• No results found

Inktmengerij: een deel van de grondstoffen gaat naar de inktmengerij en hier wordt de inkt gemaakt die bij de diepdruk wordt gebruikt bij het bedrukken van het product

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Inktmengerij: een deel van de grondstoffen gaat naar de inktmengerij en hier wordt de inkt gemaakt die bij de diepdruk wordt gebruikt bij het bedrukken van het product"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

9.1. Voorraadstructuur van het MGP

Week 18

Rol M2 Rol M2 Rol M2 Rol M2 Rol % M2 %

Lk 00 173 15.226 414 45.217 62 6.518 649 66.961 1,1% 2,0%

Lk 01 13.317 1.037.724 10.590 904.345 3.260 286.190 27.167 2.228.259 47,3% 66,4%

Sub 13.490 1.052.950 11.004 949.561 3.322 292.708 27.816 2.295.219 48,40% 68,37%

Lk 02 2.456 96.083 2.706 122.026 693 30.635 5.855 248.745 10,2% 7,4%

Lk 03 3.292 69.345 4.837 118.048 1.501 29.185 9.630 216.577 16,8% 6,5%

Lk 04 832 14.008 83 1.209 62 1.222 977 16.439 1,7% 0,5%

Sub 6.580 179.437 7.626 241.283 2.256 61.041 16.462 481.761 28,65% 14,35%

Snijrollen 2.429 44.759 481 12.682 1.190 34.995 4.100 92.435 7,1% 2,8%

Sub 22.499 1.277.146 19.111 1.203.526 6.768 388.744 48.378 2.869.416 84,2% 85,5%

Procent 39,15% 38,04% 33,26% 35,85% 11,78% 11,58% 84,18% 85,47% 0,0% 0,0%

Stalen 1.775 74.022 466 22.270 374 17.888 2.615 114.181 4,6% 3,4%

Sub 24.274 1.351.169 19.577 1.225.796 7.142 406.632 50.993 2.983.597 88,7% 88,9%

Procent 42,24% 40,25% 34,07% 36,51% 12,43% 12,11% 88,73% 88,87% 0,0% 0,0%

B-C grade 5.377 301.064 5.377 301.064 9,4% 9,0%

Dossier 1.098 72.576 1.098 72.576 1,9% 2,2%

Sub 6.475 373.640 6.475 373.640 11,3% 11,1%

Procent 11,3% 11,1% 11,3% 11,1% 11,3% 11,1%

Totaal 24.274 1.351.169 19.577 1.225.796 13.617 780.272 57.468 3.357.237 100,0% 100,0%

Procent 42,2% 40,2% 34,1% 36,5% 23,7% 23,2% 100,0% 100,0%

Rol M2 Rol M2 Rol M2 Rol M2 Rol M2

0 492 20.213 846 55.938 512 20.471 1.850 96.622 3,2% 2,9%

1995 1 90 1 90 0,0% 0,0%

1996 1 34 67 3.622 68 3.656 0,1% 0,1%

1997 2 26 1 20 146 7.938 149 7.984 0,3% 0,2%

1998 5 161 8 280 344 29.206 357 29.646 0,6% 0,9%

1999 13 569 80 2.381 518 33.143 611 36.093 1,1% 1,1%

2000 137 4.414 578 26.625 1.622 94.761 2.337 125.799 4,1% 3,7%

2001 905 37.345 1.358 54.843 1.658 96.366 3.921 188.554 6,8% 5,6%

2002 9.474 440.258 7.204 361.168 2.777 148.837 19.455 950.263 33,9% 28,3%

2003 17.307 1.070.202 11.042 825.910 296 20.625 28.645 1.916.737 49,9% 57,1%

Totaal 28.335 1.573.187 21.118 1.327.199 7.941 455.059 57.394 3.355.445 100,0% 100,0%

CC 0 CC 1 CC 2 Totaal

2 1

0 Totaal

(Bron: SAP systeem van Forbo-Novilon)

(3)

9.2. Beschrijving productielijnen

Het gehele proces begint bij het ontvangen van de grondstoffen van de leveranciers. In het grondstoffen magazijn staan de volgende grondstoffen: rollen glasvlies van 3 à 4 meter breed, weekmakers, pvc, vulmiddel, lakken, chips enzovoort. De grondstoffen worden vanuit het grondstoffenmagazijn naar de volgende plaatsen vervoerd:

Pastamengerij: een deel van de grondstoffen gaan naar de pastamengerij en hier worden de pasta’s gemaakt die worden gebruikt bij het bewerken van het product. De volgende pasta’s worden hier gemaakt:

• Pre-coat voor ovenlijn 1

• Chemische schuim voor ovenlijn 1

• Toplaag voor ovenlijn 2

• Ruglaag (chemisch en mechanisch) voor ovenlijn 3

Het doseren en het mengen van de pasta’s verloopt volledig geautomatiseerd. Vanuit een aantal silo’s worden de pasta’s naar de productielijnen gepompt.

Inktmengerij: een deel van de grondstoffen gaat naar de inktmengerij en hier wordt de inkt gemaakt die bij de diepdruk wordt gebruikt bij het bedrukken van het product. De inkt wordt gemaakt door een aantal basis kleuren te mixen. Het aantal kleuren en hoeveelheid van een kleur zijn gegeven door formules. Na het mixen wordt door middel van testen gekeken of de inkt wel de juiste kleur heeft. Dit wordt gedaan door een stuk inkt in te scannen en de

computer controleert dit stuk met een standaard. De computer geeft aan, als het niet goed is, welke correctieve stappen er genomen moeten worden.

Massamengerij: een deel van de grondstoffen gaan naar de massamengerij en hier worden de grondstoffen klaar gemaakt voor de bewerkingen van de multilijn. Door middel van een extruder worden pvc-materialen geëxtrudeerd tot extrudaat. Dit extrudaat komt op de top of rug van het materiaal.

Ovenlijn 1: de glasvliesrollen gaan naar ovenlijn 1 en bij deze lijn begint het eigenlijke productieproces. Het product wordt door maximaal 5 verschillende lijnen bewerkt. Deze 5 lijnen zijn: ovenlijn 1, diepdruk, ovenlijn 2/3, trimlijn en multilijn. Het product begint bij ovenlijn 1. Hier worden de rollen in gehangen. De rol wordt dan afgewikkeld en door de lijn heen getrokken. Zodra het bewerkingsproces eenmaal loopt gaat het geheel automatisch en de operators voeren dan alleen controlerende taken uit. Tijdens het bewerkingsproces wordt het product ook continu gecontroleerd op fouten om een hoge kwaliteit te waarborgen. Aan het einde van de lijn wordt de rol weer opgewikkeld. De andere 4 lijnen volgen de zelfde

procedure. Ovenlijn 2/3 en de trimlijn lopen vaak in lijn. Dat wil zeggen dat deze 2 lijnen aan elkaar gekoppeld worden (de rollen worden dus niet tussentijds opgewikkeld).

Alle bewerkingen van de 5 lijnen zijn in een figuur gezet en per lijn staat de input, aantal bewerkingen, output en lijnsnelheid van de betreffende lijnen beschreven.

(4)

Ovenlijn 1:

Deze lijn draait in twee ploegen en een ploeg bestaat uit 9 personen. De lijn voert twee verschillende processen uit namelijk ‘voorstrijken’ en ‘strooien’.

-Voorstrijken:

- Input: Glasvliesrol, in totaal zijn er drie verschillende glasvliesrollen. Deze glasvliesrollen verschillen in dikte of structuur.

- De bewerkingen:

o Afwikkelen glasvliesrol.

o Strijken pre-coat, door middel van een rakelmes wordt er een laagje pasta op de drager (=glasvliesrol) gestreken. Deze pasta wordt door de geleertrom in het glasvlies gedrukt.

o Opbrengen chemisch schuim, een laag pasta wordt op de geïmpregneerde drager gebracht. Deze pasta wordt door de geleertrommel gedroogd.

o Geleren, een geleertrommel met verwarmde olie drukt de pasta stevig tegen de drager aan, waardoor het verandert in een vaste laag. Het product wordt bij het voorstrijken twee keer gegeleerd.

o Verdampen weekmakers, de drager met de aangebrachte pasta doorloopt een oven en in deze oven worden de weekmakers verdampt (temp. +/- 125 oC).

Deze weekmakers zijn giftig en worden zoveel mogelijk uit het product verdampt.

o Opwikkelen van het substraat

- Output: De ouput van de bewerking ‘voorstrijken’ noemen ze substraat. In totaal zijn er 6 verschillende soorten substraten:

o Blauw substraat, pre-caot en chemisch schuim

o Geel substraat, pre-coat en ander soort chemisch schuim

o Wit substraat, pre-coat en nog een ander soort chemisch schuim o Oranje substraat, alleen chemisch schuim

o Lila substraat, pre-coat

o Rood substraat, pre-coat (dikkere laag)

Het substraat gaat nu naar de Productielijn diepdruk om een dessin en kleur te laten drukken.

- Snelheid: 33 meter/minuut. De geleertrommel en de oven bepalen de snelheid, omdat de pasta die op het product is gestreken moet drogen en daardoor moet het product een bepaalde tijd in de oven zijn.

- Time yield: 90%

Voorstrijken:

Rol inhangen

Strijken pre-coat + geleren

Opbrengen chem.

schuim + geleren

Rol

opwikkelen Oven

(5)

-Strooien:

- Input: Het bedrukte substraat van diepdruk.

- De bewerkingen:

o Afwikkelen van het bedrukte substraat.

o Opbrengen hechtlaag, een laag pasta waar de chips in gestrooid worden waardoor de chips beter aan het product hechten.

o Strooien chips, de chips zijn kleine korrels en deze korrels worden op het product gestrooid. Dit geeft het product een spikkelachtig structuur en uiterlijk.

o Geleren, drogen van de toplaag en fixeren van de chips.

o Verdampen weekmakers

o Sinteren, het versmelten van de chips waardoor het zich beter hecht met het product.

- Ouput: een gestrooid product. Het product gaat nu naar ovenlijn 2 om afgewerkt te worden.

- Snelheid: 15 meter/minuut. De bewerking ‘sinteren’ bepaalt de snelheid tijdens het

‘strooien’.

Diepdruk:

Deze lijn draait een twee ploegendienst en een ploeg bestaat uit 15 personen. Dit proces vindt altijd plaats na het ‘voorstrijken’.

- Input: Het substraat van ovenlijn 1.

- De Bewerkingen:

o Afwikkelen substraat.

o Bedrukken substraat, Het substraat wordt bij de diepdruk voorzien van een kleur en dessin. Dit drukken wordt gedaan met behulp van maximaal 6 walsen.

Een wals is een grote cilinder. In de buitenkant van deze cilinder is een patroon gegrafeerd. Het aantal walsen wat gebruikt wordt tijdens het bedrukken is afhankelijk van het dessin. Een ingewikkeld dessin heeft meer walsen nodig dan een minder ingewikkeld dessin. Tijdens het bedrukken wordt het materiaal voorzien van een chemische stof die het verschuimen tegen gaat. Dit

verschuimen vindt op ovenlijn 2 plaats. Door middel van deze stof kan een reliëf gecreëerd worden.

o Opwikkelen bedrukt substraat.

Strooien:

Rol inhangen

Opbrengen hechtlaag

Strooien chips + geleren

Rol opwikkelen Oven Sinteren

Rol inhangen

Substraat bedrukken m.b.v. max. 6 walsen

Rol

opwikkelen

(6)

- Output: Bedrukt substraat

- Snelheid is gemiddeld ongeveer 50 meter/minuut. De snelheid is afhankelijk van het dessin. Een ingewikkeld dessin resulteert in een lagere lijnsnelheid.

- Time yield: 45%. Vergeleken met de andere lijnen is dit een lage time yield. Dit komt door het walsen verwisselen, inkt wisselen en schoonmaken. Walsen verwisselen kost per keer het meeste tijd, maar inkt verwisselen gebeurt vaker.

Ovenlijn 2:

Deze lijn draait een 3 ploegendienst en elke ploeg bestaat uit 10 personen.

- Input: Het bedrukte substraat uit de diepdruk of het gestooide product uit ovenlijn 1.

- De bewerkingen:

o Afwikkelen rol

o Opbrengen toplaag, doorzichtige bovenlaag ter bescherming van de inkt.

o Geleren, het drogen van de toplaag.

o Aanbrengen structuur/waterlak, een extra slijtvaste bovenlaag. Deze bewerking is optioneel en maakt het product kwalitatief beter.

o Verschuimen van het product, in de oven (temp. +/- 185 oC). gaat het

chemische schuim, opgebracht bij ovenlijn 1, verschuimen (net als rijzen van een cake in de oven). Door het chemische stof, toegevoegd bij de diepdruk, verschuimd niet het gehele oppervlak. Hierdoor kan bijvoorbeeld bij een tegeldessin een voeg geïmiteerd worden.

o Opwikkelen van rol of rol keren en in lijn met ovenlijn 3, als laatste bewerking kan het product worden opgewikkeld of het gaat in lijn door naar ovenlijn 3.

Als het product opgewikkeld wordt dan gaat het product naar de multilijn en wordt daar verder bewerkt. Wanneer in lijn met ovenlijn 3 dan zijn ovenlijn 2 en 3 aan elkaar gekoppeld.

- Output: het product is nu voorzien van een bovenlaag. Hierna gaat het na of de multilijn voor verdere bewerkingen of in lijn na ovenlijn 3 voor een ruglaag.

- Snelheid: varieert van 15 t/m 18 meter/minuut. De snelheid is afhankelijk van het product, omdat het product een bepaalde tijd in de oven moet voor het verschuimen (verschuimen = de pasta, opgebracht bij ovenlijn 1, gaat dan rijsen net als bij het bakken van een cake). Naar mate het product meer moet verschuimen, moet het langer in de oven. De lijn gaat langzamer draaien als het product meer moet verschuimen.

- Time yield: 95%.

Rol inhangen

Opbrengen toplaag + geleren

Aanbrengen structuur/waterlak

Rol opwikkelen

Oven

Rol keren en in lijn met ovenlijn 3

(7)

Ovenlijn 3:

Deze lijn draait in een 3 ploegendienst en een ploeg bestaat uit 10 personen.

- Input: van deze lijn kan in lijn zijn met ovenlijn 2 of het product komt van de multilijn. (Als product van multilijn komt en moet door ovenlijn 3 dan moet het product op ovenlijn 2 worden afgewikkeld, omdat ovenlijn 3 geen afwikkel heeft. Dan wordt het product door ovenlijn 2 getrokken zonder dat er bewerkingen plaats vinden.) - De bewerkingen:

o Opbrengen van de rug, aan onderzijde van het product wordt een rugschuim aangebracht. Deze rugschuim kan mechanische rugschuim of chemische rugschuim zijn. Mechanische rugschuim is (net als slagroom) van te voren geklopt en heeft hierdoor al een bepaalde volume. Chemische rugschuim krijgt deze volume in de oven. Mechanisch rugschuim is een harder schuim en kwalitatief beter dan het chemisch rugschuim.

o Verschuimen van chemische rugschuim of drogen van mechanische rugschuim, bij het verschuimen van de rug is de oven op een hoger temperatuur ingesteld (temp. +/- 185 oC).

o Mechanisch prägen, er wordt een structuur in de rug aangebracht. Deze bewerking wordt zelden uitgevoerd. Meestal wordt op de multilijn een structuur gepreegd.

o Rol wordt opgewikkeld of rol in lijn met trimlijn. Als het product nog enkele extra bewerkingen op de multilijn nodig heeft dan wordt het product aan het einde van ovenlijn 3 opgewikkeld. Anders gaat het in lijn met de trimlijn.

- Output: Rol voorzien van een ruglaag.

- Snelheid: 15 t/m 18 meter/minuut. De snelheid is afhankelijk van de snelheid van ovenlijn 2, omdat deze vaak in lijn met elkaar staan.

- Time yield: 95%.

Rol in lijn van ovenlijn 2

Opbrengen rugschuim

Mechanisch prägen

Rol

opwikkelen

Oven

Rol in lijn met trimlijn

(8)

Trimlijn: Deze lijn draait in een 3 ploegendienst en een ploeg bestaat uit 11 personen.

- Input: Afgewerkte producten. Rol komt of in lijn van ovenlijn 3 (online trimmen) of er wordt een rol ingehangen (offline trimmen). Er wordt alleen offline getrimd als

product naar ovenlijn 3 nog bewerkt moet worden op de multilijn.

- De bewerkingen:

o Rol afwikkelen of in lijn met ovenlijn 3.

o Schouwen rug en top van product, product wordt met het oog gekeurd.

o Snijden product op lengte.

o Inpakken rollen.

o Rollen worden tijdens het trimmen administratief aangemaakt (rolcreatie).

o Rollen worden vervoerd naar het magazijn gereed product.

- Output: Gereed product.

- Snelheid: 15 t/m 18 meter/minuut. De snelheid is afhankelijk van de snelheid van ovenlijn 2 en 3, omdat deze lijn vaak gekoppeld is aan deze twee lijnen.

- Time yield: 95%

Multilijn:

Deze lijn draait in een 2 ploegendienst en een ploeg bestaat uit 12 personen. De 2 ploegen draaien een 3 ploegenritme. Hierbij wordt van elke 3 weken 2 weken lang een ploeg ingezet op ovenlijn 1 of diepdruk afhankelijk waar ze die week extra capaciteit nodig hebben.

- Input: Rol komt van ovenlijn 2 of van ovenlijn 3. Alle bewerkingen van de multilijn zijn of een vervangende bewerking of een extra bewerking.

- De bewerkingen:

o Rol afwikkelen.

o Kalanderen top of rug, dit wordt niet met pasta gedaan, maar met een extrudaat (dit is een pvc-materiaal dat bewerkt is door een extruder).

o Pregen, een structuurlaag aan de bovenzijde van het product.

o Rol opwikkelen

Schouwen rug en top product

Snijden rollen op standaardlengte

Rol naar magazijn Rol inhangen

Inpakken rol

Rol in lijn van ovenlijn 3

Rol inhangen

Kalanderen (rug of top)

Pregen: structuur bovenzijde aanbrengen

Rol opwikkelen

(9)

- Output: Product heeft allerlei bewerkingen ondergaan en gaat nu naar de trimlijn of naar ovenlijn 2 en 3 voor verdere bewerkingen.

- Snelheid:varieert van 8 t/m 15 meter/minuut. De minimum snelheid is afhankelijk van de bewerking pregen.

- Time yield: 85%.

(10)

9.3. Omstelkosten per m2 bij productielijn Diepdruk

Omstelkosten bij verschillende runlengtes

0,00 0,20 0,40 0,60 0,80 1,00 1,20 1,40

275 550 825 1100 1375 1650 1925 2200 2475 2750 3025 3300 3575 3850 4125 4400 4675 4950 5225 5500

Runlengte M1

Euro Omstel-

kosten Max.

kosten

(Bron: Interne documentatie Forbo-Novilon)

(11)

9.4. Beschrijving planningsproces

De planningsafdeling van F-N bestaat uit een productieplanning en een grondstofplanner. De productieplanning plant alleen de productie van items en de grondstofplanner plant alleen het bestellen van grondstoffen voor de productie van deze items. Het inplannen van werknemers gebeurt op de werkvloer en daar zijn de planners niet verantwoordelijk voor. Dit onderzoek richt zich voornamelijk op het planningsproces van de productieplanning. Het

planningsproces van F-N ziet er als volgt uit.

Planninggroep

De productieplanning wordt gestuurd door de planninggroep. De planninggroep bestaat uit de volgende functionarissen:

• Directeur operations.

• Productplanner.

• Marketing manager.

• Hoofd productie.

• Hoofd customer services.

• Algemeen directeur.

De planninggroep stelt, in een vergadering, eenmaal per maand het bezettingsplan voor de komende drie maanden op, maar hierover later meer.

Jaaroverzicht (production planning)

Het managementteam stelt de verwachte verkopen voor het komend jaar een target in m2 vast.

Het managementteam laat zich hierbij adviseren door de verkoopmaatschappijen. Deze verkoopmaatschappijen geven dan aan hoeveel ze denken het komend jaar te kunnen verkopen. Op deze target wordt door de directie kalendarisatie toegepast om de

seizoensinvloeden te verwerken. Voor het gemak wordt dit het jaaroverzicht genoemd en in dit overzicht staan de verwachte verkopen per maand in m2.

Bezettingsplan (MPS)

De productieplanning stelt elke maand een concept bezettingsplan op. In de vergadering met de planninggroep wordt dit plan besproken en eventueel bijgesteld. Het bezettingsplan geeft een indicatie over de vraag per productsoort voor de komende 3 maanden en de daaruit voortvloeiende productie in m2 per productsoort voor die zelfde 3 maanden. Op grond van dit bezettingsplan kunnen maatregelen in de productie en /of logistiek genomen worden om de capaciteit van de organisatie aan de behoeften aan te passen. De productieplanning gebruikt het bezettingsplan niet bij het plannen van de productie op item niveau. Dus het

bezettingsplan geeft voor de productieplanning globaal aan hoe de productiecapaciteit is verdeeld over de productmix. Het bezettingsplan daarentegen is de basis voor de

grondstofplanning.

De procedure voor het opstellen van het bezettingsplan gaat verder als volgt:

- Eerst wordt de vraag per productsoort bepaald. Hierbij wordt de bepaalde vraag van het jaaroverzicht gehaald. Deze vraag wordt dan over alle producten verdeeld. Deze verdeling is historisch bepaald. Als laatste kan de productieplanning de vraag per productsoort naar boven of beneden bijstellen. Als de productieplanning denkt dat de verandering in de afgelopen maanden structureel zijn dan wordt een voorstel

voorgelegd tijdens de planningsvergadering voor het aanpassen van het

(12)

- Ten tweede wordt de productiecapaciteit bepaald. De productiecapaciteit is in enigermate flexibel, omdat ze met een ploeg meer of minder kunnen draaien door uitzendkrachten aan te nemen of op te zeggen.

- Ten derde bepaalt de productieplanning hoeveel er geproduceerd moet worden van elk productsoort per maand voor de komende drie maanden. Dit gaat als volgt: Eerst wordt bepaald hoeveel maanden voorraad er van elk productsoort moet liggen (bijvoorbeeld 2 maanden). Dan wordt voor elk product gecontroleerd hoeveel maanden er voorraad ligt gezien de huidige voorraad en de bepaalde vraag. Als het voorraad van een bepaald product niet voldoende is voor de vraag van de komende 2 maanden, dan moet er voor dit productsoort capaciteit worden vrijgehouden voor productie.

- Nadat voor elke productsoort is gecontroleerd hoeveel maanden er voorraad ligt, worden alle uren opgeteld die nodig zijn om deze productsoorten te gaan produceren.

Als deze uren onder de bepaalde productiecapaciteit zit dan wordt de overige capaciteit evenredig over alle producten verdeeld. Als de uren boven de bepaalde productiecapaciteit zit dan neemt de hoeveelheid te produceren voor elk productsoort evenredig af.

Grondstofplanning

De grondstofplanner plant elke maand aan de hand van het bezettingsplan de hoeveelheid grondstoffen voor de komende maand. De grondstofplanner neemt de getallen van het

bezettingsplan over in het geautomatiseerd informatiesysteem GROPA. Het systeem berekent de grondstofbehoefte voor de komende 3 maanden. Op basis hiervan geeft het systeem aan, welke grondstof op welke termijn en met welke hoeveelheden besteld moet worden. Het grondstofplan wordt dan overgedragen aan de manager inkoop.

Procedure maandplanning

De productieplanning plant grofweg de productie op itemniveau een aantal weken vooruit.

Deze planning staat in een Excel-sheet in zijn computer. De procedure voor het opstellen van de maandplanning is als volgt:

- Voor de items uit de standaardcollectie wordt de, in SAP gegenereerde,

‘planningslijst’ twee keer in de week gecontroleerd. In deze lijst staat voor elke item de huidige voorraad, lopende orders en dergelijke. Deze planningslijst wordt eerst geheel uitgeprint ( ongeveer 1000 pagina’s).

- Uit deze lijst worden die items die op nul staan en waar van verwacht wordt,

gebaseerd op de verkopen van de afgelopen drie maanden, dat in de komende periode nieuwe orders binnenkomen geselecteerd. Deze items komen in een Excel sheet in de computer van de productieplanning. Dit kost de productieplanning ongeveer 8 uur, omdat de gehele ‘planningslijst’ doorgenomen moet worden.

- Naast de items uit de standaard collectie worden de productieaanvragen van de orderafdeling, international sales en marketing (voor proefproducties) ook in de maandplanning verwerkt.

- Doordat er dagelijks nieuwe orders binnenkomen wordt de maandplanning dagelijks aangepast door de productieplanning.

Wekelijkse productieplan

Elke donderdag plant de productieplanning, aan de hand van de maandplanning, de items in voor productie van de komende week. De planner bepaalt d.m.v. prioriteiten te stellen welke item echt de komende week geproduceerd moet worden en welke item nog een week kan

(13)

wachten. Deze prioriteiten kan worden opgesteld door extra informatie te vragen aan de marketing afdeling, export of de orderafdeling. Een item met een hoge prioriteit kan

bijvoorbeeld zijn items waarvan de voorraad echt op nul staat of items die onderdeel zijn van een actie die een winkelier/distributeur houdt. Deze items komen in de weekplanning te staan en worden de week daarop geproduceerd.

Procedure productieplan

Elke donderdag wordt het productieplan, aan de hand van de maandplanning, voor de komende week opgesteld. De productieplanning bepaalt d.m.v. prioriteiten te stellen welke item echt de komende week geproduceerd moet worden en welke item nog een week kan wachten. De procedure ziet er als volgt uit:

- Als eerst wordt de productielijn diepdruk ingepland, want diepdruk bepaalt de

maximale capaciteit van de productie. Hierbij worden alle te produceren items voor de komende week in willekeurig volgorde gezet en kijkt of de capaciteit van de diepdruk dit aan kan.

- Daarna probeert de productieplanning al deze items zo door de lijnen te voeren zodat er een goede balans zit tussen de lijnen. Bij dit balanceren van de lijnen ondervindt de productieplanning de meeste moeite met de ovenlijn 2/3, omdat deze lijn de meeste variatie bevat qua bewerkingen.

- Voor het inplannen de producten bij een lijn probeert men schaaleffecten te realiseren.

Hierbij is het van belang om bij lijn 1 zoveel mogelijk items met het zelfde substraat achter elkaar te plannen. Bij de diepdruk is dit het dessin (het wisselen van dessin kost gem. half uur) en kleur (het wisselen van inkt kost gem.15 min.). Bij lijn 2 en 3 is dit het type lak (het wisselen van lak kost gem. 1 uur).

De productieplanning is tevreden met het productieplan als het productieplan aan de volgende eisen voldoet:

- Genoeg output.

- Juiste mix.

- Aan alle orders voldoen.

- Is er nog voldoende speling zodat er nog geschoven kan worden tijdens productie van de geplande items.

Nadat de komende week is vol gepland wordt deze conceptplanning besproken op de tienuur- vergadering. Aanwezigen op deze vergadering zijn:

• Hoofd productie.

• Productieplanning.

• Grondstofplanner.

• Productieleider.

• Styling medewerker.

• Chef technische dienst.

• Producttechnicus (optioneel).

Na deze bespreking wordt de definitieve weekplanning opgesteld en deze planning wordt uitgevoerd door de productiemedewerkers (shop-floor systems).

(14)

9.5. Figuren.

Figuur 2.1: Organogram Forbo-groep... Error! Bookmark not defined.

Figuur 2.2: Organogram Forbo-Novilon. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 2.3: Aantal productniveau’s van vinyl vloerbedekking. ...Error! Bookmark not defined.

Figuur 2.4: globale weergave productieproces. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 3.1: De omgeving van het afstemmingsprobleem... Error! Bookmark not defined.

Figuur 3.2: DOV-model van de Leeuw. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 3.3: Conceptueel model. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 4.1: ABC-grafiek. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 4.2: Huidige voorraadstructuur. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 5.1: Productieproces. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 6.1: Centrale rol Productieplanning... Error! Bookmark not defined.

Figuur 6.2: Productieplanning. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 6.3: Globale weergave productiebesturing... Error! Bookmark not defined.

Figuur 6.4: Productiebesturing standaard collectie... Error! Bookmark not defined.

Figuur 6.5: Productiebesturing speciale collectie... Error! Bookmark not defined.

Figuur 7.1: Voorraadstructuur. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 7.2: Van functionele naar instrumentele problemen. . Error! Bookmark not defined.

Figuur 7.3: Productieplanning. ... Error! Bookmark not defined.

Figuur 7.4: Het effect van de verbeteringsvoorstellen op de voorraadstructuur...Error!

Bookmark not defined.

(15)

9.6. Tabellen.

Tabel 2.1: Vijfkrachten model van Porter. ...13

Tabel 4.1: De capaciteit en de eindvoorraad van de magazijnen...22

Tabel 4.2: Voorraad opgedeeld in courant-incourant. ...24

Tabel 4.3: verkoopcijfers...25

Tabel 5.1: Afzet van de alle productroutes...32

Tabel 5.2: productiefouten ...33

(16)

9.7. Woordenlijst.

B-grade item: Item met een productiefout.

Coupon item: Item met een lengte korter dan de standaard lengte.

Courante voorraad: Is het gewenste deel van de eindvoorraad.

F-N: Afkorting voor Forbo-Novilon.

Goedlopers/goedlopende item: Item waar veel m2 van wordt verkocht.

Incourante voorraad: Is het gedeelte van de voorraad die niet gewenst is.

Item: Een item is één van de eindproducten.

‘Nee’ verkoop: De potentiële vraag (= gemiddelde verkoop van het item) die gemist wordt wanneer er een item niet op voorraad ligt.

Nullen: Zijn items waarvan de voorraad binnen twee weken op nul staan (gezien de gemiddelde vraag per week).

Out-of-stocks: Zie nullen.

Out-phasen: Is het einde van een collectieperiode. De voorraden worden van de oude

collectie afgebouwd en de markten worden geïnformeerd over de beëindiging van het aanbod.

Slechtlopers/Slechtlopende item: Item waar weinig m2 van wordt verkocht.

Yield: Is het percentage effectieve draaitijd t.o.v. de totale draaitijd van een productielijn.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bovenvermelde studie bestaat uit verschillende deelopdrachten die betrekking hebben op drie specifieke zones in het scheldebekken enerzijds en op het

Er werd aangetoond dat de Argusvlin- der in het warmere microklimaat van de Kempen meer zou moeten investeren in een derde generatie, terwijl in de koe- lere Polders nakomelingen

Aan het begin van de interviews wordt de ZBG klant verteld dat het interview anoniem wordt afgenomen. Ook wordt verteld de meningen niet juist of onjuist kunnen zijn. Douwe

Het onderzoek van Filip Dewallens naar het statuut van de ziekenhuisarts kon niet op een beter moment komen. Het statuut bestaat nu bijna 30 jaar, maar grondig juridisch onderzoek

Daarbij koppelt de auteur de eigendomsexclusiviteit voor het eerst zeer expli- ciet aan de (actieve) elasticiteit van het eigendomsrecht. Hierdoor komen een aan- tal paradigma’s op

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

Op grond van de voornoemde wetgeving is het College van de rechten voor de mens (hierna: ‘het College’) bevoegd om te oordelen op schriftelijke verzoeken en te onderzoeken of in