• No results found

Misbruik in Scandinavische misdaadliteratuur

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Misbruik in Scandinavische misdaadliteratuur"

Copied!
100
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Misbruik in Scandinavische

misdaadliteratuur

De representatie van seksueel geweld in Deense, Noorse en

Zweedse misdaadliteratuur tussen 2000 en 2010

Masterscriptie

Vakcode: LWX999M20 Djuna ter Beke

d.ter.beke@student.rug.nl S1633635

(2)

2 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Inleiding 4 Hoofdstuk 1: Ontwikkeling van de misdaadliteratuur tegen de achtergrond van de politieke en maatschappelijke ontwikkelingen in Denemarken, Noorwegen en Zweden 7

1.1 Denemarken 9

1.2 Noorwegen 10

1.3 Zweden 10

1.4 Kenmerken Scandinavische misdaadliteratuur 13

1.5 Scandinavische literatuur in het buitenland 15

1.6 Vrouwelijke misdaadauteurs 17

Hoofdstuk 2: Geschiedenis van sekse-ongelijkheid en vrouwenemancipatie in Scandinavïë in de negentiende en twintigste eeuw 20

Hoofdstuk 3: Wetgeving en statistieken omtrent seksueel geweld in Scandinavië 24

Hoofdstuk 4: Methode van het onderzoek 27

Hoofdstuk 5: Analysemodel 30

Hoofdstuk 6: Narratieve analyse van de onderzochte misdaadliteratuur 32

6.1 Misbruik, Lotte Hammer en Søren Hammer (Denemarken, 2010) 32

6.2 Chatprinses, Sara Blaedel (Denemarken, 2005) 41

6.3 De verlosser, Jo Nesbø (Noorwegen, 2005) 50

6.4 Roodkapje, Unni Lindell (Noorwegen, 2004) 58

6.5 Mannen die vrouwen haten, Stieg Larsson (Zweden, 2005) 68

6.6 Predikant, Camilla Läckberg (Zweden, 2004) 80

Hoofdstuk 7: Bevindingen en conclusie 88

Bibliografie 92

Bijlage 1: Gebruikte uitgaven 97

(3)

3

Voorwoord

Deze scriptie is geschreven ter afsluiting van de disciplinaire Master Literatuur bij de opleiding Kunsten, Cultuur en Media aan de Rijksuniversiteit Groningen. Na het kiezen van een onderwerp voor mijn scriptie, -wat al lang duurde, aangezien ik volgens de

beoordelingscommissie telkens veel te veel wilde onderzoeken- wierp ik mij op het lezen van allerlei boeken over Scandinavië, seks in literatuur en andere media en alles wat daar maar iets mee te maken had. Hoewel ik genoot van het inlezen, viel het me erg tegen dat er nog maar weinig over het door mij te behandelen onderwerp was geschreven. Dit maakte het onderzoek moeilijker, maar ook belangrijker.

Mijn dank gaat uit naar Petra Broomans, voor de geduldige begeleiding en vele uren die ze besteed heeft aan het telkens herlezen van mijn scriptie. Daarnaast gaat mijn dank uit naar mijn tweede begeleider Els Jongeneel, voor haar kritische blik. Verder wil ik mijn familie en vrienden bedanken, die op de vraag hoe het met mijn scriptie ging steevast een grimmige blik kregen toegeworpen, met daarbij de aansporing om me er vooral nooit meer naar te vragen. Van nu af aan mag het!

(4)

4

Inleiding

Deense, Noorse en Zweedse1 misdaadromans zijn op internationaal niveau razend populair. Wanneer een Scandinavisch ogende naam op de voorkant van een boek staat lijkt dat al haast een garantie voor succes. De misdaadromans worden vertaald en verfilmd.

Scandinavische misdaadseries en films worden ondertiteld of nagesynchroniseerd, of zelfs in een andere taal opnieuw gemaakt. Bekende voorbeelden hiervan zijn de verfilmingen van de Millennium-trilogie van Stieg Larsson, die in het Zweeds zijn opgenomen maar met

ondertiteling over de hele wereld te zien waren. Ook worden er Scandinavische misdaadromans speciaal voor het buitenland verfilmd, zoals de Wallander-series van Henning Mankell, die wel in Zweden zijn opgenomen maar waarin Engels gesproken wordt. Op die manier hebben Scandinavische misdaadschrijvers een enorm publiek. Ook in

Denemarken, Noorwegen en Zweden zelf zijn misdaadromans populair.

Literatuur heeft altijd een grote invloed gehad op de publieke opinie. De laatste jaren hebben de nieuwe media meer invloed, maar nog steeds mag de invloed van literatuur niet worden onderschat. De misdaadliteratuur heeft hierbij een speciale plaats in de

Scandinavische samenleving. Scandinavische misdaadliteratuur staat er om bekend

problemen in de samenleving aan te kaarten. Doordat de romans een fictieve reflectie van de werkelijkheid weergeven, kan er in verhaalvorm maatschappijkritiek mee worden geuit. De laatste jaren komt er internationaal kritiek op misdaadromans naar voren. Ze zouden te vulgair zijn. Extreem gewelddadige scènes worden tot in details beschreven om een

geweldsbelust publiek aan te spreken. Daarmee zouden de auteurs geen rekening meer houden met moraliteit. Hun drijfveer is niet meer maatschappijkritiek, maar commercieel succes. Om die reden gaf Jessica Mann, die fictie recenseert voor the Literary Review, in oktober 2009 aan geen romans meer te willen recenseren die uiting geven aan sadistisch geweld en vrouwenhaat:

Each psychopath is more sadistic than the last and his victims' sufferings are described in detail that becomes ever more explicit, as young women are imprisoned, bound, gagged, strung up or tied down, raped, sliced, burned, blinded, beaten, eaten, starved, suffocated, stabbed, boiled or buried alive.2

Het is waar dat er in Scandinavië veel misdaadboeken verschijnen waarin bruut geweld tegen vrouwen een belangrijke rol speelt, en vaak zijn de motieven seksueel van aard. De vraag is of dit seksuele geweld op een manier beschreven wordt die kenmerkend is voor Scandinavische misdaadliteratuur. Mijn onderzoeksvraag luidt daarom als volgt:

- Zijn er overeenkomsten te vinden in de representaties van seksueel geweld in Scandinavische misdaadliteratuur?

Het is dan interessant om te kijken naar de focalisatie van het seksueel geweld, de representatie van de dader en het slachtoffer, de reacties van andere personages in de

1

Vanaf nu duid ik Denemarken, Noorwegen en Zweden aan met ‘Scandinavië’. 2

AmeliaHill, “Sexist violence sickens crime critic,” The Observer, 25 oktober 2009.

(5)

5 romans en de verwerking van de ervaring door het slachtoffer. Vervolgens is het belangrijk om deze gegevens te koppelen aan de huidige Scandinavische maatschappij. Is er sprake van een wisselwerking tussen de literatuur en de maatschappij, en op welke manier beïnvloedt dat de manier waarop seksueel geweld in de onderzochte romans beschreven wordt? En zegt de representatie van seksueel geweld in Scandinavische romans iets over de

samenleving, en over de manier waarop mensen tegenwoordig tegen seksueel geweld aankijken?

Het onderzoek naar de representatie van seksueel geweld in de Scandinavische

misdaadliteratuur van na het jaar 2000 is van belang omdat veel misdaadromans een reactie zijn op veranderingen in de Scandinavische samenleving. Een kenmerk van misdaadromans is namelijk dat ze vaak maatschappijkritiek bevatten.3 Vanuit academische invalshoek is er weinig over dit onderwerp geschreven, zo bleek bij mijn oriëntatie. Hoewel er in de media wel veel over wordt geschreven, hebben nog niet veel onderzoekers het fenomeen van de expanderende misdaadliteratuurmarkt en de representatie van seksueel geweld daarin onderzocht.

Dit onderzoek bestaat uit drie delen. In het eerste deel bespreek ik de geschiedenis van de literatuur en de seksuele moraal in Scandinavië. Zowel denkbeelden van vóór als van na het jaar 2000 komen aan bod, om zo eventuele veranderingen in het beeld van seksueel geweld te constateren. Ik behandel hier onder andere feminisme, wetgeving, politiek en statistieken over seksueel geweld in Scandinavië.

In het tweede deel van mijn scriptie bespreek ik zes misdaadromans (die ik ten behoeve van dit onderzoek bestudeer):

- Misbruik, Lotte en Søren Hammer (Denemarken) - Chatprinses, Sara Blaedel (Denemarken)

- De verlosser, Jo Nesbø (Noorwegen) - Roodkapje, Unni Lindell (Noorwegen)

- Mannen die vrouwen haten, Stieg Larsson (Zweden) - Predikant, Camilla Läckberg (Zweden)

Ik maak een narratieve analyse van de werken en onderzoek daarbij de overeenkomsten en verschillen in de representatie van seksueel geweld. Op die manier probeer ik te illustreren hoe de veranderingen in denken over seksueel geweld effect hebben gehad op de weergave ervan in de Scandinavische misdaadliteratuur. Voor de narratieve analyse maak ik vooral gebruik van het begrip ‘focalisatie’ zoals Mieke Bal dat beschreven heeft. Het gebruik van dit begrip is voor mijn onderzoek zeer vruchtbaar, omdat de focalisator bij een beschrijving van seksueel geweld van groot belang is. De focalisator bepaalt immers hoe de misdaad wordt weergegeven en hoe de misdaad wordt geïnterpreteerd door de lezer. De lezer kan op deze manier ook gemanipuleerd worden. Variabele focalisatie kan er voor zorgen dat de lezer telkens op het verkeerde been wordt gezet.4 Zeker in de misdaadliteratuur is het wisselen van focalisator een veelgebruikte manier om de spanning te vergroten. Eerst neemt de lezer

3

Paula Stevens, “Moord als alibi. Misdaad in het hoge noorden,” Bzzlletin, 23e jaargang nummer 216/217(mei/juni 1994): 25.

(6)

6 bijvoorbeeld een moord waar vanuit het standpunt van de moordenaar, vervolgens wordt het gefocaliseerd vanuit het slachtoffer of vanuit de rechercheur die de moord onderzoekt. Op die manier wordt er door misdaadauteurs gespeeld met wat de lezer wel en niet weet. In het laatste deel van mijn scriptie trek ik naar aanleiding van de onderzochte literatuur een conclusie over de representatie van seksueel geweld en de wisselwerking tussen

misdaadliteratuur en maatschappelijke veranderingen in de Deense, Noorse en Zweedse samenleving.

(7)

7

Hoofdstuk 1

Ontwikkeling van de misdaadliteratuur tegen de achtergrond van de politieke en maatschappelijke ontwikkelingen in Denemarken, Noorwegen en Zweden

Bij Scandinavische literatuur denkt men vooral aan verhalen over een volk van zwijgers, levend in een donkere omgeving met veel wind en kou. De eeuwige strijd tegen

weerbarstige natuurlijke omstandigheden speelt hierin een grote rol. Wat in modern Scandinavisch proza naar voren komt is een transformatie van die strijd tegen de natuur naar de verstedelijkte, vervreemdende moderne samenleving. 5 Niet dat dat per se hoeft te betekenen dat de boeken minder somber en ernstig zijn. De contemporaine prozaliteratuur en misdaadliteratuur varieert enorm wat betreft stijl, vorm en inhoud. Voor elke

overeenkomst die kan worden aangewezen zijn er nog meer verschillen aan te wijzen. Toch spreekt men van de Scandinavische misdaadliteratuur alsof het een apart genre is. Reden ervoor is waarschijnlijk de lange, typisch noordse traditie die aan de Scandinavische misdaadroman ten grondslag ligt. Bij Scandinavische misdaadromans denkt men

tegenwoordig vooral aan overwerkte detectives, de strijd tegen somberheid, melancholie, druilerig weer en sociale en politieke kritiek.6 Met name sinds de jaren ’90 is Scandinavië een merknaam geworden voor misdaadliteratuur van hoge kwaliteit.

Misdaadliteratuur kent in heel Europa een lange traditie. Waargebeurde misdaden werden vroeger al via mondelinge overlevering of kranten aan het volk getoond, liefst met zo veel mogelijk gruwelijke details. In 1841 verscheen in Engeland het eerste bloedstollende verhaal van Edgar Allan Poe, dat in veel landen wordt gezien als het eerste misdaadverhaal.

Scandinavië was er echter al eerder bij. In 1825 dook namelijk de eerste Scandinavische misdaadroman op: Kaedan, door de Noorse Mauritz Hansen geschreven. In dit verhaal wordt via het lezen en ordenen van een aantal ambtelijke stukken een moord opgelost. Daarnaast wordt het verhaal in een sociale context geplaatst. Dit bleek een vruchtbare insteek, en al gauw verschenen er meer misdaadromans in Scandinavië. In 1826 schreef de Deense Steen Steensen Blicher de roman Præsten i Veljby, en in 1898 verscheen de eerste Zweedse misdaadroman Stockholmdetectiven van Prins Pierre. In die tijd werden misdaadromans meer als een onderdeel van de hoge literatuur gezien dan nu, en dus niet als een apart genre.7

Later raakte de misdaadliteratuur verder verwijderd van de gewone literatuur. Morele vraagstukken en diep uitgewerkte personages waren niet langer onderdeel van de misdaadroman. Personages werden stereotypen en morele overwegingen werden opzij gezet, zodat de focus kwam te liggen op de handelingen en de spanning. Hoewel te veel diepgang werd gemeden, waren de romans vaak wel maatschappijkritisch. Zaken als

vrouwenmisbruik, machtswellust en alcoholisme werden er regelmatig in aangekaart. Rond 1870 bereikten dit soort verhalen het grote publiek via goedkope driestuiverromans.8

5 Adriaan van der Hoeven,”Het verlangen naar woorden,” Bzzlletin, 23e jaargang nummer 216/217(mei/juni 1994): 101.

6

Andrew Nestingen eb Paula Arvas. Scandinavian Crime Fiction. (Cardiff: University of Wales Press, 2011),14.

7

(8)

8 Tegenwoordig bestaat dit soort misdaadromans met stereotype personages nog steeds, maar meer complexe personages komen ook veel voor. Het uitdiepen van personages of morele vraagstukken hoeft geenszins te betekenen dat de spanning minder wordt, en dat hebben contemporaine schrijvers goed begrepen. Veel schrijvers gebruiken de

misdaadroman dan ook als methode om via een spannende vertelling maatschappelijke misstanden aan de kaak te stellen.

De gouden tijd van misdaadliteratuur begon in Noorwegen tussen de jaren 1910 en 1920, met de thrillers van Sven Elvestad (1884-1934) onder het pseudoniem Stein Riverton. In de jaren gedurende de tweede wereldoorlog zorgden de ontberingen in Noorwegen en Denemarken ervoor dat er een tweede gouden tijd aanbrak. De behoefte aan escapistisch amusement zorgde ervoor dat er een toename was in de productie en consumptie van misdaadliteratuur in het eigen land. In het neutrale Zweden begon de toename pas rond de jaren vijftig. Stieg Trenter (1914-1967) en Dagmar Lange (onder het pseudoniem Maria Lang, 1914-1991) genoten toen veel bekendheid.9

Hoewel Scandinavische literatuur lange tijd aan het buitenland voorbij ging, maakte het schrijversduo Maj Sjöwall en Per Wahlöö de Scandinavische misdaadroman in de jaren zestig en zeventig van de twintigste eeuw in één klap bijzonder populair. De romans over de

Stockholmse inspecteur Martin Beck onderscheiden zich van de toen gangbare

misdaadroman door de maatschappijkritische toon en het gebrek aan actie en spektakel. Het politieonderzoek bestaat in deze romans niet uit spannende actiescènes en rake ideeën, maar vooral uit veel papierwerk en geblunder, een duidelijke kritiek op het

maatschappelijke- en politiesysteem. Ook in Scandinavië zelf zorgden Sjöwall en Wahlöö voor een herwaardering van de misdaadroman. Waar de misdaadroman door de elite eerst als een product van wansmaak werd gezien, zorgden zij ervoor dat de misdaadroman weer politiek correct werd. 10 Volgens vertaalster Paula Stevens vervulde de misdaadroman nu zelfs een voorbeeldfunctie voor de gewone literatuur:

In navolging van de misdaadroman raakte in de jaren zeventig ook de literatuur doordrongen van een politiek bewustzijn – dit in tegen de achtergrond van onder andere de Vietnam-oorlog, de studentenrellen in Parijs, de inval in Tsjechoslowakije en het Noordse referendum over toetreding van de EEG (1972).11

Zo werd het onderscheid tussen gewone literatuur en misdaadroman weer kleiner. Zowel literatuur als misdaadromans gingen zich steeds meer op internationale

machtsverhoudingen en de invloed daarvan op Scandinavië richten. Zo deden de spion en de geheim agent hun intrede in de Scandinavische misdaadliteratuur.12 Volgens Stevens is de misdaadroman in Scandinavië inmiddels uitgegroeid tot een volwassen genre, waarin de beste elementen uit literatuur en lectuur zich verenigd hebben.13 Hoewel Denemarken, Noorwegen en Zweden verschillende culturen hebben, delen ze ook veel gezamenlijke

9

AndrewNestingen, en Paula Arvas, Scandinavian Crime Fiction. (Cardiff: University of Wales Press, 2011), 4.

10

Paula Stevens, Op. Cit., 25. 11

Ibid., 25. 12

(9)

9 geschiedenis en achtergrond. Ook gedeelten van de literatuurgeschiedenis delen zij, maar er zijn uiteraard ook veel verschillen. Daarom hieronder een kort overzicht van de belangrijkste misdaadauteurs en de geschiedenis van de misdaadliteratuur in Denemarken, Noorwegen en Zweden.

1.1 Denemarken

De eerste Deense misdaadroman werd geschreven in de eerste persoon, en wijkt daarmee af van andere Scandinavische misdaadromans uit die tijd. De populariteit van

misdaadromans had in Denemarken tijd nodig om te groeien. In de jaren na de tweede wereldoorlog verscheen er in Denemarken vooral modernistische literatuur. De

prozaliteratuur van na de jaren zestig concentreerde zich vooral op identiteitsproblemen in de moderne industriële maatschappij en de slechte zijde van de welvaartsstaat.14 Dit is een trend die zich nog steeds voortzet in de Deense misdaadliteratuur van nu, die vaak

maatschappelijke problemen probeert aan te kaarten. Tegenwoordig nemen misdaadromans een prominente plaats in op de Deense bestsellerlijsten.

Wat opvalt is dat vrouwelijke auteurs een belangrijke rol spelen in de huidige Deense literatuur. Het lijkt er op dat ze eindelijk hun plek in de eerste divisie van de literaire kringen hebben weten te bemachtigen. Wat ze met elkaar overeenkomen is dat ze een verfijnd, goed doordacht proza schrijven. Hun taal is vrij van emotie, minimalistisch en vrij van metaforen. Een zakelijke schrijfstijl dus, waar ook de mannelijke schrijvers van

misdaadromans gebruik van lijken te maken.15

Een enorm internationaal succes bereikte de Deense auteur Peter Høeg in 1992 met Smilla’s

gevoel voor sneeuw. Het was voor lezers internationaal een eye-opener: het liet niet alleen

zien dat een misdaadroman net zo mooi kon zijn als gewone literatuur, maar ook wekte het boek de interesse van het grote publiek voor het land Denemarken. Na het succes van

Smilla’s gevoel voor sneeuw werden er wereldwijd veel meer Deense boeken verkocht. De

boeken die Høeg erna schreef werden minder goed ontvangen, maar dat neemt niet weg dat hij internationaal de deuren heeft opengezet voor literair Denemarken.

Verder is Leif Davidsen (1950) één van de Deense topauteurs van het moment. Hij brak in 1984 door met de misdaadroman Onheilige allianties. Hij schrijft pakkende misdaadromans die politiek en spionage met elkaar combineren. Zijn boeken waren allemaal onmiddellijk populair in Denemarken, en daarna ook in vertalingen in het buitenland. "Nothing happens here, so we write about crime", zei Leif Davidsen ooit.16 Of dat echt waar is valt nog te bezien, maar feit is dat er in Denemarken aan de lopende band misdaadthrillers verschijnen, die het goed doen op de internationale markt.

14 Henk van der Liet, “Modern Danish literature after 1958,” Scandinavian Newsletter nummer 3 (herfst 1987): 2.

15

Henk van der Liet, “Snapshots. Some remarks on contemporary Danish prose, Solvej Balle and Helle Helle,”

Scandinavian Newsletter nummer 9 (1996/1997): 28.

(10)

10 1.2 Noorwegen

Noorwegen bracht de eerste Scandinavische misdaadroman op de wereld. Sindsdien is de populariteit van misdaadromans in Noorwegen alleen maar gegroeid, en nemen ze een belangrijke plaats in op de bestsellerlijsten. Hoewel het Noorse literaire veld zeer gevarieerd is, worden vooral Noorse contemporaine misdaadromans geëxporteerd. Desondanks

worden misdaadromans in de lijsten met de belangrijkste Noorse romans zelden besproken. Vóór 1980 was de Noorse misdaadroman vooral het domein van mannen, maar daar kwam verandering in door de boeken van Kim Småge (1945). Zij schreef boeken in het hard-boiled detective genre, maar dan vanuit het vrouwelijke perspectief. 17 Ook nu is er een trend te zien van vrouwelijke hoofdpersonen in de Noorse misdaadliteratuur, voortbordurend op een eeuwenoude traditie van sterke vrouwelijke personages in de literatuur. Een van de

kenmerken van de oude Noorse saga’s is namelijk dat vrouwen er een prominente rol in spelen. Deze vrouwen laten zich niet de wet voorschrijven door westerse patriarchale voorstellingen van de seksualiteit van de vrouw.18

Hedendaagse misdaadauteurs als als Jan Kjærstad (1953), Lars Saabye Christensen (1953) en Jo Nesbø (1960) genieten veel populariteit. Zij zijn in allerlei verschillende talen vertaald en verkopen zowel nationaal als internationaal goed. Jaarlijks worden honderden Noorse titels verkocht aan internationale uitgeverijen. Vrouwelijke Noorse schrijvers van misdaadlectuur, zoals Unni Lindell (1957) en Karin Fossum (1954) hebben internationaal ook veel erkenning gekregen.19

1.3 Zweden

In de loop van de twintigste eeuw is er veel veranderd in de Zweedse maatschappij, met als belangrijkste gebeurtenis het feit dat Zweden veranderde van een agrarische staat in een welvaartsstaat. Daarvoor, in de 19e eeuw, was Zweden een van de armste landen in Europa, met veel alcoholmisbruik onder de bevolking. Een groot deel van de Zweedse bevolking emigreerde toen naar de Verenigde Staten. Door technische verbeteringen in transport werd het land in staat gesteld om natuurlijke hulpbronnen, zoals ijzererts en hout, in verschillende delen van het land goed te gebruiken. Deze veranderingen zorgden ervoor dat Zweden in het begin van de twintigste eeuw een verzorgingsstaat werd. De overgang van boerenstaat naar welvaartsstaat zorgde voor veranderingen in het leven van de Zweden en dus ook voor veranderingen in de literatuur. Nog vele jaren later zou de ontwikkeling van een agrarisch land naar één van Europa’s meest verstedelijkte landen een belangrijk thema in de literatuur blijven.20

17

Paula Stevens, “Red blood and pink Harleys. Anne Holt’s crime novels,” Scandinavian Newsletter nummer 8 (1994/1995): 38.

18

Janke Klok,”Het boek van Dina van Herbjørg Wassmo,” Bzzlletin, 23e jaargang nummer 216/217(mei/juni 1994): 78.

19 NORLA, “Hedendaags”, Noorwegen,

http://www.noorwegen.nl/About_Norway/culture/literature/contemporary/(1 augustus 2011). 20

(11)

11 Tussen 1932 en 1976 waren in Zweden de sociaal-democraten onafgebroken aan de macht. In deze periode werd het begrip Folkhemmet, dat ‘de staat is het huis van het volk’

betekent, in het Zweedse model geïncorporeerd. De klassieke klassenmaatschappij werd op die manier vervangen door een maatschappij die gericht was op het welzijn van het volk, en het recht op zorg voor iedereen. Hoewel Zweden in de jaren negentig van de twintigste eeuw in een economische crisis belandde, en er steeds hogere belastingen en meer

bezuinigingen op zorg en uitkeringen kwamen, wordt Zweden door veel mensen nog steeds gezien als de ultieme welvaartsstaat. Folkhemmet als politiek concept en de overgang van agrarische staat tot steeds meer onderhoudende welvaartsstaat wordt in de Zweedse (misdaad)literatuur weerspiegeld.

Urbanisatie, Industrialisatie en technologische ontwikkeling ging in de jaren zestig en zeventig gepaard met een gevoel van vervreemding van de originele culturele en sociale maatstaven. Fundamentele menselijke waarden als zorg voor anderen zouden door alle nieuwe ontwikkelingen verloren gaan.21 Steeds meer auteurs begonnen uit onvrede hierover te schrijven, en dit zijn ze blijven doen. Nog steeds uiten veel Zweedse misdaadauteurs kritiek op de keerzijden van de zogenaamde welvaartsstaat.

Misschien komt het door de lange traditie van maatschappijkritische literatuur, dat de Zweedse misdaadroman tegenwoordig hoogtijdagen viert. Het succes van Zweedse

misdaadromans is nog nooit zo groot geweest, zowel nationaal als internationaal. Niet elke criticus is er echter blij mee dat de Zweedse misdaadliteratuur het internationaal zo goed doet. Volgens journaliste en literatuurdeskundige Ingrid Elam zorgt dat voor een tekort aan verscheidenheid in de literaire wereld:

(…) crime fiction is outnumbering and outselling any other genre in Sweden and thereby threatens to turn the literary scene into a monoculture22

Monocultuur of niet, de Zweedse misdaadroman floreert en kan niet meer uit het internationale literaire klimaat weggedacht worden. Nog steeds lijken Zweedse lezers en schrijvers zich bezig te houden met de verwerking van alle maatschappelijke veranderingen, en het onder ogen komen van de consequenties ervan.23 Zo laat literatuur zien hoe de maatschappij het individu beïnvloedt, en hoe het individu reageert op veranderingen in de omgeving.24 Dit is er de oorzaak van dat misdaadliteratuur in Zweden zo sterk verankerd is met sociale kritiek, met als beginpunt de sociaal geëngageerde police-procedurals van Maj Sjöwall (1935) en Per Wahlöö (1926-1975). Zij zorgden ervoor dat er niet alleen meer werd gesproken van detectives maar ook van sociale misdaadromans. In deze romans staat de actie zelden op de eerste plaats, en draait het verhaal om de maatschappelijke context. Ook waren de romans van Sjöwall & Wahlöö vernieuwend in de manier waarop ze het

hoofdpersonage beschreven. De stoere hard-boiled detective maakte plaats voor de nuchtere inspecteur Martin Beck, een antiheld met slaap- en maagproblemen.

21 Ibid., 434. 22

Ingrid Elam, “Nordic writing today”, American Scandinavian Foundation, zomer 2004, http://findarticles.com/p/articles/mi_qa3760/is_200407/ai_n9414717/ (1 augustus 2011). 23

(12)

12 Veel contemporaine misdaadschrijvers schrijven nog steeds in de traditie van Sjöwall & Wahlöö. Henning Mankell (1948) bijvoorbeeld, een internationaal beroemde Zweedse auteur, wil met zijn inspecteur Wallander-reeks maatschappijkritiek uiten. Wereldwijd zijn er meer dan 25 miljoen boeken uit de Wallander-reeks verkocht.25 In een interview stelt

Mankell dat het spannende verhaal geen doel op zich is, maar dat hij schrijft vanuit sociale betrokkenheid. Volgens hem is de misdaadroman bij uitstek geschikt om iets over te brengen, om de maatschappij een spiegel voor te houden.26 Zijn hoofdpersonage, Kurt Wallander, heeft veel weg van Martin Beck. Ook hij is een nuchtere antiheld, die kampt met persoonlijke problemen zoals slapeloosheid, overgewicht en een drankverslaving. De focus op de nerveuze, lijdende held die de romans van Sjöwall & Wahlöö en Henning Mankell kenmerkt ziet men terug in veel contemporaine misdaadliteratuur.

Kerstin Ekman (1933) schreef in de jaren zestig een aantal detectiveverhalen die opvielen door de combinatie van sfeervolle natuurbeschrijvingen en een sterk psychologisch inzicht. Vanaf de jaren zeventig brak ze in Zweden echt door, en in de jaren negentig verwierf ze internationaal veel bekendheid met het boek Zwart Water (waarmee ze de Literatuurprijs van de Noordse raad won). Ze schreef niet alleen detectives, maar ook biografieën en omvangrijke romans. Haar romans zijn vaak genreoverschrijdend. Spanning, fantasie en humor zijn belangrijke ingrediënten van haar romans, met daarnaast veel aandacht voor de ontwikkeling van vrouwen in een typische mannenmaatschappij.27

Na Ekman en Mankell was er het fenomeen Stieg Larsson (1954-2004), die met zijn

Millenniumtrilogie internationaal bekendheid verwierf. Volgens sommigen een gevolg van de

kwaliteit van zijn romans, volgens anderen een gevolg van de hype rond zijn dood en de nalatenschap van zijn (literaire en financiële) kapitaal. Het staat in ieder geval vast dat zijn opvolging verzekerd is, want vele nieuwe misdaadschrijvers zijn verrezen die in zijn stijl proberen te schrijven. Boeken die in dezelfde stijl zijn geschreven worden door uitgevers ook zo veel mogelijk zo gepropagandeerd: Zij hebben dezelfde soort titels, verschijnen in drie delen en hebben gelijkende omslagen. Zelfs in de teksten op de achterflap wordt naar Larsson verwezen.

Prominente vrouwelijke misdaadauteurs in Zweden zijn Liza Marklund (1962) en Camilla Läckberg (1974). Liza Marklund schrijft vanuit het hard-boiled genre met een feministische ondertoon. Hoofdpersoon in haar misdaadromans is journalist Annika Bengtzon, een carrièrevrouw met veel privéproblemen. Mishandeling en ongelijke behandeling van vrouwen speelt een grote rol in haar romans. Camilla Läckberg schreef een aantal boeken over speurdersduo Erica Falck en Patrik Hedström. Haar misdaadromans spelen zich af in Fjällbacka, een klein plaatsje aan de westkust van Zweden. Daarmee speelt ze in op een trend: Waar de setting van de Zweedse misdaadroman meestal modern en stedelijk was, heeft dat nu plaats moeten maken een geïdealiseerde rurale gemeenschap.28 In 2006 was Camilla Läckberg de meest succesvolle Zweedse schrijfster met een miljoen verkochte

25

Andrew Nestingen en Paula Arvas, Op. Cit., 1.

26 Stedelijke Openbare Bibliotheek, “Boeken om te schudden en te beven: De Scandinavische thrillers”, Scribd, zomer 2010, http://www.scribd.com/doc/33730862/Scandinavische-thrillers (1 augustus 2011).

27

(13)

13 boeken.29 Bij het grote publiek is ze enorm populair, al krijgt ze veel kritiek op de kwaliteit van haar romans en haar optreden als sekssymbool in de media.

Ten slotte is Håkan Nesser nog het noemen waard. Hij werd in de jaren ’90 bekend met zijn tiendelige misdaadserie over inspecteur van Veeteren, een tobbende eenling die precies past in de Zweedse traditie van de inspecteur met problemen. De romans spelen zich af in een fictief Europees land. Håkan Nesser won drie keer de prijs voor de beste fictieve misdaadroman, en zijn romans verschenen in negen verschillende talen.

1.4 Kenmerken Scandinavische misdaadliteratuur

Scandinavië, met een lange geschiedenis van het mondeling overbrengen van sprookjes, mythen en sagen,30 is dus een enorm populaire producent van misdaadliteratuur. Hoewel de oorsprong van de misdaadroman verankerd is in de ‘gewone’ literatuur, worden

misdaadromans tegenwoordig vaak niet als serieuze literatuur behandeld. Scandinavische misdaadliteratuur wisselt -net als literatuur uit andere genres- sterk van kwaliteit, maar neemt toch een belangrijke plaats in de literatuur in. De romans zijn typische

cultuurproducten van Scandinavië, en representeren daarom voor veel internationale lezers heel Scandinavië, en wat het aan hen te bieden heeft.

Er zijn in Scandinavië altijd gevestigde auteurs geweest die belangrijke elementen uit de misdaadliteratuur gebruikten in hun proza, en andersom.31 De ‘normale’ literatuur en de misdaadliteratuur zijn daarom niet altijd makkelijk van elkaar te onderscheiden. Zowel proza als misdaadliteratuur lenen zich uitstekend voor kritiek op de maatschappij en analyses van contemporaine houdingen en levensstijlen, en daar maken de auteurs dan ook veelvuldig gebruik van.32 Maar als literatuur en misdaadliteratuur al zo moeilijk van elkaar te

onderscheiden zijn, hoe onderscheidt de Scandinavische misdaadliteratuur zich dan van de misdaadliteratuur in andere landen? Wat vaststaat is dat er een internationale code voor het genre ‘misdaadroman’ bestaat, met bijbehorende stereotypen, en dat de boeken die

daaronder vallen zich daar gedeeltelijk aan houden en er gedeeltelijk van afwijken.33 In 1929 stelde de Engelse misdaadschrijver Ronald Knox een lijst samen met tien elementen waar een klassieke ‘whodunit’ aan moest voldoen. Zo mocht de lezer de gedachten van de

misdadiger in de misdaadroman niet kennen, mochten er geen bovennatuurlijke krachten in het verhaal voorkomen en mocht de detective niet per ongeluk of door zijn intuïtie ergens achter komen. Verder moest de dader al in het begin van het verhaal anoniem optreden, zodat de uiteindelijke ontmaskering een grotere schok voor de lezer was.34 Hoewel veel van die regels tegenwoordig achterhaald zijn, zijn er nog steeds conventies en regels uit die tijd

29 Ine Jacet, “Een Zweeds plaatsje aan de westkust”, Ine Jacet, 2007, http://www.inejacet.nl/dossiers/CamillaLackberg.html (18 augustus 2011). 30

Amy van Marken, “Het moderne drama in Scandinavië,” Bzzlletin, 23e jaargang nummer 216/217(mei/juni 1994): 6.

31

Paula Stevens, “Moord als alibi. Misdaad in het hoge noorden,” Bzzlletin, 23e jaargang nummer 216/217(mei/juni 1994): 23.

32 Helen Sigeland , “New Swedish Titles 2000”, Noordse literatuur, 2000,

http://www.noordseliteratuur.nl/pdf/si_zweedse_schrijvers.pdf (1 augustus 2011). 33

Paula Stevens, Op. Cit., 25. 34

(14)

14 die veel gebruikt worden door misdaadschrijvers. Is het niet om ze te bevestigen, dan wel om er opzettelijk van af te wijken. Zo ook in de Scandinavische misdaadliteratuur, en dan binnen de grenzen van de eigen culturen.

Binnen de misdaadliteratuur is een aantal subgenres aan te wijzen. De belangrijkste daarvan zijn de ‘whodunit’, de ‘hard-boiled detective’ en de ‘police-procedural’, oftewel

politiethriller. Tussen de eerste en tweede wereldoorlog en een korte periode daarna was de klassieke whodunit de dominante vorm van misdaadliteratuur. Een whodunit is een

misdaadroman waarin het achterhalen van de dader de belangrijkste factor in het verhaal is. Na de jaren ’70 domineerde in Scandinavië de police-procedural, die zich vanuit het

Amerikaanse hard-boiled detective genre ontwikkelde.35 In tegenstelling tot de hard-boiled detective zijn de hoofdpersonen in police-procedurals vaak gewone mensen in plaats van stoere helden. Er is plaats voor alledaagse problemen van de hoofdpersonen, zoals

eenzaamheid, problemen met relaties, depressies en misbruik.36 Hierdoor kunnen de lezers zich beter met de personages identificeren. De police-procedural wordt door

filmwetenschapper Michael Tapper als volgt beschreven:

To be a police-procedural, a novel must have a set of police characters and –preferably detailed- descriptions of their work as they investigate one or more crimes. Their

investigative work should be the center of attention, influencing every aspect of the novel. (…) Police procedurals generally display a police ‘team of individuals, separated by age, experience, gender, race, and ethnicity, who work collectively to restore and maintain social order. An important aspect of the genre is thus diversity within the police team.37

De police-procedural heeft zelf ook eigen subgenres, zoals de ‘forensic science-procedural’ en de ‘psychological profiler-procedural’, waarin niet een politieonderzoek maar een

forensisch onderzoek of een onderzoek naar de kenmerken van de dader centraal staat.38 De typische Scandinavische Sjöwall en Wahlööpolice-procedural focust op één belangrijke detective, die wordt omringd door een team waarin ieder een eigen expertise en specifieke karaktereigenschappen heeft. Hierdoor is het voor de schrijver makkelijker om

aangrijpingspunten te vinden om sociale kritiek te uiten, en voor de lezer makkelijker om zich te identificeren met de personages. Veel contemporaine misdaadauteurs zijn echter teruggekeerd naar de traditie van de hard-boiled detective, waarin één detective alle aandacht krijgt, en waarin het nastreven van rechtvaardigheid volgens de detective belangrijker is dan de wet.3940 Toch blijft de police-procedural in Scandinavië domineren. Kenmerken van de Scandinavische police-procedural zijn dat ze vaak sociale kritiek bevatten

35

Andrew Nestingen en Paula Arvas, Op. Cit., 5.

36 Karsten Wind Meyhoff, “Digging into the secrets of the past: Rewriting history in the modern Scandinavian police procedural”, in Scandinavian Crime Fiction, red. Andrew Nestingen en Paula Arvas (Cardiff: University of Wales Press, 2011), 66.

37 Kerstin Bergman, “The well-adjusted cops of the new Millennium: Neo-romantic tendencies in the Swedish police procedural”, in Scandinavian Crime Fiction, red. Andrew Nestingen en Paula Arvas (Cardiff: University of Wales Press, 2011), 34-36.

38 Ibid., 37. 39

Magnus Persson, “High crime in contemporary Scandinavian literature – the case of Peter Høeg’s Miss Smilla’s feeling for snow”, in Scandinavian Crime Fiction, red. Andrew Nestingen en Paula Arvas (Cardiff: University of Wales Press, 2011), 153.

(15)

15 die zich richt op de problemen van de welvaartsstaat, slecht functionerende

overheidsinstanties en ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. De toon van deze misdaadromans is vaak mistroostig en pessimistisch.41

Wel is er volgens verschillende critici sinds de jaren ’90 een regressie van sociale en politieke kritiek aan te wijzen in de Scandinavische misdaadroman.42 De lijdende antiheld die stem gaf aan de kritiek wordt steeds vaker vervangen door goed aangepaste, kalme en sexy

inspecteurs. Daarnaast is er een verschuiving te zien in de setting van de misdaadromans. Waar ze eerst vooral in een moderne, stedelijke omgeving plaatsvonden, spelen ze zich nu steeds vaker af in een rurale omgeving.

1.5 Scandinavische literatuur in het buitenland

De Scandinavische misdaadliteratuur is populair en verkoopt goed, zowel in het binnenland als buitenland. De populariteit zal nog wel een tijdje doorgroeien nu het publiek overtuigd is van de aantrekkingskracht en toegankelijkheid van Scandinavische fictie.43 Ook normale Scandinavische literatuur doet het steeds beter in Europa, prozaschrijvers liften mee op het succes van misdaadschrijvers en een paar andere bestsellers. Literatuur uit Scandinavië heeft lange tijd veel moeite gehad om voet aan de grond te krijgen in Europa en Amerika. Rond 1900 werden er wel veel Scandinavische schrijvers vertaald, maar dat werd later minder. Scandinavische literatuur was in de jaren dertig van de twintigste eeuw voor een korte periode erg populair in Engeland, Amerika, Nederland en Duitsland.44 Na de tweede wereldoorlog verminderde echter die populariteit in Duitsland. Het Duitse volk had toen meer interesse voor literatuur die hen tijdens de oorlog was verboden, zoals de Franse en de Amerikaanse. Pas in de jaren tachtig was er weer een vernieuwde interesse voor de

Scandinavische literatuur te zien, nu samen met landen zoals Frankrijk en Nederland. Hoewel tegenwoordig meer Scandinaviërs worden uitgegeven in de Verenigde Staten, zijn de andere West-Europese landen nog steeds een veel grotere afzetmarkt voor

Scandinavische boeken. De Engelse uitgeverswereld, met grote boekwinkelketens met vooral aandacht voor bestsellers, werkt ook niet mee.45 De Engelse markt is altijd de meest problematische markt geweest voor Scandinavische literatuur. De Engelsen hebben altijd al toegang gehad tot een groot scala aan Engelstalige wereldliteratuur, waardoor er weinig interesse was voor vertalingen.46

De Scandinavische literatuur wordt nog steeds in veel gevallen in Engelstalige en andere Europese landen bevooroordeeld als relatief obscuur en exotisch. Zelfs het werk van

41

Andrew Nestingen en Paula Arvas, Op. Cit., 2. 42

Kerstin Bergman, Op. Cit., 34.

43 Paula Stevens, “The fishpond. Dutch publishers and Scandinavian literature,” Scandinavian Newsletter nummer 10 (2000/2001): 17.

44

Petra Broomans, “Scandinavische literatuur in Nederland: verslonden, verzuild en verguisd”, in:

Nederlandse cultuur in internationale context. Red. Jan Gielkens en Helleke van den Braber , (Amsterdam:

Querido, 2010), 410. 45

Gabriele Haefs, “Scandinavian literature in German translation,” Scandinavian Newsletter nummer 10 (2000/2001): 11.

46

Sara Death, “More for love than money. Literary translation from Swedish into English,” Scandinavian

(16)

16 gecanoniseerde Scandinavische auteurs blijft onbekend bij het grotere publiek. 47 De

internationale impopulariteit van de Scandinavische literatuur in het verleden maakt het interessant dat de Scandinavische misdaadroman tegenwoordig populair is in Europa. Hoewel deze romans niet altijd van even goede kwaliteit zijn, zijn ze toch kenmerkend voor de Scandinavische cultuur. Ze doen het grote publiek kennismaken met Scandinavische schrijvers en zorgen er zo voor dat de Europese markt meer open staat voor andere Scandinavische schrijvers.

Over het algemeen vertoont de literatuur van de Scandinavische landen onderling meer verschillen dan overeenkomsten. Ze blijven bij hun eigen tradities, en houden zich niet zozeer met hun buren bezig. Uit mijn oriëntatie op de Scandinavische literatuur bleek echter dat er na diepere analyse meer gelijkenissen zijn aan te wijzen dan op het eerste gezicht blijkt. In de literatuurgeschiedenis van de Scandinavische landen zijn veel overeenkomsten, wat er voor zorgt dat er vanuit dezelfde achtergrond wordt geschreven. Zeker wanneer er binnen een bepaald genre, zoals de misdaadroman, wordt geschreven, zijn er daarom overeenkomsten te vinden. De Scandinavische misdaadromans onderscheiden zich zo toch van Europese en Amerikaanse misdaadliteratuur, al is het maar door de plaats en de cultuur waarin ze zich afspelen. Daarnaast wordt de Scandinavische literatuur meestal geassocieerd met melancholie en rusteloosheid, en is het vaak baandoorbrekend op het gebied van het sociale en seksuele.48 Eén van de belangrijkste overeenkomsten tussen de misdaadliteratuur in de verschillende Scandinavische landen is toch wel de specifieke aandacht voor

maatschappelijke misstanden. Vrijwel alle Scandinavische misdaadliteratuur levert in enige mate maatschappijkritiek. Soms als bijzaak, soms als belangrijkste lijdraad van het mysterie, zorgt deze maatschappijkritiek ervoor dat de lezer niet alleen ontspanning ervaart maar ook tot nadenken wordt gezet.

Sinds het overweldigende internationale succes van Jostein Gaarder, Peter Høeg , Kerstin Ekman, Henning Mankell, Herbjørg Wassmo en Marianne Frederiksson is de verkoop van Scandinavische boeken over de hele wereld gestegen. Het internationale succes van

Scandinavische literatuur toont zich in allerlei aspecten. Ten eerste worden er meer boeken vertaald. Ten tweede is er een verschuiving in de aandacht van klassieke auteurs naar meer recente auteurs. Dit is gedeeltelijk mogelijk doordat het internet ervoor zorgt dat recensies van boeken zodra ze verschijnen over de hele wereld kunnen worden gelezen.49 Deze ontwikkeling zorgt ervoor dat uitgevers makkelijker kunnen zien welke boeken interessant zijn voor in hun fonds. Zo besparen ze veel geld, tijd en moeite, en komen boeken die anders misschien over het hoofd zouden worden gezien nu wel onder de aandacht. Eerder werden Scandinavische boeken vooral uitgegeven door kleine uitgeverijen, maar tegenwoordig worden ze in grote aantallen door grotere uitgeverijen aangekocht.50 Sommige uitgevers hebben tegenwoordig zelfs speciale scouts voor Scandinavische literatuur, om maar niets te hoeven missen. Dit betekent echter wel dat ook boeken van mindere kwaliteit sneller worden uitgegeven, puur omdat ze passen in het plaatje van een potentieel commercieel

47

Weinstein, Arnold. Northern Arts. The breakthrough of Scandinavian literature and art, from Ibsen to

Bergman. Princeton: Princeton University Press, 2008. 2

48 Ibid. 49

Petra Broomans & Janke Klok, “Scandinavian literature abroad, a b(l)ooming business?,” Scandinavian

Newsletter nummer 10 (2000/2001): 5.

(17)

17 succes en ze een bepaalde doelgroep aanspreken. Zelfs alleen de titel of de omslag van het boek kan hiervoor zorgen. Dit is bij misdaadliteratuur helaas maar al te vaak het geval. Een voorbeeld hiervan geeft schrijfster Jessica Mann:

(…) when a female corpse recently appeared on the jacket of a crime-writing colleague's new book, the author pointed out to her publisher that the victim in the story was actually a man. Mann said the publisher replied: "Never mind that. Dead, brutalised women sell books, dead men don't. Nor do dead children or geriatrics."51

Een valkuil voor het internationale succes van Scandinavische schrijvers is de

Europeanisering en Amerikanisering van de Scandinavische literatuur. Een deel van het succes van bestsellers zoals Smilla’s gevoel voor sneeuw is juist te verklaren vanuit het exotische, vervreemdende effect dat Scandinavische boeken op Europeanen en Amerikanen hebben.52 Wanneer de auteurs zich bij het schrijven te veel op het buitenlandse publiek gaan richten, zouden de boeken hun typisch Scandinavische kenmerken verliezen.

1.6 Vrouwelijke misdaadauteurs

Maria Lang (Dagmar Lange) was de eerste Scandinavische misdaadauteur die door haar populariteit en overeenkomsten met Agatha Christie de titel ‘crime queen’ kreeg. Zij stond lang alleen met haar titel als beste vrouwelijke misdaadauteur. In het jaar 1997 kondigde het Zweedse misdaadmagazine Jury een wedstrijd aan waardoor een nieuwe crime queen zou worden uitgeroepen. De winnares was Liza Marklund. Zij werd een rolmodel voor andere vrouwelijke misdaadauteurs.53 Tegenwoordig wordt er met de titel crime queen gerefereerd naar bijna alle vrouwelijke misdaadauteurs, de titel is dus onderhevig aan inflatie. Het is een soort merknaam geworden. Het staat nu vooral voor populariteit in plaats van originaliteit en kwaliteit, en wordt soms zelfs gebruikt om onbekende auteurs op het succes van anderen mee te laten liften.54

Het succes van vrouwelijke auteurs en de betiteling van crime queens zorgde in 2007 voor een mediadebat in Zweden. Misdaadauteur Leif G.W. Persson noemde de romans van Camilla Läckberg ‘lipstick literatuur’, en meende dat mannen betere misdaadliteratuur konden schrijven dan vrouwen. Dit zorgde voor een fel mediadebat, dat ‘the war against the crime queens’ werd genoemd.55 De reacties op het debat toonden dat de

Scandinavische misdaadliteratuurmarkt werd gedomineerd door vrouwelijke schrijvers en lezers.56

51

Amelia Hill, Op. Cit. 52

Sara Death, Op. Cit., 13.

53 Sara Kärrholm, “Swedish queens of crime: the art of self-promotion and the notion of feminine agency – Liza Marklund and Camilla Läckberg”, in Scandinavian Crime Fiction, red. Andrew Nestingen en Paula Arvas (Cardiff: University of Wales Press, 2011), 133-134.

54 Ibid., 137. 55

Ibid., 141. 56

Karen Klitgaard Povlsen, “Gender and geography in contemporary Scandinavian television crime fiction”, in

Scandinavian Crime Fiction, red. Andrew Nestingen en Paula Arvas (Cardiff: University of Wales Press, 2011),

(18)

18 Tot ver in de jaren ’90 was de police-procedural een exclusief door mannen geschreven genre, met uitzondering van Maj Sjowall. Tegenwoordig zijn vrouwelijke misdaadauteurs en vrouwelijke hoofdpersonages meer gangbaar.57 In de misdaadliteratuur zijn er twee

veelvoorkomende trends te zien in het portretteren van vrouwelijke de detectives. De single carrièrevrouw, excentriek en met een ingewikkeld privéleven, en de carrièrevrouw die worstelt om werk met een gezinsleven te kunnen combineren.58

Toen er in 2009 in ‘The Observer’ een artikel verscheen over misdaadschrijfster en recensent Jessica Mann, die geen boeken meer wilde recenseren waarin bruut geweld tegen vrouwen voorkwam, ontstond er een kettinggolf van reacties op allerlei websites en weblogs. Jessica Mann meende dat het stuitend was dat vooral vrouwelijke auteurs zulke misogyne teksten schreven.59 Een veelgehoorde tegenreactie was dat het niet uitmaakt of het door een man of een vrouw is geschreven, en dat het grote publiek nu eenmaal interesse toont voor boeken over geweld tegen vrouwen. Misdaadauteur Tess Gerritsen schreef er het volgende over:

Women make up the bulk of the reading public, and these women don't identify with the hero or the villain. They identify with the victim. It's a phenomenon you see in children's scary books as well. Kids love to read books in which kids are in jeopardy, kids are potential victims. But an adult in jeopardy? Eh, not so interesting to them. Does their preference for kid-jep books make kids masochists? Do the authors of such novels secretly hate kids? Or are both authors and readers tapping into a deep psychological vein that makes these stories so compelling?60

Wat opvalt is dat een groot aantal vertaalde misdaadromans, zowel met vrouwelijke als mannelijke slachtoffers, is geschreven door vrouwen. Waar uitgeverijen eerder vooral interesse toonden voor wat oudere, mannelijke schrijvers uit de canon, wordt er nu gezocht naar boeken van jonge vrouwelijke auteurs. Volgens schrijver Val McDermid is er een speciale reden dat misdaadthrillers van vrouwelijke auteurs populair zijn:

There has been a general desensitization among readers, who are upping the ante by demanding ever more sensationalist and gratuitous plotlines," she said. "But when women write about violence against women, it will almost inevitably be more terrifying because women grow up knowing that to be female is to be at risk of attack. We write about violence from the inside. Men, on the other hand, write about it from the outside.61

Volgens Natasha Cooper, voormalig voorzitter van de Crime Writer’s Association, schrijven vrouwen explicieter over seksueel geweld om zich te bewijzen. Vrouwen worden in de schrijverswereld minder snel serieus genomen, en door expliciete geweldsscènes te beschrijven zorgen ze voor meer geloofwaardigheid en meer kans op een plaats in de bestseller-lijsten. Seks en geweld zijn immers de onderwerpen waar het grote publiek over wil lezen.62 Overigens is ook het grootste deel van de lezers van misdaadromans van het

57

Kerstin Bergman, Op. Cit., 38. 58

Ibid., 39.

59 Amelia Hill, Op. Cit. 60

Tess Gerritsen, “Why dead women sell books”, Murderati, 10 augustus 2010,

http://www.murderati.com/blog/2010/8/10/why-dead-women-sell-books.html ( 1 augustus 2010). 61

(19)

19 vrouwelijke geslacht.63 Dat verklaart wellicht ook waarom de slachtoffers in misdaadromans vaak vrouwelijk zijn: dan kan de vrouwelijke lezer zich er beter mee identificeren. Voor veel lezers van misdaadromans is het namelijk belangrijk dat ze kunnen meeleven wanneer het slachtoffer allerlei dingen overkomt. Zij stellen zich dan voor dat het henzelf overkomt, gruwelen daarbij, en kunnen daarna het boek weer wegleggen. Er bestaat tegenwoordig zelfs een term voor misdaadromans met vrouwelijke slachtoffers: ‘fem-jep’, oftewel ‘female in jeopardy’ (Overigens zijn de slachtoffers van seksueel of andersoortig geweld in de door mij onderzochte literatuur niet allemaal van het vrouwelijke geslacht, zie conclusie). De markt van de misdaadliteratuur in Scandinavië werd niet altijd gedomineerd door vrouwen. In 1993 nog verschenen er in Zweden allerlei artikelen over misdaadliteratuur, waarin vooral de bespreking van mannelijke auteurs de boventoon voerde. Een paar jaar later was dat al totaal veranderd. Vrouwelijke schrijvers als Liza Marklund (1962) waren de trend. Op de Scandinavische markt was veel vraag naar boeken van vrouwen over vrouwen. Niet alleen kwam hier veel geweld tegen vrouwen in voor, ook waren de detectives vaak vrouwen. Sterke, dappere en slimme vrouwen, die toch hun vrouwelijkheid behielden.64 Met hun sterke emotionele intelligentie, empathie en begrip voor sociale situaties losten deze dappere vrouwen allerlei mysteries op. Nog steeds zijn misdaadromans met dit soort vrouwelijke hoofdpersonages populair, maar ze voeren niet alleen de boventoon.

63 Harris Poll, “Female, younger readers biggest fiction fans”, Harris, 7 oktober 2010,

http://www.marketingcharts.com/direct/female-younger-readers-biggest-fiction-fans-14476/ (1 augustus 2011).

64

(20)

20

Hoofdstuk 2

Geschiedenis van sekse-ongelijkheid en vrouwenemancipatie in Scandinavïe in de negentiende en twintigste eeuw

Mijn onderzoek gaat over de Scandinavische misdaadliteratuur tussen 2000 en 2010, maar dat betekent niet dat de jaren daarvoor onbelangrijk zijn. Bij de bestudering van literatuur is het belangrijk dat ontwikkelingen in de geschiedenis worden bestudeerd. Deze kunnen immers denkbeelden van zowel schrijvers als lezers beïnvloeden. Vandaar dat ik een korte oriëntatie geef op de geschiedenis van de emancipatie en de regelgeving en statistieken omtrent seksueel geweld in Scandinavië, om zo verschillende factoren die invloed kunnen hebben op de representatie van seksueel geweld te omvatten.

Na de tweede wereldoorlog hadden Denemarken, Noorwegen en Zweden zowel de

economische basis als de politieke basis (overwegend sociaal-democratische regeringen) om zich te ontwikkelen als verzorgende welvaartsstaten.65 Gelijkheid op het gebied van ras, geslacht en leeftijd werd belangrijk gevonden. Economische, educatieve en culturele kansen moesten voor iedereen gelijk aanwezig zijn. Ook gezondheidszorg en verzekeringen moesten voor iedereen toegankelijk zijn. Subsidies zorgden ervoor dat de kansen voor iedereen met verschillende inkomens hetzelfde waren, en kinderbijslag en kinderopvang zorgden ervoor dat vrouwen meer vrijheid en kansen kregen. Hervormingen in de educatie in de jaren vijftig en zestig van de twintigste eeuw moesten ervoor zorgen dat iedereen op dezelfde manier werd opgeleid, zonder onderscheid in geslacht en klasse.66 Scandinavië wordt door veel mensen dan ook gezien als een goede plek om te leven, met kansen voor iedereen.

In de Scandinavische landen heeft het feminisme en de moderne emancipatie tot op de dag van vandaag een prominente invloed.67 Na een jarenlange strijd van eerdere generaties hebben vrouwen in Zweden, Noorwegen en Denemarken relatief veel rechten, zeker in vergelijking met niet-westerse landen. Toch zijn er in deze landen nog steeds ongelijkheden en aangeleerde geslachtspatronen waar men maar moeilijk vanaf komt. Zo zijn vrouwen in het arbeidsleven vaak achtergesteld, zij verdienen minder en maken minder snel promotie. Hoewel er tussen de Scandinavische landen veel overeenkomsten op het gebied van de emancipatie-strijd zijn aan te wijzen, zijn er ook een aantal duidelijke verschillen.

In de strijd voor gelijkheid tussen mannen en vrouwen is de strijd voor vrouwenkiesrecht en de toelating van vrouwen op universiteiten essentieel. Vanaf 1875 werd vrouwen in

Denemarken toegestaan te studeren. Hoewel Denemarken uiteindelijk het volledig

vrouwenkiesrecht eerder toestond dan Zweden, kwam het hele proces wat later op gang. Zo schreef de Nederlandse arts en feminist Aletta Jacobs in Vrouwenkiesrecht in de

Scandinavische landen uit 1910 nog het volgende:

Denemarken, het dichtst bij ons liggende land, waarvan de bevolking in geaardheid ook het meest met de onze overeenkomt, is het laatst en het achterlijkst der Scandinavische landen in

65

Byron J. Nordstrom, Scandinavia since 1500. (Minneapolis: University of Minnesota Press, 2000), 331. 66

Ibid., 332. 67

Paula Stevens, “Moord als alibi. Misdaad in het hoge noorden,” Bzzlletin, 23e jaargang nummer

(21)

21

het verleenen van kiesrecht aan de vrouw. In 1888 begonnen de vrouwen daar het eerst te werken voor kiesrecht, doch eerst in 1899 konden zij voor dat doel een organisatie tot stand brengen, die echter uitsluitend voor kiesrecht en verkiesbaarheid voor de gemeenteraden werkte. Eerst in 1904, na de totstandkoming van den Wereldbond voor Vrouwenkiesrecht, zagen de Deensche vrouwen in, dat zij de eischen wat verder moesten uitstrekken. Zij togen met moed en ijver aan den arbeid en noodigden den Wereldbond uit, zijn eerste groote Congres in 1906 in Kopenhagen te komen houden om de vrouwen wakker te schudden en hen te bewegen tot het groote doel “politieke gelijkstelling van man en vrouw” mede te werken.68

Dit congres zorgde ervoor dat vrouwen wakker geschud werden, en dat mannen begonnen in te zien dat de deelneming van vrouwen in de regering het hele land goed zou doen. Vrouwen en mannen in Denemarken hadden dus deze aanmoediging nodig, maar daarna ging het legaliseringproces snel. In 1915, twee jaar na Noorwegen, was het algemeen vrouwenkiesrecht in Denemarken een feit. De mannelijke leden van de regering waren over het algemeen positief over de toetreding van vrouwen. Zij vonden dat vrouwen vanuit het moederlijke gevoel handelden, en daardoor zouden zorgen voor meer naastenliefde.69 Nog steeds veel vooroordelen dus, maar het begin van gelijke rechten voor mannen en vrouwen was er.

In Noorwegen werd vrouwen vanaf 1884 toegestaan om te studeren. In het jaar daarna, 1885, werd de eerste lokale vrouwenkiesrecht-vereniging opgericht, die twaalf jaar later nationaal werd. In 1886 werden zelfs al twee voorstellen omtrent vrouwenkiesrecht in het Parlement behandeld, deze werden echter verworpen. Noorwegen was het eerste Europese land dat vrouwen kiesrecht en verkiesbaarheid voor in de gemeenteraden verleende.70 Noorwegen ging ook Denemarken en Zweden enkele jaren voor met de wet voor algemeen vrouwenkiesrecht in 1913.

In Zweden werd het recht voor vrouwen om een universitaire opleiding te volgen lange tijd tegengewerkt, omdat aangenomen werd dat vrouwelijke gevoeligheid en mededogen ze zou beperken in het uitvoeren van een vak als bijvoorbeeld arts. Vanaf 1970 werd het vrouwen toegestaan om rechten of geneeskunde te studeren, mits ze eerst een voldoende haalden voor een studentexamen. Hun recht tot werken als arts werd echter beperkt tot het houden van een privépraktijk. In 1873 werd het universiteitsrecht voor vrouwen uitgebreid naar alle opleidingen behalve die in de faculteit van theologie. De eerste vrouwelijke student in Zweden was Betty Pettersson(1838-1885) in 1871.71 Zweden was daarmee het eerste Scandinavische land met vrouwelijke studenten. In 1919 werd het beperkte

vrouwenkiesrecht ingevoerd. In 1921 kregen zij volledig kiesrecht, veel later dan in de

andere Scandinavische landen. In Noorwegen werd het vrouwenkiesrecht in 1913 ingevoerd, in Denemarken in 1915. In Zweden bezaten vrouwen al wel sinds 1862 het kiesrecht voor

68 Aletta Henriette Jacobs, “Vrouwenkiesrecht in de Skandinavische landen”Project Gutenberg Ebook, 2009, http://www.gutenberg.org/files/29526/29526-8.txt (2 augustus 2011).

69 Ibid. 70 Ibid. 71

Wikimedia Foundation, “Universiteit van Uppsala”, Wikipedia, 31 juli 2011,

(22)

22 Gemeenteraden, maar waren daarin pas na 1910 zelf verkiesbaar. Ook was dit kiesrecht alleen bedoeld voor ongetrouwde vrouwen en weduwen. Hoewel verscheidene mannen eerder hadden geprobeerd om het vrouwenkiesrecht in te voeren (en daarbij door de rest van de Kamer met hoongelach werden ontvangen), kwam er in Zweden pas in 1902 de ‘Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht’ tot stand, door vrouwen zelf opgericht.72 Desondanks duurde het nog meer dan zeventien jaar om het vrouwenkiesrecht gedeeltelijk in te kunnen voeren.

In de jaren zestig en zeventig van de twintigste eeuw was er een nieuwe opkomst van feminisme, die een grote impact had op de Deense, Noorse en Zweedse literatuur.73 Veel vrouwelijke schrijvers die in die tijd debuteerden probeerden de verschillende aspecten van het gevecht voor respect en gelijkheid in relaties tussen de seksen te laten zien. In 1962 opende journaliste Eva Moberg in Zweden het algemene debat over sekserollen met haar essay Kvinnans villkorliga frigivning (de conditionele emancipatie van vrouwen). Het debat ging over wat natuurlijk voor mannen en vrouwen was, en wat was toe te schrijven aan discriminatie en aangeleerd gedrag. Volgens veel feministen was er in Scandinavië sprake van een seksmachtsorde. In patriarchale samenlevingen, waar de macht vooral aan mannen toebehoort, onderdrukken de mannen de vrouwen structureel om die macht te kunnen behouden. Doordat vrouwen in Scandinavië al vanaf hun jeugd geïndoctrineerd werden, zagen de vrouwen vaak niet in dat ze onderdrukt werden.74 Volgens Amnesty International resulteert deze ongelijke machtsbalans tussen mannen en vrouwen er in dat geweld tegen vrouwen wordt getolereerd.75 Aan het eind van de jaren zestig mobiliseerden vrouwen zich opnieuw voor gelijke rechten voor mannen en vrouwen.76

Hoewel de Scandinavische landen over het algemeen hoog in aanzien staan wat betreft vrouwenrechten, zijn er ook veel tegengeluiden te horen. Volgens auteurs Liza Marklund en Lotta Snickare worden vrouwen in het hedendaagse Zweden behandeld als tweederangs wezens. Volgens hen worden ze in het maatschappelijke systeem consequent

ondergewaardeerd en gekleineerd, uitsluitend op grond van het feit dat ze vrouwen zijn. Deze ongelijkheid in de Zweedse maatschappij is het resultaat van tradities, vooroordelen en politieke besluiten.77 Op de basisschool begint het al: Meisjes wordt aangeleerd om

boosheid en conflicten uit de weg te gaan, de jongens wordt toegestaan om meisjes te onderdrukken, uit te lachen, belachelijk te maken en te vernederen. Pesterijen van jongens zijn dan al vaak van seksuele aard.78 De gelijkheid tussen mannen en vrouwen staat in alle Scandinavische landen al heel lang op de politieke agenda, gedeeltelijk met succes. Vrouwen

72

Aletta Henriette Jacobs, Op. Cit.

73 Sven H. Rossel, A history of Scandinavian literatures (Lincoln: Nebraska University Press, 1992), 446. 74

Het Triumviraat, “Riemen vast: Zweeds feminisme”, Vkblogs, 13 december 2010,

http://www.vkblog.nl/bericht/360121/Riemen_Vast:_Zweeds_Feminisme_%28Waarschuwing;_nog_langer_bl og!%29 (2 augustus 2011).

75

Amnesty International publications, “Case closed. Rape and human rights in the Nordic countries”, Amnesty

International, maart 2010,

http://www.amnesty.org/en/library/asset/ACT77/001/2010/en/5ba7f635-f2c3-4b50-86ea-e6c3428cf179/act770012010eng.pdf (2 augustus 2011). 76

Sven H. Rossel, Op. Cit., 492. 77

Liza Marklund & Lotta Snickare, Er is een speciale plek in de hel voor vrouwen die elkaar niet helpen (Breda: De Geus, 2007),7-8.

(23)

23 participeren in alle sectoren van de maatschappij. Toch is er volgens Amnesty International sprake van ongelijkheid. Is het niet op de werkvloer, dan wel in de thuissituatie:

The UN Special Rapporteur on violence against women has, in the case of Sweden, pointed out that, while an impressive level of gender equality has been achieved in the so-called public spheres of work, education and political participation, these achievements seem to have halted at the doorsteps of private homes. The unequal power relations between men and women continue to be fuelled by deeply rooted patriarchal gender norms that are reproduced within the so-called private spheres of family life and sexual relationships.79 Toch zijn verschillen tussen vrouwen en mannen in rolpatronen in Zweden relatief klein, en door de welvaartsstaat zijn zorg en samenwerking van groot belang. Een voorbeeld van een wet die de gelijkheid tussen vrouwen en mannen zou moeten bevorderen is de wet omtrent prostitutie. Na een verbod op prostitutie werd vastgesteld dat dat verbod niet werkte, omdat het verbod in feite inhield dat de seksualiteit niet aan vrouwen zelf toebehoorde.80 Om die reden werd het verkopen van het lichaam voortaan niet meer als illegale daad gezien, maar het betalen voor seks wel. Zo werd de prostituee niet gecriminaliseerd, maar de prostituant wel. Deze maatregel zorgde er helaas niet voor dat vrouwenmisbruik niet meer voorkwam in Zweden.

Volgens een wereldwijd onderzoek uit 2005 van het World Economic forum zijn

Denemarken, Noorwegen en Zweden (en IJsland en Finland) de landen waar de gelijkheid tussen de seksen het meest wordt gerespecteerd. Volgens de onderzoekers staat de gelijkheid tussen de seksen in de Scandinavische landen zo hoog op het programma door een liberale houding, bescherming van minderheden en grote welvaart. Overigens betekent dit niet dat de economische participatie van de vrouwen in deze landen ook het hoogst is.81 Uit het onderzoek blijkt tevens dat de ‘gender gap’ in alle onderzochte landen nog bestaat:

Given the lamentable international picture, no one who studies the gender gap can doubt that no country in the world has yet managed to archieve it (gender equality, DTB). True, the Nordic countries are getting closer, leading the way in providing women with a quality of life almost equal to that of men, with almost comparable levels of political participation, and with relatively equal educational and economic opportunity and participation.82

79

Amnesty International publications, Op. Cit. 80 Het Triumviraat, Op. Cit.

81

ChrisJX, “Women’s empowerment: measuring the global gender gap”, Fok, 17 mei 2005,

http://frontpage.fok.nl/nieuws/187239/1/1/50/scandinavi-kent-grootste-seksegelijkheid.html (2 augustus 2011).

(24)

24

Hoofdstuk 3

Wetgeving en statistieken omtrent seksueel geweld in Scandinavië

Vrije abortus, die in veel landen nog steeds niet wordt toegestaan, werd in Zweden in 1974 ingevoerd. Vrouwenmishandeling viel echter pas vanaf 1983 onder de publiekrechtelijke vervolging, en pas vanaf 2005 werd het verkrachten van een dronken vrouw volgens de wet als een echte verkrachting beschouwd.83 De wetgeving omtrent aanranding en verkrachting is in Scandinavië ruim. Naast orale, vaginale en anale penetratie met lichaamsdelen of voorwerpen, wordt ook het tegen de wil van het slachtoffer uitvoeren van andere seksuele daden, zoals het aanraken van de genitaliën, als verkrachting gezien.84 Toch is volgens feministen het aantal gevallen van seksueel geweld hoger en het aantal veroordelingen lager dan in de rest van Europa, en moet het beleid worden aangescherpt. Volgens tegenstanders echter geven de statistieken een vals beeld. Doordat de definitie van verkrachting in Zweden breder is dan in andere landen, worden seksuele delicten die in andere landen als

aanranding of ontucht worden geregistreerd, in Zweden als verkrachting gezien. Verder meet Zweden het aantal verkrachtingen aan de hand van zaken die door de politie worden geregistreerd, dus ook zaken die later geen verkrachting blijken te zijn. Andere landen rekenen voor de statistieken meerdere verkrachtingen van dezelfde dader als één verkrachting, waar men in Zweden per verkrachting telt. Ook zou de bereidheid om

verkrachtingen te melden in Zweden hoger zijn, omdat slachtoffers in Zweden relatief goed beschermd worden. Verder is er in Zweden geen verjaringstermijn voor verkrachting, waardoor oude zaken alsnog behandeld kunnen worden en meetellen in de statistieken.85 In bijna alle aangegeven gevallen van verkrachting van slachtoffers boven de vijftien jaar in Scandinavië is het slachtoffer vrouwelijk en de dader mannelijk. De vrouwen worden zowel verkracht door mannen die ze kennen als door mannen die ze niet kennen. De meeste verkrachtingen worden echter niet aangegeven: zo wordt er naar schatting in Denemarken maar ongeveer 25% van de verkrachtingen bij de politie gemeld.86 Veel vrouwen zijn bang voor de consequenties wanneer zij een verkrachting aangeven, of ze denken dat het toch niet zal helpen. Een gebeurtenis in Zweden in 2009 geeft aan dat de heersende ideologieën over verkrachting het voor de slachtoffers vaak moeilijk maken om normaal verder te leven. Een bekend voorbeeld is een verkrachtingszaak uit Bjästa. Een meisje van 14 jaar werd verkracht door een jongen van 15 jaar. Ze gaf hem aan, hij gaf alles toe, en dit zorgde er samen met het forensisch bewijs voor dat hij schuldig werd bevonden. Zijn vrienden, en vele anderen, konden echter niet geloven dat een populaire, knappe jongen het ‘nodig zou hebben’ om iemand te verkrachten en begonnen een lastercampagne tegen het meisje via internet. Toen de jongen nog een meisje verkrachtte begonnen ze ook een lastercampagne tegen haar.87 Dit laat goed zien wat voor denkbeelden er over seksueel geweld heersen: wanneer een dader leuk en knap is, zal het meisje het wel zelf gewild hebben. Ook uitdagend gedrag en kledingwijze worden dan gezien als uitlokking.

83 Liza Marklund & Lotta Snickare, Op. cit., 94. 84

Amnesty International publications, Op. Cit. 85

Het Triumviraat, Op. Cit. 86

Amnesty International publications, Op. Cit.

(25)

25 De vrouwen die ervoor kiezen de verkrachting wel aan te geven moeten na hun

traumatische ervaring vaak deelnemen aan een zware rechtszaak, en zijn er dan alsnog lang niet zeker van dat de dader gestraft wordt. In Denemarken worden er ongeveer 500

verkrachtingen per jaar aangegeven. In Noorwegen stijgt het aantal aangegeven verkrachtingen: zo werden er 731 verkrachtingen aangegeven in 2003, tegenover 949 verkrachtingen in 2008. In Zweden is het aantal aangegeven verkrachtingen tussen 1990 en 2010 verviervoudigd. In 2008 werden er meer dan 4000 verkrachtingen van personen boven de vijftien jaar aangegeven.88 Deze statistieken zijn niet goed te vergelijken, omdat de landen niet alleen qua inwonersaantal verschillen, maar ook qua manieren van

misdaadrapportage. In Denemarken en Noorwegen wordt per zaak gerekend, in Zweden per daad. Wanneer een vrouw bijvoorbeeld meerdere keren door een man wordt verkracht, telt dat in Zweden als verschillende verkrachtingen.

In Case closed: Rape and human rights in the nordic countries, een rapport dat

mensenrechtenorganisatie Amnesty International in maart 2010 op de Internationale Vrouwendag uitbracht, beschuldigt Amnesty de Scandinavische landen ervan vrouwen niet goed te beschermen en er niet voor te zorgen dat daders worden berecht voor hun

misdaden.89 Hoewel het aantal aangegeven verkrachtingen per jaar in de Scandinavische landen stijgt, blijft het aantal veroordeelde daders per jaar ongeveer hetzelfde. In

Denemarken leidt ongeveer 20% van de aangegeven verkrachtingen tot een veroordeling, tegenover 12% in Noorwegen. In Zweden leidt 20% van de aangegeven verkrachtingen tot een rechtszaak, maar er bestaan geen statistieken over hoeveel daders uiteindelijk

veroordeeld worden.90

Verkrachting is al eeuwenlang strafbaar in Scandinavië, in eerste instantie om de eer van het slachtoffer en de familie te beschermen. Tegenwoordig is de wet meer gericht op de fysieke en mentale veiligheid van het slachtoffer. De wetgeving in Scandinavië verschilt op een aantal vlakken met de internationale wetgeving omtrent verkrachting. In Denemarken krijgen getrouwde vrouwen minder bescherming wanneer zij door hun eigen man zijn verkracht. Seks zonder toestemming met een lichamelijk of geestelijk hulpeloos slachtoffer binnen het huwelijk wordt niet strafbaar geacht. Wanneer het slachtoffer na de verkrachting met de dader getrouwd blijft, zorgt dat er bovendien voor dat de straf kan worden

verminderd of kwijtgescholden. Wanneer een vrouw zich niet kan verzetten tegen een verkrachting omdat ze slaapt, ziek is, of onder invloed van drugs of alcohol is, wordt de misdaad gezien als seksueel misbruik en dus niet als verkrachting.91 De straf daarvoor is maar half zo zwaar. Noorwegen en Zweden zien dit overigens wel als verkrachting.

In Noorwegen, Denemarken en Zweden is de politie verplicht elke aangifte van verkrachting te onderzoeken, zelfs als het slachtoffer zich later terugtrekt. Ook anderen dan het

slachtoffer kunnen een verkrachting aangeven.92 Uit verschillende onderzoeken blijkt dat het politieonderzoek naar verkrachtingen in Scandinavië vaak niet goed wordt uitgevoerd. Ondervragingen van de verdachte worden niet voldoende uitgevoerd, en wanneer de

(26)

26 verdachte beweert dat het een seksuele daad met toestemming was, wordt de plaats van het delict vaak niet eens onderzocht. In Noorwegen wordt slechts de helft van de plekken van misdaad onderzocht. Het feit dat verkrachtingszaken moeilijk te onderzoeken zijn en vaak niet tot een rechtszaak leiden, draagt er wellicht aan bij dat agenten niet gemotiveerd zijn om het onderzoek goed uit te voeren.93 Ook de omgang met de slachtoffers verloopt niet altijd zoals het zou moeten. Slachtoffers moeten respectvol en voorzichtig behandeld worden, maar in sommige gerapporteerde gevallen gebeurt juist het tegenovergestelde: In Denmark there have been reports of women being asked about their sexual preferences, infidelity, clothing and sexual behaviour and of police officers commenting on the woman’s behaviour prior to the rape, blaming her for the course of events. Some women have been questioned without the necessary privacy, for example with the door to the police office left open.94

Onderzoek heeft verder getoond dat politieagenten in Denemarken en Zweden bepaalde

verwachtingen hebben over een geloofwaardig slachtoffer. Jonge en dronken vrouwen worden vaak niet geloofwaardig gevonden, waardoor verkrachtingen binnen relaties en

verkrachtingen bij afspraakjes in meerdere gevallen niet als geldig worden beschouwd.95 Op

die manier zorgen vooroordelen tegenover de slachtoffers ervoor dat ze niet goed worden geholpen. Opvattingen over mannelijke en vrouwelijke seksualiteit belemmeren zo het recht van de slachtoffers op hulp en gelijke behandeling. Het slachtoffer verandert dan in de ogen van anderen in de aanstichter van het misdrijf.

Met dit overzicht van de ontwikkeling van de Noordse misdaadliteratuur en de geschiedenis

van de emancipatie, de statistieken en de wetgeving in Scandinavië hoop ik een beeld te hebben gegeven van de Scandinavische cultuur en houding tegenover seksueel geweld. Met deze achtergrondinformatie in het achterhoofd kan nu worden gekeken naar de

representatie van seksueel geweld in de Scandinavische misdaadliteratuur. Daarbij kijk ik of de denkbeelden die daarin naar voren komen gekoppeld kunnen worden aan specifiek Scandinavische opvattingen, normen en waarden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Uit het onderzoek komt naar voren dat de bewijsproblemen rond de kennelijke leeftijd zijn opgelost omdat vervolgd wordt voor bezit, vervaardigen of versprei- den

> breng zoveel mogelijk zaken mee waarop eventuele sporen van de pleger gevonden kunnen worden, indien mogelijk in een papieren zak: de kledij die je droeg tijdens het

Een van deze belemmeringen is van financiële aard: wanneer slachtoffers van seksueel geweld alvorens weten of verwachten dat er kosten verbonden zijn aan het verkrijgen

o Privacy: Wanneer persoonlijke aantekeningen zijn gemaakt (het kan hier bijvoorbeeld gaan om de signalering / registratie van vage signalen. Over een langere periode kunnen

Vanuit de gevoelde urgentie om het slachtoffers van seksueel misbruik zo gemakkelijk mogelijk te maken het voorval te melden en hulp te zoeken, vormen de ministeries

2.1.3 De organisatie stelt vast in welke overleggen 1 het thema seksuele ontwikkeling, grensoverschrijdend gedrag en seksueel misbruik onderdeel van de agenda is en stelt vast

Ik dank professor Manu Keirse, voorzitter van onze Interdiocesane Commissie voor de Bescherming van Kinderen en Jongeren, en via hem allen die ons geholpen hebben.. Ik

Dit heeft ertoe geleid dat we hebben gekozen voor Limburg, waar de GGD trekker is, en geen ziekenhuis betrokken is; Amsterdam, waar geen CSG is, maar wel een vorm is gevonden