• No results found

Robots en het militaire bedrijf: de geschiedenis van de opkomst van de militaire robots en het effect op de huidige en toekomstige oorlogsvoering

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Robots en het militaire bedrijf: de geschiedenis van de opkomst van de militaire robots en het effect op de huidige en toekomstige oorlogsvoering"

Copied!
24
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Robots en het militaire bedrijf

Citation for published version (APA):

Krijnen, M. P. L., & Schippers, J. L. (2009). Robots en het militaire bedrijf: de geschiedenis van de opkomst van de militaire robots en het effect op de huidige en toekomstige oorlogsvoering. Technische Universiteit

Eindhoven.

Document status and date: Gepubliceerd: 01/01/2009 Document Version:

Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at: openaccess@tue.nl

(2)

Scriptie voor het Keuze College Techniek, Vrede en Veiligheid (OA291)

Marijn Krijnen S0494620

Begeleider: Dr. Hans Schippers

ROBOTS EN HET MILITAIRE

BEDRIJF

De geschiedenis van de opkomst van militaire robots en het effect op de huidige en toekomstige oorlogsvoering.

(3)

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 ... 3 Inleiding ... 3 Hoofdstuk 2 ... 5 Definitie ... 5 Hoofdstuk 3 ... 6

Geschiedenis van robots in oorlogen ... 6

3. 1 Luchtrobots ... 6 3.2 Grondrobots ... 10 3.3 Waterrobots ... 11 Hoofdstuk 4 ... 13 Nederlandse Robots ... 13 Hoofdstuk 5 ... 14

De toekomst van robots ... 14

Hoofdstuk 6 ... 16 Voordelen ... 16 Hoofdstuk 7 ... 18 Nadelen ... 18 Hoofdstuk 8 ... 20 Conclusie ... 20 Bibliografie ... 23

(4)

Hoofdstuk 1

Inleiding

ledereen kent films als 'The Matrix', 'Terminator' en 'Robocop', waarin zeer geavanceerde machines een prominente rol spelen in oorlogen en andere gevaarlijke situaties. Ondanks dat dit door de meeste mensen nog gezien wordt als science fiction blijkt in werkelijkheid toch een groot aantal robots gebruikt te worden in oorlogssituaties. De meeste robots worden ook ontwikkeld naar voorbeelden uit de sciencefiction industrie. In huidige gevaarlijke gebieden zoals Irak en Afghanistan is sinds de laatste vijf jaar een groot aantal robots ingezet. In tegenstelling tot de films lijken deze

robots niet op mensen, maar ze doen hun taak goed.

De inzet van robots in gevaarlijke situaties is niet vreemd. Slachtoffers vallen al jaren in oorlogsgebieden, de laatste jaren komèn deze slachtoffers meer naar voren door nieuwe communicatiemiddelen en de verandering van de aard van deze oorlogen. De situaties in Irak en Afghanistan lijken ver weg en interventie door het leger staat nog steeds ter discussie. De dood van een soldaat zo ver van huis wordt door het publiek vaak als onnodig gezien en het gevaar in deze situaties moet opwegen tegen wat er te winnen is. Met de oorlogen in Irak en Afghanistan lijkt deze vraag nog steeds onbeantwoord. Stabiliteit, oorlog tegen terrorisme, bescherming van de rechten

van de

mens,

aanwezigheid van massa vernietiging wapens, dit zijn allemaal redenen geweest om

deze oorlogen te beginnen. De oorlogen hebben tot nu toe de situaties, alleen maar erger gemaakt. Wanneer er echter robots ingezet worden veranderd het kosten/baten plaatje. Voor gevaarlijke situaties wordt een leger robots ingezet. Wanneer deze vernietigd worden, is de kritiek minder

aanwezig, dan wanneer een soldaat om het leven komt. Het lijkt voor zowel de soldaten in de

gevaarlijke regio's als de regering een veiligere oplossing. De grens om ons leger in te zetten in gevaarlijke gebieden wordt lager en dus veiliger.

Het verlagen van deze grens heeft dan ook weer een direct nadeel, wanneer de publieke opinie de inzet van het leger meer gaat tolereren lopen we ook direct het gevaar dat er te gemakkelijk naar deze oplossing wordt gegrepen, terwijl diplomatieke methodes beter zouden kunnen zijn. Daarnaast kan nu iedere soldaat aangesproken worden op zijn keuzes, maar hoe zit het met de keuzes die robots maken. Een robot kan een burger neerschieten, maar wie is er dan verantwoordelijk voor. Moet een robot een soort van opvoeding krijgen waarin normen en waarden worden uitgelegd. De inzet van robots in oorlogssituaties is relatief nieuw, we zullen in deze scriptie daarom ook een poging doen om de toekomst van deze trend uiteen te zetten op basis van hoe de inzet van robots van het begin tot nu heeft plaatsgevonden. Deze uiteenzetting roept een groot deel vooral morele vragen op, die we in onze conclusie zullen proberen te beantwoorden. De inzet van een compleet robot leger komt, ondanks dat het nog niet duidelijk onder het publiek is, steeds dichter bij. Vandaag de dag al worden er honderden precisie aanvallen uitgevoerd door onbemande vliegtuigen in Pakistan en Afghanistan. We kunnen er niet onderuit dat deze trend zich voortzet en dat we daadwerkelijk in de toekomst de eerste robotlegers gaan zien.

(5)

We zullen proberen de volgende vragen te beantwoorden in deze scriptie.

• Hoe ziet het toekomst beeld eruit van oorlogen?

• Wat zijn duidelijke voordelen van het gebruik van robots in oorlogssituaties? • Wat zijn nadelen van het gebruik van robots in oorlogssituaties.?

Maar onze belangrijkste vraag is, is het verstandig om in de toekomst gebruik te maken van robotlegers en waar zullen we dan op moeten letten?

(6)

Hoofdstuk 2

Definitie

Een direct probleem bij de titel robots in oorlogssituaties, doet zich voor in de termen "robots" en "oorlogssituaties". Wanneer spreken we over een oorlogssituatie. Voor de term oorlog alleen is er al niet een precieze definitie. De meest ruime term van oorlog is een "gewapend conflict"(thesaurus), maar ook "strijd tussen twee of meer volken" (van Dale Woordenboek). In dit geval zullen we uitgaan dat een oorlogssituatie een plaats is waar een gewapend conflict gehouden wordt of waar de dreiging voor een gewapend conflict aanwezig is.

Ook de term robot wordt door verschillende bronnen verschillend geïnterpreteerd. De ene bron vindt een robot een "geheel van machines dat op een mens lijkt" (van Dale Woordenboek). Andere definities zijn "Een mechanisch apparaat dat een aantal, vaak complexe, menselijke handelingen op commando of voorgeprogrammeerd kan uitvoeren" (Free online dictionary), of "een mechanisme dat automatisch kan bewegen" (thesaurus). Er is geen consensus over welke machine een robot genoemd kan worden en welke niet, maar over het algemeen spreken we over robots wanneer een mechanisme één of meer van de volgende eigenschappen bezit.

Het mechanisme kan vrij bewegen, beschikt over een aantal controleerbare ledematen, kan zijn omgeving waarnemen en manipuleren en vertoont intelligent gedrag, bij voorkeur reageert het op dezelfde wijze als een mens of dier zou reageren.

Deze definitie is nog steeds aan de interpretatie van de gebruiker onderhevig. Een slimme raket kan ook vrij bewegen, maar deze wordt meestal niet als robot bestempeld. Het Amerikaanse leger echter bestempeld "Iedere machine die automatisch of via een afstandsbediening een gevechtstaak kan uitoefenen die om missies te voltooien en eigen levens te sparen", als een militaire robot. In praktijk wordt de term robot niet vaak gebruikt door het leger, ze hebben de voorkeur om de term onbemand (unmanned) te gebruiken. We zullen ons in deze scriptie beperken tot enkele voorbeelden die over het algemeen wel als robot worden gezien. We zullen echter wel tijdens de geschiedenis enkele ontwikkelingen aanhalen die nog niet direct in de categorie robots vallen, maar die wel direct invloed hebben uitgeoefend op de ontwikkeling van robots. De categorisatie van wat wel een robot en geen robot is laten we over aan de lezer.

In oorlogssituaties maken we daarnaast onderscheid in drie verschillende types van robots. Als we kijken naar deze drie types is er een duidelijke opeenvolging van de voortgang van deze robots. Als eerste werden de luchtrobots in gebruik genomen waar de Unmanned Aerial Vehicle een goed voorbeeld van is. Daarna kwamen de grondrobots die de laatste jaren aan populariteit winnen. In de toekomst zullen er waarschijnlijk ook waterrobots verschijnen die de zeeën verkennen.

(7)

Hoofdstuk 3

Geschiedenis van robots in oorlogen

In de eerste wereldoorlog werd voor het eerst gebruik gemaakt van slimme munitie. Deze munitie is de voorloper van de huidige kruisraket. We laten het aan de lezer of hij raketten beschouwt als

robots of niet. We zullen deze ontwikkelingen in de geschiedenis van robots in oorlogen toch

meenemen, omdat ze een belangrijk gedeelte vormen in de totstandkoming van de huidige robots. Tussen de eerste en tweede wereldoorlog werden een aantal op afstand bedienbare grondvoertuigen ingezet met de Russische Teletank en later door de Duitsers met de Goliath, een

soort van mobiele mijn. De Teletank was een tank die op afstand (maximaal een paar duizend meter)

door radio signalen bestuurd kon worden. De tank is echter nooit op reguliere basis gebruikt. De

goliath is daarentegen een explosief in wielen. Wanneer deze werden ingezet was het vrijwel zeker

dat hij niet terug kwam. Goliaths werden het meest gebruikt als verkenners in mijnenvelden en als

rijdende mijnen voor het uitschakelen van tanks en het uiteendrijven van legers.

Wanneer we het gebruik van slimme raketten niet meenemen kunnen we concluderen dat sinds de het jaar 1960 de interesse naar robots voor oorlogssituaties toegenomen is. In dit jaar werden de eerste onbemande vliegtuigen ontwikkeld die een belangrijk gedeelte van de oorlogsvoering,

gemakkelijker, veiliger en goedkoper maakten. Dit gedeelte was het verkrijgen van informatie, de

kleine snelle vliegtuigjes zijn lastig te zien met het blote oog, kunnen veel meer manoeuvreren, zijn onzichtbaar voor de radar en kunnen zonder risico voor mensen levens ingezet worden in risico gebieden.

Het succes van deze onbemande vliegtuigjes uitte zich over de jaren in meer en meer onderzoek naar

nieuwere technieken. Vooral de laatste jaren heeft de robotica flinke stappen voorwaarts gemaakt.

Dit blijkt onder meer uit het feit dat dit jaar meer piloten voor onbemande vliegtuigen worden opgeleid dan piloten voor normale gevechtstoestellen.

3. 1 Luchtrobots

Wanneer we het over luchtrobots hebben, dan bedoelen we vaak de op afstand bestuurbare vliegtuigjes die in oorlogssituaties worden ingezet, ofwel de onbemande vliegtuigen(UAV). De eerste ideeën voor onbemande luchtaanvallen waren aanvallen met behulp van hete luchtballonnen. In het jaar 1849 gebruikte Oostenrijkers luchtballonnen met explosieven die werden geactiveerd door een timer tegen de inwoners van Venetië. De niet constante en draaiende wind zorgde er echter niet voor dat deze aanval een succes werd, toch wisten enkele ballonnen doel te raken. In 1863, tijdens de Amerikaanse burgeroorlog werd een zelfde aanpak gepatenteerd door de uitvinder Charles Perley. In deze tijd werden mensen met zulke ideeën echter nog versleten voor gek. Men geloofde toen ook nog dat een mens nooit zou kunnen vliegen, deze ideeën werden daarom ook niet

gesteund.

Rond 1883 werd de eerste luchtfoto genomen vanuit een kite vlieger, niet lang daarna zagen verschillende legers het voordeel van deze foto's die waardevolle informatie gaven over troepen

(8)

posities en rond het jaar 1900 werden er regelmatig foto's uit de lucht gemaakt. Deze waren echter nog niet onbemand.

In de jaren 1910 werden de eerste slimme raketten gemaakt. Onder andere door de eerste wereldoorlog was er weer grote vraag naar nieuwe technologische ontwikkelingen om over een langere afstand doelen te kunnen raken. Deze slimme raketten waren gewoon omgebouwde vliegtuigen die een aantal explosieven meenamen en doormiddel van een afstandsbediening of een voorgeprogrammeerde richting zich in een bepaald doel moesten boren. Het succes van deze eerste raketten was twijfelachtig, maar verschillende legers zagen het potentieel van deze ontwikkelingen.

In 1930 was er een echte doorbraak met de Fairey Queens. Het eerste onbemande vliegtuig dat ook

Figuur 1 De Fairey Queens

daadwerkelijk kon terugkeren na een missie. Een standaard Fairey 111 vliegtuig was door de Britse luchtmacht uitgerust met een simpele afstandsbediening, waarmee het vliegtuig op afstand bestuurd kon worden. Ze werden gebruikt als oefen doelen voor de luchtmacht in de training van nieuwe piloten. In 1947 werden ze vervangen door opvolgers [3].

Een paar jaren later zette een Britse acteur, Reginald Denny, in Amerika het bedrijf Radioplane op. In 1934 brachten ze een zeer goedkoop vliegtuig op de markt met als doel deze te verkopen aan het Amerikaanse leger als oefen doelen voor luchtafweergeschut. De eerste demonstratie faalde echter, maar 5 jaar later, werd er toch een werkend exemplaar geleverd en het Amerikaanse leger bestelde een groot aantal van deze RadioPianes. De werking van deze onbemande vliegtuigjes is heel simpel, ze werden de lucht in geslingerd door een katapult en konden daarna weer landen met behulp van een parachute. Ze konden daarom ook zeer goedkoop geproduceerd worden waardoor het ideale oefen doelwitten waren. Interessant feit is ook dat een medewerker van Denny's fabriek, Norma Jean (Marilyn ~onroe), later een beroemde filmster is geworden, nadat een fotograaf van het Amerikaanse leger was uitgenodigd om de fabriek te fotograferen.

Oorlogen dragen vaak extra bij aan ontwikkelingen in oorlogsmaterieel. Tijdens de tweede wereldoorlog werd er weer geïnvesteerd in nieuwe technieken. De Duitsers investeerden veel in de eerste raketten. Dit leidde uiteindelijk tot het Vergelding Wapen 1 (V-1). Een raket dat een voorgeprogrammeerd doel kon raken over een maximum bereik van 250 kilometer. De V-1 was ontwikkeld door het Fieseler Vliegtuigbouw bedrijf en de eerste testvluchten vonden plaats in het begin van 1942. Het duurde echter tot 1944 alvorens de V-1 raketten massaal gebruikt werden, mede door de prijs, problemen en andere prioriteiten in de oorlog. De V-1 raketten konden een lading van 2000 pond meenemen en hadden een maximum snelheid van ongeveer 650 kilometer per uur. Ze konden van zowel vliegtuigen als van de grond afgeschoten worden. Een groot aantal van deze V-l's werd daarom ook vanaf de Nederlandse kust richting Engeland geschoten. Tijdens de

Scriptie voor het Keuze College Techniek, Vrede en Veiligheid (OA291)

I

Geschiedenis van robots in oorlogen

(9)

eerste invasies van Normandië werden deze raket basissen aan de kust zwaar gebombardeerd door geallieerde troepen, daarnaast veroorzaakte de oprukkende troepen dat de afstand voor deze raketten te groot werd om Londen nog te raken, ze werden daarom daarna vooral vanaf vliegtuigen afgeschoten. De V-1 raket bezat een simpele, maar effectieve automatische piloot die de raket in de juiste richting stuurde. De afvuur richting hoefde niet precies te zijn, omdat de raket op basis van een kompas zijn richting kon bepalen. Ondanks de automatische piloot, wist maar een kwart van deze raketten doel te raken. De rest miste doel door effectieve verdediging, problemen met de mechaniek en fouten in de automatische piloot. De impact van deze raketten was groot, omdat Duitsland de raketten inzette tegen burger doelen.

In respons op de Duitse V-1 raket, rustte de Amerikaanse luchtmacht enkele oude PB4Y en B-17 bommenwerpers uit met een afstandsbediening. Deze bommenwerpers werden vol explosieven geladen, waarna een twee koppige bemanning het vliegtuig in de lucht bracht en richting de V-1 basissen in Frankrijk vloog. Vlak voor de kust sprongen deze bemanningsleden uit het vliegtuig waarna dit doormiddel van de afstandsbediening verder vlogen met als doel neer te storten op de basissen. Deze methode was niet succesvol, slechts twee vliegtuigen raakte doel waarvan een niet explodeerde. Het project werd daarom ook snel geschrapt. Het was echter wel de eerste keer dat een onbemand vliegtuig werd ingezet tegen een ander onbemand vliegtuig.

Na de oorlog kwam de raket technologie van de Duitsers in handen van de winnaars. De Russen probeerde de technologie uit te breiden door betere manieren van doelwit bepaling. De Fransen gebruikte de V-1 voor ontwikkeling van een oefen doelwit voor Franse piloten en luchtafweer geschut. De Amerikanen hadden meer interesse in een project voor de V-2 raket, een opvolger van de V-1, die afgevuurd kon worden vanaf onderzeeërs. Dit laatste heeft geleid tot de hedendaagse nucleaire onderzeeërs.

Pas in 1960 met de Vietnam oorlog kwamen er weer nieuwe ontwikkelingen op het gebied van onbemande vliegtuigen. In Amerika begon men met de ontwikkeling van stealth technologie en deze technologie werd toegepast om de onbemande gevechtsvliegtuigen om te bouwen naar vliegende verkenners. Uiteindelijk werd de Ryan Firebee ontwikkeld. Een onbemand vliegtuig dat bijna onzichtbaar was op radar. Het project bleek een groot succes, want ruim vier van de vijf vliegtuigen die ingezet werden om verkenningsvluchten te maken, kon intact terug gehaald worden. De Firebees werden via afstandsbediening radiografisch bestuurd. Wanneer een Firebee een bepaald signaal kreeg of zonder radiosignaal, beschadigd raakte of wanneer de brandstof op

was,

klapte er een parachute open waarmee de Firebee landde. Bij voorkeur werd de Firebee door een helikopter in de lucht opgepikt om schade door de landing te voorkomen

De langzame Firebees waren niet zo succesvol toen ze werden ingezet voor verkenningsvluchten boven Rusland. Nadat enkele waren neergehaald besloot de Amerikaanse CIA een order uit te zetten aan lockheed om een nieuw type UAV te ontwikkelen. Dit type kwam er in de vorm van de D21, een onbemand vliegtuig dat over een speciale vormgeving bezat die detectie door radar onmogelijk maakte en met een snelheid van Mach 4 was de D-21 niet te raken door luchtafweergeschut. Na vier gefaalde testvluchten werd het project stopgezet, maar de kennis die daarmee werd opgedaan is verwerkt in de huidige stealth vliegtuigen.

(10)

- - - -- -- - -

-In 1970 kocht lsrael in het geheim een aantal Ryan Firebees. Ze paste deze aan voor een nieuw doel in de oorlog. Tijdens de oorlog tegen Egypte bleken de Russische SAM mobiele raket lanceerinrichtingen erg effectief in het neerhalen van Israëlische vliegtuigen. De nieuwe onbemande vliegtuigen werden uitgerust met Shrike anti radar raketten en naast verkenningsvluchten werden ze gebruikt als afleidingsmanoeuvre. In 1973 tijdens de Yom Kippur oorlog liet lsrael de Firebees samen met Israëlische bommenwerpers los op Egypte. De Egyptenaren schoten al hun anti vliegtuig raketten op, maar de onbemande vliegtuigen wisten de raketten goed te misleiden. Op dat moment hadden de Egyptenaren geen verdediging meer tegen de conventionele Israëlische vliegtuigen [5].

Daarnaast werd in 1970 een Amerikaans RB-SOG luister vliegtuig neergeschoten boven de Gele zee.

Deze vliegtuigen werden gebruikt om communicatiekanalen af te luisteren. Het verlies van het vliegtuig en de bemanning spoorde de Amerikaanse luchtmacht aan om bij Ryan, de ontwikkelaar van de Firebee, een nieuwe order te plaatsen voor een afluister UAV. Uiteindelijk kwam er de Ryan Special Purpose Aircraft die vanaf 60000 voet foto's kon nemen en over afluister apparatuur bezat [13].

De volgende ontwikkelingen kwam uit lsrael. In 1978 ontwikkelde een bedrijf in lsrael de scout. Een goedkoop onbemand vliegtuig dat zijn video data direct verstuurde naar een hoofdkwartier, waardoor actuele informatie altijd beschikbaar was. De eerste inzet van deze scouts gebeurde in de oorlog tegen Syrië waarbij ze gebruikt werden om de luchtafweer plaatsen van de Syriërs te bepalen en direct te bombarderen.

Verschillende onbemande vliegtuigen werden daarna door hoofdzakelijk Amerika en lsrael ontwikkeld. Een groot aantal hebben ook vreedzame doeleinden zoals de Firebird die wordt ingezet in de bestrijding van grote branden of de PathFinder die milieu gegevens opslaat en op zonne-energie vliegt.

De inzet van deze onbemande vliegtuigen wordt steeds groter. In 2009 werden er voor het eerst meer UAV piloten opgeleid in Amerika dan echte piloten. Een trend die zich op dit moment nog doorzet.

Figuur 2 De Predator MQ-1 UAV, wordt hedendaags vaak gebruikt

Onbemande vliegtuigen worden steeds vaker ingezet op allerlei missies, verkenning, informatie verzamelen, maar ook het uitvoeren van aanvallen.

Daarnaast beschikken de huidige onbemande vliegtuigen over meerdere systemen om ze op afstand te besturen. De beroemde Predator UAV werd vroeger radio grafisch bestuurd, maar om meer bandbreedte en veiligheid in de communicatie te krijgen kan de Predator tegenwoordig met een directe laser verbinding bestuurd worden. Hierbij worden commando's door digitale laser signalen doorgestuurd, wanneer de UAV buiten bereik vliegt schakelt hij over op satelliet communicatie, dat nog iets trager reageert.

Scriptie voor het Keuze College Techniek, Vrede en Veiligheid (OA291)

I

Geschiedenis van robots in oorlogen

(11)

In de toekomst lijkt er een trend te ontstaan naar steeds kleinere onbemande vliegtuigen. Deze zijn niet alleen lastig neer te halen, maar kunnen ook dichter bij de grond vliegen. Het uiteindelijke doel is om een afluister apparaat ter grote van een vlieg te maken die in het hoofdkwartier van de vijand zou kunnen binnen dringen. Mogelijkheden zoals sabotage of zelfs het vermoorden van belangrijke leiders zouden ook gemakkelijker kunnen worden wanneer een klein onbemand vliegtuigje over vergif of een explosief beschikt.

3.2

Grondrobots

Robots die zich over land bewegen komen pas sinds enkele jaren steeds vaker voor. De Russische Teletank en de Duitse Goliath waren de eerste grondrobots die ooit gebruikt werden. De technologie was toen nog zo onbetrouwbaar en duur dat grondrobots ter vervanging van mensen niet effectief was. In 1972 werd de eerste robot voor explosieven opruiming gepresenteerd. Deze robot was niet meer dan een op afstand bestuurbaar karretje dat in staat was om autobommen naar een veilige plaats te slepen. In 1977 kreeg Nederland zijn eerste robot voor de Explosieven Opruiming Dienst.

Deze robot was de zevende versie van de in 1972 gepresenteerde robot, maar bezat al over het

nodige gereedschap om een bom onschadelijk te maken. Pas aan het eind van de

tachtiger jaren werd de

interesse voor grondrobots

weer gewekt in andere

gebieden. Nadat in het begin

van de jaren tachtig vooral in Amerika onderzoek gestart was naar autonome voertuigen. De Tele Operated Vehicle (TOV) was een eerste resultaat van dit onderzoek. Deze kon uitgerust

worden met verschillende Figuur 3, De Duitse Goliath tank

modules voor verschillende

missies. Deze modules waren een mobiliteit module, een verkenning module en een wapen module. In 1987 kwam er een anti tank variant van de Tele Operated Vehicle. Deze kon bestuurd worden met een joystick en zond beelden direct naar een televisie voor de bestuurder. De Tele Operated Vehicle kon als lanceerplatform voor raketten gebruikt worden. De Amerikaanse regering besloot eind 1987 in de INF overeenkomst, het verdrag dat mobiele lanceerinrichtingen voor kruisraketten en atoomraketten verbood, dat er geen wapens op robots zouden worden geïnstalleerd, waardoor beide voertuigen voornamelijk een verkenningsrol kregen [4].

De jaren daarop werd voornamelijk onderzoek gedaan naar het manoeuvreren op moeilijk terrein zoals rotsachtige gebieden of woestijnen, een onderzoeksgebied waar nog steeds grote interesse in is. De Amerikaanse DARPA heeft een aantal jaren geleden nog meerdere wedstrijden gehouden in de Amerikaanse woestijn tussen onbemand voertuigen die een parcours van een aantal kilometers het

(12)

snelst kon afleggen. In oorlogssituaties bleven de robots alleen interessant voor explosieven opruiming. In de laatste twee jaar is het gebruik

van grondrobots echter drastisch toegenomen. De oorlogen in Afghanistan en Irak hebben gezorgd voor een impuls in onderzoek. Dit mede door de omstandigheden in deze gebieden. Er is geen sprake van een open oorlog, waarbij troepen vanuit de lucht gevolgd kunnen worden, maar vijandelijke troepen houden zich op in grotten en bergen. Daarnaast wordt er meer gebruik gemaakt van zelf geïmproviseerde

explosieven om aanslagen te plegen. Een Figuur 4, de TalonSword robot in verschillende

voorbeeld in Afghanistan is dat veel grotten uitvoeringen

voorzien zijn van boobytraps. Legers zetten daarom robots in als verkenner, mocht de robot veilig in en uit de grot rijden dan kunnen de militairen de grot veilig verkennen. In Irak zijn ruim 10000 robots aanwezig, voornamelijk om mijnenvelden en autobommen onschadelijk te maken. Ondanks dat deze robots voornamelijk bommen onschadelijk maken, zijn er ook al verschillende prototypes die uitgerust kunnen worden met wapens. Vaak wordt er een andere module op dezelfde wielbasis gezet. Zoals met de TALON robot of the MATILDA, twee populaire kleine grondrobots en de grotere ACER. Deze robots kunnen uitgerust worden met verschillende modules als de situatie er om vraagt [7]. Al deze robots beschikken over een relatief korte afstand radiografische besturing, waardoor ze door een klein groepje strijdkrachten op een paar 100 meter bestuurd wordt.

Onderzoek is nu vooral gericht op betere bewegingssystemen. In tegenstelling tot de lucht heeft de grond verschillende obstakels die genomen moeten worden zoals rotsen, bergen en rivieren. Nieuwe robots beschikken daarom over flippers die een omgevallen robot weer overeind kunnen zetten of gebruikt kunnen worden om op een steen te klimmen.

Een andere nieuwe robot kan zich voortbewegen als een slang, deze heeft als bijkomend voordeel dat de beweging ook gebruikt kan worden in het water, waardoor obstakels als meren en rivieren geen problemen zijn [5].

3.3

Waterrobots

Robots in het water zijn nog niet gebruikelijk. Dit wordt mede veroorzaak, omdat de huidige oorlogen zich niet afspelen op het water. De schepen van de grote landen, en dan in het bijzonder Amerika dat ruimschoots onverslaanbaar is op het water, die het meest investeren in technologie zijn nog niet in gevaar. De oudste onbemande vaartuigen zijn de torpedo's, de raket voor in het water. Vandaag de dag zijn deze uitgerust met veel technologie waardoor ze bijna automatisch het doelwit kunnen vinden.

Het eerste onbemande militaire vaartuig dat ook terug keerde stamt uit 1950. Dit vaartuig genaamd de 'Cutlet' werd gebruikt om oefen torpedo's uit het water te halen. In de daarop volgende jaren werd er vooral door Amerika geïnvesteerd in onbemande vaartuigen. Ze produceerden enkele robots die door middel van een kabel verbonden waren met een schip waarvan deze werden bestuurd. Ook

Scriptie voor het Keuze College Techniek, Vrede en Veiligheid (OA291)

I

Geschiedenis van robots in oorlogen

(13)

deze robots werden gebruikt om verschillende objecten van de oceaan bodem te halen. Zo werden er in 1966 nog enkele atoombommen van de oceaan bodem gehaald door een robot nadat de bommenwerper die deze bommen vervoerde tegen een ander vliegtuig aan vloog [3].

Amerika is het land dat het meest aan robot ontwikkeling voor militaire doeleinden werkt. Vanaf de tweede wereldoorlog tot nu is de Amerikaanse vloot veruit de grootste in de wereld. Geen enkel ander land kan aan de zeemacht van Amerika tippen, zelfs de gecombineerde vloot van alle Europese Unie landen lijkt een kust patrouille vergeleken bij de Amerikaanse marine. Op grote oceanen is de Amerikaanse vloot nog steeds onverslaanbaar. Het onderzoek in waterrobots stagneerde daarom ook in deze jaren, omdat het voor Amerika onnodig leek en voor andere landen een onmogelijke opgave om iets te ontwikkelen dat de Amerikaanse vloot kon verslaan. De technologie werd steeds meer gebruikt door onderzoekers en industrie om olievelden te vinden en diepzee onderzoek uit te voeren. Vandaag de dag worden waterrobots vooral gebruikt om zee mijnen op te ruimen en om bergingswerkzaamheden te verrichten.

Sinds kort wordt de zee weer gevaarlijker aangezien de meeste landen over grote arsenalen van anti vaartuig raketten beschikt. Ook verschillende zeemijnen die kunnen exploderen op verschillende stimuli of zichzelf kunnen verplaatsen vormen een groot gevaar voor de bemande schepen.

Daarnaast blijkt ook dat ondiepe wateren uitstekend zijn voor oude diesel onderzeeërs om zich in te verstoppen. De superieure technologie van het westen is dan niet meer te gebruiken. De huidige oorlogen worden niet meer op open zee gevochten zoals in de tweede wereld oorlog en dit leidt automatisch naar nieuw onderzoek. Een van die gebieden is het onderzoek naar nieuwe zee robotten die schepen kunnen verdedigen tegen binnenkomende raketten. Nederlandse fregatten beschikken over een wapen dat de Goalkeeper heet. Dit afweergeschut is in staat om meerdere raketten binnen een seconde neer te halen. Of de goalkeeper een robot is hangt af van interpretatie, maar het voldoet wel aan veel voorwaarden binnen de definities gegeven in de inleiding. Onderzoek naar nieuwe robots op zee zit op dit moment weer in de begin fase, waardoor de ontwikkelingen nog allemaal geheim zijn. Echter ideeën als robot moederschepen op de zee die allerlei andere robots met zich meenemen zijn al geopperd. We mogen in ieder geval in de komende jaren ook op nieuwe zee robots rekenen [10].

(14)

Hoofdstuk4

Nederlandse Robots

Ook in Nederland bezit het leger over een aantal robots, waarvan de robots bij Explosieven

Opruimingsdienst van de Koninklijke Landmacht de bekendste is. Nederland beschikt over een aantal

verschillende typen van deze robots. Precieze cijfers over het aantal bommeldingen en het type worden echter niet bekend gemaakt om eventuele zelfknutselaars niet op ideeën te brengen. Er worden gemiddeld 2500 bommeldingen per jaar gedaan. Deze meldingen verschillen van niet ontplofte oefen granaten en verdachte pakketjes. Een groot gedeelte van deze meldingen gaat dus ook aan het publiek voorbij. Ook bezit het Nederlandse leger enkele waterrobots om zee mijnen op te ruimen. Het Nederlandse leger beschikt niet over onbemande vliegtuigen [11].

Voor onbemande vliegtuigen maakt het Nederlandse leger gebruik van verschillende bedrijven in onder andere Amerika en lsrael die deze vliegtuigen maken en desnoods op huurbasis piloten kunnen leveren om de vliegtuigen te besturen. In Afghanistan bijvoorbeeld is een Israëlisch bedrijf ingeschakeld om verkenningsvluchten uit te voeren voor Nederland. Het Nederlandse leger heeft ook een meer verdedigende rol dan een aanvallende rol in de huidige oorlogen, waardoor het gebruik van aanvallende robots niet nodig is, maar aan Amerika wordt overgelaten.

Voor de toekomst worden er samen met TNO en bedrijven als Thales nieuwe robots ontwikkeld. Er wordt bij deze bedrijven onderzoek gedaan naar opvolgers van de huidige explosieven

opruimingsrobots. Dit onderzoek concentreert zich vooral op bewegen over moeilijk begaanbaar

terrein. Details over deze ontwikkelingen zijn onbekend en worden door defensie geheim gehouden.

Scriptie voor het Keuze College Techniek, Vrede en Veiligheid (OA291)

I Nederlandse

(15)

Hoofdstuk 5

De toekomst van robots

Wanneer we van het verleden naar nu gaan kijken zijn de ontwikkelingen vrij duidelijk. De vliegtuigen zijn op dit moment in het verste stadium van ontwikkeling. Daarna volgen de grond en daarna de waterrobots. Herkenbaar zijn vooral de ontwikkelingen die de verschillende types robots achtereenvolgens maken. Waarbij ze in eerst instantie als vernietigingswapen worden ingezet, worden ze later gebruikt in gevaarlijke situaties en daarna als verkenners. De vliegtuigen hebben op dit moment de status bereikt dat ze weer een offensieve taak krijgen, de volgende generatie UAV's zal ook speciaal ontwikkeld zijn om als offensief wapen te dienen en moeten de huidige F-18's, FlS's en Apache helikopters moeten gaan vervangen. Ook wordt er al nagedacht over grote moederschepen die op grote hoogte vliegen en kleine drones lanceren boven doelwitten om deze te vernietigen. De voertuigen daarentegen hebben de taak verkenner bereikt terwijl de eerste offensieve exemplaren verschijnen. Deze offensieve exemplaren zijn eigenlijk nog vaak bom opruiming robots uitgerust met een wapen module in plaats van een robotarm om bommen onschadelijk te maken. In de oorlogen in Afghanistan en Irak worden ze voor het eerst als verkenner ingezet, waarbij deze robots als eerste een huis of grot binnen dringen om te zoeken naar boobytraps. De komende jaren zal echter naast de ontwikkelingen op het gebied van wapens ook veel onderzoek gedaan moeten worden naar beweging. In tegenstelling tot de lucht heeft de grond veel obstakels zoals, bergen, kuilen, rotsen en rivieren. De vaartuigen zijn nog niet verder dan de gevaarlijke situaties. Het zal ook niemand verbazen wanneer de vaartuigen en voertuigen een offensieve rol gaan krijgen in de toekomst.

Ook de industrie heeft de smaak van robots te pakken. De meeste robots worden gemaakt door al dan niet gesubsidieerde bedrijven. De technologie wordt dan ook gebruikt voor het maken van wetenschappelijke robots en robots voor het dagelijks leven zoals de operatierobot of nieuwe productierobots. Het feit dat het Nederlandse leger bedrijven inhuurt voor onbemande vliegtuigvluchten boven vijandig gebied geeft al aan dat er wel degelijk een markt is voor deze bedrijven.

Een doel van de "Defense Advanced Research Projects Agency"(DARPA) in Amerika is om in het jaar 2020 tenminste 30% van het Amerikaanse leger vervangen te hebben door robots. Bij de laatste evaluatie bleek dat dit aantal eenvoudig gehaald zou gaan worden, aan een kant komen er namelijk steeds meer nieuwe robots terwijl de nieuwe technologie er juist ook voor zorgt dat schepen en tanks bijvoorbeeld door kleinere bemanningen bestuurd kunnen worden [6].

Een ander toekomst beeld voor robots is het eigen keuzes maken, ofwel kunstmatige intelligentie. Op dit moment is Samsung een afweergeschut te ontwikkelen om de grens tussen noord en zuid Korea te bewaken. Dit afweergeschut gaat een autonome module bevatten waarbij het geschut dus zelf bepaald of er gevuurd moet worden. Een deel van de wetenschap verafschuwd deze ontwikkelingen terwijl anderen voorvechter zijn van de technologie mits het goed is toegepast. De tegenstanders gaan er van uit dat een robot nooit goed het onderscheidt kan maken tussen een burger en een soldaat. Op dit moment is dat nog waar, maar met kunstmatige intelligentie wordt tegenwoordig al gezichtsherkenning toegepast, dat zou later gebruikt kunnen worden om een wapen

(16)

te herkennen of een soldaat die zijn armen de lucht in steekt ten teken van overgave. Het is dus niet

ondenkbaar dat deze technologie ooit beschikbaar zal worden. We moeten ervan uit gaan dan

uiteindelijk deze technologie gebruikt zal worden. De afkeer van het publiek zal er dan wel voor zorgen dat deze autonome systemen uitvoerig getest zijn. Geen enkel westers leger kan een op hol geslagen robot gebruiken. Nieuws van deze zaken zijn funest voor het gebruik van robots in oorlogsvoering. Mede dankzij het imago dat er op dit moment is [2].

Een derde onderzoek zit in het verbinden van al deze systemen met elkaar. Verschillende legers zijn bezig met informatie zo snel mogelijk op de juiste plaats krijgen, dus het beeld van de lucht verkenner direct bij de soldaat op de grond brengen zodat deze de tegenstander kan zien lopen. Wanneer zowel in de lucht als op de grond robots aanwezig zijn, kan de informatie direct tussen de robots gecommuniceerd worden. Het gebruik van verschillende types robots geproduceerd door verschillende bedrijven maakt dit tot een lastig onderzoek.

Een laatste onderzoek is het ontwikkelen van nanotechnologie. Robots kunnen al veel kleiner

geproduceerd worden doordat er in tegenstelling tot de bemande apparaten geen

besturingssystemen, plaats voor de bestuurder, levenssystemen voor de bestuurder of veiligheidssystemen voor de bestuurder geïnstalleerd moeten worden. Nanotechnologie is nu nog

een toekomstbeeld en praktische robots zijn er nog niet. De hoeveelheid onderzoek die in dit

onderwerp wordt gestoken duidt erop dat die niet veellanger science tietion blijft. Robot insecten zijn er al wel. Er zijn nu nog

alleen prototypes waarbij vooral aansturing nog een probleem blijft, maar in de toekomst kunnen deze apparaatjes gebruikt worden om van dichtbij vijanden waar te nemen en af te luisteren en uiteindelijk misschien uitgerust worden met kleine explosieven waardoor ze kopstukken van de vijand kunnen vermoorden[12].

Figuur 5 Een robot insect ontwikkeld aan de Technische Universiteit Delft

Scriptie voor het Keuze College Techniek, Vrede en Veiligheid (OA291)

I

De toekomst van

(17)

Hoofdstuk 6

Voordelen

Robots worden ontwikkeld en ingezet voor saaie, vervelende en gevaarlijke arbeid. Voor militaire werkzaamheden is vooral het gevaar van belang. Robots kunnen een groot aantal voordelen hebben in legers. Sommige van deze voordelen zijn al gebleken in de afgelopen jaren.

Door de verkenningstechnologie zijn soldaten veel beter voorbereid over wat ze kunnen verwachten.

Een goede voorbereiding maakt een gevaarlijke situatie controleerbaar, waardoor er minder slachtoffers kunnen vallen. In het verleden is toch gebleken dat verkeerde informatie of geen informatie leidt tot het maken van fouten. Het gebruik van robots als verkenners heeft daarnaast ook geleidt tot minder slachtoffers in deze verkenningsvluchten. Ten eerste omdat de piloot op veilige afstand het vliegtuig bestuurt. Ten tweede, omdat er geen piloot in het vliegtuig zit, is veel apparatuur niet nodig, zoals levenssystemen voor de piloot. Het vliegtuig kan daarom veel kleiner en goedkoper gemaakt worden, maar ook manoeuvres uitvoeren die dodelijk zijn voor een piloot. De piloot kan in dit geval gewoon tijdens kantoor uren zijn werk doen en daarna naar huis om te eten.

De huidige predator UAV's in Afghanistan en Irak worden via satelliet vanuit een basis in Nevada aangestuurd. Dit heeft als bijkomend voordeel dat er is op de oorlog locatie veel minder infrastructuur nodig om dit personeel te onderhouden.

In de toekomst kunnen robots ook nog vele voordelen hebben. Robots hebben geen emotie, dit kan een voordeel en een nadeel zijn. Mensen kunnen onder grote druk, zoals het gevaar en te weinig slaap heel anders gaan reageren dan de bedoeling is. Wraak en macht gevoelens komen tijdens gevechten tevoorschijn en leiden vaak naar oorlogsmisdaden, zoals het doden van onschuldige burgers, martelen van gevangen, neerschieten van gewonden. Zeker na het verlies van een kameraad is gebleken dat deze gevoelens bij medesoldaten verdubbelen. Maar ook emoties als compassie zijn niet van toepassing op robots. In de tweede wereldoorlog tijdens de invasie van Normandië schoot 25% van de geallieerde soldaten niet op een Duitser uit medelijden. Nu is dit een betere menselijke emotie, maar deze twijfel kan ook veel menselijke levens kosten [2].

Robots hebben ook superieure vermogens, in Afghanistan zijn al enkele Nederlandse soldaten omgekomen door eigen vuur in onoverzichtelijke situaties. Robots daarentegen zouden dat soort fouten niet moeten maken. Helaas is in het verleden al gebleken dat softwarefouten ervoor kunnen zorgen dat er toch ongelukken gebeuren. In Afrika werden negen soldaten gedood nadat luchtafweergeschut door een software fout op de grond richtte. We moeten ons zeker wapenen tegen deze software fouten, zeker wanneer robots in de toekomst eigen keuzes kunnen maken. Het is echter gebleken dat precisie aanvallen uitgevoerd door onbemande vliegtuigen veel beter uitgevoerd worden dan door een bemand vliegtuig. De aanvallen die Amerika met onbemande vliegtuigen in Pakistan uitvoert, worden wel veroordeeld omdat ze burgerslachtoffers maken, maar de Pakistaanse regering protesteert niet fel, omdat ze bang zijn voor de inzet van F-16's die vele malen onnauwkeuriger zijn.

Massa productie van robots is ook een groot voordeel. Ondanks dat we bijvoorbeeld in Afghanistan aan een vredesmissie werken, voeren we de laatste jaren toch een overwegend aanvallende oorlog.

We moeten namelijk terrein beveiligen tegen invloeden van de vijand die er op dat moment al ingegraven zit. Het Nederlandse leger houdt als duimregel de drie staat tot een regel aan bij

(18)

ingegraven vijanden. Dat betekent dat je minstens drie man nodig hebt om een verdediger uit te

schakelen. Aantallen zijn minstens even belangrijk als tactiek in oorlogsvoering. Robots kunnen in

grote nummers ingezet worden wat elk voordeel van de tegenpartij overbodig maakt. Dit is tevens ook een risico voor de zeemacht van Amerika en dus een van de redenen waarom de Amerikaanse regering het nut van waterrobots is gaan inzien. Wanneer robots in groten getale voor een relatief lage prijs geproduceerd kunnen worden hoeven ze helemaal niet te beschikken over technologie om de robot in leven te houden. Ze kunnen gewoon met actieve sonar naar bijvoorbeeld een onderzeeër

zoeken. Met actieve sonar zoeken in de zee is hetzelfde als met een zaklamp zoeken in een donkere

kamer. Je kunt veel eenvoudiger iemand vinden, maar je valt zelf ook enorm op. Wanneer een

onderzeeër het dan tegen tien robots moet opnemen dan is de uitkomst van de strijd al bepaald [1].

(19)

Hoofdstuk 7

Nadelen

Uiteraard zitten er ook nog heel veel nadelen aan robots. Ten eerste moeten we de negatieve

publieke opinie niet onderschatten. In onze westerse wereld is er een wantrouwende cultuur tegenover robots. Dit zien we vooral terug in films en series waarin robots de mensheid willen vernietigen of moordenaars worden. Wanneer men nu over militaire robots spreekt denken de meeste mensen toch aan deze science tietion films waarin robots als massa moordenaars worden weggezet. Dit negatieve beeld kan voor heel veel negatieve publiciteit zorgen wanneer er iets met een robot misgaat. Wanneer iemand in een oorlogsgebied bijvoorbeeld een kind voor de wielen van een robot gooit dan valt de wereld media meteen op dat verhaal met kranten koppen als "Robot rijdt over kind heen", terwijl een auto met soldaten, het kind ook had geraakt. Legers kunnen zich deze negatieve publiciteit echter nog niet permitteren. Daarvoor is de publieke kennis nog niet afdoende [2].

Een vraag die we ook al in de inleiding stelde is ook afhankelijk van de publieke opinie. Wanneer we een leger van robots hebben dan ligt een oorlog in een ander land steeds verder van het publiek. We hebben er tenslotte geen echte mensen zitten waardoor het allemaal minder belangrijk lijkt. De kans is aanwezig dat de drempel om een oorlog te beginnen enorm verlaagd wordt of juist verdwijnt, omdat de angst voor doden afneemt. Een duidelijk voorbeeld van dit scenario bestaat al. De oorlog tegen het terrorisme en in het bijzonder Al Qaida heeft er voor gezorgd dat Amerika Afghanistan is binnen getrokken. De kopstukken van deze organisatie zijn toen gevlucht naar buurland Pakistan. Officieel is geen enkel land dat betrokken is bij de oorlog tegen het terrorisme in staat van oorlog met Pakistan, maar onbemande vliegtuigen vliegen dagelijks de Pakistaanse grens over met raketten om deze kopstukken uit te schakelen. lets wat tot nu toe zeer effectief is gebleken, ondanks dat er toch burgerslachtoffers vallen raakt 95% van alle uitgevoerde luchtaanvallen zijn doel [1].

Wellicht kunnen nieuwe ontwikkelingen op robot gebied leiden tot een nieuwe wapenwedloop. De uitvinding van de atoombom was voor vele landen een motivatie om een vergelijkbaar wapen te maken. Een robot leger kan dezelfde impuls op gang brengen.

De huidige terreur groeperingen als Al Qaida hebben al bewezen dat ze zeer innovatief zijn en onze techniek tegen ons kunnen gebruiken. Aanvallen via internet, de aanslagen van 11 september zijn

daar goede voorbeelden van. Wanneer deze groeperingen controle kunnen krijgen over een

onbemand vliegtuig of een andere robot, dan zijn deze net zo effectief in te zetten als zelfmoordenaars als een mens.

Daarnaast is tijdens de oorlog tussen lsrael en Hezbollah gebleken dat de inzet van onbemande vliegtuigen twee psychologische effecten had op de strijders van de Hezbollah. In de eerste plaats gaven de machtige onbemande vliegtuigen de Hezbollah een gevoel van onmacht. Deze vliegtuigen doken overal op en waren bijna niet neer te halen. Bovendien wist je zeker dat wanneer een onbemand vliegtuig over vloog dat je positie bekend was en dat je zeer snel van positie moest gaan veranderen. Aan de andere kant kregen de Hezbollah strijders het gevoel dat ze een strijd leverde tegen een laffe tegenstander die machines gebruikte om tegen ze te vechten. Een bekende uitspraak in deze is dat de vijand te laf is om persoonlijk met hen te strijden. Deze aangewakkerde strijdlust maakte het voor lsrael toch nog lastig, omdat de Libanezen zich niet wilden terugtrekken maar

(20)

streden voor elke vierkante meter[1]. Blijkbaar heeft dè inzet van robots dus geen invloed of misschien zelfs een averechtse invloed op de motivatie van de strijders, de Hezbollah strijders zijn van nature alle fanatiekelingen. P"sychologen hebben het belang van motivatie in strijd ook al meerdere malen aangetoond. Gemotiveerde strijders zijn tot twee keer lastiger te bestrijden dan ongemotiveerde strijders [8][9]. Het is geen doel van robots om de tegenstanders te demotiveren dus zal het ook niet als een direct nadeel worden gezien.

Een laatste nadeel van robots is de aansturing. Op dit moment worden de robots door radiografische signalen, satelliet of directe laser verbindingen aangestuurd. Al deze aansturingen zijn tot op zekere hoogte beperkt in bandbreedte, je kunt er niet oneindig veel robots mee aansturen, en kunnen worden verstoord. In het ergste geval zou een tegenstander gebruik kunnen maken van een magnetische puls om de elektronica van een robot uit te schakelen [10]. Voor dit laatste zijn al materialen uitgevonden die gevoeligheid voor een magnetische puls wegnemen en verbeterde communicatietechnieken zorgen voor beveiliging van de aansturing, fout correctie in de aangeleverde commando's en meer bandbreedte. De huidige onbemande vliegtuigen zijn zo zwaar beveiligd dat het kraken van de besturingscodering enkele tientallen jaren duurt, overname van de besturing is vooralsnog niet mogelijk. Verstoring van de signalen is makkelijker te realiseren. Tegenwoordig bestaan er al apparaten ter grootte van een blikje cola die alle GPS signalen op een vliegVeld kunnen verstoren. Deze trend zaf zich wel moeten voortzetten omdat het bereik van deze apparaten niet groot genoeg is voor de onbemande vliegtuigen die op een te grote hoogte vliegen. Bovendien is het signaal dat gebruikt wordt voor onbemande vliegtuigen te besturen vele malen krachtiger dan het oude GPS systeem. Mocht een onbemand vliegtuig zijn signaal verliezen dan bezitten deze altijd een automatische piloot die zorgt dat het vliegtuig zich naar een veilige plaats begeeft. De grondrobots en waterrobots zijn nog lang niet zover op het communicatiegebied. Op dit moment worden deze robots ook nog niet autonoom ingezet, maar worden ze radiografisch aangestuurd door militairen die binnen een straal van 100 meter zitten. Tot het moment dat ook deze machines autonome keuzes kunnen maken zullen ze niet goed beschermd zijn tegen eventuele stoorzenders.

(21)

Hoofdstuk 8

Conclusie

Wanneer we naar de geschiedenis kijken is er een duidelijke tendens te zien. De eerste robots waren op afstand bestuurbare bommen. In de latere jaren werd duidelijk dat deze robots ook gebruikt konden worden voor het echt gevaarlijke werken, het onschadelijk maken van explosieven. Daarna werden ze ingezet als de verkenner, wat op dat moment het gevaarlijkste werk was. En nu worden ze ingezet aan de front linie. De robot biedt telkens oplossingen voor waar gevaar het grootst is. Het ziet er dus niet naar uit dat de ontwikkelingen voorlopig zullen stoppen.

De groei van het gebruik van robots voor militair werk is de laatste jaren explosief gegroeid, in het bijzonder in Amerika, het land dat in het verleden toch altijd vooraan stond met technologie gebruik in het leger. In de laatste 5 jaar zijn we van een handvol robots naar tienduizenden gegaan. De snelheid waarmee dat gebeurd is, zorgt er mede voor dat het publiek zich niet bewust is van deze aantallen. Op dit moment zijn we aangekomen bij een punt dat op het gebied van robotica en oorlogsvoering technisch bijna alles mogelijk is. Een uitzondering blijft nog wel de autonome wapens, maar we moeten niet vergeten dat ook deze horde genomen kan worden waarna de oorlogsvoering weer elementair veranderd. Toch blijft de publieke opinie laag over robots. Ik denk persoonlijk dat dit gedeeltelijk een cultuur probleem is. Science Fiction verhalen waarbij robots de mensheid vernietigen doen ligt hieraan ten grondslag. In Japan is de robot een symbool voor een held. leder Japans verhaal waarin een robot voorkomt is deze ook een redder, desondanks zijn robots in Japan jaarlijks verantwoordelijk voor de meeste doden door ongelukken in bedrijven. Deze cultuur is wellicht de oorzaak dat in Japan ook veel aan de ontwikkeling van menselijke robots wordt gedaan, terwijl de robots in de westerse wereld vaak op functionaliteit blijven hangen. Ondanks dat in Japanse fictie veel robot strijders voor komen, maakt het Japanse leger geen gebruik van robots.

Japan heeft echter wel genoeg technologische middelen, maar concentreren zich meer op het creëren van menselijke robots. Na de tweede wereldoorlog werd het Japanse leger grotendeel ontbonden waarna men enkel nog een verdedigende strijdmacht had. Deze omslag van agressor naar neutrale omstander heeft ervoor gezorgd dat er door Japan weinig geïnvesteerd wordt in zijn leger.

Mede dankzij de uitvindingen als elektronische huisdieren, zoals robot hondjes en de 1-cat van bijvoorbeeld Philips wordt er toch steeds meer draagkracht gegenereerd voor robots in het dagelijks leven van de westerse landen. Ik vermoed daarom ook dat de huidige jongeren veel minder afkeer hebben tegen robots en dat in enkele jaren we een omslag gaan zien in onze cultuur.

Robots hebben gewoon superieure kwaliteiten boven mensen en ik denk dat met een goede programmering deze robots veel beter kunnen functioneren dan mensen kunnen doen. De goede programmering is nog wel een heikel punt, we kunnen eenvoudig de conventie van Geneve als richtlijn nemen, maar de vraag of dit afdoende is blijft. Deze regels waren opgesteld voor mensen door mensen. Robots kunnen goed overweg met regels en kunnen op basis van variabelen beslissingen nemen. Maar wat gebeurd er in situaties waar geen regels voor bestaan of software fouten. Wie is er dan verantwoordelijk voor de gevolgen en wat moeten we doen om fouten te voorkomen.

Het is een realistisch beeld om te zeggen dat een groot gedeelte van oorlogvoering in de toekomst door robots uitgevoerd zal worden, maar ik denk dat het onverstandig is om de menselijke factor uit

(22)

te sluiten. In Afghanistan en Irak is ook gebleken dat steun van de bevolking zeer belangrijk is. Robots zullen niet op deze steun kunnen rekenen terwijl mensen dat diplomatieke onderdeel wel kunnen realiseren. Met alleen strijd win je een oorlog niet, dat blijkt nu ook wel in Afghanistan en Irak, waar er geen sprake meer is van een oorlog, maar waar onze legers nog wel dagelijks gevaar lopen. Zolang er mensen zijn met de wil om te strijden is het gevaar niet geweken. Een van de nadelen van robots is dat deze strijdlust zelfs nog wordt aangewakkerd zoals bij de Libanese strijdkrachten. De kopstukken van deze strijdkrachten bezitten echter grote angst voor de onbemande vliegtuigen in Afghanistan omdat ze zeer succesvol zijn in het uitschakelen van kopstukken. We zullen dus goed moeten nadenken over hoe we de wil bij lager geplaatste kunnen breken. Kopstukken zonder strijders zijn ongevaarlijk, maar strijders zonder kopstukken zijn nog steeds onvoorspelbaar. Daarnaast kan de aangewakkerde strijdlust door robots ook een tijdelijk gevoel zijn, nu worden robots ingezet voor tactische doelen uit te schakelen en te verkennen. De strijders in Afghanistan worden dus niet direct aangevallen door de robots, als deze strijders een echt gevecht met robottanks aan moeten gaan is de kans op demotivatie onder deze groep waarschijnlijker.

Waar moeten we dan heen, is de grote vraag. De huidige manier waarop we robots gebruiken is zeker niet de manier. Vaak wordt een groep militairen een robot in de handen geduwd terwijl er geen duidelijke definitie aanwezig is wanneer men van een dergelijke robot gebruik zou moeten maken. Het resultaat is dat deze apparaten vaak als speeltjes worden gebruikt en onnodig verloren worden. Wanneer we echter naar het verleden gaan kijken dan blijkt dat sinds de eerste wereldoorlog iedere uitvinding die gedaan is gevolgd is door een revolutie in de manier van oorlog voeren. Denk alleen maar aan de tactieken die ontwikkeld zijn met de invoering van tanks. Nadat deze in legers werden ingevoerd was er geen consistente mening over hoe ze het beste gebruikt konden worden. In grote groepen, in kleine groepen of juist een paar met een begeleiding van soldaten. Ervaring leidde tot de juiste methodes. Bijvoorbeeld in de tweede wereldoorlog bezaten de Russen veruit de meeste tanks. Het waren echter de Duitsers die de beste strategie ontwikkelde voor het gebruik van de tanks, onder andere de blitzkrieg stijl was een succesvol gebruik ervan. Echter de ontwikkeling van nieuwe zware tanks zorgden ervoor dat Duitsland achter liep in aantallen waarop ze aan het front verloor. De huidige robot generatie zal ook een dergelijke revolutie moeten ondergaan alvorens we de juiste inzet kunnen bepalen van robots.

De angst voor robots die zelf beslissingen nemen lijkt mij ongegrond. Robots volgen gewoon regels op. Wanneer we de regels van de Conventie van Geneve in een formele taal kunnen zetten kunnen deze letterlijk opgenomen in de programmatuur van autonome robots. Ze zullen zich dan beter kunnen gedragen dan een mens die onder druk staat. Bovendien kan een mens altijd nog de noodknop indrukken mocht de robot niet naar behoren functioneren. Naar mijn mening zullen robots op het slagveld juist beter functioneren dan een mens. Op twee punten zijn robots simpelweg beter. Robots zien eerder door de "fog of war" heen. Letterlijk doormiddel van betere sensors die in de meest onoverzichtelijke situaties in staat is dingen waarnemen en figuurlijk omdat ze geen emotie of overlevingsdrang hebben. Criminele acties worden gevoed door angst en haat, beide zijn afwezig bij een robot. Ook de afwezigheid van de overlevingsdrang leidt naar minder slachtoffers. Een mens is geneigd om zichzelf te verdedigen in een voor hem gevaarlijke situatie. Een voorbeeld is een groep burgers die dicht in zijn buurt komt. Een robot heeft dit gevoel niet.

Robots zelf zouden ook over een ethische begrenzer, een stukje software met regels die de robot in principe niet mag overtreden, moeten beschikken die voorkomt dat ze onethische keuzes maken. We

(23)

kunnen hierbij denken aan regels als niet schieten op burgers, gewonden, soldaten die zich overgeven of op gebouwen zonder duidelijke aanwijzingen dat er vijanden in het gebouw zitten. De meeste van deze regels zijn al goed samengevat in de conventie van Geneve. Uiteraard moet het dan nog wel mogelijk zijn voor een commandant om een bepaalde order uit te laten voeren. De verantwoordelijkheid komt na een waarschuwing geheel bij de commandant te liggen, maar ook hier kunnen meerdere veiligheidssystemen worden ingebouwd zoals een order van twee verschillende commandanten om een ethische grens te overtreden.

Robots in oorlogvoering is zeker niet iets om te vermijden. We kunnen een hoop levens redden met het gebruik van robots. Echter met het tempo van de ontwikkelingen zullen we met zijn alle beter moeten gaan nadenken over hoe we robots gaan gebruiken en in welke situatie en er zullen ook ethische vraagstukken opgelost moeten worden. We moeten daarbij niet het menselijke element onderschatten, een oorlog kan nooit door alleen robots uitgevoerd moeten worden. Het is echter wel van belang dat we ondanks de inzet van robots tenminste even kritisch al dan niet nog kritischer zijn ten opzichte van het inzetten van het leger in bepaalde situaties.

(24)

Bibliografie

1) P.W. Singer, 'Wired tor War'.

2) R.C. Arkin, 'Governinq Lethal Behavior in Autonomous Robots'

3) Hargrave, Aviation and Aeromodeling, http://www.ctie.monash.edu.au/hargrave/index.htm

4) Space and Naval Wartare Systems Center, http://www.spawar.navv.mil/robots/

5) How military robots work, http://science.howstuffworks.com/military-robot.htm

6) Joint ground robotles enterprise, http:Uwww.jointrobotics.com/history04.php

7) TALOtl! military Robot, http:Uwww.fostermiller.com/lemming.htm

8) Noel E. Sharkey, Robot wars are a reality

9) Noel E. Sharkey, The programmabie robot of Ancient Greece 10) Max Boot, The paradox of Military Technology

11) Drs. J.T.W.H. van Woensel, Veiligheid voor allen

12) Jurgen Altmann, Military uses of nanotechnology: Perspectives and Concerns 13) William Wagner, William P. Sloan. Fireflies and other UAVs

14) Unmanned and Robotic Warfare: Issues, Options, and Futures

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tevens kunnen maatregelen opgenomen zijn die bijdragen aan het verlagen van energieverbruik en broeikasgasemissies maar die op andere thema’s slecht scoren en/of tegenstrijdig zijn

In een zogenaamde Monte Carlo foutenvoortplanting is elk van deze uitkomsten gekruist (via overlay) met een door een landmeter nauwkeurig ingemeten referentieperceel en zijn

Afzettingen wordt door journalist Rob Buiter een in- terview afgenomen met deze krasse knarren Arie Janssen, Maarten van den Bosch en Ed de Vogel.. Het

duinen verbreed zijn, en de gevonden mollusken uit het op- gespoten zand afkomstig zijn, zijn er over het gehele strand fossiele mollusken te vinden, en niet enkel als

De locatie is goed te bereiken door het dorp uit te rijden in de richting Fleury-la-Rivière en vervolgens door de af- slaande weg (betonplaten) tussen de wijngaarden door naar het

billen moet hebben gehad dan de Afrikaanse leeuw. Al- leen kon hij dan zijn warmte niet meer zo goed kwijt. Om ook ‘s zomers een beetje lekker in zijn vel te zitten, moest.. hij dus

Deloitte voorspelt dat voor 286.000 van de 1.1 miljoen studenten en leerlingen over twintig jaar het werk waarvoor ze worden opgeleid niet meer bestaat.. 42 % van de MBO’ers zal

Even more surprisingly, no peak was found in the SAXS patterns of poly(S-co-BA)- AMPS nanocomposite with I 0% clay, suggesting that the clay platelets are fully