Geachte heer, mevrouw,
Hierbij informeren wij u over het door ons vastgestelde aanwijzingsbesluit lachgasverbod uitgaansgebied.
Op 9 september 2020 is de nieuwe Algemene Plaatselijke Verordening Groningen (verder APVG 2021) door uw raad vastgesteld. Daarin is na een amendement daarvoor een nieuwe APV bepaling (2:50a) opgenomen m.b.t.
lachgas. Dit artikel kent 2 situaties:
-verbod voor de hele stad voor recreatief gebruik en bezit van lachgas indien dit zorgt voor aantoonbare overlast;
-aan te wijzen gebieden waar op voorhand geoordeeld is dat er sprake is van overlast, daar geldt het verbod zonder dat aangetoond hoeft te worden dat er op dat moment sprake is van overlast.
Ook ligt er een wetsvoorstel om de verkoop van lachgas voor recreatief gebruik o.g.v. de Opiumwet te verbieden door plaatsing op lijst II. Het ministerie van VWS is voornemens het voorstel op korte termijn naar de Tweede en Eerste kamer te sturen. Het besluit zal naar verwachting in de loop van 2021 in werking treden. Omdat dit onzeker is vinden wij het van belang op dit moment dit aanwijsbesluit te nemen. Daarnaast is het zo dat met de aanpassing van de Opiumwet de verkoop en het bezit van lachgas strafbaar wordt en het gebruik niet. De bepaling in de APV ziet (voornamelijk) op het tegengaan van hinder als gevolg van lachgas. Deze bepaling zal aanvullend aan de Opiumwet geldigheid behouden.
Wij hebben besloten het kernuitgaansgebied van Groningen aan te wijzen waar het verboden is recreatief lachgas te gebruiken en het daarvoor in bezit hebben tijdens de avonduren en nachtelijke uren (tussen 21.00 en 09.00 uur).
In samenspraak tussen gemeente en politie is nagegaan in welke gebied er
Onderwerp Aanwijzingsbesluit lachgasverbod uitgaansgebied
Steller G.H. Urban
De leden van de raad van de gemeente Groningen te
GRONINGEN
Telefoon (050) 367 76 45 Bijlage(n) Onskenmerk
Datum 21-04-2021 Uwbriefvan Uwkenmerk -
Bladzijde 2
sprake is van structureel en permanent aanwezige overlast door
lachgasgebruik. In het bepaalde gebied is er sprake van veel zwerfafval in de vorm van ampullen en ballonnen en is er sprake van overlast van jeugdigen op straat tijdens het uitgaansleven, in combinatie met lachgasgebruik. Het lachgas wordt veelal bij een avondwinkel of een ander verkooppunt
aangekocht en in de openbare ruimte gebruikt. Daarbij staan vaak voor of in de directe nabijheid van een verkooppunt grote groepen personen die lachgas inhaleren uit een ballon, te midden van het overige uitgaanspubliek. Er worden daarbij door de politie regelmatig onveilige situaties geconstateerd, waarbij jongeren ‘out’ gaan na lachgasgebruik.
Het bepaalde gebied is een drukbezocht uitgaansgebied, waarbij er al veiligheidsmaatregelen worden genomen, zoals het opleggen van verblijfsverboden, er is sprake van een alcoholverbod op straat en er is
cameratoezicht in het gebied. Daarbij past gelet op het bereiken van een veilig uitgaansklimaat, het aanwijzen van het gebied waarmee overlast door lachgas kan worden tegengegaan.
Door dit aanwijsbesluit is bepaald dat in dit gebied er aantoonbaar en structureel sprake is van overlast door lachgasgebruik, waardoor per situatie niet hoeft te worden aangetoond dat dit lachgasgebruik gepaard gaat met overlast of andere gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- of leefklimaat nadelig beïnvloeden of anderszins hinder veroorzaken. In de rest van de gemeente kan er eveneens worden opgetreden tegen gebruik en bezit van lachgas, maar daar moet per situatie worden vastgesteld dat er sprake is van overlast.
Door het aanwijzen van het gebied is het niet verboden om lachgas te kopen of bij zich te hebben als dat niet is voor recreatief gebruik. Verkoop als zodanig is ook niet verboden. Ook in het aangewezen gebied kan de verkoop van lachgas voor de meer gebruikelijke doeleinden gewoon doorgaan en de verkoop voor recreatief gebruik is toegestaan. Dit wordt wel verboden op het moment dat het verbod o.g.v. de Opiumwet in werking treedt. Bezit van lachgas, niet voor direct gebruik, is niet verboden.
Het besluit zal in werking treden op het moment dat de nachthoreca (cafés, bars) weer open mag in het kader van de corona maatregelen. Dit in het kader van het overlastbeeld in relatie tot het uitgaansleven en de proportionaliteit van het besluit.
Aan het besluit zal de nodige aandacht worden besteed door bekendmaking via de gebruikelijke kanalen en door actieve communicatie over de inhoud van het verbod. Handhavend optreden zal gebeuren door de politie. Eerder is
Bladzijde 3
al met horecabedrijven en Koninklijke Horeca Nederland (KHN) gesproken over de invloed van lachgasgebruik op het uitgaansklimaat. KHN is daarom hierover reeds geïnformeerd.
We gaan ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
burgemeester en wethouders van Groningen,
burgemeester, secretaris,
Koen Schuiling Christien Bronda
Deze brief is elektronisch aangemaakt en daarom niet ondertekend.
