Jaarverslaggeving Stichting Sint Jozefoord

(1)

Stichting Sint Jozefoord

(2)

Stichting Sint Jozefoord

INHOUDSOPGAVE Pagina

1 Jaarrekening 2018

1.1 Balans per 31 december 2018 2

1.2 Resultatenrekening over 2018 3

1.3 Kasstroomoverzicht over 2018 4

1.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5

1.5 Toelichting op de balans per 31 december 2018 10

1.6.b Mutatieoverzicht materiële vaste activa 17

1.7 Overzicht langlopende schulden ultimo 2018 18

1.8 Toelichting op de resultatenrekening over 2018 19

1.9 Vaststelling en goedkeuring 24

2 Overige gegevens

2.1 Statutaire regeling resultaatbestemming 27

2.2 Nevenvestigingen 27

2.3 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 28

(3)

1 JAARREKENING

(4)

1.1 BALANS PER 31 DECEMBER 2018 (na resultaatbestemming)

Ref. 31-dec-18 31-dec-17

€ €

ACTIVA

Vaste activa

Materiële vaste activa 2 9.776.660 7.133.774

Totaal vaste activa 9.776.660 7.133.774

Vlottende activa

Vorderingen uit hoofde van financieringstekort 6 92.141 71.252

Debiteuren en overige vorderingen 7 317.229 319.021

Liquide middelen 9 2.666.144 3.848.922

Totaal vlottende activa 3.075.514 4.239.195

Totaal activa 12.852.174 11.372.969

Ref. 31-dec-18 31-dec-17

€ €

PASSIVA

Eigen vermogen 10

Bestemmingsreserves 0 916.335

Bestemmingsfondsen 1.801.082 480.057

Algemene en overige reserves 2.947.461 2.947.461

Totaal eigen vermogen 4.748.543 4.343.853

Voorzieningen 11 429.740 572.210

Langlopende schulden (nog voor meer 12 5.747.004 4.800.000 dan een jaar)

Kortlopende schulden (ten hoogste 1 jaar)

Overige kortlopende schulden 13 1.926.887 1.656.906

Totaal kortlopende schulden (ten hoogste 1 jaar) 1.926.887 1.656.906

Totaal passiva 12.852.174 11.372.969

2

(5)

Ref. 2018 2017

€ €

BEDRIJFSOPBRENGSTEN:

Opbrengsten zorgprestaties (en maatschappelijke ondersteuning) 16 11.289.374 9.666.738

Overige bedrijfsopbrengsten 18 1.098.605 1.069.943

Som der bedrijfsopbrengsten 12.387.979 10.736.681

BEDRIJFSLASTEN:

Personeelskosten 19 8.374.241 7.745.003

Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa 20 641.693 353.558

Overige bedrijfskosten 23 2.879.765 2.428.197

Som der bedrijfslasten 11.895.699 10.526.758

BEDRIJFSRESULTAAT 492.280 209.923

Financiële baten en lasten 24 -87.590 266

RESULTAAT BOEKJAAR 404.690 210.189

RESULTAATBESTEMMING

Het resultaat is als volgt verdeeld: 2018 2017

€ €

Toevoeging/(onttrekking):

Bestemmingsfonds aanvaardbare kosten 404.690 108.004

Algemene / overige reserves 0 102.185

404.690 210.189

(6)

1.3 KASSTROOMOVERZICHT OVER 2018

Ref. 2018 2017

€ € € €

Kasstroom uit operationele activiteiten

Bedrijfsresultaat 492.280 209.923

Aanpassingen voor:

- afschrijvingen en overige waardeverminderingen 20, 21 641.693 353.558

- mutaties voorzieningen 11 -142.470 -190.397

499.223 163.161

Veranderingen in werkkapitaal:

- vorderingen 7 1.792 23.203

- vorderingen/schulden uit hoofde van financieringstekort

respectievelijk -overschot 6 -20.889 -367.830

- kortlopende schulden (excl. schulden aan banken) 13 -70.815 273.299

-89.912 -71.328

Kasstroom uit bedrijfsoperaties 901.591 301.756

Ontvangen interest 24 210 266

Betaalde interest 24 0 0

210 266

Totaal kasstroom uit operationele activiteiten 901.801 302.022

Kasstroom uit investeringsactiviteiten

Investeringen materiële vaste activa 2 -3.284.579 -5.366.087

Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten -3.284.579 -5.366.087

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

Nieuw opgenomen leningen 12 1.200.000 4.800.000

Aflossing langlopende schulden 12 0 0

Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten 1.200.000 4.800.000

Mutatie geldmiddelen -1.182.778 -264.065

Stand geldmiddelen per 1 januari 9 3.848.922 4.112.987

Stand geldmiddelen per 31 december 9 2.666.144 3.848.922

Mutatie geldmiddelen -1.182.778 -264.065

Toelichting:

Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode.

4

(7)

1.4.1 Algemeen Algemene gegevens

Verslaggevingsperiode

Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

Continuïteitsveronderstelling

Vergelijking met voorgaand jaar

Gebruik van schattingen

1.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Activa en passiva

De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en

veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van de grondslagen en gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.

De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Regeling verslaggeving WTZi (RvW).

Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.

De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar.

Stichting Sint Jozefoord is statutair (en feitelijk) gevestigd te Nuland, op het adres Duyn en Daelseweg 15, en is geregistreerd onder KvK-nummer 41081766.

De belangrijkste activiteiten zijn de exploitatie van een verpleeg- en verzorgingshuis voor ouderen.

Deze jaarrekening heeft betrekking op het boekjaar 2018, dat is geëindigd op balansdatum 31 december 2018.

De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en het resultaat zijn gebaseerd op historische kosten, tenzij anders vermeld in de verdere grondslagen. De jaarrekening is opgesteld in euro.

Toelichtingen op posten in de balans, resultatenrekening en kasstroomoverzicht zijn in de jaarrekening genummerd.

Een actief wordt in de balans verwerkt wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar de onderneming zullen toevloeien en het actief een kostprijs of een waarde heeft waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Activa die hier niet aan voldoen worden niet in de balans verwerkt, maar worden aangemerkt als niet in de balans opgenomen activa. Activa waarvan het waarschijnlijk is dat de

realiseerbare waarde lager is dan de boekwaarde, worden afgewaardeerd tot het niveau van de hoogste van de indirecte en directe realiseerbare waarde.

Activa en passiva worden tegen verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs opgenomen, tenzij anders vermeld in de verdere grondslagen.

(8)

Stichting Sint Jozefoord te Nuland

1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING Vaste activa - bijzondere waardeverminderingen

Financiële instrumenten

Vaste activa met een lange levensduur worden beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. Als dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat. De realiseerbare waarde is de hoogste van de bedrijfswaarde en de opbrengstwaarde. De

terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de opbrengstwaarde of de bedrijfswaarde zijnde de geschatte contante waarde van de

toekomstige netto kasstromen die het actief naar verwachting zal genereren. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen, worden bijzondere

waardeverminderingen verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. De opbrengstwaarde is gebaseerd op de geschatte verkoopprijs minus de geschatte kosten welke nodig zijn om de verkoop te realiseren.

Financiële instrumenten omvatten handels- en overige vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen posten. Financiële instrumenten omvatten tevens in contracten besloten afgeleide financiële instrumenten (derivaten). Financiële instrumenten, inclusief de van de basiscontracten gescheiden afgeleide financiële instrumenten, worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde. Na de eerste opname (tegen reële waarde) worden financiële instrumenten gewaardeerd op de manier zoals beschreven in de grondslagen voor de desbetreffende financiële instrumenten.

Een in de balans opgenomen actief of verplichting blijft op de balans opgenomen als een transactie niet leidt tot een belangrijke verandering in de economische realiteit met betrekking tot het actief of de verplichting. Dergelijke transacties geven evenmin aanleiding tot het verantwoorden van resultaten. Bij de beoordeling of er sprake is van een belangrijke verandering in de economische realiteit wordt uitgegaan van de economische voordelen en risico’s die zich naar waarschijnlijk in de praktijk zullen voordoen, en niet op voordelen en risico’s waarvan redelijkerwijze niet te verwachten is dat zij zich voordoen.

Een actief of verplichting wordt niet langer in de balans opgenomen indien een transactie ertoe leidt dat alle of nagenoeg alle rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico's met betrekking tot het actief of de verplichting aan een derde zijn overgedragen. De resultaten van de transactie worden in dat geval direct in de winst-en-verliesrekening opgenomen, rekening houdend met eventuele voorzieningen die dienen te worden getroffen in samenhang met de transactie. Indien de weergave van de economische realiteit ertoe leidt dat het opnemen van activa waarvan de rechtspersoon niet het juridisch eigendom bezit, wordt dit feit vermeld.

Een verplichting wordt in de balans verwerkt wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen en de omvang van het bedrag waartegen de afwikkeling zal plaatsvinden op betrouwbare wijze kan worden vastgesteld. Onder

verplichtingen worden mede voorzieningen begrepen. Verplichtingen die hier niet aan voldoen worden niet in de balans opgenomen, maar worden verantwoord als niet in de balans opgenomen verplichtingen.

6

(9)

Immateriële en materiële vaste activa

Vorderingen

Liquide middelen

Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Een vordering uit hoofde van financieringstekorten of een schuld uit hoofde van financieringsoverschotten is het aan het einde van het boekjaar bestaande verschil tussen het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten en de ontvangen voorschotten en de in rekening gebrachte vergoedingen voor diensten en verrichtingen ter dekking van het wettelijk budget (artikel 6 Regeling verslaggeving WTZi).

Vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen. Indien geen sprake is van (substantiële) agio/disagio of transactiekosten dan is de geamortiseerde kostprijs gelijk aan de nominale waarde. Een voorziening wordt getroffen op de vorderingen op grond van verwachte oninbaarheid.

De immateriële en materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingen.

De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de verkrijgings- of vervaardigingsprijs volgens de lineaire methode op basis van de verwachte economische levensduur. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Op bedrijfsterreinen en op vaste activa in ontwikkeling en vooruitbetalingen op materiële vaste activa wordt niet afgeschreven. De afschrijvingspercentages zijn toegelicht in de toelichting op de balans.

(10)

Stichting Sint Jozefoord te Nuland

1.4 GRONDSLAGEN VAN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING Voorzieningen (algemeen)

Schulden

1.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Algemeen

Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan en die het gevolg zijn van een gebeurtenis uit het verleden, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De

voorzieningen worden gewaardeerd tegen nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichting en verliezen af te wikkelen. Indien het verschil tussen de nominale en contante waarde van de verplichtingen materieel is, worden voorzieningen gewaardeerd tegen contante waarde.

In de toelichting op de balans is een nadere uiteenzetting van de grondslagen per voorziening uitgewerkt.

Onder de langlopende schulden worden schulden opgenomen met een resterende looptijd van meer dan één jaar. De kortlopende schulden hebben een verwachte looptijd van maximaal één jaar. De schulden worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Indien geen sprake is van (substantiële) agio/disagio of transactiekosten dan is de geamortiseerde kostprijs gelijk aan de nominale waarde. De aflossingsverplichtingen voor het komend jaar van de langlopende schulden worden opgenomen onder kortlopende schulden.

Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. Baten en lasten worden verwerkt in het jaar waarop zij betrekking hebben. Daarbij wordt voorzichtigheid betracht overeenkomstig de grondslagen die gelden voor het opnemen van activa en passiva (zoals eerder vermeld).

Baten en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar

toegerekend. In het geval van een geconstateerde fout in voorgaande boekjaren wordt foutherstel toegepast.

8

(11)

1.4.5 Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht

1.4.6 Grondslagen voor gebeurtenissen na balansdatum

1.4.7 Waarderingsgrondslagen WNT

Voor de uitvoering van de Wet normering topinkomens (WNT) heeft de instelling zich gehouden aan de wet- en regelgeving inzake de WNT, waaronder de instellingsspecifieke (sectorale) regels.

Gebeurtenissen die nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum en die blijken tot aan de datum van het opmaken van de jaarrekening worden verwerkt in de jaarrekening.

Gebeurtenissen die geen nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum worden niet in de jaarrekening verwerkt. Als dergelijke gebeurtenissen van belang zijn voor de oordeelsvorming van de gebruikers van de jaarrekening, worden de aard en de geschatte financiële gevolgen ervan toegelicht in de jaarrekening.

Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen en beleggingen die zonder beperkingen en zonder materieel risico van

waardeverminderingen als gevolg van de transactie kunnen worden omgezet in geldmiddelen.

(12)

1.5 TOELICHTING OP DE BALANS

ACTIVA

2. Materiële vaste activa

31-dec-18 31-dec-17

De specificatie is als volgt: € €

Bedrijfsgebouwen en terreinen 4.890.445 298.351

Machines en installaties 2.746.706 1.085.870

Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting 2.040.983 929.698 Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa 98.526 4.819.855

Niet aan het bedrijfsproces dienstbare materiële activa 0 0

Totaal materiële vaste activa 9.776.660 7.133.774

Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven: 2018 2017

€ €

Boekwaarde per 1 januari 7.133.774 2.121.245

Bij: investeringen 3.284.579 5.366.087

Bij: herwaarderingen 0 0

Af: afschrijvingen 641.693 353.558

Af: bijzondere waardeverminderingen 0 0

Bij: terugname bijzondere waardeverminderingen 0 0

Af: terugname geheel afgeschreven activa 0 0

Af: desinvesteringen 0 0

Boekwaarde per 31 december 9.776.660 7.133.774

Toelichting:

1.5 TOELICHTING OP DE BALANS ACTIVA

6. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort en schulden uit hoofde van financieringsoverschot WLZ

2017 2018 totaal

€ € €

Saldo per 1 januari 71.252 0 71.252

Financieringsverschil boekjaar 0 92.141 92.141

Correcties voorgaande jaren 66.968 0 66.968

Betalingen/ontvangsten -138.220 0 -138.220

Subtotaal mutatie boekjaar -71.252 92.141 20.889

Saldo per 31 december 0 92.141 92.141

Stadium van vaststelling (per erkenning):

c a

a= interne berekening

b= overeenstemming met zorgkantoor c= definitieve vaststelling NZa

Voor een nadere specificatie van het verloop van de materiële vaste activa per activagroep wordt verwezen naar het mutatieoverzicht onder 1.6.

De vaste activa zijn als zekerheid gesteld voor de langlopende schulden. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar het overzicht van de langlopende leningen in onderdeel 1.7.

In mei 2018 is het nieuwbouw-complex "Zicht op Nuland" in gebruik genomen.

10

(13)

92.141 71.252

Specificatie financieringsverschil in het boekjaar 31-dec-18 31-dec-17

€ €

Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Wlz-zorg (exclusief subsidies) 10.348.209 8.825.860

Af: vergoedingen ter dekking van het wettelijk budget 10.256.068 8.754.608

Totaal financieringsverschil 92.141 71.252

7. Debiteuren en overige vorderingen

De specificatie is als volgt: 31-dec-18 31-dec-17

€ €

Vorderingen op debiteuren 219.487 153.283

Overige vorderingen:

Vordering op Congregatie "dochters van Maria en Joseph" 37.825 40.145

WMO Gemeente Den Bosch 0 11.342

Vooruitbetaalde bedragen 6.836 38.608

Nog te ontvangen bedragen 53.081 75.643

Totaal debiteuren en overige vorderingen 317.229 319.021

Toelichting:

De vorderingen op debiteuren zijn voornamelijk gestegen door de toegenomen diensten in het kader van wijkverpleging en door toename van eerstelijns verblijf. Deze zijn in rekening gebracht bij de zorgverzekeraars. Er is geen voorziening voor oninbaarheid getroffen op de vorderingen.

(14)

1.5 TOELICHTING OP DE BALANS ACTIVA

9. Liquide middelen

€ €

Bankrekeningen 397.421 377.222

Kassen 5.020 3.207

Spaarrekening 2.263.703 3.468.493

Totaal liquide middelen 2.666.144 3.848.922

Toelichting:

PASSIVA

10. Eigen vermogen

Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten: 31-dec-18 31-dec-17

€ €

Kapitaal 0 0

Bestemmingsreserves 0 916.335

Bestemmingsfondsen 1.801.082 480.057

Algemene en overige reserves 2.947.461 2.947.461

Totaal eigen vermogen 4.748.543 4.343.853

Bestemmingsreserves

Saldo per Resultaat- Overige Saldo per

Het verloop is als volgt weer te geven: 1-jan-2018 bestemming mutaties 31-dec-2018

€ € € €

Bestemmingsreserves:

Ontvlechting en achterstallig onderhoud 816.335 0 -816.335 0

Externe dienstverlening 100.000 0 -100.000 0

Totaal bestemmingsreserves 916.335 0 -916.335 0

Bestemmingsfondsen

€ € € €

Bestemmingsfondsen:

Reserve aanvaardbare kosten 480.057 404.690 916.335 1.801.082

Totaal bestemmingsfondsen 480.057 404.690 916.335 1.801.082

Algemene en overige reserves

€ € € €

Algemene reserves: 2.947.461 2.947.461

Totaal algemene en overige reserves 2.947.461 0 0 2.947.461

De liquide middelen staan geheel ter vrije beschikking.

12

(15)

Joseph. Sedert de oprichting van de Stichting is particulier vermogen opgebouwd als bedoeld in de statuten van de Stichting, geadministreerd op de balans van de Stichting onder de post "Algemene reserve". Dit particulier opgebouwde vermogen is niet afkomstig van of opgebouwd uit van overheids- of gemeenschapswege ontvangen betalingen.

(16)

1.5 TOELICHTING OP DE BALANS PASSIVA

11. Voorzieningen

Saldo per Dotatie Onttrekking Vrijval Saldo per

Het verloop is als volgt weer te geven: 1-jan-2018 31-dec-2018

€ € € € €

Jubileumverplichtingen 66.100 12.489 8.146 0 70.443

Persoonlijk budget levensfase 57.298 0 15.630 0 41.668

Servicekosten overige congregaties 46.132 0 46.132 0 0

Garantiesalarissen 310.792 9.324 35.487 0 284.629

Langdurig zieken 36.900 33.000 36.900 0 33.000

ORT vakantiedagen 2012 tm 2016 54.988 0 54.988 0 0

Totaal voorzieningen 572.210 54.813 197.283 0 429.740

Toelichting in welke mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moeten worden beschouwd:

31-dec-2018

Kortlopend deel van de voorzieningen (< 1 jr.) 11.707

Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jr.) 418.033

hiervan > 5 jaar 71.721

Toelichting per categorie voorziening:

Voorziening jubileumverplichtingen

Voorziening persoonlijk budget levensfase (toerekening aan jaren)

Voorziening servicekosten overige congregaties:

Voorziening langdurig zieken

Voorziening ORT vakantiedagen 2012 tm 2016

De voorziening Servicekosten overige congregaties is gevormd uit een dotatie van de congregatie DMJ ter derving van de lagere opbrengst servicekosten nadat de overige congregaties zelfstandig de servicekosten afrekenen. Deze voorziening is niet meer van toepassing.

De voorziening persoonlijk budget levensfase (PBL) betreft een voorziening uit hoofde van een CAO verplichting in het kader van de overgangsregeling 50+. Het persoonlijk budget levensfase kwalificeert als een beloning met opbouw van rechten. De

voorziening betreft de contante waarde van de in de toekomst eenmalig uit te keren PBL-uren. De berekening is gebaseerd op de CAO-bepalingen, blijfkans, leeftijd en resterende dienstjaren tot het bereiken van de 55-jarige leeftijd. De gehanteerde

disconteringsvoet bedraagt 5%.

De jubileumvoorziening betreft een voorziening voor toekomstige jubileumuitkeringen. De voorziening betreft de contante waarde van de in de toekomst uit te keren jubileumuitkeringen. De berekening is gebaseerd op gedane toezeggingen, blijfkans en leeftijd.

De gehanteerde disconteringsvoet bedraagt 3%.

Voorziening garantiesalarissen:

De voorziening garantiesalarissen is in 2013 gevormd vanuit de afkoop van de Congregatie DMJ van de in de toekomst te betalen garantiesalarissen van medewerkers Sint Jozefoord. Jaarlijk worden de uitbetaald garantiesalarissen aan de voorziening onttrokken. De disconteringsvoet bedraagt 3%. Jaarlijks wordt er 3% rente via de dotatie aan de voorziening toegerekend ten laste van de exploittaie.

Voor langdurig zieken is een voorziening gevormd op basis van de verwachte loonkosten in de eerste twee jaren van de arbeidsongeschiktheid (voor medewerkers die naar verwachting niet zullen terugkeren in het arbeidsproces), voorzover deze na 31 december 2018 vallen.

Deze voorziening is gevormd voor de verplichting vanuit de CAO VVT 2016 2018 tot betalen van ORT over opgenomen vakantiedagen in de periode 2012 tot en met 2016. De uitbetaling zal plaatsvinden in 2019 en de voorziening is derhalve onder kortlopende schulden opgenomen.

14

(17)

PASSIVA

12. Langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar)

€ €

Overige langlopende schulden 5.747.004 4.800.000

Totaal langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar) 5.747.004 4.800.000

Het verloop is als volgt weer te geven: 2018 2017

€ €

Stand per 1 januari 4.800.000 0

Bij: nieuwe leningen 1.200.000 4.800.000

Af: aflossingen 0 0

Stand per 31 december 6.000.000 4.800.000

Af: aflossingsverplichting komend boekjaar 252.996 0

Stand langlopende schulden per 31 december 5.747.004 4.800.000

Toelichting in welke mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moeten worden beschouwd:

Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.), aflossingsverplichtingen 252.996 0 Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.) (balanspost) 5.747.004 4.800.000

hiervan > 5 jaar 4.689.802 4.961.043

De aflossingsverplichtingen komend boekjaar zijn verantwoord onder de kortlopende schulden.

13. Overige kortlopende schulden

€ €

Crediteuren 642.872 898.733

Aflossingsverplichtingen komend boekjaar langlopende leningen 252.996 0

BTW 6.686 2.314

Belastingen en premies sociale verzekeringen 160.187 132.075

Schulden terzake pensioenen 40.184 35.065

Nog te betalen salarissen 2.731 0

Vakantiegeld 266.805 229.063

Eindejaarsuitkering 30.174 27.990

Vakantiedagen 306.326 222.520

ORT vakantiedagen 2012 tm 2016 27.132 54.988

Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden wordt verwezen naar het overzicht langlopende schulden (onderdeel 1.7).

(18)

1.5 TOELICHTING OP DE BALANS 14. Financiële instrumenten

15.a. Niet in de balans opgenomen verplichtingen en niet in de balans opgenomen activa

Er is geen sprake van niet in de balans opgenomen verplichtingen en niet in de balans opgenomen activa.

Algemeen

De instelling maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die de instelling kunnen blootstellen aan markt- en/of kredietrisico’s. Deze financiële instrumenten zijn in de balans opgenomen. De instelling handelt in overeenstemming met de interne procedures en gedragslijnen niet in financiële derivaten.

Kredietrisico

De vorderingen zijn voor het grootste deel geconcentreerd bij zorgkantoor, zorgverzekeraars en gemeenten. De kredietrisico’s zijn beperkt.

Renterisico

Het renterisico voor de instelling is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van de opgenomen leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de gehele looptijd. De leningen worden aangehouden tot het einde van de looptijd.

Reële waarde

De reële waarde van de meeste in de balans opgenomen verantwoorde financiële instrumenten, waaronder vorderingen, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan.

16

(19)

Andere vaste Materiële vaste bedrijfs- bedrijfsactiva in

middelen, uitvoering en Niet aan het Bedrijfs- technische en vooruitbetalingen bedrijfsproces

gebouwen en Machines en administratieve op materiële dienstbare Totaal terreinen installaties uitrusting vaste activa materiële activa

€ € € € € €

Stand per 1 januari 2018

- aanschafwaarde 298.351 1.885.855 3.000.339 4.819.855 0 10.004.400

- cumulatieve herwaarderingen 0 0 0 0 0 0

- cumulatieve afschrijvingen 0 799.985 2.070.641 0 0 2.870.626

Boekwaarde per 1 januari 2018 298.351 1.085.870 929.698 4.819.855 0 7.133.774

Mutaties in het boekjaar

- investeringen 1.197.805 826.116 1.190.657 70.001 0 3.284.579

- herwaarderingen 0 0 0 0 0 0

- afschrijvingen 77.593 291.254 272.846 0 0 641.693

- reclassificatie ingebruikname 3.471.882 1.125.974 193.474 4.791.330 0 0

- terugname geheel afgeschreven activa

.aanschafwaarde 0 0 0 0 0 0

.cumulatieve herwaarderingen 0 0 0 0 0 0

.cumulatieve afschrijvingen 0 0 0 0 0 0

- desinvesteringen

aanschafwaarde 0 0 0 0 0 0

cumulatieve herwaarderingen 0 0 0 0 0 0

cumulatieve afschrijvingen 0 0 0 0 0 0

per saldo 0 0 0 0 0 0

Mutaties in boekwaarde (per saldo) 4.592.094 1.660.836 1.111.285 -4.721.329 0 2.642.886

Stand per 31 december 2018

(20)

1.7 OVERZICHT LANGLOPENDE SCHULDEN ULTIMO 2018

Leninggever Afsluit-

datum Hoofdsom Totale

loop- tijd

Soort lening Werke-

lijke- rente

Einde rente- vast periode

Restschuld 31 december

2017

Nieuwe leningen in

2018

Aflossing in 2018

Restschuld 31 december

2018

Restschuld over 5 jaar

Resterende looptijd in jaren eind

2018

Aflos- sings- wijze

Aflossing

2019 Gestelde zekerheden

€ % € € € € € €

Congregatie DMJ 14-jul-17 6.000.000 20 Annuïteit 1,76% 0,00% 4.800.000 1.200.000 0 6.000.000 4.689.802 20 Annuiteit 252.996 Eerste hypotheek op onroerend goed

Totaal 4.800.000 1.200.000 0 6.000.000 4.689.802 252.996

18

(21)

BATEN

16. Opbrengsten zorgprestaties (en maatschappelijke ondersteuning)

2018 2017

De specificatie is als volgt: € €

Opbrengsten zorgverzekeringswet Wijkverpleging 358.881 302.699

Opbrengsten zorgverzekeringswet Eerstelijns verblijf 116.443 66.083

Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Wlz-zorg 10.348.209 8.825.860

Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Wlz-zorg voorgaande jaren 66.968 98.246

Opbrengsten Wmo 375.830 362.446

Opbrengsten Persoonsgebonden en -volgende budgetten 23.043 11.404

Totaal 11.289.374 9.666.738

Toelichting:

18. Overige bedrijfsopbrengsten

De specificatie is als volgt: 2018 2017

€ €

Overige dienstverlening:

Mantelzorgopbrengsten 165.428 170.874

Verblijfkosten kloosterplaatsen 458.683 464.851

Maaltijden 98.958 96.398

Overige opbrengsten:

Vergoeding voor personeel 85.372 80.435

Diverse vergoedingen 207.068 191.293

Huur en servicekosten 83.096 66.092

Totaal 1.098.605 1.069.943

Toelichting:

De productie wijkverpleging is toegenomen, hiervoor zijn de zorgkostenplafonds in 2018 ook uitgebreid. Zo ook voor het eerstelijnsververblijf. Het wettelijk budget WLz-zorg is een eigen berekening, het nacalculatieformulier 2018 dient nog te worden ingediend.Het wettelijk budget WLz voorgaande jaren is een nabetaling 2017 i.v.m. financiering door de Nza van de overproductie 2017. Opbrengst WMO betreft Huishoudelijke zorg thuis en dagbesteding.

Opbrengsten uit het verlenen van diensten worden in de winst-en-verliesrekening verwerkt wanneer het bedrag van de opbrengsten op betrouwbare wijze kan worden bepaald, de inning van de te ontvangen vergoeding waarschijnlijk is, de mate waarin de dienstverlening op balansdatum is verricht betrouwbaar kan worden bepaald en de reeds gemaakte kosten op betrouwbare wijze kunnen worden bepaald.

De met de opbrengsten samenhangende lasten worden toegerekend aan de periode waarin de baten zijn verantwoord.

De bijdrage van de congregaties is vermeld als mantelzorgopbrengsten en verblijfkosten kloosterplaatsen.

(22)

1.8 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING LASTEN

19. Personeelskosten

€ €

Lonen en salarissen 5.866.531 5.083.512

Sociale lasten 1.036.085 825.754

Pensioenpremies 455.710 390.316

Andere personeelskosten 269.332 249.157

Loonkostensubsidies: -81.854 -76.327

Subtotaal 7.545.804 6.472.412

Personeel niet in loondienst 828.437 1.272.591

Totaal personeelskosten 8.374.241 7.745.003

Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in FTE's) per segment:

Personeel in loondienst 159 139

Personeel niet in loondienst 6 9

Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van full-time eenheden 165 148

Toelichting:

Pensioenen

Stichting Sint Jozefoord heeft voor haar werknemers een toegezegde pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende werknemers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij Stichting Sint Jozefoord. De verplichtingen, die voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds Zorg en Welzijn. Sint Jozefoord betaalt hiervoor premies waarvan de helft door de werkgever wordt betaald en de helft door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. In december 2018 bedroeg de dekkingsgraad 97,5%. Het vereiste niveau van de dekkingsgraad is 124%. Het pensioenfonds verwacht volgens het herstelplan (maart 2018) in het jaar 2027 hieraan te kunnen voldoen.

Voor tijdig herstel:

- verhoogt PFZW de premie met een premieopslag van 2%-punt gedurende de herstelperiode. Deze opslag is bedoeld om de dekkingsgraad sneller te laten herstellen en op termijn terug te keren naar een financiële positie waarin het weer mogelijk is om de pensioenen te verhogen (indexeren).

- verhoogt PFZW gedurende het herstelplan de pensioenen niet volledig. Volgens de wettelijke eisen kan verhogen pas vanaf dekkingsgraad van 110%, en dan alleen geleidelijk. Bij een dekkingsgraad van ongeveer 130% kan PFZW volledig

indexeren. Het indexeren van de pensioenen heeft echter wel tot gevolg dat het herstel langzamer gaat. Als PFZW niet tijdig uit herstel komt, dan kan het nog het indexatiebeleid aanpassen (door bijvoorbeeld later te indexeren).

PFZW voorziet geen noodzaak voor de aangesloten instellingen om extra stortingen te verrichten. Stichting Sint Jozefoord heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. Stichting Sint Jozefoord heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord.

20

(23)

20. Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa

€ €

Afschrijvingen:

- materiële vaste activa 641.693 353.558

Totaal afschrijvingen 641.693 353.558

Toelichting:

23. Overige bedrijfskosten

€ €

Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten 830.111 778.712

Algemene kosten 1.102.755 961.326

Patiënt- en bewonersgebonden kosten 355.163 243.761

Onderhoudskosten 371.488 254.873

Energiekosten 253.452 237.018

Dotaties en vrijval voorzieningen -33.204 -47.493

Totaal overige bedrijfskosten 2.879.765 2.428.197

Toelichting:

De voedingskosten, hotelmatige kosten en bewonersgebonden kosten stijgen door uitbreiding van het aantal clienten en door zorgverzwaring.

De algemene kosten stijgen door hogere advieskosten t.b.v. automatisering, hogere kosten voor belastingen en

verzekeringen i.v.m. het in eigendom krijgen van het gebouw en hogere projectkosten voor projecten t.b.v. het ICT project.

De afschrijvingslasten stijgen door de ingebruikname van de nieuwbouw "Zicht op Nuland" in mei 2018.

(24)

1.8 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING

24. Financiële baten en lasten

€ €

Rentebaten 210 266

Subtotaal financiële baten 210 266

Rentelasten 87.800 0

Subtotaal financiële lasten 87.800 0

Totaal financiële baten en lasten -87.590 266

Toelichting:

26. Honoraria accountant 2018 2017

€ €

De honoraria van de accountant over 2018 zijn als volgt:

1 Controle (of beoordeling) van de jaarrekening 33.336 54.884

2 Controle en/of overeengekomen specifieke werkzaamheden andere verantwoordingen 4.090 5.000

3 Fiscale advisering 0 0

4 Andere werkzaamheden 3.341 2.360

Totaal honoraria accountant 40.767 62.244

27. Transacties met verbonden partijen

Er hebben zich geen transacties met verbonden partijen voorgedaan op niet-zakelijke grondslag.

Verbonden partijen betreffen (rechts)personen waarop Stichting Sint Jozefoord invloed van betekenis heeft, dan wel (rechts)personen die invloed van betekenis kunnen uitoefenen op Stichting Sint Jozefoord.

De rentelasten hebben betrekking op de rente over de lening van de congregatie DMJ, welke na oplevering van de bouw ingegaan is.

22

(25)

28. Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT)

De bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur [en overige topfunctionarissen] over het jaar 2018 is als volgt:

Leidinggevende topfunctionarissen in dienstbetrekking met bezoldiging boven € 1.700 A.E.H. Groot

Bluemink

1 Functie (functienaam) Bestuurder

2 In dienst vanaf (datum begin functievervulling) 1-jul-11

3 In dienst tot (datum einde functievervulling) heden

4 (Fictieve) dienstbetrekking? Ja

5 Deeltijdfactor (minimaal 0,025 fte) 100%

6 Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 121.305

7 Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn

11.263

8 Totaal bezoldiging 132.568

9 Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 125.000

Vergelijkende cijfers 2017

1 (Fictieve) dienstbetrekking? Ja

2 Deeltijdfactor (minimaal 0,025 fte) 100%

3 Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 121.581

4Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn

10.987

5 Totaal bezoldiging 132.568

6 Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 99.000

Toezichthoudende topfunctionarissen met bezoldiging boven € 1.700

J.J.C.M. van der Laak H.M.P. Peters C.J. de Jager

1 Functie (functienaam) Voorzitter RvT Vice Voorzitter RvT Lid RvT

2 In dienst vanaf (datum begin functievervulling) 1-jul-11 1-jul-11 1-jul-11

3 In dienst tot (datum einde functievervulling) 31-dec-18 heden heden

4 Totaal bezoldiging in kader van de WNT 10.208 8.708 7.208

5 Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 18.750 12.500 12.500

M.I. Verstraeten P.L.J. Dautzenberg M.C.J. Reijrink

1 Functie (functienaam) Lid RvT Lid RvT Lid RvT

2 In dienst vanaf (datum begin functievervulling) 1-jul-11 17-feb-15 1-mrt-18

3 In dienst tot (datum einde functievervulling) 1-mrt-18 heden heden

1 Totaal bezoldiging in kader van de WNT 7.168 7.168 0

2 Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 9.900 9.900

Toelichting

(26)

1.9 VASTSTELLING EN GOEDKEURING

Vaststelling en goedkeuring jaarrekening

De raad van bestuur van Stichting Sint Jozefoord heeft de jaarrekening 2018 opgemaakt en vastgesteld in de vergadering van 16 april 2019.

De raad van toezicht van de Stichting Sint Jozefoord heeft de jaarrekening 2018 goedgekeurd in de vergadering van 23 april 2019.

Resultaatbestemming

Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in de resultatenrekening (paragraaf 1.2).

Gebeurtenissen na balansdatum

Er hebben zich geen gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan die vermeld moeten worden.

24

(27)

Drs. A.E.H. Groot Bluemink A.P.A.M. de Jong

Directeur Bestuurder Voorzitter Raad van Toezicht

H.M.P. Peters C.J. de Jager

Vice Voorzitter Raad van Toezicht Lid Raad van Toezicht

Mw. Mr. M.C.J. Reijrink Drs P.L.J. Dautzenberg

Lid Raad van Toezicht Lid Raad van Toezicht

(28)

2 OVERIGE GEGEVENS

26

(29)

2.1 Statutaire regeling resultaatbestemming

2.2 Nevenvestigingen

Stichting Sint Jozefoord heeft geen nevenvestigingen.

2.3 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

De controleverklaring van de onafhankelijke accountant is opgenomen op de volgende pagina.

In de statuten is bepaald, conform artikel 3.1 en 4.1, dat Stichting Sint Jozefoord geen winstoogmerk heeft en dat het vermogen wordt gevormd uit de opbrengsten van de stichting.

(30)

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

28