I V .
CM
0 0
I
0OCUM ENT ATI ECENTRUIH
yEDERLANDSE POLITIEKS
Economie
partijen
Deze week is de begroting van het ministerie van Economische Zaken voor volgend jaar behandeld. Het gaat in grote lijnen goed met de Nederlandse economie. Het CPB neeft zijn verwachtingen met betrekking tot de economische groei naar boven bijgesteld. Het vervullen van vacatures lijkt momenteel een groter probleem te zijn dan de werkloosheid. Het ministerie van Economische Zaken heeft zich de laatste jaren met succes ingezet voor een gezond economisch klimaat, de versterking van de concurrentiepositie en voor meer ruimte voor ondernemerschap. Op de lijst van de OESO neemt Nederland een elfde
laats in ten aanzien van het Bruto Nationaal Product per inwoner gecorrigeerd met de oopkracht. De notering zou hoger zijn als een hoger percentage van de bevolking zou werken. Omgerekend naar voltijdbanen werkt in Nederland maar 53% van de potentiële beroepsbevolking. Daarnaast kent Nederland relatief weinig zelfstandig ondernemers. Daarmee blijft de inactiviteit nog steeds een punt van zorg.
Het kabinet werkt hard aan het versterken van de economie. Met name de driehoek Financiën, Sociale Zaken en Economische Zaken werkt hieraan. Vaak gaat het om het wegnemen van belemmeringen (Vestigingswet) en het geven van stimulansen (informa tie- en communicatietechnologie). Ook het nieuwe belastingstelsel biedt goede kansen. Met de invoering van deze belastingplannen moet een extra stimulans worden gegeven voor het ondernemerschap. Ook moet de arbeidsparticipatie verder omhoog. Met de huidige vraag naar arbeid is het onverteerbaar dat de arbeidsparticipatie zo laag blijft. Daarnaast is net van groot belang dat de loonontwikkeling gematigd blijft.
Het gaat goed met Nederland. Het is zaak het economisch fundament van ons land verder te versterken.
Hans Dijkstal
Begroting VWS
Tijdens de behandeling van de begroting van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft VVD-woordvoerder Frans Weekers onder andere aandacht gevraagd voor de consequenties van de vergrijzing en de arbeidsmarkt problematiek.
O ud e ren zo rg
De zorgsector is de grootste groeier in de lopende kabinetsperiode. Niet voor niets. Er wordt hard gewerkt om de wachtlijsten weg te werken en er wordt geanticipeerd op toekomstige ontwikkelingen. De vraag naar zorg groeit. Door de medische technologische ontwikkelingen in combinatie met de dubbele vergrijzing zal de druk op de gezondheidsuit- gaven steeds verder groeien. De zorgquote loopt volgens de berekeningen van de Sociaal-Economische Commissie van de SER de komende vier decennia op tot ruim 13 procent. Dit is bijna vijftig procent meer dan thans. De VVD heeft van harte meegewerkt aan de substantiële verhoging van het zorg budget met 5,6 miljard gulden, maar wil daarvan wel de resultaten zien.
De vraag naar zorg is aan verandering onder hevig. Ouderen vormen geen homogene groep. De komende decennia zal de verschei denheid binnen deze bevolkingscategorie waarschijnlijk nog verder toenemen. En dus ook de zorgvraag. Mensen pikken het niet langer om met zes vreemden op een kamer te liggen. Terecht heeft het vorige kabinet een programma ingezet om alle vijf- en zesper- soonskamers in verpleeghuizen op te ruimen. VVD-woordvoerder Weekers riep de staatsse cretaris op om hetzelfde te doen met de resterende vier- en driepersoonskamers. De trend dat mensen langer zelfstandig willen blijven wonen zet onveranderd door. Bovendien hebben de ouderen van morgen
waarschijnlijk meer te besteden dan die van
gisteren en zijn ze bereid Frans Weekers
voor extra's te betalen.
"Wij zullen bij het maken van beleid onze ogen voortdurend gericht moeten houden op de veranderende samenleving en de verande rende omgeving", aldus de VVD-woordvoer der.
De VVD ziet niets in een planmatige aanpak door de overheid. Aanbodregulering, afge stemd op geluiden uit de regio, biedt volgens de VVD-fractie geen enkele garantie dat de wensen van individuele ouderen beter aan bod zullen komen. Kwalitatieve opwaardering van de collectief gefinancierde ouderenzorg zal op de wat langere termijn vastlopen omdat er onvoldoende kan worden inge speeld op de wensen van ouderen. Een over heid is niet in staat om voor elk individu een maatwerkkostuum af te leveren. Hierdoor dreigen mensen te worden afscheept met slecht zittende confectiepakken. Ook in de ouderenzorg zal meer aan de markt moeten worden overgelaten. Deze benadering biedt volgens de VVD het meeste perspectief om tegelijkertijd meer vraagsturing te combineren met een beheerste kostenontwikkeling van collectieve uitgaven voor ouderenzorg. De VVD-woordvoerder onderstreepte dat voor ouderen met alleen een AOW een stevig vangnet gespannen moet worden.
Vervolg op pagina 4
e s s e
3 2 7Begroting Economische Zaken
Tijdens de behandeling van de begroting van het ministerie van Economische Zaken voor het jaar 2000 introduceerde VVD-woordvoerder Stef Blok het Bubka-principe: als de lat hoger kan, dan moet de lat ook hoger. Het lijkt goed te gaan met de Nederlandse economie, maar er is geen reden om tevreden achterover te leunen.
Bubka
Blok gebruikte als richtsnoer voor de begrotingsbehandeling een wijze les van buitenlandse grootheid: het Bubka-principe. Hiermee verwees hij niet naar een nobelprijswinnaar voor Economie of een neo-klassiek danwel post-keynisiaan, maar de beroemde Russische polsstokhoogspringer. In totaal verbeterde Bubka vijfendertig keer het wereldrecord. Toen hem gevraagd werd hoe dat toch telkens weer mogelijk was, schijnt hij gezegd te hebben: "heel eenvoudig, aoor ae lat steeds iets hoger te leggen". Dit principe zou Blok ook op net Nederlandse economische beleid toe te passen.
De VVD-woordvoerder verduidelijkte dat de lat de niet hoger moet uit geldzucht of competitiedrang, maar om een aantal voorzieningen die wij belangrijk vinden betaalbaar te houden. Bijvoorbeeld een onbezorgde oude dag, onderwijs, gezondheids zorg, mobiliteit en milieu. "Om de lat hoger te leggen, heb je twee palen nodig. Ik noem twee terreinen waar de Nederlandse spieren onvoldoende soepel zijn: ruimte voor ondernemer schap en concurrentiekracht", aldus Blok.
I. Ruim te vo o r o nd ernem ersch ap Starters
Iedere onderneming begint met een starter. Zij zijn van vitaal belang voor de economie. Nederland kent relatief weinig ondernemers. Vooral het percentage HBO-ers/WO-ers dat een eigen bedrijf begint is laag. De VVD- woordvoerder wees naar ae
Nederlandse cultuur, die - bijvoor beeld in het onderwijs - meer gericht is op loondienst dan op ondernemer schap. Hoewel de VVD het onderwijs niet wil opzadelen met allerlei neven activiteiten naast de hoofdtaak, kennisoverdracht, zijn er ook voor beelden van Universiteiten en Hogescholen die faciliteiten voor star ters combineren met kwalitatief hoogwaardig onderwijs. De VVD- woordvoerder drong er bij de minister op aan om de initiatieven van de Universiteit Twente en de
Hogescholen Haarlem en Den Haag te promoten bij andere onderwijsin stellingen.
F y sie k e ruim te
Als een bedrijf groeit, groeit ook de behoefte aan huisvesting. De nota Ruimtelijk Economisch Beleid gaat hierop in en geeft een zeer zorgelijk
toekomstbeeld. In een aantal regio's dreigen zelfs bij een gematigde economische groei tekorten aan bedrijfsterreinen. De VVD vindt het ondenkbaar dat ondernemers in grote delen van het land klem komen te zitten wegens gebrek aan ruimte. Blok riep net kabinet dan ook op om op korte termijn met oplossingen voor deze problematiek te komen. Hierbij wees hij onder andere naar het plan van VVD-statenlid Waterman uit Zuid-Holland om een natuurlijke kustuitbreiding tussen Hoek van Holland en Scheveningen aan te leggen.
G rote ste d e n b e le id / w in k e l tijd e n w e t
Een belangrijk onderdeel van de nota Ruimtelijk economische structuur is het grote stedenbeleid. Dit is een speerpunt van dit kabinet. De VVD vindt dat terecht. Mede als gevolg van onverstandig overheidsbeleid in het verleden zijn ondernemers de stad uit gevlucht en is de werkloos heid, ondanks de hoogconjunctuur, in sommige wijken erg hoog. De rol van EZ bij het grote stedenbeleid wordt door de VVD dan ook van harte toegejuicht. Er moet met name ook meer aandacht worden besteed aan de mogelijkheden voor etnische ondernemers in Nederland. Hoewel het kabinet geld besteedt aan de begeleiding van deze groep, vraagt Blok om meer concrete doelen en resultaten. “Bij nieuw beleid mogen concrete doelstellingen worden verwacht, zoals een afname van werkloosheid en een toename van het percentage zelfstandige onderne mers", aldus de VVD-woordvoerder. Stef Blok, zelf 'adoptie-ouder' van de Haagse Schilderswijk, ziet nog meer mogelijkheden om het ondernemer schap onder etnische groepen te stimuleren.
Daarmee wil hij verder gaan dan de huidige voorstellen om de vestigings wet te verruimen. “Ik vraag me af of ook bij andere wetgeving aan de vestigingswet voldoende is gekeken naar benadeling van etnische onder nemers", aldus Blok. Hij toont zich verbaasd over het feit dat de winkel tijdenwet alleen voor toeristische gebieden de mogelijkheid biedt om af te wijken van de regel dat winkels maximaal 12 zondagen per iaar open mogen zijn: "Een Turkse bakker in het Arnhemse Spijkerkwartier of een Somalische kruiaenier in de
Amsterdamse Staatsliedenbuurt heeft geen bijzondere band met de zondag,
waarom moet hij dan toch geslo ten zijn? We
zouden het Stef Blok
grote-stedenbe- leid een extra
impuls kunnen geven door niet alleen voor toeristische gebieden, maar ook voor achterstandswijken een verrrui- ming van de zondagsopenstelling toe te staan. Daarmee kunnen deze wijken op koopzondagen extra klan ten uit andere delen van de stad trek ken. Vanzelfsprekend moet de verrui ming van de Winkeltijdenwet wel voor alle ondernemers in zo’n wijk gelden, ongeacht afkomst". A rb eid sm a rkt
Ondernemers die op zoek zijn naar personeel hebben het momenteel moeilijk. In 'die goede oude tijd' was er een beschaafde manier om en ondernemer met hel en verdoemenis te bedreigen: ie wenst hem of haar veel personeel toe. De tijden zijn veranderd en veel personeel zou een zegen zijn: zie het echter maar te vinden! VVD-woordvoerder Blok hield dan ook een pleidooi om de betrokkenheid van EZ bij het arbeids marktbeleid te vergroten. Hij diende met steun van de coalitiepartijen een motie in waarin de minister van EZ wordt gevraagd het voortouw te nemen bij het oplossen van de arbeidsmarktproblematiek. II. C o n cu rre n tie k ra ch t De tweede paal in het betoog van Blok was de concurrentiekracht. Uit internationaal onderzoek blijkt dat Nederland heel redelijk scoort: een vijfde plaats in het World
Competitiveness Yearbook. Maar ook hier waarschuwde Blok voor zelfge noegzaamheid.
A a n b e ste d in g e n b e le id Het aanbestedingenbeleid van de overheid leidt nog steeds tot een concurrentienadeel voor het MKB. De VVD-woordvoerder riep de minister op de motie van W D-kam erlid Voute uit te voeren. Daarmee werd het kabinet gevraagd het midden- en kleinbedrijf een eerlijke kans te geven bij overheidsaanbestedingen. Die eerlijke kans is volgens de VVD ook van belang met het oog op de inno vatie. De Rijksoverheid, de provincies en de gemeenten kunnen nieuwe ontwikkelingen stimuleren door bij
e x p r e s s e
327Vervolg van pag. 2, begroting EZ
haar eigen opdrachten ruimte te geven voor innovatief aanbesteden. G e lijk speelveld
De Nederlandse economie is sterk afhankelijk van export, en daarmee van een gelijk internationaal speelveld. De VVD vinat het dan ook wrang om te moeten constateren dat, zelfs ook binnen de EU, nog steeds sprake is van staatssteun en afscherming van markten. Bij staatssteun valt te denken aan scheepsbouw en luchtvaartmaat schappijen. Bij gesloten markten aan nutsbedrijven en financiële diensten. Blok drong er bij de minister op aan om meer invloed uit te oefenen om hieraan een einde te maken.
T ijd e n s de b egro tin gsb e h an d e lin ook aandacht Desteed aan de kin Particuliere aanbieders van kinderop vang hebben niet dezelfde mogelijk heid om aanspraak te doen op subsi dies als reeds gesubsidieerde instellingen. "Ondernemers in de kinderopvang lopen tegen muren aan waardoor het voor hen moeilijk is om een instelling op te zetten", aldus de VVD Kamerleden Blok en Weekers. “Het is toch vreemd dat er een enorme vraag is naar kinderopvang en dat daar relatief weinig ondernemers op inspringen. Er bestaan eindeloze wachtlijsten, veel ouders zitten met de handen in het haar en de particuliere sector lijkt niet te reageren", aldus de twee woordvoerders.
In mei 1998 constateerde de MDW werkgroep kinderopvang, waarin ook EZ zat, dat er geen sprake is van gelijke condities van alle aanbieders
Naast de directe diplomatie door EZ zou ook de Brusselse diplomatie meer aangewend moeten worden. Wij kennen meer naast elkaar bestaande Europese ministerraden: bijvoorbeeld voor industrie, consumenten en interne markt. Dit kan er toe leiden dat in de ene raad wordt gepraat over steun voor een specifieke bedrijfstak, terwijl een andere raad zich sterk maakt voor het belang van de consument, dezelfde consument die de rekening moet betalen van die bedrijfssteun uit de eerste raad. E xpo rtregelin gen
EZ heeft een groot aantal regelingen om de export te bevorderen. Een veelgehoorde klacht van onderne mers is dat deze regelingen op papier
van kinderopvang. Uit gesprekken met ondernemers in de kinderopvang blijkt dat obstakels als geen gelijke toegang tot subsidies en huisvesting er nog steeds liggen. Nijntje Pluis BV of Sneeuwwitje BV kunnen het schreeuwende tekort aan kinderop vang terugdringen, willen dat ook maar krijgen de mogelijkheid niet. Bij zowel de begrotingsbehandeling van VWS als EZ wordt dit nijpende probleem aan de orde gesteld. Blok: "Tijdens de begroting zal ik aan Minister Jorritsma vragen of zij met de staatssecretaris van VWS overleg wil voeren over hoe de extra capaciteit die de particuliere ondernemers kunnen leveren benut kan worden. Frans Weekers zal bij de begroting VWS aan de staatssecretaris vragen of zij de problematiek kent en hoe zij
weliswaar goed zijn, maar in de prak tijk traag uitwerken en bureaucratisch zijn. De VVD-woordvoerder stelde voor om de uitvoeringsorganisaties van EZ, Senter, Syntens en Novem, regelmatig klanttevredenheidsonder- zoeken te laten houden. De Kamer zou inzicht moeten krijgen in deze rapportages, zodat eventueel aanpas singen plaats kunnen vinden en bij het vaststellen van beleid daarmee rekening gehouden kan worden. Meer informatie:
Stef Blok, tel. 070 318 29 10
BV
denkt de particuliere opvang op elijke voet te stellen met gesubsi- ieerde opvang. De VVD fractie vindt dat alle aanbieders van opvang gelijke kansen en gelijke voorwaarden moet hebben. Verder zal hij aan de staatsse cretaris vragen of het mogelijk is om een kindgebonden budget te maken. Hiermee kunnen de ouders kiezen wat voor soort opvang zij willen voor hun kind en bepalen daarmee bij welke kinderopvang de subsidie terecht komt.
Meer informatie:
Stef Blok, tel. 070 318 29 10 Frans Weekers, tel. 070 318 28 94
Gelijke kansen voor Nijntje Pluis
en van EZ en VW S is door de V V D -w oo rd vo erd ers eropvang.
VVD pleit voor uitbreiding van het verlofsparen
De VVD-fractie is van mening dat het wettelijk recht op verlofsparen ruimer moet worden toegepast dan de regering heeft voorgesteld.
In plaats van het verlofsparen binnen tien jaar te moeten gebruiken stelt de VVD voor met betrekking tot het verlofsparen geen termijn op te nemen in de wet.
Eerder stelde Fadime Örgü deze materie aan de orde bij de behande ling van Arbeid en Zorg. Patricia Remak belicht het nu ook in haar inbreng voor het Belastingplan 2000. “Het moet de werknemer vrij staan in goed overleg met zijn of haar werk gever, het verlofsparen op te nemen wanneer het hem of haar uitkomt", aldus VVD-woordvoerder Patricia Remak. "Als je begint met werken en je bent twintig weet je lang niet altijd of je kinderen wil op je dertigste. De
overheid dwingt je er echter wel toe die beslissing al op je twintigste te nemen, anders ben je het gespaarde verlof kwijt. Dat is geen goede zaak. Het verlofsparen moet zodanig zijn dat je bijvoorbeeld na twintig of dertig jaar werken ook een ziek fami lielid zou kunnen verzorgen. Met de door de regering voorgestelde termijn van tien jaar kom ie er dus niet. Aangezien de werknemer er zelf voor spaart moet deze mogelijkheid fiscaal gefaciliteerd worden", aldus Remak. Zij heeft bij de schriftelijke inbreng in
het kader van het Belastingplan 2000 vragen aan de regering in die richting gesteld.
Meer informatie:
Vervolg van pag. 1, begroting VWS
Uitgangspunt is en blijft dat zorg altijd toegankelijk en bereikbaar moet blijven. A W B Z-g e fin acie rd e ouderenzorg De VVD-woordvoerder vroeg aandacht voor de samenhang tussen het beleid van volkshuisvesting/ge- meenten en het beleid ten aanzien van de woonfunctie in de AWBZ-gefinan- cierde ouderenzorg. De VVD pleit er al jaren voor om wonen en zorg te schei den. Dat om daarmee enerzijds meer keuzevrijheid te bieden en anderzijds de druk op de collectieve uitgaven te verminderen. Door het vorige kabinet is besloten om bestaande tehuizen niet te dwingen wonen en zorg te schei den. Dit onder andere ornaat de finan ciële consequenties te groot zouden zijn wanneer de bijbehorende volks- huisvestingsregels als individuele huur subsidie van toepassing zouden worden verklaard. De VVD-woord- voerder diende een motie in waarin de staatssecretaris werd verzocht een inventarisatie inzake het scheiden van (kosten van) wonen en zorg. Tevens vroeg de motie om een onderzoek te doen naar keuzes die verzorgingshui zen maken. De regering werd daarbij gevraagd concreet aan te geven op welke wijze en met welk tijdpad even tuele knelpunten weggewerkt worden. Deze motie zal naar alle waarschijnlijk heid een meerderheid halen in de Kamer.
W o n in g aa n p assin ge n
Woningaanpassingenlcunnen leiden tot een aanzienlijk besparing op de zorg. Ouderen in een aangepaste woning doen een veel geringer beroep op persoonlijke verzorging dan oude ren in een niet-aangepaste woning. Bovendien blijkt uit onderzoek dat de helft van de ongelukken met ouderen in en om het huis met (kleine) wonin gaanpassingen voorkomen kunnen worden. Weekers riep het kabinet op om hier meer oog voor te hebben. De staatssecretaris zegde dat toe. A rb eid sm arkt problem atiek De zorgsector is een uitermate interes sante en boeiende sector om in te werken. Toch heeft deze sector meer last dan andere sectoren van krapte op de arbeidsmarkt en van de vergrijzing. Problemen doen zich zowel voor als het gaat om de instroom als om de uitstroom van personeel.
U itstroom
De uitstroom is relatief groot. In verge lijk met het landelijk patroon kent de sector dertig procent meer ziekmeldin gen en vijftig procent meer langdurige gevallen. Het is tegen de achtergrond van de getallen verbazingwekkend dat slechts 21 % van de zorginstellingen gebruik maakt van positieve en nega tieve prikkels in de arbeidsvoorwaar densfeer om ziekteverzuim en arbeids ongeschiktheid terug te dringen en te voorkomen. Het is ook opvallend dat
deze sector relatief weinig gebruik maakt van controles aan huis bij ziek meldingen. De VVD vindt dat de werk gevers en werknemers in de zorgsector door de minister op hun verantwoor delijkheid moeten worden aangespro ken.
Instroom
Naast de problemen van de uitstroom kent de sector een stagnerende instroom van personeel. Om het imago op te krikken zijn er onlangs imago campagnes gestart. De VVD-woord voerder constateerde dat wellicht het gebrek aan carrièreperspectief van het medisch ondersteunend personeel een reden voor het slechte imago is. De VVD vindt dat kennis en kunde van verpleegkundigen, verzorgenden, doktersassistenten beter moet worden benut en dat de zeggenschap over het professionele handelen moet worden uitgebreid. Goed opgeleide en ervaren verpleegkundigen en doktersassisten ten zouden taken van artsen kunnen overnemen. Dat zal ongetwijfeld een positieve impuls geven aan net beroep. Het leidt tot betere carrière- en door stroommogelijkheden, hetgeen leidt tot een betere motivatie en daardoor ook een beter imago. Dit is zowel goed voor de doorstroom en instroom als voor een vermindering van de uitstroom.
Meer informatie:
Frans Weekers, tel. 070 318 28 94
Rampenbestrijding hoger op de politieke agenda
Afgelopen week heeft de Tweede Kamer gedebatteerd met de verant woordelijke bewindspersoon voorde rampenbestrijding staatssecretaris, Gijs de Vries, over de evaluatie van de wateroverlast, de voorbereiding op luchtvaartongevallen en de concept- hoofdlijnennotitie rampenbestrijding. De algemene constatering uit alle rapporta ges was dat rampenbestrijding nog onvoldoende aandacht krijgt van politici en bestuurders op lokaal en provinciaal niveau. De VVD kon dan ook instem men met het voorstel om gemeenten wettelijk te verplichten om 'rampenoe feningen' te houden. De zorg voor de veiligheid van de burger is toch een van de kerntaken van de overheid. De rapportage over de wateroverlast bleek dat gemeenten en waterschappen nauwelijks met elkaar communiceerden in het kader van rampenbestrijding. Ook bleek dat bestuurders niet op de hoogte waren van eikaars verantwoordelijkhe den en bevoegdheden. Het idee van de staatssecretaris om hiervoor een aparte commissie in te stellen kreeg geen steun van de woordvoerder Theo van den Doel. "Het is de eigen verantwoordelijk heid van iedere bestuurder om zijn of haar verantwoordelijkheden en
bevoegdheden te kennen", aldus de WD-woordvoerder. Wel vond hij dat de staatssecretaris zo snel mogelijk met burgemeesters en bestuurders van waterschappen om de tafel moet gaan zitten om de geconstateerde fricties om te lossen. Uitgangspunt hierbij voor de WD-fractie is dat bij de rampenbestrij ding er maar een functionaris is die eindverantwoordelijkheid kan hebben en dat is de burgemeester. Ook vroeg de woordvoerder de staatssecretaris om de provincies nog eens op hun verant woordelijkheden te wijzen die zij wette lijk hebben in het toezicht op de gemeenten ook in kader van de voorbe reiding van rampenbestrijdingsplannen. Luchtvaartongevallen
De woordvoerder was ook niet geheel tevreden over de voortgangsrapportage op de voorbereiding op luchtvaartonge vallen. Zes jaar na de Bijlmerramp zijn er nog steeds lacunes in de voorbereiding. Van den Doel vond dat burgemeesters die toch de primaire verantwoordelijk heid hebben voor de rampenbestrijding ook formele bevoegdheden moeten krij gen ten aanzien van de voorbereiding op luchtvaartongevallen op militaire basis. Hij vond het onbegrijpelijk dat
drie jaar na de Herculesramp dit aspect nog steeds niet geregeld is. Dat geldt ook voor de voorbereiding op de natio nale luchthaven Schiphol waar de rampenbestrijdingsplannen nog steeds niet zijn goedgekeurd.
Hoofdlijnennotitie
Tot slot ging de woordvoerder in op de Hoofdlijnennotitie Rampenbestrijding. Hierin wordt voorgesteld om de verschillende hulpverleningsregio's van politie, brandweer en geneeskundig regio's op elkaar af te stemmen. Ofschoon dit een ingrijpende operatie is, steunt de W D de staatssecretaris in deze aanpak omdat hiermee uiteindelijk de hulpverlening zelf is gediend. De span of control wordt beter, de risico's op miscommunicatie nemen af, extra overleg met verschillende geledingen wordt overbodig. Wel wees de woord voerder er op dat dit voorstel alleen maar kan slagen als er voldoende draag vlak voor is in het veld. Hier ligt dus een taak voor de staatssecretaris.
Meer informatie: