• No results found

Bestemmingsrapport. Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis. Kenmerk Datum Inhoud: 1. Informatie 2. Visualisatie 3.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Bestemmingsrapport. Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis. Kenmerk Datum Inhoud: 1. Informatie 2. Visualisatie 3."

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bestemmingsrapport

Kenmerk Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis

Datum 17-08-2020

Inhoud:

1. Informatie 2. Visualisatie 3. Toelichting

© OpenStreetMap-auteurs

© OpenStreetMap-auteurs

© OpenStreetMap-auteurs

© OpenStreetMap-auteurs

© OpenStreetMap-auteurs

© OpenStreetMap-auteurs

© OpenStreetMap-auteurs© OpenStreetMap-auteurs

N

Planviewer BV | Utrechtsestraat 61 , 6811 LW Arnhem | 088-7006060 | info@planviewer.nl | www.planviewer.nl

(2)

Informatie

Gebouwenadministratie gemeente

Identificatie gebouw 0530100002246141

Type Pand

Gebouw status Pand in gebruik

Oppervlakte grondvlak 52,9 m²

Bouwjaar 1982

Aantal verblijfsobjecten 1

Aantal gebruiksdoelen 1

Identificatie gekozen verblijfsobject 0530010002096216

Status Verblijfsobject in gebruik

Gebruiksdoel woonfunctie

Vloeroppervlak 95,00 m²

Adres Marter 9

Postcode 3225RJ

Plaats Hellevoetsluis

Bestemmingsplan

Naam plan De Kooistee

Type plan: bestemmingsplan

Planstatus vastgesteld

Overheid gemeente Hellevoetsluis

IMRO-idn NL.IMRO.0530.BPDeKooistee2010-VG01

Datum vastgesteld 30-06-2011

Enkelbestemming Wonen - 1 (art. 13)

Dubbelbestemming Waarde - Archeologie 3

Bouwaanduiding niet van toepassing

Maatvoering maximum bouwhoogte (m): 9

maximum goothoogte (m): 6

Bestemmingsrapport

Kenmerk Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis Datum 17-08-2020

Planviewer BV | Utrechtsestraat 61 , 6811 LW Arnhem | 088-7006060 | info@planviewer.nl | www.planviewer.nl

(3)

Visualisatie

N

Bestemmingsrapport

Kenmerk Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis Datum 17-08-2020

Planviewer BV | Utrechtsestraat 61 , 6811 LW Arnhem | 088-7006060 | info@planviewer.nl | www.planviewer.nl

(4)

Bestemmingsplangebied Bestemmingsplangebied Bestemmingsplangebied Besluitgebied

Besluitgebied projectbesluit,exploitatieplan Besluitgebied overig

Enkelbestemming agrarisch

agrarisch met waarden bedrijf

bedrijventerrein bos

centrum

cultuur en ontspanning detailhandel

dienstverlening gemengd groen horeca kantoor

maatschappelijk natuur

recreatie sport tuin verkeer water wonen woongebied

Enkelbestemming overig

Legenda

Dubbelbestemming leiding

waarde waterstaat overig

Gebiedsaanduiding Geluidzone

luchtvaartverkeerzone vrijwaringszone veiligheidszone milieuzone wro-zone wetgevingzone

reconstructiewetzones overige zone

overig

Functieaanduiding Functieaanduiding Bouwvlak

Bouwvlak Bouwaanduiding

Bouwaanduiding Maatvoering

Maatvoering Figuur

as van de weg dwarsprofiel gevellijn Hartlijn leiding relatie

Bestemmingsrapport

Kenmerk Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis Datum 17-08-2020

Planviewer BV | Utrechtsestraat 61 , 6811 LW Arnhem | 088-7006060 | info@planviewer.nl | www.planviewer.nl

(5)

REGELS

behorende bij het bestemmingsplan “De Kooistee” van de gemeente Hellevoetsluis

Wissing stedebouw en ruimtelijke vormgeving b.v.

Barendrecht 30 juni 2011

Opdrachtgever:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hellevoetsluis

INHOUD

HOOFDSTUK 1

Inleidende regels Artikel 1

Begrippen Artikel 2

Wijze van meten HOOFDSTUK 2

Bestemmingsplanregels Artikel 3

Agrarisch

Artikel 4

Detailhandel Artikel 5

Gemengd Artikel 6

Groen

Artikel 7

Maatschappelijk Artikel 8

Recreatie - Dagrecreatie Artikel 9

Sport

Artikel 10

Tuin Artikel 11

Verkeer Artikel 12

Water Artikel 13

Wonen – 1 Artikel 14

Wonen – 2 Artikel 15

Wonen – 3

Artikel 16

Waarde – Archeologie – 1 Artikel 17

Waarde – Archeologie – 2 Artikel 18

Waarde – Archeologie - 3 Artikel 19

Waarde - Ecologie Artikel 20

Waterstaat - Waterkering HOOFDSTUK 3

Algemene REGELS Artikel 21

Antidubbeltelregel Artikel 22

Algemene bouwregels Artikel 23

Algemene afwijkingsregels Artikel 24

Algemene wijzigingsregels Artikel 25

Overige regels

HOOFDSTUK 4

OVERGANGS- EN SLOTREGELS Artikel 26

Overgangsrecht

Artikel 27

Slotregel

HOOFDSTUK 1

INLEIDENDE REGELS

In deze regels wordt verstaan onder:

Artikel 1 Begrippen

1.1

Bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand: NL.IMRO.0530.BPDeKooistee2010-VG01 met de bijbehorende regels en bijlagen.

1.2

Plan:

het bestemmingsplan "De Kooistee" van de gemeente Hellevoetsluis.

1.3

Aanduiding:

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.4

Aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

1.5

Aanduidingsvlak:

(6)

een op de verbeelding aangegeven vlak waarop een aanduiding betrekking heeft.

1.6

Aaneengebouwde bebouwing:

bebouwing die met de hoofdbouwmassa aaneengesloten is gebouwd.

1.7

Aan huis verbonden bedrijf

het beroepsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, waarvan de omvang in een woning met bijbehorende bouwwerken past en de woonfunctie behouden blijft. Het gebruiken van het gebouw of een gedeelte van een gebouw ten behoeve van horeca en/of een seksinrichting of een bedrijf ten behoeve van commercieel seksueel-erotische dienstverlening is niet toegestaan.

1.8

Aan huis verbonden beroep:

een (para)medisch, juridisch, administratief, therapeutisch, verzorgend, ontwerptechnisch, kunstzinnig of daarmee gelijk te stellen beroep of bedrijf, waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- of Vergunningenbesluit milieubeheer geldt. Het beroep of bedrijf dient qua omvang in een gedeelte van een woning en de daarbij bijbehorende bouwwerken te passen en de woonfunctie dient als primaire functie behouden en herkenbaar te blijven. Het uitoefenen van een beroep ten behoeve van horeca en/of commercieel seksueel-erotische dienstverlening (seksinrichting) is niet toegestaan.

1.9

achtererfgebied:

erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1 m van de voorkant, van het hoofdgebouw;

1.10

Afhankelijke woonruimte:

een tijdelijke zelfstandige woonvorm ten behoeve van mantelzorg, waarbij bewoning van een (bij)gebouw tijdelijk is toegestaan en er sprake is van de huisvesting van één huishouden.

1.11

Akker- en vollegrondstuinbouw:

de teelt van gewassen op open grond, daaronder niet be​grepen bosbouw, sier- en fruitteelt.

1.12

Antenne-installatie:

installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een of meer techniekkasten opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie;

1.13

Archeologische waarde:

de aan een gebied toegekende, of naar verwachting voorkomende, waarde in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.

1.14

Bebouwing:

één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.

1.15

Bedrijfswoning:

een woning in of bij een bouwwerk of terrein, die alleen is bedoeld voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het bijbehorende terrein of bouwwerk(en) noodzakelijk is.

1.16

Begeleid Wonen:

woonvorm waarbij personen zelfstandig wonen of in een kleine gemeenschap en hierbij begeleiding en of dagbesteding krijgen, maar de woning op naam staat van de instelling en bewoners (nog) geen regie hebben over de financiële aspecten van het wonen.

1.17

Beperkt kwetsbaar object:

een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (Staatsblad 2004, nr. 250) een richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden.

1.18

Bestaand:

a) t.a.v. bebouwing: bebouwing, zoals aanwezig op het tijdstip waarop het bestemmingsplan rechtskracht heeft verkregen, dan wel mag worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning;

b) t.a.v. gebruik: het gebruik van grond en opstallen, zoals aanwezig op het tijdstip waarop het bestemmingsplan rechtskracht heeft verkregen.

1.19

Bestemmingsgrens:

een grens vormt van een bestemmingsvlak.

1.20

Bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.21

Bijbehorend bouwwerk:

uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;

1.22

Bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.

1.23

Bouwgrens:

de grens van een bouwvlak.

1.24

Bouwlaag:

een gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met uitsluiting van onderbouw en zolder. De maatvoering van het Bouwbesluit dient in acht te worden genomen.

1.25

Bouwperceel:

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is

(7)

toegelaten.

1.26

Bouwvlak:

een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.

1.27

Bouwwerk:

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond bedoeld om ter plaatse te

functioneren.

1.28

Bijbehorend bouwwerk

Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;

1.29

Dagrecreatie:

het verblijf voor recreatieve doeleinden buiten de woning, zonder dat daar een overnachting (elders) mee gepaard gaat.

1.30

Detailhandel:

het bedrijfsmatig aan particulieren te koop of te huur aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan personen, die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; horecadoeleinden en perifere detailhandel worden hier niet onder begrepen.

1.31

Dienstverlening:

het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden zoals bijvoorbeeld een kantoor, uitzendbureau, reisbureau, kapper, schoonheidssalon, fysiotherapeut, etc..

1.32

Doeleinden van openbaar nut:

kleinschalige nutsvoorzieningen zoals transformatorhuisjes en schakelkastjes, ondergrondse lokale leidingen, tele- en datacommunicatieleidingen, riolering, telefooncellen en wachthuisjes, straatvoorzieningen (o.a. voor afvalstoffen).

1.33

Erf:

al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat grenst aan een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw.

1.34

Gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.35

Hoofdfunctie:

de belangrijkste functie waarvoor het hoofdgebouw en/of de gronden mogen worden gebruikt.

1.36

Hoofdgebouw:

een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie en/of afmetingen als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.

1.37

Horecabedrijf:

een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van een nachtverblijf en/of het ter plaatse nuttigen van voedsel en dranken en/of het exploiteren van zaalaccommodatie, een en ander gepaard gaande met dienstverlening. Tot de genoemde begrippen worden mede begrepen de niet genoemde, maar naar aard, omvang en uitstraling op het woon- en leefmilieu vergelijkbare horecasoorten:

horeca categorie 1:

een bedrijf dat in hoofdzaak is gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse bereide snacks, ijs en kleine maaltijden voor consumptie zowel ter plaatse als elders, met daaraan ondergeschikt het verstrekken van dranken, zoals een snackbar, cafetaria, lunchroom en ijssalon.

horeca categorie 2:

een bedrijf dat in hoofdzaak is gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van al dan niet ter plaatse bereide etenswaren ten behoeve van consumptie ter plaatse, alsmede het daaraan ondergeschikt verstrekken van alcoholhoudende en niet-alcoholhoudende dranken, al dan niet in combinatie met het verstrekken van nachtverblijf en/of van zaalverhuur, zoals een (hotel-) restaurant, pannenkoekhuis, eetcafé en pizzeria, uitgezonderd een maaltijdafhaalcentrum.

horeca categorie 3:

een bedrijf dat in hoofdzaak is gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van overwegend alcoholische dranken voor consumptie ter plaatse, al dan niet in combinatie met kleine etenswaren, zoals een café.

horeca categorie 4:

een bedrijf dat in hoofdzaak is gericht op het bedrijfsmatig bieden van gelegenheid tot dansen dan wel tot het uitoefenen van een kans- en behendigheidsspel al dan niet in combinatie met het verstrekken van

alcoholhoudende en niet-alcoholhoudende dranken, zoals een dancing, discotheek, casino of automatenhal.

1.38

Horecavoorziening:

voorzieningen, geen horecabedrijf zijnde en ondergeschikt aan de hoofdfunctie, voor het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en etenswaar voor het gebruik.

1.39

Infiltratievoorziening:

voorziening voor het doorsijpelen van regenwater in de bodem.

1.40

Keur:

wettelijke regels, opgesteld door het waterschap, waarin regels zijn opgenomen voor het bouwen en het gebruik

(8)

van de gronden die aan een waterloop of (binnen een) waterkering zijn gelegen.

1.41

Kunstwerk:

voortbrengsel van de beeldende kunsten; kunstuiting.

1.42

Kwetsbaar object:

een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (Staatsblad 2004, nr. 250) een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden.

1.43

Langzaamverkeersroute:

Een voet- en/of fietspad.

1.44

Maatschappelijke voorzieningen:

educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, welzijns- en gezondheidsvoorzieningen ten behoeve van (openbare) dienstverlening.

1.45

Mantelzorg:

tijdelijke huisvesting ten behoeve van mantelzorg, waarbij gebruik wordt gemaakt van gezamenlijke voorzieningen en er sprake is van de huisvesting van één huishouden voor de zorg voor chronisch zieken, gehandicapten en hulpbehoevenden door naasten.

1.46

Natuurspeeltuin:

een ruimtelijke voorziening, bedoeld voor kinderen in de leeftijd van 1 tot 18 jaar met als doelstelling het scheppen van mogelijkheden tot vormende recreatie met de nadruk op ecologie en natuur(waarden).

1.47

Ondergeschikt bouwdeel:

een deel van een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie en/of afmetingen qua uitstraling ondergeschikt is aan de hoofdbouwmassa.

1.48

Perceelsgrens:

een grens van een bouwperceel.

1.49

Recreatief medegebruik:

een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan.

1.50

Recreatieve voorziening:

voorziening ten behoeve van recreatie, hieronder mede begrepen sport- en spelaccommodaties, voorzieningen ter bevordering van de lichamelijke en geestelijke gezondheid, kantine alsmede accommodaties voor administratieve functies ten dienste van de bestemming.

1.51

Risicocontour

contour rondom een risicovolle inrichting die de zone begrenst waar het plaatsgebonden risico, zoals gedefinieerd in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), gelijk is aan of groter is dan 10-6 per jaar.

1.52

Risicovolle inrichting:

een inrichting bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten.

1.53

Seksinrichting:

de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;

1.54

Twee aan een gebouwde woning (half-vrijstaande woning):

blokken van twee woningen, die aan een zijde een gemeenschappelijke wand hebben.

1.55

Voorerfgebied:

erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied;

1.56

Voorgevelrooilijn:

a. langs een wegzijde met een regelmatige of nagenoeg regelmatige ligging van de voorgevels van de bestaande bebouwing:

de evenwijdig aan de as van de weg gelegen lijn, welke, zoveel mogelijk aansluitend aan de ligging van de voorgevels van de bestaande bebouwing, een zoveel mogelijk gelijkmatig beloop van de rooilijn overeenkomstig de richting van de weg geeft;

b. langs een wegzijde waarlangs geen bebouwing als onder a. bedoeld aanwezig is en waarlangs mag worden gebouwd:

bij een wegbreedte van ten minste 10 meter, de lijn gelegen op 15 meter uit de as van de weg; bij een wegbreedte geringer dan 10 meter, de lijn gelegen op 10 meter uit de as van de weg.

1.57

Volkstuinen:

Gronden waarop voor particulier gebruik, op recreatieve wijze voedings- en siergewassen wor​den geteeld.

1.58

Voorgevel:

de meest gezichtsbepalende gevel van een gebouw.

1.59

Vrijstaande woning:

een woning zonder gemeenschappelijke wand met een andere woning.

(9)

1.60

Watergang:

een werk al of niet overdekt, dienend om in het openbaar belang water te ontvangen, te bergen, af te voeren en toe te voeren, de boven water gelegen taluds, bermen en onderhoudspaden daaronder mede verstaan.

1.61

Waterkering:

een voorziening om water tegen te houden, zoals een dijk en een dam.

1.62

Weg:

alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de wegen liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.

1.63

Woning:

een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat blijkens aard, inrichting en indeling geschikt en bestemd is voor de huisvesting van één huishouden.

1.64

Woonwagen:

voor bewoning bestemd gebouw dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst en op een daartoe bestemd perceel is geplaatst

Artikel 2 Wijze van meten

2.1

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten

2.1.1 Afstand tot de zijdelingse perceelsgrens:

de kortste afstand tussen de (zijdelingse) grenzen van een bouwperceel en enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk.

2.1.2 Afstand tussen gebouwen:

de kortste afstand tussen de buitenwerkse gevelvlakken van de gebouwen.

2.1.3 Goothoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.

N.B.: bij een lessenaarsdak wordt de laagste snijlijn als goothoogte aangemerkt.

2.1.4 (Bouw)hoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouwen zijnde, met

uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, vlaggenmasten, liftschacht, trappenhuis, antenne-installaties, lichtkoepels en daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.1.5 Grondoppervlak van een bouwwerk:

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte terrein ter plaats van het bouwwerk.

2.1.6 Inhoud van een bouwwerk:

tussen de onderzijde van de begane grond vloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.

2.1.7 Lengte, breedte en diepte van een bouwwerk:

tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels (en/of hart van scheidsmuren). De in deze regels gegeven bepalingen omtrent plaatsing, afstanden en maten zijn niet van toepassing op goot- en kroonlijsten, pilasters, plinten, stoeptreden, kozijnen, dorpels en soortgelijke bouwdelen.

2.2

Onderschikte bouwdelen:

Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- en bestemmingsgrenzen niet meer bedraagt dan 0.70 meter.

2.3

Peil:

a. afstanden loodrecht,

b. hoogten vanaf het aansluitend afgewerkt terrein, waarbij plaatselijke, niet bij het verdere verloop van het terrein passende, ophogingen of verdiepingen aan de voet van het bouwwerk, anders dan noodzakelijk voor de bouw daarvan, buiten beschouwing blijven, en

c. maten buitenwerks, waarbij uitstekende delen van ondergeschikte aard tot maximaal 0,70 m buiten beschouwing blijven.

HOOFDSTUK 2

BESTEMMINGSPLANREGELS

Artikel 3 Agrarisch

3.1

Bestemmingsomschrijving

3.1.1 De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. de uitoefening van een agrarisch bedrijf met een in hoofdzaak grondgebonden agrarische bedrijfsvoering,

met dien verstanden dat het houden van vee is uitgesloten;

b. met de bij de functie behorende voorzieningen zoals groen, water en verharding;

(10)

met daaraan ondergeschikt:

c. infrastructurele voorzieningen;

d. waterhuishoudkundige voorzieningen;

e. doeleinden van openbaar nut.

3.1.2 Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in deze gronden toegelaten:

a. indien en voorzover de gronden zijn voorzien van een bouwvlak:

I. bedrijfsgebouwen;

II. 1 bedrijfswoning;

III. bijbehorend bouwwwerken bij bedrijfswoningen;

IV. erven en tuinen;

V. parkeervoorzieningen;

VI. doeleinden van openbaar nut;

b. inwoning (mantelzorg).

3.2

Bouwregels

3.2.1 Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

a. gebouwen ten behoeve van agrarische bedrijven worden gebouwd;

b. bedrijfsgebouwen waaronder ten hoogste een bedrijfswoning per bedrijf met bijbehorende bouwwerken;

c. er mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van één agrarisch bedrijf worden gebouwd;

d. het bouwvlak mag voor maximaal 50% bebouwd worden.

e. de gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak;

f. de goot- en bouwhoogte voor een bedrijfsgebouw en/of bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan ter

plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' is aangegeven;

g. de inhoud van bijbehorende bouwwerken mag totaal maximaal 50 m³ bedragen;

h. de goot- en bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan een goothoogte van 3

meter en een bouwhoogte van 5 meter;

i. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m, met dien verstande dat

de bouwhoogte voor erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel van het gebouw binnen het bouwvlak niet meer mag bedragen dan 1 m;

j. de bouwhoogte van een vlaggenmast mag niet meer bedragen dan 6 meter, waarbij het aantal

vlaggenmasten per bouwperceel niet meer mag bedragen dan 1;

k. Indien de bestaande hoogten en afstanden meer bedragen dan maximaal is toegestaan op grond van het

bepaalde onder a tot en met j , dan bedragen de bestaande hoogten en afstanden de maximale hoogten en afstanden.

3.2.2 Voor het bouwen van bouwwerken ten behoeve van doeleinden van openbaar nut gelden de volgende bepalingen:

a. de inhoud van bouwwerken mag maximaal 50 m³ per op te richten bouwwerk bedragen;

b. de bouwhoogte mag maximaal 3 m bedragen.

3.3

Nadere eisen

3.3.1 Ter uitvoering van de doeleinden in 3.1.1 zijn burgemeester en wethouders, met inachtneming van het bepaalde in lid 3.2, bij het verlenen van omgevingsvergunningen bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:

a. de situering en afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

b. de situering en afmetingen van bouwpercelen.

3.3.2 Nadere eisen kunnen slechts worden gesteld, mits deze eisen binnen de in het plan neergelegde begrenzingen blijven en indien zulks noodzakelijk is in verband met:

a. de woonsituatie in de directe omgeving;

b. het straat- en bebouwingsbeeld;

c. in verband met de verkeers-, sociale- en brandveiligheid c.q. brand- en rampenbestrijding;

d. de milieusituatie;

e. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen;

f. landschappelijke inpassing;

g. de gebruiksmogelijkheden van andere gronden.

3.4

Specifieke gebruiksregels

Het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van horeca, seksinrichtingen en detailhandel is niet toegestaan;

3.5

Wijzigingsbevoegdheid

Omschakelen naar wonen

3.5.1 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming Wonen, met dien verstande dat:

a. wonen slechts is toegestaan voor zover het de voormalige agrarische bedrijfswoning betreft;

b. het bebouwde oppervlak mag niet worden vergroot;

c. op een locatie waarmee met toepassing van de Ruimte voor Ruimteregeling reeds gebouwen zijn gesloopt,

geen nieuwe bebouwing mag worden opgericht;

d. als gevolg van de wijziging de bestaande bedrijfsvoering en/of de ontwikkelingsmogelijkheden van de

omringende bedrijven uit milieuhygiënisch oogpunt niet onevenredig worden beperkt;

e. de inhoud van de woning niet meer mag bedragen dan 750 m³;

f. het bebouwde oppervlakte van de vrijstaande bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 80 m² per woning;

indien de (gezamenlijke) oppervlakte van bijgebouwen reeds meer dan 80 m² bedraagt;

g. in aanvulling op de bepalingen onder e en f dienen de overtollige bedrijfsgebouwen te worden gesloopt;

(11)

h. hergebruik van de gronden ten behoeve van agrarische doeleinden redelijkerwijs niet langer mogelijk is;

i. geen afbreuk wordt gedaan aan aanwezige cultuurhistorische waarden, natuurwaarden en/of de

landschappelijke kwaliteit.

Artikel 4 Detailhandel

4.1

Bestemmingsomschrijving

4.1.1 De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. detailhandel;

b. wonen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'wonen';

c. met de bij de functie behorende voorzieningen, zoals groen, water, verharding, parkeervoorzieningen.

4.1.2 Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in deze gronden toegelaten:

a. gebouwen;

b. bijbehorende bouwwerken;

c. doeleinden van openbaar nut.

4.2

Bouwregels

4.2.1 Voor het bouwen van gebouwen gelden de aanduidingen en volgende bepalingen:

a. de (hoofd)gebouwen mogen uitsluitend binnen het aangeduide bouwvlak worden gebouwd;

b. het bouwvlak mag voor 100% bebouwd worden tenzij ter plaatse van de aanduiding 'maximale

bebouwingspercentage (%)' een ander maximaal bebouwingspercentage is aangegeven, met dien verstande dat parkeren volledig op eigen erf dient plaats te vinden;

c. de goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en

bouwhoogte (m)' is aangegeven;

d. Gebouwen achter en aansluitend op het bouwvlak mogen het bouwvlak met niet meer dan 2,5 meter

overschrijden;

e. De gronden buiten het bouwvlak mogen per bouwperceel voor maximaal 50% worden bebouwd;

f. De gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken buiten het bouwvlak mogen per bouwperceel

niet meer bedragen dan 40 m²;

g. De bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk binnen 2,5 m aansluitend aan een gebouw binnen het

bouwvlak mag niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het gebouw binnen het bouwvlak plus 0,3 m, met een maximum bouwhoogte van 4 m;

h. De bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk op een afstand van meer dan 2,5 m buiten het bouwvlak

mag niet meer bedragen dan 3 m;

i. Indien de bestaande hoogten en afstanden meer bedragen dan maximaal is toegestaan op grond van het

bepaalde onder a tot en met j , dan bedragen de bestaande hoogten en afstanden de maximale hoogten en afstanden;

j. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de hoogte, maximaal 6 m mag

bedragen, met uitzondering van:

1. erfafscheidingen die voor de voorgevel maximaal 1 m en achter de voorgevel maximaal 2 m hoog mogen bedragen;

2. verlichtingsarmaturen waarvan de hoogte maximaal 10 m mag bedragen;

3. antenne-installaties waarvan de hoogte maximaal 10 m mag bedragen.

4.2.2 Voor het bouwen van bouwwerken ten behoeve van doeleinden van openbaar nut gelden de volgende bepalingen:

a. de inhoud van bouwwerken mag maximaal 50 m³ per op te richten bouwwerk bedragen;

b. de bouwhoogte mag maximaal 3 m bedragen.

4.3

Nadere eisen

4.3.1 Ter uitvoering van de doeleinden in lid 4.1.1 zijn burgemeester en wethouders, met

inachtneming van het bepaalde in lid 4.2, bij het verlenen van omgevingsvergunningen, bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:

a. de situering en afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

b. de situering en afmetingen van bouwpercelen.

4.3.2 Nadere eisen kunnen slechts worden gesteld, mits deze eisen binnen de in het plan neergelegde begrenzingen blijven en indien zulks noodzakelijk is in verband met:

a. de woonsituatie in de directe omgeving;

b. het straat- en bebouwingsbeeld;

c. in verband met de verkeers-, sociale- en brandveiligheid c.q. brand- en rampenbestrijding;

d. de milieusituatie;

e. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.

Artikel 5 Gemengd

5.1

Bestemmingsomschrijving

5.1.1 De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. zakelijke en/of overige dienstverlening;

b. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding:

- detailhandel: detailhandel gelegen op de begane grond;

- horeca: horeca van ten hoogste de op de verbeelding aangeduide categorie, gelegen op de begane

grond en, indien een maatvoeringsvlak is opgenomen, een maximaal vloeroppervlak zoals aangeduid met het maatvoeringsvlak;

(12)

- wonen: wonen;

- maatschappelijke voorzieningen uitsluitend gelegen op de begane grond;

c. met de bij de functie behorende voorzieningen zoals groen, water, verharding, parkeervoorzieningen.

5.1.2 Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in deze gronden toegelaten:

a. gebouwen;

b. bijbehorende bouwwerken

c. doeleinden van openbaar nut.

5.2

Bouwregels

5.2.1 Voor het bouwen van gebouwen gelden de aanduidingen en de volgende bepalingen:

a. de (hoofd)gebouwen mogen uitsluitend binnen het aangeduide bouwvlak worden gebouwd;

b. het bouwvlak mag voor 100% bebouwd worden tenzij ter plaatse van de aanduiding 'maximale

bebouwingspercentage (%)' een ander maximaal bebouwingspercentage is aangegeven, met dien verstande dat parkeren volledig op eigen erf dient plaats te vinden;

c. de goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en

bouwhoogte (m)' is aangegeven

d. Gebouwen achter en aansluitend op het bouwvlak mogen het bouwvlak met niet meer dan 2,5 meter

overschrijden;

e. De gronden buiten het bouwvlak mogen per bouwperceel voor maximaal 50% worden bebouwd;

f. De gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken buiten het bouwvlak mogen per bouwperceel

niet meer bedragen dan 40 m²;

g. De bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk binnen 2,5 m aansluitend aan een gebouw binnen het

bouwvlak mag niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het gebouw binnen het bouwvlak plus 0,3 m, met een maximum bouwhoogte van 4 m;

h. De bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk op een afstand van meer dan 2,5 m buiten het bouwvlak

mag niet meer bedragen dan 3 m;

i. Indien de bestaande hoogten en afstanden meer bedragen dan maximaal is toegestaan op grond van het

bepaalde onder a tot en met j , dan bedragen de bestaande hoogten en afstanden de maximale hoogten en afstanden;

j. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de hoogte, maximaal 6 m mag

bedragen, met uitzondering van:

1. erfafscheidingen die voor de voorgevel maximaal 1 m en achter de voorgevel maximaal 2 m hoog mogen bedragen;

2. verlichtingsarmaturen waarvan de hoogte maximaal 10 m mag bedragen;

3. antenne-installaties waarvan de hoogte maximaal 10 m mag bedragen.

5.2.2 Voor het bouwen van bouwwerken ten behoeve van doeleinden van openbaar nut gelden de volgende bepalingen:

a. de inhoud van bouwwerken mag maximaal 50 m³ per op te richten bouwwerk bedragen;

b. de bouwhoogte mag maximaal 3 m bedragen.

5.3

Nadere eisen

5.3.1 Ter uitvoering van de doeleinden in lid 5.1.1 zijn Burgemeester en Wethouders, met

inachtneming van het bepaalde in lid 5.2, bij het verlenen van omgevingsvergunningen, bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:

a. de situering en afmetingen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

b. de situering en afmetingen van bouwpercelen.

5.3.2 Nadere eisen kunnen slechts worden gesteld, mits deze eisen binnen de in het plan neergelegde begrenzingen blijven en indien zulks noodzakelijk is in verband met:

a. de woonsituatie in de directe omgeving;

b. het straat- en bebouwingsbeeld;

c. in verband met de verkeers-, sociale- en brandveiligheid c.q. brand- en rampenbestrijding;

d. de milieusituatie;

e. de gebruiksmogelijkheden in andere bestemmingen.

Artikel 6 Groen

6.1

Bestemmingsomschrijving

6.1.1 De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. groenvoorzieningen;

b. verblijfsgebied;

c. langzaamverkeersroute(s);

d. infiltratievoorzieningen;

e. met de bij de functie behorende voorzieningen zoals water, verharding en speelvoorzieningen.

6.1.2 Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in deze gronden toegelaten:

a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals: bruggen, dammen en duikers;

b. gebouwen voor beheer en onderhoud;

c. zendmasten;

d. doeleinden van openbaar nut.

6.2

Bouwregels

(13)

6.2.1 Voor het bouwen van gebouwen geldt dat de oppervlakte van de in lid 6.1.2 onder b, bedoelde gebouwen ten hoogste 20 m² en de bouwhoogte maximaal

(14)

Toelichting

Plattegrond met OSM achtergrond

Op de voorpagina is weergegeven een plattegrond met op de door u gekozen locatie een marker. De plattegrond is een kaart van Open Street Maps (OSM). Een kaart die door een wereldwijde community opgebouwd en

onderhouden wordt. OSM is zeer gedetailleerd, compleet met straatnamen, huisnummering en symbolen die verschillende kenmerken aangeven in de buurt van de gekozen locatie.

Gebouwenadministratie gemeente

Kenmerken van de aangevraagde locatie op basis van gegevens vanuit de Basisregistratie Adressen en

Gebouwen (BAG). Bron Burgerlijke gemeente waar het aangevraagde gebouw in ligt. Actualiteit: maandelijks Identificatie gebouw Identificatienummer van het gebouw.

Type Omschrijving gebouw van de gekozen locatie.

Gebouw status De status van het gebouw.

Oppervlakte grondvlak Oppervlakteberekening van het grondvlak van het gebouw.

Bouwjaar Oorspronkelijk bouwjaar van het gebouw.

Aantal verblijfsobjecten Aantal woon-, bedrijfsmatige- of recreatieve doeleinden geschikte eenheden.

Aantal gebruiksdoelen Aantal gebruikscategorieën in het gebouw.

Identificatie gekozen verblijfsobject ¹

Identificatienummer van het verblijfsobject.

Status Status van het verblijfsobject.

Gebruiksdoel Functie van het verblijfsobject.

Vloeroppervlak Totaal vloeroppervlak in m2 van het verblijfsobject.

Adresgegevens Volledige adres van het verblijfsobject.

¹ Indien geen verblijfsobject bekend is op de aangevraagde locatie, dan wordt deze rubriek niet getoond.

Ruimtelijke plannen

Sinds 1 januari 2010 zijn de overheden verplicht hun ruimtelijke plannen digitaal te publiceren, conform de IMRO codering. Planviewer heeft via de bronhouder een kopie van ieder gepubliceerd plan in de database. De database wordt dagelijks bijgewerkt. Op basis van die gegevens worden Bestemmingsrapporten gemaakt. Een Bestemmingsrapport is een uittreksel van een ruimtelijk plan specifiek voor een bepaald adres. Er zijn de volgende types ruimtelijke plannen: bestemmingsplan, omgevingsvergunning, wijzigingsplan, projectbesluit, gerechtelijke uitspraak, beheersverordening, uitwerkingsplan, inpassingsplan, provinciale verordening, voorbereidingsbesluit, en reactieve aanwijzingen exploitatieplan.

Gerelateerde online producten van Planviewer

Bestemmingsrapport een handzame PDF dat informatie geeft over de bestemmingsplan regels van een

Bestemmingsrapport

Kenmerk Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis Datum 17-08-2020

Planviewer BV | Utrechtsestraat 61 , 6811 LW Arnhem | 088-7006060 | info@planviewer.nl | www.planviewer.nl

(15)

specifieke locatie. Dit afgebeeld op een kaart op schaal met legenda, waardoor de situatie duidelijk wordt en welke bestemming het gekozen object heeft.

Percelenrapport een PDF met de kadastrale grenzen van het aangevraagde perceel plus een overzicht van de directe omgeving.

Eigenarenrapport een PDF dat informatie geeft over de kadastrale eigenaar. Bron Kadaster.

Hypotheekrapport een PDF met informatie over inschrijvingen van hypotheken en/of beslagen. Bron Kadaster.

Disclaimer en privacy statement

Disclaimer

Met de afname tot en het gebruik van dit product stemt u als afnemer in met de volgende voorwaarden:

Planviewer B.V. zal zich inspannen om de in dit rapport verstrekte informatie steeds zo juist en volledig mogelijk te presenteren.

Planviewer B.V. kan echter niet garanderen dat de aard en inhoud van de informatie juist is.

Planviewer B.V. is niet aansprakelijk voor eventuele schade die de afnemer van het product lijdt als gevolg van het gebruik van dit product verstrekte informatie.

De afnemer is zelf verantwoordelijk voor de juiste beoordeling van resultaten.

Privacy

Planviewer B.V. respecteert de privacy van de afnemers van het product. Hoewel de grootste nauwkeurigheid wordt betracht kan Planviewer B.V. niet aansprakelijk worden gesteld als informatie door derden

wederrechtelijk wordt verkregen.

Bestemmingsrapport

Kenmerk Marter 9, 3225RJ Hellevoetsluis Datum 17-08-2020

Planviewer BV | Utrechtsestraat 61 , 6811 LW Arnhem | 088-7006060 | info@planviewer.nl | www.planviewer.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Planviewer BV | Utrechtsestraat 61 , 6811 LW Arnhem | 088-7006060 | info@planviewer.nl | www.planviewer.nl... Bestemmingsplangebied Bestemmingsplangebied

De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een drinkwaterleiding van 300 mm

op de gronden gelegen buiten het bouwvlak mogen per bouwperceel aan- en uitbouwen en bijgebouwen worden gebouwd met een maximale gezamenlijke oppervlakte van 50

overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelegen achter het (verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw maximaal 2 m hoog, met dien verstande dat tunnels die niet langer dan

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 6.2.3, onder b, voor het vergroten van de inhoud van een bedrijfswoning inclusief aanbouwen, tot maximaal

de gronden buiten het bouwvlak mogen per bouwperceel voor maximaal 1% worden bebouwd, uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'maximum goothoogte (m), maximum bouwhoogte (m),

Gelet op het doel van het inpassingsplan is deze aanhoudingsplicht beperkt tot aanvragen voor het oprichten of vergroten van veestallen binnen agrarische bouwpercelen die op een

Van dit verbod kan worden afgeweken als bij de aanvraag van een omgevingsvergunning voor bouwen of van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde,