• No results found

houtimpregneerbedriif blootstelling

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "houtimpregneerbedriif blootstelling"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kosten-effectieve beoordeling van

blootstelling aan chroolrl- en

arseen-zouten b¡¡ medewerkers van een houtimpregneerbedriif

F.

Jongeneelenl

Samenvatting

Doo¡ een goede afweging te maken van de informatieve waarde van beschikbare persoonlijke meetmethoden voor blootstelling op de werkplek èn door een optimale studieopzet te gebruiken, kan een kosten-effectieve aanpak worden bereikt. Een dergelijke benadering werd gevolgd in een houtimpregneerbedrijf, waar met anorganische arseen- en chroom (6'-zouten wordt gewerkt. Er wordt getoond dat aan de hand van slechts 12 urine-monsters eenduidig kon worden vastgesteld dat de werkplek voldoet aan de biologische grenswaarde.

lnleiding

De arbeidshygiënische dienstverlening

wordt

evenals de dienstverlening van arbodiensten meer en meer beoor- deeld op kosten-effectiviteit. Steeds vaker

wordt

aange- drongen op een effectieve aanpak van een vraagstuk. De arbeidshygiëne is eenjonge discipline.

Er

is

tot

nu toe

nauwelijks

aandacht besteed aan het ontwikkelen van kosten-effectieve arbeidshygiënische dienstverlening.

Slechts

bij

het periodiek meten van de concentratie

in

de werkplekatmosfeer ís er enige statistische theorievorming die gebruikt kan worden

bij

het optimaliseren van de meetinspanning. Een ander aspect van kosten-effectiviteit omvat een goede afweging van ile informatieve waarde van de blootstellings-parameter

in

verhouding

tot

de te leveren meetinspanning. Hiervan wordt

in dit artikel

een praktisch voorbeeld gegeven.

Het

betreft een houtimpregneerinrichting. Hout kan ver- duurzaamd worden door het te impregneren met metaal- zouten (cct-zouten). De werkzame stoffen

in

ccA-zouten

zijn

anorganische koper-, chroom- en arseen-verbindingen (Cu,Cr en As =

ccl).

Arseenzuur en chroom(ut)trioxide

zijn

ingrediënten van het impregneermiddel. Het

zijn

kanker- verwekkende stoffen die op de szw-lijst staan (P 187,

1e94).

In dit

industriële impregneerbedrijf wordt het

bestrij-

dingsmiddel als waterige oplossing

in

het hout geperst

in

gesloten stalen ketels. Op een

lorry wordt

de lading hout

in

de ketel gereden en deze wordt afgesloten.

fijdens

het voor-vacuüm wordt de ketel gevuld met de impreg'neer- oplossing en onder

druk

wordt het middel

in

circa 2 uur

in

het hout geperst. Na het wegrìemen van de

druk

is er een rustperiode van 30 minuten. Na het slot-vacuüm van 45

minuten

worclt de ketel geopend en de

lorry

naar

buiten

gereden.

Ondanks voorschriften voor arbeidshygiënische werkpro- cedures en persoonlijke beschermingsmiddelen is er

bij

het uitvoeren van de impregneer-behandeling blootstel-

ling

van werknemers mogelijk; de grondstoffen worden

1. IndusTox Consult, Nijmegen, teI. 024-3528842, fax 024-3540090, e-mail: F.Jongeneelen@inter.nI.net

to

Summary

By weighing the exploratory means of available personal monito- ring methods to assess occupational exposure and using a proper study desigl, a cost-effective approach can be applied in asses- sing occupational exposure. An example of such a study design was used in a timber impregnating facility in which workers are handling anorganic arsenic and chromiu#6*)salts. Using only 12 samples of urine, compliance to the biological exposure limit was demonstrated.

Trefw oorden : biologische monitoring, chroom, arseen, arbeidshygiëne, houtu erduurzaming.

vanuit

vaten overgebracht en gemengd. Tijdens het

im-

pregneerproces is de ketel gesloten, maar na de impreg- neerbehandeling

bij

het

uitrijden

van de

lorry, bij

het ont- doen van de sjorbanden

en/ofbij

het verplaatsen van de lading met de heftruck is blootstelling enlof direct contact mogelijk. Verder staat er

altijd

een bepaalde voorraad geïmpregneerd hout op het erf.

In

principe is er blootstel-

ling

mogelijk door:

-

Inademing van damp of aerosol van het impregneer- middel;

-

Opname

via

de huid. Van de oplosbare Cr6'-verbindin- gen en arseenzuur is aangetoond dat zij door de

huid

kunnen dringen;

-

Indirecte blootstelling kan plaats

vinilen

doordat ver-

vuild

stof

in

de mond gebracht wordt (bijv. kauwgom eten, eten met vuile handen, roken met

vuile

handen etc.);

Impregneerbedrijven zijn kleine bedrijven waar de arbeidshygiënische know-how vaak ontbreekt. Het onder- havige

bedrijf vervult

een voortrekkersrol

bij

het verbete- ren van de impregneerinrichting en -techniek

uit

oogpunt van milieubelasting en arbeidshygiëne. De vraagstelling van de bedrijfsleiding was:

in

welke mate is er sprake van blootstelling van werknemers aan ccA-zouten.

Dit

werd vertaald naar de de volgende doelstelling: stel een kosten-effectief onderzoeksplan op voor het vaststel- len van blootstelling aan ccA-zouten van werknemers en voer

dit uit.

Overwegingen en keuze van opzet van onderzoek

Chroom- en arseen-zouten

zijn

de meest gevaarlijke com- ponenten van het impregneermiddel. Beide stoffen kun- nen

in

de ademzone van de werknemers worden gemeten volgens NIosH-, respectievelijk tuvx-voorschrift en de con- centratie kan getoetst worden aan de tvtAc-waarde.

Een alternatieve manier van onderzoek is door urineme- tingen. Aan de hand van de metingen van chroom en ar- seen

in

de

urine

wordt de totøIe dagelijkse opname vastge- steld. Opname

via

andere blootstellingsroutes dan inhala-

tie

(bijvoorbeeld:

inslikken

van met handen

in

de mond gebracht stof, huidopname via verontreinigde werkkle-

Tijdschrift

voor toegepaste Arbowetenschap 9 (19961

nr I

(2)

ding) wordt met deze manier van meten meegenomen.

In

de

literatuur zijn

twee

artikelen

beschikbaar over biologi- sche monitoring van Cr en/of As

bij

werknemers die bloot- staan aan ccA-zouten, nÌ. werknemers van een impreg- neerbedrijf (Takahashi et

al.

1983) en

bij

timmerlieden die met ccA-behandeld hout verwerken (Nygren et. al.

7992). Deze

artikelen

tonen de waarde van dergelijke metingen.

Gezien de eenvoud van het inzamelen van urinemonsters t.o.v. de omslachtige en tijdrovende monsterneming van Iucht en de lagere kosten voor het analyseren van urine- monsters

in vergelijking

met luchtmonsters, is het gebruik van biologische metingen

in

deze situatie goedko- per. Aangezien bovendien de dag-tot-dag

variatie

van de urine-concentratie

kleiner

is dan

bij

luchtonderzoek, geeft het resultaat van een éénmalig dwars-doorsnede onder- zoek een beter beeld van de dagelijkse blootstelling. Daar- naast is de werkgever

verplicht

om

bij

het werken met kankerverwekkende stoffen de blootstelling van de werk- nemers te beoordelen én arbeidsgezondheidskundig onderzoek aan werknemers aan te bieden

(zíeP I87, Ministerie

szw, 1994). Met

dit

onderzoek kan een gerichte

invulling

worden gegeven aan het arbeidsgezondheids- kundig onderzoek. Om al deze redenen is gekozen voor metingen

in

urine.

Het

gaat om

vier

personen die

in

contact kunnen komen met ccA-zouten.

Dit

is een

klein

aantal. Door de urinecon- centratie vast te stellen

in

een onderzoeksopzet waarbij zowel toename over de werkweek wordt vastgesteld als referentiemetingen

bij

controlepersonen, kunnen de con- centraties van werknemers vergeleken worden met refe- rentiewaarden. Deze opzet maakt een duidelijke

uit-

spraak over de mate van blootstelling mogelijk.

Uitvoering

Aan het begin en aan het eind van een normale werkweek werden urinemonsters van alle medewerkers verzameld (4 personen, maandagochtend om 7:30

uur

en

vrijdagmid-

dag om 16:30 uur).

In

deze week werd een normale hoe- veelheid hout geïmpregneerd.

Voorafgaand aan het

vullen

van de urinepotjes werden de handen gewassen om de kans op directe

verontreiniging

van urine te verkleinen.

Van een even grote referentiegroep van buurtbewoners, die niet wordt blootgesteld aan ccA-zouten, is één urine- monster per persoon gevraagd.

In totaal

werden

(4*

2) + 4 = 12 urinemonsters verzameld.

In

de urinemonsters

zijn

de volgende concentraties gemeten:

(1)

totaal-chroom;

(2)

de som van anorganisch arseen + monomethylarseen- zuur (utr.le) + dimethylarseenzuur

(llr¡.);

Tabel

l.

Gegevens van onderzochte personen.

(3)

creatinine;

De concentraties van arseen en chroom

zijn

gecorrigeeld voor verdunning van

urine

door te delen door de concen-

tratie

creatinine

in

urine. De concentraties

zijn

daarom

uitgedrukt

als ¡rglg creatinine.

Alle

deelnemers hebben een vragenlijst ingevuld met

wa-

gen over geslacht, leeftijd, roken, recente visconsumptie en werkzaamheden. De gegevens zijn opgenomen

in tabel

1.

Resultaten

7. Arseen

in

urine

Het is bekend dat zee- en schaaldieren aanzienlijke con- centraties organisch gebonden arseen bevatten. De con- sumptie var'zee- ofschaaldieren zou verstorend kunnen werken. Echter, organisch arseen wordt g:rotendeels onveranderd uitgescheiden. Aangezien opgenomen anor- ganische arseen-zouten (As3* enAss*) deels als anorga- nisch arseen, deels als monomethylarseenzuur (MM,c) en deels als dimethylarseenzuur (tlr.A.) worden uitgeschei- den, is de som van anorganisch arseen + MMA + DMA de meest geschikte indicator voor beroepsmatìge opname van anorganisch arseen (Lauwerys & Hoet, 1993).

In frguur

1

zijn

de resultaten van het onderzoek weerge- geven. De urineconcentraties van de controlepersonen lig- gen

in het'normaalgebied'(<

10 ¡rg/g creatinine),

terwijl

de concentraties van de werknemers zowel op maandag als op vrijdag hoger zijn. De Amerikaanse biologische grenswaarde (biological exposure index)

is

50 ¡tg/g creati- nine (e.cctn, 1991) en wordt niet overschreden. Deze biolo- gische grenswaarde komt volgens de best beschikbare gegevens overeen met 0,05 mg/m3 arseen

in

de werkplek- atmosfeer. De Nederlandse tvtac-waarde van opÌosbaar anorganisch arseen = 0,025 mg/mt,

dit komt

overeen met ca. 38 prglg creatinine.

Het verloop van de urineconcentratie over de week is

niet

consistent; de twee werknemers die impregneer-werk- zaamheden verrichten hebben beide een

stijging

van de urineconcentratie, de twee medewerkers met bureau- werkzaamheden laten een daling zien.

Dit

laatste is

niet

conform de verwachting.

Bij

navraag bleek dat de werkne- mers 3 en 4 op de zaterdag vóór de monsterneming een lading hout hadden geïmpregneerd en

in

de week van monstername

uitsluitend

bureauwerk hadden

verricht.

IJrine

van 89 medewerkers van acht cc.+-impregneerbe-

drijven in Hawaii

(usa) is onderzocht op arseen. De ar- seen-concentratie

in

urine bleek een factor 1,5 verhoogd (Takahashi et

al,

1983).

Er

werd echter totaal-arseen gemeten,

dit

is een minder geschikte maat die sterk beïn- vloed

wordt

door organisch arseen

in

de voeding.

In

een

Persoons- leeftijd

roketr code

laatste 3 dagen zeevis gegegeten

funktie

bl1 bt2 bl3 bt4

werknemer 1

werknemer 2

werknemer'3 werknemer 4

ja

nee

ja ja ja ja

49 61 51 o,

nee nee nee nee nee nee

ja, net vóór onderzoek Dee

medewerker medewerker

medewerkster directeur 54

Õtì

nee

la

Tijdschrift

voor toegepaste A¡bowetenschap 9 (19961

nr I

(3)

Concenlratie ln urine (ug/g creat)

*werknt Ow'rkn2 Aw¡rkng 8 w€rkn'' Figuur

anorga mefs (' pefson

Amerikaande BEI ziin aangegeven'

havig onderzoek.

verbindingen.

3.

Sa,menhang van concentratie chroom en arseen Ln urlne

aantal monsters is te

klein

(n = tieve samenhang vast te stellen'

ring

kosten-effectief.

(19e3).

-

n"*ot. Documentation of

tlv's

end snr's' 6th edition 1991'

AcGIH, Cincinâtti (Oh) use'

- ùioi.t"ri.

SoZaWe. Werken met kankerverwekkende stoffen'

P-lli,

tssa,,sDu, Den

Hâas' I

Arseen in urine

21.1 25.4 26.4 Meandag Datum

Chroom in urine

creat)

24.1 26.1 26.4 maandao Datum

2s.4 Vri¡dag

2A.1 vrl¡dae

* w¡rknt + waakn2 .+ w¡rkno + Y'rkn4

Figuur 2. Verloop van de concentratie chroom

in

urine

".ï*"tL"a-"r" orr..

de week en

referentiewaalden

van

;;t"l;;;;";nen.

De bovengrens van normaalwaarden is aangeg€ven.

12

Concentratie in utine (ug/g

cre*l

4 3 2

1

controle- peraonen

wgrknemâra

Tijdschrift

voor toegepaste Arbowetenschap 9 (f9961 nr

I

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Maria Gerbrechta Catharina Van Ketel, daughter of Johannes Andreas Van Ketel and Geertruida Johanna Volkerink, was born on January 30, 1869 in grosthuizen.. Pieter Van Ketel, son

Met de keuze van de brander bepalen we het juiste type brander waarmee we een ketel kunnen uitrusten in functie van zijn eigen- schappen en zijn werking.. Hiervoor mogen we

Installaties waarbij de CV ketel niet ouder is dan 12,5 jaar komen in aanmerking voor het VELO STANDAARD abonnement.. Het VELO STANDAARD abonnement geldt voor een duur van maximaal

“We blijven natuurlijk niet stil zitten want ook volgend jaar gaan we weer op zoek naar nieuwe collega's maar deze zijn binnen!” aldus het projectteam

 Wanneer de ketel ergens wordt ingebouwd dan moet de ruimte zo zijn ontworpen dat er onderhoud gepleegd kan worden en de ketel goed schoon te maken is..  Onderhoud moet

De voorstellen die door diverse partijen zijn gedaan voor het te hanteren warmtapwaterrende- ment onder de Warmteregeling zijn niet strijdig met de resultaten van de veldtesten

Op basis van de antwoorden kunnen we niet alleen de vraag beantwoorden welke eigenschappen goede lokaal bestuurders in het algemeen bezitten, maar ook de vraag welke

Misschien is het niet eens zo slecht dat deze crisis onze muren en torens van zelfvoldaanheid en zekerheid sloopt om voldoende bouwplek te krijgen voor een