenleving was opgedeeld. Het ging om strijd tegen de verzuiling en voor vernieuwing van de samenleving. Bovendien werd in deze kring in de loop der tijd de vraag dringender of confessie een goed poli- tiek uitgangspunt is. Heeft de binding op grand van confessie niet veel meer te maken met nestgeur dan met politieke visie? Wor- den belangentegenstellingen niet te vlug ver- doezeld en wordt het woord verzoening niet te goedkoop gebruikt? Het Kairos-docu- ment van ruim 130 zwarte broeders en zus-

144

Geloof en poli\iek

ters in Zuid-Afrika: 'Challenge to the Church' (september 1985) stelt heel helder dat ver- zoening niet zonder gerechtigheid kan en op recht-doen gebaseerd is.

In de doorbraak na de Tweede Wereldoorlog hebben verschillende toonaangevende christenen, vooral uit hervormde kring, geko- zen voor politieke keuze op basis van poli- tieke analyse en visie. Voor velen betekende dat toen een keuze voor de vernieuwde Partij van de Arbeid, een keuze op basis van de politieke filosofie dat het goed is dat de kerk zelf als Christus belijdende gemeen- schap in de samenleving overheid en volk beloften en geboden voorleeft en voorhoudt als de kern van het humanum. En anderzijds de leden van de kerk mede helpt om op grand daarvan tot eigen politieke keuze op basis van politieke visie en analyse te ko- men. Er was en is in die kring nog steeds grate huiver voor het euvel van de vereenzel- viging zoals dat in het Hervormde herderlijk schrijven: 'Christen zijn in de Nederlandse samenleving', is omschreven.

Een enkel citaat uit dat schrijven. Eerst over het gemeentelid en het gezag der kerk (biz.

14 en 15):

'De christen met zijn individuele hou- ding en gedragingen is geen individua- list. Hoewel hij weet, dat het gezag der kerk afgeleid en betrekkelijk is, en haar u1tspraken open blijven voor herz1ening en herraeping naar uitwijzen van het Woord Gods, zo aanvaardt dat hij dit gezag tach met vreugde, omdat het juist bedoelt de vrijheid van de gelovig handelende enkeling te verzekeren. De kerk heeft haar leden voor te gaan in de onderscheiding der geesten en in het onderkennen van de machten van de tijd.';

en vervolgens over het euvel der vereenzelvi- ging (biz. 23 en 24):

'Het feit dat het kan voorkomen, dat de kerk een zeer concrete weg heeft te wijzen op het veld der politiek, mag ons er niet toe verleiden om deze uitzonde- ring tot regel te verheffen en bepaalde houdingen en qedragingen als de aileen

Christen Democrat1sche Verkenn1ngen 4/86

(5)

Geloof en polit•ek

gehoorzame voor te stellen. Mag dat reeds niet ten aanzien van zulke hou- dingen en gedragingen, dan mag het nog minder ten aanzien van de keuze voor een politieke partij, welker ge- dragslijn immers bovendien voor de toekomst geheel onzeker is. Een derge- lijke kortsluitende vereenzelviging van de gehoorzaamheid aan Christus met een bepaalde politieke houding dringt zich telkens weer op, wanneer christe- nen bezig zijn met het concrete gebod in de politiek en hun gedrag een uit- vloeisel van hun belijden te weten.' Oit herderlijk schrijven was in 1955 een' con- solidatie van de doorbraakgedachte en een antwoord op het mandement van de R.K.

bisschoppen. Het houdt natuurlijk vandaag de dag ook een vermaan in naar het spreken van de kerk zelf. Ook dat spreken moet zich hoeden voor vereenzelviging.

Emancipatie als basis voor onze politieke cultuur

Onze politieke cultuur in Nederland ontleent nog altijd veel van zijn waarden aan de be- grippen vrijheid, gelijkheid en broederschap uit de Franse revolutie, als emancipatie van de burger. Het waren vooral de liberalen die de emancipatie van de tourger gesteund hebben in het midden van de negentiende eeuw. In de tweede helft van de negentiende eeuw ontwikkelde zich de politieke partijvor- ming. Zowel de confessionele partijvorming rond de schoolstrijd als de socialistische partijvorming zijn grotendeels emancipa- tiebewegingen.

De gereformeerde kleine luyden emanci- peerden en profileerden zich middels de ARP en CNV tegenover de hervormde re- gentenkerk en het liberale burgerdom. De katholieken emancipeerden zich middels Katholieke Staatspartij en katholieke vak- bond vanuit een tweederangs positie in een protestantse natie. De arbeiders emanci- peerden en profileerden zich via de arbei- dersbeweging in socialistische vakbond en SOAP tegenover hun economische macht- hebbers. Later kreeq de emancipatie in ka-

Chnsten Democrat1sche Verkenn1ngen 4/86

tholieke kring ook nog gestalte tegenover de hierarchie, en in hervormde kring via de doorbraak tegenover de verburgerlijking van de kerk en de verzuiling van de samenleving.

Gestolde emancipatie

Maar vandaag de dag lijkt de emancipatie grotendeels gestold in de politieke cultuur.

De stollingseffecten kristalliseren zich uit in vervreemdingsverschijnselen.

In liberale kring heeft men zich reeds lang

' Vandaag de dag lijkt de emancipatie grotendeels gestold in de politieke

cultuur. '

gekeerd van een progressieve houding naar een conservatieve houding die het behoud van gevestigde belangen najaagt. Voor de gedachte dat vrijheid van de een niet mag leiden tot onvrijheid van de ander is minder oog. De aandacht voor emancipatie van de derde wereld is minimaal, ook wordt weinig gestreden voor de vrijheid van misdeelde of achtergestelde groepen in eigen samenle- ving.

In socialistische kring heeft men te kampen met vervreemdingsverschijnselen. Vele ar- beiders voelen zich in deze partij niet meer echt thuis. De abstracte welzijnsfilosofie, ge- mis aan inzicht wat z1ch in oude binnenste- den afspeelde, breekt nu op.

In christen-democratische kring is de ver- vreemding van kerk en gemeente toegeno- men. Het COA is een partij van middengroe- pen geworden waarbij het evangelie tot een christelijke franje kan verworden. Bovendien loopt zij het risico een 'christelijk alibi' te

145

(6)

worden voor mensen die de uitdagingen waarvoor kerk en oekumene in de wereldcri- sis geplaatst worden en die haar moeite genoeg kosten, uit de weg gaan.

Vragen aan het CDA

Hoe breken we door dit vervreemdingsele- ment tussen kerk en christelijke politieke partij heen? Niet dat het er om moet gaan dat die twee weer een pact zouden moeten sluiten. Maar wei dat de kwalijke neveneffec- ten van deze vervreemding voor beide wor- den teruggedrongen.

De alibi-functie van de christelijke politiek om de gevestigde belangen van de midden- groepen te dienen en die een christelijke entourage te geven, blokkeert ve!e gemeen- teleden in de kerk om ernst te maken met de vragen die uit de oekurnene op ons af- komen.

Anderz1jds sluit het CDA zich zo af van een geestelijke vernieuwing, die aileen door een levendige geloofsreflectie in wereldwijde ver- bondenheid met gemeente, kerk, zich kan ontwikkelen. God kan niet in een program- ma opgesloten worden, maar is degene d1e steeds weer vanuit de toekomst in Christus op ons afkomt. Dikwijls door verdrukte en misdeelde mensen die ons met de vraag:

Adam, waar ben je?, lastig vallen, maar daar-

146

Geloof en politiek

in ook de rnogelijkheid tot bekering bieden.

Wanneer houden we op elkaar als kerk en politieke partij opportunistisch te gebruiken of te bestoken?

Mijns inziens kan dat niet anders dan dat beide de vragen die uit de wereldoekumene op ons af komen serieus nemen. Wij ver- liezen beide onze identiteit wanneer we onze huidige 'quasi christelijke Westerse cultuur' tot referentiekader nemen. Die wiegt ons in een zelfgenoegzame slaap. Een beter uit- gangspunt is te leren uit de ervaring van het lijden in de wereld aan oorlog en bewape- ning, hanger, armoede, uitbuiting en racisrne en sarnen te proberen dat lijden bewust en effectief te verrninderen.

Literatuur

Christen zijn in de Nederlandse Samenleving, uitg. Boeken- centrum, 's-Gravenhage, 1955

Challenge to the Church. The Kairos Document, uitg. Catho- liC Institute for International Relations en British Council of Churches, Londen, september 1985.

Christen Democrat1sche Verkenn1ngen 4/86

~ E

de

Is file gE vn. K/,

V< tie

VC

va Cl Ni le\ kri gE to! b2 ge de be br< Tc mi wc_

gr< biE in 1 is E

kv.. rnc

len

Chri

(7)

Geioof er: pol1t1ek

Hervormde kerk, CDA en doorbraak

door drs. C.J. Klop

Is de Doorbraak-gedachre niet achterhaa/d a/s politieke fi/osofie? Wat kan een christen in de PvdA met zijn geloof? En welke rol speelt de kerk daarbij? Oat zijn de vragen die centraa/ staan in het antwoord van drs. C.J.

Klop aan ds. Van Veen.

Van hervormde zijde zijn verschillende poli- tieke filosofieen het CDA ingebracht. Her- vormde antirevolutionairen brachten de leer van de soevereiniteit in e1gen kring in. De CHU had ook een typerende eigen 1nbreng.

Niet zozeer een structuurvisie op de samen- leving, zoals b1j de soevereiniteit 1n eigen kring en de katholieke subsidiariteitsleer het geval was, maar meer een politieke stijl van tolerantie en gematigd staatsmanschap, ge- baseerd op een sterk historisch beset en geloof in de eenheid van het mensdom on- der Gods Ieiding. 1) Wat hervormden bijvoor- beeld 1n de PvdA of de SGP hebben inge- bracht is voor het CDA niet zo interessant.

Toegegeven moet worden dat de titel van mijn artikel in het decembernummer die ver- wachting wei kon wekken. Daarom benut ik graag de gelegenhe1d die de redactie mij b1edt om wat dieper op de politieke filosofie in te gaan die in hervormde kringen te vinden is en was. Enigszins tot mijn eigen verrassing kwam ik daarbij uit op de noodzaak een moderne kerkelijke omgangsvorm te formu- leren ten aanzien van christenen, die hun

Chnsten Democratise he Verkenningen 4/86

Drs. C J. Klop (194 7) 1s adjunct direc- teur van het Wetenschappelljk lnst1tuut voor het CDA

verantwoordelijkheid in de samenleving dragen.

Christelijk-Historische politieke filosofie

"Wij hebben een verhaal met betekenis voor de samenleving. 'Voor heel het volk', zou een CHU'er zeggen", heb ik over de c.h.

inbreng in het CDA geschreven. En, hoewel beslist niet de hele CHU deze leuze van Hoedemaker voor zijn rekening nam, is daar- mee in beknopte vorm heel veel gezegd.

Waar de oorsprong van soevereinite1t in eigen kring en subsidianteit liggen in het scheppen van mogelijkheden voor de chris- ten om zijn verantwoordelijkheid in de sa- menleving te kunnen dragen, later verbreed tot een ordeningsprinCipe voor de gehele maatschappij, daar vindt ook de christelijk-

1) Drs. A.D.W. Tilanus. 'Twaalf CH-karaktenstieken', 1n Her- lnneringen aan de Unie waann wij ons thuisvoelden. AJ.

van Dulst (red I. Den Haag. 1980. HiJ noemt als karakte- ristleken: beginselpar11J, principiele overtu1g1ng, relatlve- nng. ruimte. eenhe1d 1n versche1denhe1d. verdraagzaam- heid. openheid, heel het volk, dienend. gouvernementeel, geen persoonsverheerliJklnq. CHU-famllie.

147

(8)

historische slogan 'heel het volk' zijn oor- sprong. Door de verschillende posities die hervormden enerzijds en gereformeerden en katholieken anderzijds in de vorige eeuw innamen (eerstgenoemden hadden meer af- finiteit met Staatskerk en Staat, waartegen laatstgenoemden zich verzetten) is hetzelfde vertrekpunt echter verschillend uitgewerkt.

Voor hervormden bestond er niet zo een scherpe antithese tussen christenen en niet- christenen als Kuyper en Schaepman onder- kenden. Zij bleven ervan uitgaan dat Neder- land in pnncipe een christelijke natie was en weer moest worden. Dit 'heel de kerk, heel het volk' verbindt zowel Hervormden die voor de CHU en het CDA kiezen als Door- braak-mensen, die princip1eel niet voor orga- nisatievorming op chnstelijke grondslag k1ezen. Het ging om verschillende wegen naar hetzelfde doel. We z1en deze lijn 1mmers opduiken in de geschriften waar ds. Van Veen naar verwijst. Banning c.s. zetten na de Tweede Wereldoorlog het verzuilde maatschappijbeleid (en daar hoorde uiter- aard ook een kerk-opvatting bij) van zich af.

Men wilde als christen en als kerk m1dden in de samenleving staan. Deze keuze van de hervormde kerkleiding onderstreepte de 'Doorbraak' naar de PvdA.

T egelijk heeft dit hervormde principe in onze tijd een verrijk1ng van het CDA opgeleverd.

Als nu in het Program van Uitgangspunten staat: 'Het CDA richt zich zonder onder- scheid tot de gehele Nederlandse bevol- king', dan is dat een voortzetten van de traditie die voor de CHU altiJd al vanzelfspre- kend was. Die leidde ertoe dat een overtuigd CH-man als drs. H. Eversdijk een overtuigd hoofd van een christelijke openbare school in Groen1aanse zin21 was v66r hij het Kamer- lidmaatschap aanvaardde. Het leidt er even- zeer toe dat een overtuigd man als ds. Van Veen in zijn functie bij de Raad van Kerken te vinden is temidden van mensen die geen kerklid zijn, waarbij zij zich gezamenlijk inzet- ten voor de kansarme etn1sche groepen in Nederland.

148

Geloof en politiek

Gescheiden wegen

Ondanks deze principiele verbondenheid scheidden de wegen van de hervormden onderling. Veel meer dan gereformeerden gingen hervormden met de Doorbraak mee.

Wat is de betekenis hiervan geweest?

lk begeef mij op glad ijs als ik een impressie maak van de Doorbraakmensen; ik ken er maar enkelen. Heb ik het mis als ik proef dat zij zich in de Partij van de Arbeid toch niet senang voelen? Kan men zich daar als chris- ten manifesteren en met deze geloofsin- breng iets doen (en dat is toch de bedoeling geweest), ook als dit niet overeenkomt met de opvatting van de niet -christenen in deze partij? De situatie daar lijkt mij niet rooskleu- rig. Tegelijk is de weg terug naar het CDA ook niet begaanbaar, daarvoor is er vaak nog te veel oud zeer. Deze indruk wordt versterkt door de bijdragen die het weten- schappelijk tijdschrift van de W1ardi Beck- manstichting opnam bij de herdenking van veertig jaar Part1j van de Arbeid: 'De voor- trekkers van de Doorbraak wilden het socia- lisme Iaten u1tdragen door een pluriforme massapartij, die de behoefte van sommige mensen om vanuit hun geloof aan politiek te doen meer dan tolereerde. Wie links is en gelovig, en niet tot een politieke splinter wil behoren, kan anno 1986 heel goed bij de PvdA terecht, maar moet dan wei de nodige onverschilligheid of zelfs argwaan voor lief nemen. Daar moge niets aan te doen zijn, helemaal eerlijk tegenover de geschiedenis is het niet' (Doeko Bosscher, 'Dromen van een Doorbraak', Socialisme en Democratie, januari 1986, pag. 1 0).

Een soortgelijke impressie geeft Kooistra als hij Oostlanders boek 'Dorpsdespoten ont- tronen' bespreekt: "Veel heb ik zelfs met instemming gelezen. ( ... ) Over de Door- braak op pag. 46: 'De Doorbraak mislukte niet aileen kwantitatief, maar ook kwalitatief.

Het is de vraag of een christelijke invloed in

2) Groen van Pnnsterer was aanvankelijk voorstander van een chnstelijke openbare school. 01t schooltype kan nog voorkomen. als de gemeenteraad 1n meerderheid protes- tants of katholiek IS.

Chnsten Democrat1sche Verkenn1ngen 4/86

G

d

V\ VI

E h d

Zt

g

0 V<

V<

Cl

(9)

Geloof en pol11lek

de organisaties die de doorbraak bepleitten wei aanwijsbaar was'," (S. Kooistra, Her- vormd Weekblad, 2 januari 1986).

Een heel ander beeld tonen daarentegen de hervormden in het CDA. Weliswaar leeft bij de voormalige CHU-aanhang kennelijk een zeker gevoel ondergewaardeerd te worden, gezien de rondzendbrief bij de kandidaat- stelling voor de Tweede Kamer. Tegelijk constateert de aandachtige beschouwer van de nog korte geschieden1s van het CDA dat voormalige CHU-mensen vaak een voor- aanstaande en verbindende rol spelen. Men leze er bijvoorbeeld het interv1ew met mr.

O.W.A. Baron Van Verschuer in 'De groei naar het CDA' nog eens op na om te proe- ven hoe hij tijdens de grondslagdiscussies in 1975 vanuit zijn typische Unie-inbreng bouwde aan het CDA. Enerzijds de stelling van mr. W. Aantjes afwijzend dat het CDA mensen op hun geloof diende te balloteren en tegelijk zich op verheugend als hij door de christelijke politiek mensen tot het geloof zou zien komen, daarbij met instemming Loh- man c1terend.

Niet aileen binnen de part1j spelen voormali- ge CHU-Ieden een significante rol, ook daar- bulten. lk noem slechts een enkel voorbeeld:

het optreden van drs. C. van Dijk als voorzit- ter van de parlementaire enquetecommissie inzake RSV en van dr. J. de Pous als voorzit- ter van de SER.

De doorbraakgedachte als zelfstandige politieke filosofie

Ds. Van Veen spreekt over Doorbraak als 'een politieke filosofie die chnstenen bindt maar niet leidt tot een christelijke organlsa- tievorm'. Welke kenmerken omvat deze filo- sofie? Hij noemt:

a. de strijd tegen de verzuiling en voor ver- nieuwing van de samenleving, omdat po- litieke organisat1e op grand van confessie belangentegenstellingen verdoezelt en meer heeft te maken met nestgeur dan met doorwerking van het geloof. Het woord verzoen1ng wordt te goedkoop gebruikt. Het Evangelie wordt franJe voor middengroepen;

Christen Democrat1sche Verkenn1ngen 4/86

b. De C mag niet le1den tot de zonde der vereenzelvig ing;

c. de kerk zelf, als Christus belijdende ge- meenschap in de samenleving, moet overheid en volk beloften en geboden voorleven en voorhouden als de kern van het humanum;

d. de kerk moet haar leden op grand daar- van helpen om tot een eigen politieke keuze op basis van politieke analyse en visie te komen.

Deze politieke filosofie heb ik inderdaad niet expliciet behandeld in mijn artikel. Naar mijn mening heeft ze ook geen actuele betekenis meer. lk wil dat adstrueren door van elk van bovenstaande elementen iets te zeggen.

a. Nestgeur

De verzuiling heeft inderdaad geleid tot ver- starring van christelijke organisaties. Zij wer- den soms bolwerken die niet meer op maat- schappijvernieuwing uit waren vanuit hun 1dent1teit. De 'C' werd slechts etiket. De professionele staven grepen de macht, de dynamiek verdween. D1e verstarde verzuil1ng is er hier en daar nog wei, maar evenzeer 1s duidelijk dat het CDA daarvan geen voor- stander is. Wij willen christelijke organ1saties op basis van elan, wij verwachten van een ge1'nspireerd maatschappelijk middenveld een dynamiserende invloed op de ontwikke- ling van de samenleving. Oat was de strek- king van het rapport 'Van Verzorgingsstaat naar Verzorgingsmaatschappij'. Die dyna- miek begint gelukkig weer de kop op te steken, waar het m1ddenveld zijn taken weer aanvat vanuit een eigen inspiratie. Wie chris- telijke organ1saties nu afschaft goo1t het kind met het badwater weg. lmmers, als de 'C' verdwijnt wordt het dan beter? Kijk naar de FNV, de PvdA, de vertross1ng 1n de samenle- ving, de gevulde algemeenheid waar de 'C' staat voor CAO.

Verdoezelt organisatie op chnstelijke grand- slag belangentegenstellingen? Nee. Het di- lemma is vals: het Evangelie doorbreekt be- langentegenstellingen juist radicaal. Als Pau- lus de slaaf naar Filemon terugstuurt met de

149

(10)

woorden Her heb je Je slaaf terug, meer dan slaaf: broeder' dan kiest hij niet de positie tegen de bazen v66r de slaven, maar door- breekt de tegenstelling. De Haarlemse predi- kant die in de Tweede Wereldoorlog een Wehrmachtsoldaat aan het Avondmaal toe- liet koos een radicale positie! De gerechtig- held eist dat mensen die nog geen deel aan het algemeen welzijn hebben door de over- held gesteund worden. Het is dus een poli- tiek principe dat ertoe leidt dat de overheid 'schild voor de zwakke' IS en niet een organi- satorische opdeling langs lijnen van belan- gentegenstellingen. Hoe kan een kerkelijk functionaris menen dat de confessie belan- gentegenstellingen verdoezelt? Oat zou dan toch ook voor de kerk moeten gelden? Of de stelling is JUist en dan moet de kerk zichzelf opdelen, of de stelling is onjuist en dan kan ook een partij op christelijke grondslag au- thentiek functioneren. Veeleer is actueel de vraag hoe chnstenen in chnstelijke organisa- tles en daarbuiten als christelijke minderheid

' De zonde der vereenzelviging wordt in de kerken thans krachtig gepraktizeerd.

'

bijdragen aan de doorwerking van het Evan- gelie in de samenleving. lk kom daar in het navolgende op terug. En ook op de beteke- nis van de verzoening.

b. Vereenzelviging

De zonde der vere·enzelviging is 1n het CDA krachtig afgezworen. Van het CDA kan niet gezegd worden dat het meent het Evangel1e in petto te hebben. Hoogstens blijkt het

150

enkele bestaan van de partij door Door- braak-christenen al als zodan1g gel'nterpre- teerd te worden. Psychologisch IS dat zeker een reele factor. De oorzaak van dit pro- bleem zoek ik echter eerder bij de Door- braak-christenen dan bij het CDA. Sterker nog: de zonde der vereenzelviging wordt in de kerken thans krachtig gepraktizeerd. De bordjes zijn fors verhangen.

c. De kerk

Oat de kerk haar leden moet stimuleren om de 'C' niet als etiket te gebruiken maar daar- op d66r te denken en op basis van een christelijke politieke visie hun standpunt te bepalen is een wens die in het CDA sterk leeft. Thans is dit nog nauwelijks het geval.

De e1gen wijsheid van de kerkle1ding staat dit meestal in de weg. De Doorbraakfilosofie geeft helaas voeding aan deze pretentievolle opstelling. Niet valt in te zien dat de kerklei- ding het beter zou weten dan de kerkleden, die, vaak wat meer in het voile Ieven staand dan hun pred1kanten, tamelijk goed in staat zijn om het kaf van het koren te scheiden.

Paradoxaal genoeg kenmerkt de opstelling van de bisschoppen zich door een groter respect voor de inbreng van de kerkleden, dan thans bij de protestantse kerken merk- baar is.

d. De kerkleden

Oat mensen, en in het bijzonder kerkleden, op grond van een politieke analyse hun keu- ze bepalen, heeft juist bij het CDA meer kansen gekregen. Onmiskenbaar heeft de in het Program van Uitgangspunten neergeleg- de politieke analyse en visie een groeiende betekenis in de standpuntbepaling van het CDA. De toespraken van de partijvoorzitter op partijraden en -congressen zijn goed her- kenbaar als vorm van principlele politieke analyse, waarbij nestgeur geen rol van bete- kenis speelt. Even onmiskenbaar reageert het partijkader daar positief op. En dat juist in een tijd waarvan de principes niet de gemakkelijkste weg wijzen. Voor kiezers ligt dit nog niet zo duidelijk. Bij hen speelt het vertrouwen in de 'C' een belangrijke rol. Oat

Chnsten Democratrsche Verkenningen 4186

GE

-

is p;

rT

gl cl er sl lk D a< w D di lijl G Dr

0\ lie M in VE

eE

de sc

SE dr

st

br m

al~ er

0

te1

w

bE

va se be De: Te

al~

ke loc

lo~ pe pe

Chr

(11)

GAloot en pol1t1ek

is niet verbazingwekkend, want buiten de partij, bijvoorbeeld 1n hun kerk of in hun media, komen zij die analyse nauwelijks te- gen. Er is nog een weg te gaan met de christen-democratische maatschappijvisie en het CDA is die weg met vertrouwen inge- slagen.

lk kan niet anders concluderen dan dat de Doorbraak als politieke filosofie niet meer aan het doel beantwoordt waarvoor zij ont- worpen 1s, als dat al het geval is geweest.

Oat laatste kan ik niet geheel overzien, om- dat de historische context voor ons nauwe- lijks meer invoelbaar 1s.

Gestolde emancipatie?

De emanc1patie van gereformeerden tegen- over de hervormde Staatskerk en van katho- lieken in sociaal-economische zin is voltooid.

Maar dat was niet waar het onze voorouders 1n de eerste plaats om ging, ook al heeft de verzuillng hun bedoelingen later verstard tot een organisatiestrijd. Het ging hen om de doorwerking van het Evangelie in de maat- schappij. Herkerstening van het Nederland- se volk. Oat stond voorop. Men leze er Hen- driks en Thurlings maar op na. En die wens staat nog recht overeind. lk denk dat Door- braak-christenen en CDA'ers elkaar daarin moeten kunnen vinden, juist nu de verzuiling als maatschappelijk beheersingsmechanis- me met zijn verstarde en gesloten structuur en zijn regenteske trekken echt u1t de tijd is.

Christelijke organisaties en 1ndividuele chris- tenen moeten midden in de wereld staan.

Wei is het duidelijk dat de christen die zich bewust in de wereld begeeft zonder steun van een christelijke organisatie minder kan- sen heeft dan zij die de steun van de levens- beschouwelijke organ1satievorm hebben.

Oat zien we in de PvdA en andere partijen.

Tegelijk ook wordt hij n1et meer bekritiseerd als hij zich passief opstelt. Wie zich uitdruk- kelijk bij een christelijke organ1satie aansluit loopt wei tegen knt1ek op. Die 'C' laat je niet los. Als PvdA-Iid kun je dat probleem ontlo- pen. Er ZIJn Doorbraak-chnstenen die 'lo- pende vuurtjes' bl1jven. Oat zag je aan Bus-

Christen Democratlsche Verkenn1ngen 4/86

kes. De meesten verdw1jnen in de grauwe massa.

Beide wijzen van optreden ziJn leg1tiem.

Chnstelijke organisaties zijn geen beschutte schuilplaatsen, de Doorbraak moet niet ver- hevener worden voorgesteld dan zij 1s. Het CDA heeft het Evangelie niet in pacht, net zo min als christenen die zich buiten het CDA bevinden.

Geestelijke vernieuwing en vervreemding van de kerk

Die pretentie komt men echter wei tegen bij veel christenen buiten het CDA Ook ds. Van Veen stelt dat 'het CDA zich afsluit van een geestelijke vernieuwing, die aileen door een levendige geloofsreflexie in wereldwijde ver- bondenheid met gemeente, kerk, zich kan ontwikkelen'. Aileen met de kerk? Ook hier treffen wij een typisch hervormde trek aan. In de CHU had het spreken der kerk een hoge- re status dan in de ARP en de laatste jaren ook in de KVP.

Ds. Van Veen heeft mij eens verteld welke barre ervaringen hij als predikant opgedaan heeft in een kle1ne Groningse gemeente, waar in de kerkeraad het boerenland ver- handeld werd, want de kerk was groot- grondbezitter. Op deze kerkelijke ervaringen doelt zijn reactie op rnijn artikel stellig niet.

Veeleer zal hi] doelen op de ervaringen die men in de Wereldraad van Kerken opdoet, of in de Nederlandse Raad van Kerken, als men zich bez1ghoudt met de positie van ver- drukten.

Het zijn vaak de van het dagelijkse pastoraat vrijgestelde theologen die met een zekere euforie over deze ervaringen spreken. On- langs vond een gesprek plaats tussen de staf van het WetenschappeiiJk lnstltuut voor het CDA en prof. dr. H.M. de Lange met twintig theologie-studenten. In dat gesprek werd naar voren gebracht dat er twee ge- heel verschillende Godsbeelden aan de orde zouden zijn. Het CDA zou zich daarbij op een verouderd Godsbeeld baseren, terwijl de nieuwe generaties theologen opgeleid worden met een nieuw Godsbeeld. Deze God zou zich manifesteren in de gemeen-

151

(12)

schap van mensen, met name in de ge- meenschap met armen en onderdrukten.

Ook het Gereformeerde-deputatenrapport inzake het oorlogsvraagstuk tendeert in die richting. Een zeer merkwaardige en gevaar- lijke stelling. Er is maar een God. Het is voor mij geen vraag dat Hij voor kerkelijke top- functionarissen en voor CDA-politici precies dezelfde is. De een mag hem niet claimen voor het ophemelen van de armen, want ook daar zitten zondaars (hoeveel armen steun- den n1et Marcos op de Filippijnen of Peron 1n Argentinii:i?), de ander mag Zijn Boodschap niet ontlopen als het bijvoorbeeld om Zuid- Afrika gaat.

lk geloof niet dat men geestelijke ver- nieuwing exclusief ervaart in kerkelijke ver- bondenheid met verdrukten in het buiten- land. Daarvoor ervaar 1k binnenslands toch tezeer dat de Raad van Kerken werkelijke vragen die er rond de verbondenheid met uitkeringsgerechtigden in het regeringsbe- leid spelen niet aanvoelt. Omgekeerd ervaar ik 1n de moeilijke beslissingen die CDA'ers thans in de regering moeten nemen hoezeer w1j de verzoening in Christus nod1g hebben, omdat wij het b1jna nooit echt goed kunnen doen. lk ervaar dat niet zozeer als geestelijke vernieuwing, wei als verdieping. Die ervaring kun je delen met gewone kerkleden, die ook 's nachts wakker kunnen liggen over bijvoor- beeld vragen rond hun huwelijk of de opvoe- ding van hun kinderen. Of met gewone pre- dikanten en pastoors, d1e ervaren dat bij- voorbeeld het echtscheidingspastoraat hen vaak voor de keuze tussen twee kwaden plaatst.31 Die ervaring deel je niet met kerke- lljke topfunctionanssen. Zij hebben de erva- ring het goede te kunnen doen en het kwade te mijden. lk kan dat niet meebeleven. De Wereldraad slaat daarvoor toch te vaak de plank mis. Denk aan de verklaring 1nzake Afghanistan41 Met de verdrukten daar voel ik meer verbondenheid via het buitenlands be- leld van het CDA dan via de Wereldraad van Kerken. Wie tijdens de najaars-partijraad van 1985, waar over het programma werd ge- stemd, voelde met welk een drang de Verga- dering de passages inzake de ontwikke-

152

Geloof en politlek

lingssamenwerking Wilde opvoeren, die kan niet instemmen met de stelling dat de chris- telijke polit1ek een alibi-functie heeft om de gevestigde belangen van de middengroepen te dienen.

lk ontken niet dat er risico's liggen nu het CDA een remigratie uit het WD-kamp on- dergaat. Maar de stelling dat er een blokka- de ligt 1n de CDA-politiek om ernst te maken met de vragen die uit de oecumene op ons afkomen is een suggestieve wijze van spre- ken die zelfs niet strookt met de stijl die de Doorbraak-filosofie aan de kerk toedeelt.

Ook het CDA heeft wereldwijde contacten met christen-democraten in soms onder- drukte posities. Wij ervaren dat als bemoedi- gend en leerzaam. Als de ervaringen van wereldwijde verbondenheid in kerkelijk ver- band tot een geestelijke vernieuwing leiden, waarom wordt het CDA daar dan niet voor uitgenodigd? Welke christen-democraten worden naar Vancouver en Geneve geinvi- teerd? Welke christen-democraten treft men in kerkelijke deputaatschappen? Het CDA hanteert als enige partij in ons land de visie op de verantwoordelijke maatschappij, die in de Wereldraad is ontwikkeld en die voor westerse Ianden nog steeds actueel is. In Christen Democratische Verkenningen vindt voortdurend reflexie op dit thema plaats.

Kerkelijke uitspraken worden erin geanaly- seerd. De rooms-katholieke bisschoppen nodigen het CDA uit zijn visie op de kernbe- wapening te geven ten behoeve van het kerkelijk denken en spreken hierover. Van de zijde van de Raad van Kerken en de protes- tantse synodes is van zo een u1tnodiging nog geen sprake geweest. Een pril begin

3) Prof. dr. 11. W Schermerhorn. 'de prem1er van de Door- braak'. schreef daarover een indnngend art1kel 'Vuile handen' in Minister-president van herrljzend Nederland, Strengholt 1977. pag 164: 'nergens ontkomt men aan vu1le handen. ook al ervaart men het 1n de politiek openllj- ker dan elders' H1j verwiJst b1jvoorbeeld naar weten- schappers en het gebrUik dat er van hun werk gemaakt wordt.

4) AM Oostlander. 'Polit1ek. verantwoordeiljkheld en schuld'. in Dorpsdespoten onttronen. Franeker 1985.

pag 77.

Chnsten Democrat1sche Verkenn1ngen 4/86

-

trE M

EE HE

or

cr

tie vo all1 va he vir de he

el~

DiE de we a.

b.

c.

Chno

(13)

Geloof en pol1t1ek

treffen wij aan bij het moreel beraad van het MCKS51

Een eigentijdse kerkelijke omgangsvorm Het is nodig dat de kerk een eigentijdse omgangsvorm ontwikkelt zowel met de christen die niet tot een christelijke organisa- tie wil toetreden, als met degene die daar- voor wei kiest. De Doorbraak-ideeen werken aileen maar averechts. Beiden opereren we vanuit een levensbeschouwelijke minder- heidspositie in een geseculariseerde omge- ving. Een omgeving overigens die, zeker biJ de jongeren, niet antipathiek staat tegenover het geloof. Maar die wei een hekel heeft aan elkaar bestrijdende christenen.

Die nieuwe kerkelijke omgangsvorm zal aan de volgende kenmerken moeten beant- woorden:

a. Christenen hebben een Woord voor de wereld, dat in en bu1ten christelijke orga- nisaties naar voren gebracht wordt. Geen onderling gehakketak, meer onderl1ng contact.

b. De kerk is een gemeenschappelijke krachtbron; geen vluchtheuvel, noch voor zondags-christenen, noch voor Door- braak-mensen.

c. In de kerk verschuift het accent naar een grotere erkenning van inzichten en de verantwoordelijkheid van de kerkleden.

De profetenmantel wordt ingeruild voor de priestertoga.

Christen Democrat1sche Verkenningen 4/86

d. In de christelijke organisaties moet de bijbel meer open met het oog op ge- meenschappelijke bezinning op de bete- kenis van het geloof voor het werkterrein van deze organisaties. De kerk spreekt deze organisaties daarop aan. Niet als een soort examinator die het heil in pacht heeft, maar als een gesprekspartner die zorg heeft over de doorwerk1ng van het Evangelie in de samenleving vanu1t de gemeenschappelijk ervaren betekenis van de verzoening in Christus voor ons menselijk vallen en opstaan, zowel in de kerk als in de politiek.

e. De kerk spreekt ook aldus met niet -chns- telijke organisaties waann christenen ac- tief bezig zijn en bevraagt hen op de ruimte die zij bieden aan levensbeschou- wing.

f. Een 'moreel beraad' van christenen in de kerk kan, mits goed opgevat, een plat- form bieden waarop christenen hun erva- ringen uitwisselen en elkaar bemoedigen.

5) AM. Oostlander. 'Moreel beraad van christenen: aistu- blleft geen vertrossing·. Christen Oemocransche Verken- ningen. februan 1986

6) Vgl. hierover ook Appel en Weerklank. CDA. Den Haag 1983. pag. 20. alsmede de daarop volgende resolut1e van de PartiJraad 1n Hoogeveen. 1984

153

(14)

0 ntw1 k kel1 ng ssamenwerk 1 ng

De financiering van de ontwi kkel i ngsbeg roti ng

door drs. H.J.B. Aarts

Aarts geeft een overzicht van de historische ontwikkeling van de wijze waarop de ontwikkelingsuitgaven zijn gefi- nancierd. Hij wijst op de gevaren van dezgn. kapitaalmarkt- financiering en de daaraan verbonden stijging van de post rentesubsidies op de beg rotingvoorOntwikkelingssamen- werking. Aarts stelt voor in 2000 deze rentesubsidies tot nul terug te brengen.

drs H.J 8 Aarts (1930) IS lid van de CDA Tweede Kamerfract1e. HIJ IS voor- Zitter van de Vaste Kamercommissie voor Ontw1kkelingssamenwerk1ng

1. lnleiding

Het afgelopen Jaar heeft de financiele kant van ontwikkelingssamenwerking sterk rn het brandpunt van de belangstellrng gestaan.

Centraal stond daarbiJ de stuwmeerproble- matrek en het bereiken van de hulpdoelstel- ling van 1 /,% NNI In de kamerdebatten is door het CDA in dit verband ook aandacht gevraagd voor de WrJze waarop de ontwrk- kelrngsbegroting wordt gefinancierd. Gewe- zen werd op de nadelen en gevaren verbon- den aan het deels financieren uit de schat- kist en deels uit de kaprtaalmarkt. Op het eerste gezicht lijkt er niet zo'n direct verband te bestaan tussen de problematiek van het stuwmeer en de wijze van financreren van de ontwikkelingsbegroting. Toch is dit recht- streeks verband biJ nadere beschouwing aanwezig, hetgeen verderop zal blrjken. Poll- trek is vooral relevant dat in de Kamer tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen en de begrotingsbehandeling door het CDA een politieke koppelrng rs gelegd tussen de afwikkeling van het stuwmeervraagstuk en de gewenste omzetting van kapitaalmarkt-

154

middelen in begrotingsmiddelen. Gesteld werd dat bij de formatre hieromtrent nadere afspraken zouden moeten worden ge- maakt.1 1 Daarmee heeft het CDA als het ware een hypotheek genomen die na 21 mei moet worden afgelost. De bedoeling van dit artikel is nader inzicht te verschaffen in de historische ontwikkeling van de wijze waar- op tot op heden de ontwikkelingsuitgaven zijn gefinancierd. Tevens zal op de diverse gevaren van de kapitaalmarktfinancrering en de daaraan verbonden stijging van de post rentesubsidies worden ingegaan. Tenslotte zal een poging worden gedaan om via een concreet voorstel invullrng te geven aan toe- komstrg beleid terzake.

2. Drie decennia ontwikkelingshulp.

a. Van 'samenraapsel' tot budget

Op 18 juni 1955 hield Konrngin Juliana in de Pieterskerk te Leiden een rndrukwekkende

1 Handelingen Tweede Kamer 1985. 1986. 4e vergadenng 17 okt 1985 biz 568 en 617.

Chnsten Democrat1sche Verkennrngen 4186

-

tOE

ge DE lo!" zic NiE riel be mi: teE de mE

lin~

ker

OIT

ba kel

OIT

en tie Ne ter: 19! nin wa der I an

grc me keli He· sta de toe als aar We '50 aile one terE raar eer geE ove der kelc Hul

wa~

Chns·

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

ook ter wereld) geldt de tijdloze belofte uit Jesaja 55 vers 11: ‘zo zal Mijn woord zijn dat uit Mijn mond uitgaat: het zal niet vruchteloos tot Mij terugkeren, maar het zal

In geval van een ontruiming van het gebouw de Hoeksteen wordt bezoekers gevraagd zich te verzamelen voor de ingang van het Kerkgebouw, om zo de toegang tot het gebouw de Hoeksteen

2 e collecte 28 februari, 7 en 10 maart Op zondagen 28 februari en 7 maart en op biddag voor gewas en arbeid (10 maart) collecteren we voor ‘onze hervormde gemeente’

Toch ook ditmaal een verslag over het afgelopen jaar van de door onze Stichting Behoud Kerkelijke Gebouwen in Midden- en Oost Nederland (SBKG MON) verrichte werkzaamheden..

publiceren van de door onze Stichting Behoud Kerkelijke Gebouwen in Midden- en Oost Nederland (SBKG MON) verrichte werkzaamheden.. Dit jaarverslag publiceren wij ook, zoals

Om de gemeenteleden, die zijn uitgenodigd, niet langer dan strikt noodzakelijk binnen te laten zijn, vragen we de leden om op de tijden zoals aangegeven op de uitnodiging naar de

Belooft u deze kinderen, die vandaag gedoopt zijn, liefdevol op te nemen in uw midden, hen op te dragen in uw gebeden en naar uw vermogen te helpen om te groeien in geloof en in

Door het verleden te kennen kunnen we er tenminste iets van ver moeden, waar be- gaanbare, waar doodlopende wegen zijn; we moeten inderdaad verder, want de tijd heeft voor ons