Twee effectmetingen
o Presentatie Afschaffing AOW partnertoeslag o Vragen
o Presentatie Deelname economische missies
o Vragen
Sophie Doove
Inkomens- en arbeidsmarktpositie van de jongere partners van AOW-gerechtigden
Kwantitatieve effectmeting in het kader van de afschaffing
van de AOW-partnertoeslag
Aanleiding: Afschaffing AOW-partnertoeslag.
AOW-gerechtigden die na 31 december 1949 geboren zijn kunnen geen gebruik meer maken van de AOW-partnertoeslag.
AOW-partnertoeslag: Toeslag boven op AOW-pensioen als jongere partner nog geen AOW krijgt en niet te veel verdient.
Onderzoeksvraag: Is de inkomens- en arbeidsmarktpositie van jongere partners van AOW-gerechtigden veranderd als gevolg van deze afschaffing van de AOW- partnertoeslag?
Bekostigd door: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Aanleiding en onderzoeksvraag
Jongere partners van personen:
• die in de jaren 1945 tot en met 1952 geboren zijn
• en in de jaren 2010 tot en met 2017 de AOW-gerechtigde leeftijd bereikten
• en minimaal twee kalenderjaren leeftijdsverschil.
Methode: populatie
Methode: Populatie
23.640 30.030 27.420 25.470 23.380 21.890 20.520 4.920
7.550 9.870 9.610 9.250 8.290 7.750 7.260 1.680
22.320 31.610 31.960 31.580 31.220 32.080 33.010 8.1909.350 13.870 14.300 14.290 14.000 14.180 14.430 3.500
0 5000 10000 15000 20000 25000 30000 35000
1945 1946 1947 1948 1949 1950 1951 1952
Doelpopulatie - minimaal 2 jaar verschil Doelpopulatie - minimaal 5 jaar verschil Referentiegroep - minimaal 2 jaar verschil Referentiegroep - minimaal 5 jaar verschil
Methode: Regression discontinuity design (RDD)
Situatie zonder afschaffing van de AOW-partnertoeslag (interventie)
Methode: Regression discontinuity design (RDD)
01/1945 01/1946 01/1947 01/1948 01/1949 01/1950 01/1951 01/1952
effectmaat
geboortedatum oudste partner controlegroep
interventiegroep afkappunt
Situatie met afschaffing van de AOW-partnertoeslag (interventie)
01/1945 01/1946 01/1947 01/1948 01/1949 01/1950 01/1951 01/1952
effectmaat
geboortedatum oudste partner Lokale gemiddelde effect
Methode: Regression discontinuity design (RDD)
controlegroep
interventiegroep afkappunt
bandbreedte
Effectmaten:
• Inkomen uit arbeid (primair persoonlijk inkomen) van de jongere partner in t+1
• Aantal uren per week dat de jongere partner werkt in t+1
• Arbeidsparticipatie van jongere partners in t+1
• Economische zelfstandigheid van jongere partners in t+1
• Totaal persoonlijk inkomen van de jongere partner in t+1 Covariaten:
• De waarde van de uitkomstvariabele in t-3
• Geslacht van de jongere partner
• Leeftijd van de jongere partner in t
• Vermogen van het huishouden in t
• Pensioen vóór AOW-gerechtigde leeftijd jongere partner (aantal jaren)
• Pensioen vóór AOW-gerechtigde leeftijd oudere partner (aantal jaren)
• Groei Bruto binnenlands product in t
• Werkloosheidspercentage in t
• Bijstand van de jongere partner in t
Methode: Effectmaten en covariaten
Resultaten: primair persoonlijk inkomen
1949: € 25 300 1945: € 19 800
1950: € 28 400 1949: € 1 700
1945: € 1 400
1950: € 3 200
0 20 40 60 80 100 120 140 160 180 200 220 240 260
jan.
1945
jan.
1946
jan.
1947
jan.
1948
jan.
1949
jan.
1950
jan.
1951
index (december 1949 = 100)
doelpopulatie referentiegroep
Resultaten: wekelijkse arbeidsduur
1949: 16,4 uur 1945: 13,7 uur
1950: 18,5 uur 1949: 2,6 uur
1945: 2,1 uur
1950: 4,6 uur
0 20 40 60 80 100 120 140 160 180 200 220 240
jan. 1945 jan. 1946 jan. 1947 jan. 1948 jan. 1949 jan. 1950 jan. 1951
index (december 1949 = 100)
doelpopulatie referentiegroep
Resultaten: Arbeidsparticipatie
1945: 16%
1949: 19%
1950: 29%
1945: 47%
1949: 54%
1950: 61%
0 20 40 60 80 100 120 140 160 180 200
jan.
1945
jan.
1946
jan.
1947
jan.
1948
jan.
1949
jan.
1950
jan.
1951
index (december 1949 = 100)
Astitel
Resultaten: Economische zelfstandigheid
1945: 2% 1949: 3%
1950: 6%
1945: 41% 1949: 49%
1950: 58%
0 20 40 60 80 100 120 140 160 180 200 220 240 260
jan.
1945
jan.
1946
jan.
1947
jan.
1948
jan.
1949
jan.
1950
jan.
1951
index (december 1949 = 100)
Resultaten: Totaal persoonlijk inkomen
1949: € 29 700 1945: € 28 600
1950: € 33 200 1949: € 2 500
1945: € 2 500
1950: € 4 400
0 20 40 60 80 100 120 140 160 180 200
jan.
1945
jan.
1946
jan.
1947
jan.
1948
jan.
1949
jan.
1950
jan.
1951
index (december 1949 = 100)
doelgroep referentiegroep
BASIS MODEL MODEL MET COVARIATEN
Minimaal 2 jaar verschil Minimaal 5 jaar verschil Minimaal 2 jaar verschil Minimaal 5 jaar verschil
Primair persoonlijk inkomen
Effect 1 592*** 1 823*** 1 206*** 1 360***
T.o.v. gemiddelde cohort 1949 94% 73% 71% 54%
Aantal waarnemingen 161 430 55 620 161 270 55 550
Wekelijkse arbeidsduur
Effect 2,3*** 2,8*** 1,8*** 2,2***
T.o.v. gemiddelde cohort 1949 88% 74% 69% 58%
Aantal waarnemingen 161 430 55 620 161 270 55 550
Arbeidsparticipatie
Effect 12,3%*** 13,2%*** 9,7%*** 11,0%***
T.o.v. aandeel cohort 1949 63% 53% 50% 43%
Aantal waarnemingen 160 460 55 270 160 300 55 200
Economische zelfstandigheid
Effect 2,9%*** 4,0%*** 2,2%*** 2,5%***
T.o.v. aandeel cohort 1949 104% 89% 79% 56%
Aantal waarnemingen 159 940 55 510 159 790 55 440
Totaal persoonlijk inkomen
Effect 1 578*** 2 279*** 1 074*** 1 675***
T.o.v. gemiddelde cohort 1949 63% 76% 43% 56%
Resultaten: RDD
Doelpopulatie Referentiegroep
Resultaten: RDD
• Jongere partners van AOW-gerechtigden met een laag inkomen blijven als gevolg van de afschaffing van de AOW-partnertoeslag actiever op de arbeidsmarkt op het moment dat hun partner de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.
• Waar voorheen de jongere partners minder gingen werken op het moment dat hun partner de AOW-gerechtigde leeftijd bereikte, is dit voor jongere partners van AOW-gerechtigden die vanaf 1950
geboren zijn veel minder het geval.
• Ook na correctie voor de afschaffing van andere regelingen (VUT en het prepensioen) op het moment van de afschaffing van de AOW- partnertoeslag en andere covariaten blijft het significante verschil tussen de controle- en interventiegroep aanwezig.
Conclusie
Vragen…?
Tommy Span
De internationale activiteiten van deelnemers aan economische missies
Kwantitatieve effectmeting
Geen volledige beleidsevaluatie
o Geen kwalitatief onderzoek: geen focusgroepen, geen interviews, geen administratieve lastenonderzoek, etc.
o Geen beleidsaanbevelingen.
Aanvulling op bestaand kwalitatief onderzoek
o Blauw Research (2019), Effectmonitoring internationale handelsmissies 2018: Inzicht in het effect van de missies in uitvoering bij RVO.nl en in de ervaringen van deelnemende
bedrijven.
Kwantitatieve effectmeting
Onderzoeksvraag: Wat is het effect van deelname aan een economische missie op de internationale activiteiten van individuele bedrijven naar het doelland, langs de intensieve en extensieve marge, in de periode 2012- 2016?
Bekostigd door: Buitenlandse Economische Betrekkingen van het ministerie van Buitenlandse Zaken (BuZa, DG BEB)
Onderzoeksvraag
Populatie: Alle deelnemers aan missies met bewindspersoon georganiseerd door de Rijksoverheid.
Economische missies: Individuele gesprekken met potentiële zakenpartners, interactieve sessies en netwerkevenementen.
Internationale activiteiten: Export en import van goederen en diensten (in euro’s) en directe buitenlandse investeringen (DBI, aantal bedrijven, alleen extensief).
Marges: Bedrijven kunnen al met het doelland van de missie handelen en die handel intensiveren (intensieve marge) of meegaan op een missie naar een voor hen nieuw doelland en starten met handelen (extensieve marge). Per maatstaf en per doelland of -regio.
Afbakening en definities
Propensity scores: vertegenwoordigen kans dat een bedrijf meegaat op een missie. Brengen alle dimensies waarop bedrijven vergeleken worden terug tot één dimensie. Op basis van:
o Exportintensiteit o Importintensiteit o Arbeidsproductiviteit
o Groei arbeidsproductiviteit o Kapitaalintensiteit
o R&D-uitgaven o Grootteklasse o Zelfstandig mkb o Bedrijfstak o Bedrijfsleeftijd
Propensity score matching
Interventiegroep
interventie groep
deelnemers
potentiële controlegroep
alle bedrijven die op missie kunnen
Propensity score matching
Interventiegroep
interventie groep
deelnemers
potentiële controlegroep
alle bedrijven die op missie kunnen
controle groep
Propensity score matching
Interventiegroep
interventie groep
deelnemers
potentiële controlegroep
alle bedrijven die op missie kunnen
controle groep
Propensity score matching
intensieve marge extensieve marge
1. Inquiries on trade, technology or investment: Vraag van bedrijf aan postennetwerk in land. Over zaken als start, lokale regels, etc. Doelland geregistreerd.
o Uiting van interesse in handelen met land!
o Maar bleek een té sterke interesse …
2. Handel in regio: Al wel actief in ander land in regio. Bijvoorbeeld: nog niet in Argentinië, maar al wel in Uruguay.
o Te restrictief, aantal waarnemingen werd te klein bij combinaties marge/maatstaf.
o Gebruikt als robuustheidstoets.
Potentiële controlegroep extensieve marge
3. Bedrijven die in periode 2012-2016 handel met een land hebben.
o Maatstaf van “handelsbereidheid”
o Erg breed…
Potentiële controlegroep extensieve marge
Matchingalgoritmen
1 match n matches
vrije match one-to-one k-nearest neighbours
maximum bereik caliper radius
Beste algoritme gezocht per combinatie van maatstaf en marge.