Korte samenvatting van bijeenkomst met buurtbewoners B.P. Florapark d.d. 24 juni 2014.
Aanwezig:
Buurtbewoners:
Zie bijgevoegde lijst;
Grontmij:
Mariska van Oosterhout;
Dirk Gijsbers;
Gemeente Asten:
Jan–Willem v.d. Mark;
Ger Groenen
Opening.
De heer Groenen stelt de aanwezigen van de Grontmij en de gemeente voor.
Vervolgens wordt aangegeven dat tijdens de bijeenkomst over voorontwerp
bestemmingsplan in januari 2014 afgesproken is dat als het beeldkwaliteitsplan in concept gereed zou zijn een nieuwe bijeenkomst zou worden gehouden.
Toelichting beeldkwaliteitsplan en inrichtingsplan parkzone
De heer Gijsbers geeft een korte terugblik over de panvorming tot nu toe. Omdat uit de inspraakreacties is gebleken dat de buurtbewoners veel waarde hechten aan de inrichting van de parkzone heeft het college besloten de inrichting voor zover mogelijk naar voren te halen en hiertoe een inrichtingsplan te laten opstellen, waarbij wordt uitgegaan van een optimale afschermende werking van toekomstige bedrijfsbebouwing. Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de inhoud van het beeldkwaliteitsplan.
Mevrouw Van Oosterhout geeft een uitgebreide toelichting op het inrichtingsplan van de parkzone. Zij geeft aan dat de parkzone meerdere doelen dient, te weten:
-waterberging;
-parkachtige omgeving;
-afscherming van bedrijvigheid;
-natuurwaarden en biodiversiteit.
Vervolgens wordt nader ingegaan op de hoogteligging t.o.v. de gemiddelde hoogste en laagste grondwaterstand. Dit is van belang om te voorkomen dat de toekomstige beplanting te nat komt te staan (60 cm wortelzone).
Aangegeven wordt hoe het oorspronkelijke inrichtingsplan is aangepast (extra bomen en struiken op open plekken) om nog een extra afschermende werking te creëren.
Het inrichtingsplan voorziet in de volgende aanplant:
-zwarte els;
-gewone berk;
-zomereik;
-treurwilg;
-liguster.
Voor de genoemde bomen is gekozen omdat deze geschikt zijn voor een vochtige bodem.
Voor de aanvulling met liguster is gekozen omdat deze groenblijvend is zodat ook in de winterperiode een afschermende werking van de beplanting wordt bereikt. Tevens is deze interessant voor kleinere vogels en insecten.
De bodem zal worden ingezaaid met een kruidenvegetatie voor kleine zoogdieren en insecten.
Van de genoemde aanplant en de voorgestelde vegetatie worden beelden getoond in diverse groeifases.
Het fiets/wandelpad over de bodem van de parkzone is naar aanleiding van eerdere opmerkingen van de buurtbewoners nu voorzien in asfalt in plaats van de eerder voorgestelde halfverharding.
Vervolgens worden visualisaties getoond van de voorgestelde inrichting van de parkzone vanuit de huisnummers Stegen 58, 64, 68 en 72. Hiermee wordt de afschermende werking van de beplanting zoveel mogelijk benaderd.
Reacties en vragen buurtbewoners
Vanuit de buurtbewoners worden tijdens en na de presentatie van het inrichtingsplan de volgende opmerkingen gemaakt:
- er wordt sterk getwijfeld aan de afschermende werking. Hierbij wordt gewezen op het feit dat het vele jaren zal duren voordat de aanplant zodanig groot is dat
afscherming optimaal is en dat er tijdens de wintermaanden nauwelijks sprake is van afscherming omdat de bomen dan kaal zijn. Hierbij wordt ook verwezen naar het Koningsplein waar in het verleden voor veel geld volwassen bomen zijn geplaatst.
Mevrouw Van Oosterhout geeft aan dat door de keuze van de liguster ook in de wintermaanden sprake is van afscherming omdat deze tijdens de wintermaanden groen blijft. Verder wordt aangegeven dat er bij inrichtingsplan vanuit wordt gegaan dat niet alleen jonge aanplant wordt gebruikt, maar dat ook bij eerste aanplant middel grote en grote exemplaren zullen worden gebruikt. Hiermee wordt bereikt dat er al direct sprake is van enige afschermende werking. Bovendien herstellen jonge bomen zich sneller en is bij grotere bomen de kans op inboet (niet aanslaan) ook hoger
De heer Groenen wijst erop dat de vergelijking met de bomen op het Koningsplein niet geheel terecht is. Daarbij ging het maar om een gering aantal exemplaren. Bij de inrichting van de parkzone gat het echter om een groot aantal bomen waarvan in alle redelijkheid niet kan worden verwacht dat hiervoor allemaal volwassen
exemplaren worden gebruikt.
- Gevraagd wordt of bomen die doodgaan worden vervangen. Toegelicht wordt dat dit vooral in de eerste twee jaren kan optreden. Met de aannemer die de parkzone zal aanleggen, zullen te zijner tijd afspraken gemaakt worden over de vervanging van bomen die niet aanslaan.
- Een van de buurtbewoners (stegen 72) geeft aan liever juist geen hoge bomen in de nabijheid te willen omdat daarmee de lichtval in de woonkamer wordt beperkt.
Tevens wordt aangegeven dat een gebouw met de voorgestelde afmetingen zonlicht weg neemt. De avondzon staat aan de voorzijde van de woning dusdanig laag dat er dan geen zonlicht meer binnenkomt. De bewoner geeft aan op de hoogte te zijn van de schaduwwerking ’s avond om circa 8.00 uur.
- de buurtbewoners geven aan dat de gemeente onvoldoende rekening houdt met de inbreuk die door de komst van een bedrijventerrein wordt gemaakt op hun
leefomgeving. Ondanks de nu gepresenteerde plannen zal men in de toekomst geconfronteerd worden met hoge bedrijfsloodsen die het uitzicht bepalen. Dit zal afbreuk doen aan de landelijke uitstraling die de huidige woonomgeving heeft. Men zou de buurtbewoners tegemoet kunnen komen door een lagere bouwhoogte toe te staan en de kavels die het dichtst bij de woningen aan de Stegen liggen laten vervallen.
Vanuit de gemeente wordt aangegeven dat niet kan worden ontkend dat de
omgeving als gevolg van de komst van het bedrijventerrein zal veranderen. Er wordt op gewezen dat de gemeente zich dat ook vanaf het begin van de planvorming heeft gerealiseerd en hiermee al vanaf het begin van het planvormingsproces rekening heeft gehouden. Het verschil in bouwhoogtes en de ligging en inrichting van de parkzone zijn duidelijke aspecten waaruit dit blijkt. De gemeente had ook kunnen kiezen voor andere oplossingen die financieel veel voordeliger zouden zijn.
Er moet echter ook een bedrijventerrein worden gerealiseerd dat voldoende bouwmogelijkheden biedt voor bedrijven. De voorschriften gaan uit van een maximale bouwhoogte van 12 meter. Om de gevolgen voor de buurtbewoners te beperken bedraagt de maximale bouwhoogte van de dichtst bij de bebouwing gelegen kavels 8 meter. Daarnaast is in het beeldkwaliteitsplan voorgeschreven dat de hallen in grijstinten (details in warme aarde tinten) worden uitgevoerd en er dus geen schreeuwende felgekleurde ‘dozen’ mogen komen. De gemeente is van mening dat dit tezamen een redelijk compromis is tussen de belangen van de bedrijven en de belangen van de buurtbewoners.
Verder wordt erop gewezen dat het laten vervallen van kavels grote financiële
gevolgen heeft, zodat dit niet zomaar kan worden toegezegd. De heer Groenen geeft aan dat er nog eens zal worden gekeken of zodanige aanpassingen mogelijk zijn die enigszins aan de wensen van de buurtbewoners tegemoet komen zonder dat dit leidt tot onaanvaardbare financiële gevolgen. Hij benadrukt hierbij nogmaals dat
financiële opbrengstmaximalisatie van het plan voor de gemeente nooit een doel is geweest.
- Aan de buurtbewoners wordt gevraagd of het hen zou helpen als een aantal bomen uit het inrichtingsplan wordt vervangen door extra ligusters omdat die groen blijven, maar aangegeven wordt dat daar op zich geen behoefte aan is.
- Met betrekking tot het voorstel met de kruidenvegetatie wordt gevraagd of er wel met een meerjarig kruidenmengsel wordt gewerkt. Op een andere locatie in het dorp was dit namelijk niet gedaan en daar merkte je dat recreanten de bloemetjes plukten waardoor er na een jaar alleen nog maar gras over bleef.
- De bewoners van de panden Stegen 80 en 82 geven dat de komst van het
bedrijventerrein ook inbreuk maakt op hun leefomgeving. Gelet op het antwoord van de gemeente hierover in de inspraaknota is de gemeente zich blijkbaar hier niet van bewust. Men vraagt om voortaan ook voor dit soort bijeenkomsten te worden
uitgenodigd.
De heer Groenen geeft aan dat de gemeente van menig is dat de bewoners van de panden aan de Stegen gelegen tussen de Floralaan en de N 279 het meeste invloed zullen ondervinden van de voorgenomen ontwikkeling. De N 279 vormt naar zijn mening een dusdanige grens dat de invloed van het toekomstige bedrijventerrein voor de woningen aan de oostzijde beperkt is. Hij zegt toe dat de gemeente nog eens zal kijken of dit standpunt moet worden bijgesteld. Vooralsnog wil hij de uitnodigingen voor deze bijeenkomsten beperken dat de aangegeven groep.
- De buurtbewoners geven aan dat zij graag enige tijd krijgen om op de
gepresenteerde plannen te reageren. Tevens wordt gevraagd om toezending van het beeldkwaliteitsplan en het inrichtingsplan voor de parkzone. Ook wordt gevraagd om een standpunt van de gemeente over de ingebrachte suggesties alvorens de
planprocedure wordt voortgezet.
De heer Groenen geeft aan dat de plannen aan de aanwezigen per e-mail zullen worden toegezonden. Hij wijst erop dat het niet gaat om een formele inspraakronde, maar om te bezien of door de inbreng van de buurtbewoners de plannen kunnen worden verbeterd. Hij merkt hierbij op dat de gemeente hierbij steeds een
belangenafweging moet maken, zodat niet mag worden verwacht dat alle suggesties
kunnen worden overgenomen. Hij stelt de buurtbewoners in de gelegenheid om uiterlijk tot 15 juli a.s. te reageren op de plannen. Dit kan individueel of gezamenlijk.
Tevens wordt toegezegd dat de gemeente op de suggesties zal reageren alvorens het (ontwerp)bestemmingspan verder in procedure wordt gebracht.
- De buurtbewoners spreken hun twijfels uit over het feit of de gemeente wel een goed inzicht heeft in de behoefte aan nieuw bedrijventerrein. Hierbij wordt verwezen naar de pas onlangs opgestarte behoefte-inventarisatie. Hierbij zouden ook bedrijven van buiten de gemeente zijn benaderd, waardoor er getwijfeld wordt aan het feit dat de gemeente alleen bedrijventerrein ontwikkelt voor bedrijven afkomstig uit Asten en/of Someren. Tevens worden er vraagtekens gezet of de bedrijven bereid zijn vele jaren te wachten als beroepsprocedures moeten worden doorlopen.
De heer V.d. Mark geeft aan dat de gemeente al sedert jaar en dag de vraag van ondernemers naar bedrijventerrein registreert. Regelmatig wordt deze
behoefteregistratie geactualiseerd. De behoefte-inventarisatie waarop door de buurtbewoners wordt gedoeld moet in dit licht worden gezien en staat in principe los van de ontwikkeling van het nieuwe bedrijventerrein. Verder wijst hij erop dat tussen de gemeente Asten en Someren afspraken zijn gemaakt over de herinrichting van bestaande en de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen. Het feit dat enkele grotere Astense bedrijven zich gaan vestigen in Someren past binnen deze
afspraken. Verder wordt ten stelligste ontkend dat de gemeente buiten de gemeente Asten en Someren actief bedrijven werft. Dit past niet binnen de regionale afspraken die hierover zijn gemaakt en zou in strijd zijn met het provinciaal beleid. Verder wijst hij erop dat de gemeente zeer zorgvuldig wil omgaan met de uitgifte van nieuw bedrijventerrein en het uitgiftebeleid er niet op gericht is zo snel mogelijk bedrijventerrein te verkopen. Bij de planvorming is er dan ook rekening mee gehouden dat het nieuwe bedrijventerrein meerdere jaren in de behoefte moet voorzien.
Planning
De heer Groenen geeft aan wat de planning is voor de verdere voortgang. Er wordt van uit gegaan dat het ontwerp bestemmingsplan in de eerste helft van september kan worden gepubliceerd. Vaststelling zou in de raadsvergadering van februari 2015 moeten plaats vinden.
Afsluiting
De heer Groenen concludeert dat uit deze bijeenkomst blijkt dat de buurtbewoners zeer kritisch zijn over de plannen van de gemeente. Men blijft van mening dat de gemeente te weinig rekening houdt met hun belangen. Hij zegt toe dit signaal door te geven aan het gemeentebestuur. Verder wordt gevraagd om uiterlijk 15 juli te reageren op nu
gepresenteerde plannen. Dit kan individueel of gezamenlijk.
Verder dankt hij de aanwezigen voor hun inbreng.
Bijlage: lijst aanwezige buurtbewoners
