Schriftelijke vragen ex art. 42 RvO inzake Strafbaarstelling illegaliteit Groningen, 7 maart 2013
Schriftelijke vragen inzake strafbaarstelling illegaliteit
In het regeerakkoord van de PvdA-VVD is afgesproken dat illegaal verblijf strafbaar gesteld moet worden. Hiertoe is op 14 januari een wetsvoorstel ingediend.
1Kort gezegd houdt het voorstel in dat mensen die illegaal in Nederland zijn, een
overtreding begaan. De sanctie hierop is een geldboete (strafbeschikking) met een maximum van €3900,-. Als de boete niet wordt betaald, is vervangende hechtenis mogelijk. Bij recidive kan een “zwaar” inreisverbod worden opgelegd. Op het niet naleven hiervan staat een gevangenisstraf van 6 maanden.
D66 is tegen dit wetsvoorstel. Strafbaarstelling van illegaliteit staat op gespannen voet met fundamentele mensenrechten en het treft vooral de meest kwetsbare groepen. Het voorstel is geen oplossing voor illegaliteit, maar zorgt er juist voor dat negatieve gedragsveranderingen aangemoedigd worden. Kinderen worden
bijvoorbeeld van school gehaald, terwijl instanties worden gemeden. Bovendien zijn er onder de huidige wetgeving al mogelijkheden voor strafrechtelijk optreden, zoals een inreisverbod voor overlastgevende vreemdelingen. Het huidige wetsvoorstel is volgens D66 dan ook onnodig en onwenselijk.
De uitvoering en de effecten van deze maatregelen komen bij de gemeenten te liggen. De gemeente Groningen heeft tot nu toe terecht altijd oog gehad voor de situatie waarin illegalen verkeren en, indien nodig, noodhulp geboden. D66 wil graag van het College weten hoe zij het nieuwe wetsvoorstel beziet in het licht van de huidige situatie en in welke mate zij gehoor zal geven aan de uitvoering van de nieuwe wet. Daarom stellen wij de volgende vragen:
1. Hoe staat het College tegenover het wetsvoorstel strafbaarstelling van
1