1
Eindrapport stage Dag van de Groninger Geschiedenis 2015 Door Arlette Bickel
2
Inhoudsopgave
Inleiding ... 3
Deel 1: Taken en uitvoering ... 6
Doelgroep ... 6
GHD Ubbo Emmius ... 7
Studentenprogramma ... 8
Foto-expositie Poparchief Harmoniecomplex ... 10
Ecolution ... 12
Rijksuniversiteit Groningen (RUG) ... 12
Flyers en posters ... 14
Social media ... 14
Deel 2: Algemene resultaten enquêtes ...16
Aanmeldingen ...16
Studie ... 17
Leeftijd ... 17
Communicatie ... 17
Mate van interesse voor programmaonderdelen ... 20
Bezoek aan programmaonderdelen ... 20
Suggesties voor verbetering ... 22
Overige suggesties ... 23
Volgend jaar... 23
Aanbevelingen ... 24
Bijlagen ... 26
Bijlage 1: Aanmeldformulier studentenprogramma ... 26
Bijlage 2: Voor- en achterkant flyer voor studenten... 27
Bijlage 3: Berichten in de Facebookgroep van GHD Ubbo Emmius ... 28
3
Inleiding
Voor u ligt het eindrapport van mijn stage ten behoeve van de Dag van de Groninger Geschiedenis 2015. Ik heb stage gelopen bij de Groninger Archieven vanaf 1 juli 2015 tot eind december 2015. De Dag vond dit jaar plaats op zaterdag 10 oktober 2015. De weken rondom die dag waren dan ook de meest intensieve periode van mijn stage. De Dag van de Groninger Geschiedenis, voortaan afgekort als DGG, is een jaarlijks terugkerend evenement. Het evenement kent een ieder jaar een dagvullend programma en is bedoeld voor iedereen in Groningen die zich actief bezig houdt met of belangstelling heeft voor de regionale geschiedenis van deze provincie. Groningse historische en culturele verenigingen presenteren zichzelf op de informatiemarkt. Er zijn lezingen, depot-rondleidingen, stadswandelingen, workshops, een boekenmarkt en dit jaar ook een uitgebreid muziekprogramma.
De Groninger Archieven is hoofdorganisator van de Dag van de Groninger Geschiedenis, die dit jaar voor de 29e keer werd georganiseerd. Dit doet zij samen
met een zevental partners, te weten het Huis van de Groninger Cultuur, het GAVA, Vereniging Stad & Lande, de Groninger Forum Bibliotheek, het Groninger Museum en het Noordelijk Scheepvaartmuseum. De Groninger Archieven hebben een voortrekkende rol in deze organisatie. Zij zetten de meeste mankracht in en faciliteren ook de fysieke ruimte waar het evenement plaatsvindt.
De Dag van de Groninger Geschiedenis sluit altijd aan bij de landelijke Maand van de Geschiedenis, die ieder jaar in oktober georganiseerd wordt. De DGG hanteert dan ook altijd hetzelfde thema als de landelijke Maand van de Geschiedenis – voortaan afgekort als Maand. Iedere organisatie of stichting die iets rondom dat thema wil organiseren in de maand oktober, kan aansluiten bij de Maand van de Geschiedenis via de website. De desbetreffende activiteit wordt dan opgenomen in het programma van de Maand. De Maand is dus eigenlijk een koepel, waaronder tal van activiteiten worden opgenomen die door verschillende instanties in het hele land georganiseerd worden. De centrale organisatie van de Maand ligt in handen van het Nederlands Openluchtmuseum.
4
website over het verwezenlijken van idealen en sluit aan bij onder andere zeventig jaar bevrijding in Nederland en veertig jaar onafhankelijkheid van Suriname.1
Taken
Als stagiair ben ik aangesteld om mee te werken aan de organisatie van de DGG. Mijn primaire taak was om studenten bij het evenement te betrekken. Dit doel heb ik uitgezet in twee lijnen. Enerzijds heb ik door middel van PR en communicatie geprobeerd om het evenement bij studenten onder de aandacht te brengen. Anderzijds kon ik enkele programmaonderdelen toevoegen, waardoor het voor studenten interessanter zou worden om het evenement te bezoeken.
Doelstellingen
Studenten actief betrekken bij de Groninger Archieven is iets waar de organisatie in ieder geval de laatste twee jaren aandacht aan besteed. Dit jaar is er voor de tweede maal een stagiair van de opleiding Geschiedenis betrokken geweest bij de DGG. Ik kon daarom gebruik maken van de bevindingen van de vorige stagiair. Dat vormde voor mij een handig vertrekpunt voor de formulering van mijn doelstellingen. Deze heb ik als volgt vastgesteld:
1. De GA in contact brengen met de studievereniging GHD Ubbo Emmius om nauwer contact/samenwerking te bewerkstelligen.
2. Rapport schrijven met lange termijn aanbevelingen voor de DGG. 3. De DGG promoten onder studenten en docenten van de RUG en NHL.
4. Een programmaonderdeel bedenken en uitvoeren dat gericht is op studenten.
Materiaal uit voorgaande jaren
Bij de start van mijn stage kon ik me inlezen en gebruik maken van divers materiaal. Zo was er in 2014 ook een stagiair bij de DGG betrokken. Via Jona kreeg ik aantekeningen van zijn werk te zien en de plus- en minpunten die hij had ondervonden.
Daarnaast is er twee jaar op rij in een mastercollege aandacht besteed aan de DGG. Studenten van dat college moesten een SWOT-analyse maken van de Dag, met sterke en zwakke punten en kansen en bedreigingen. Deze verslagen kon ik
1
5
geanonimiseerd doorlezen en aan de hand daarvan had ik alvast een aantal aandachtspunten voor mezelf genoteerd. Een voorbeeld daarvan was dat meerdere studenten aangaven dat ze ‘interactiviteit’ misten. Het blijkt nog best lastig te zijn om te achterhalen wat men hier precies mee bedoeld. Het wordt namelijk regelmatig verward met het actief deelnemen aan een onderdeel, of een onderdeel waarbij men actief iets doet (zoals een workshop). Onder interactiviteit versta ik daarom ‘actief input leveren door het publiek’. Ik heb geprobeerd dit enigszins op te vangen door het organiseren van een rondleiding door Stefan van der Poel. Daarover meer in het volgende hoofdstuk.
Daarnaast waren er verslagen van HBO-studenten die de communicatie rondom de Dag (in 2014) als geheel hadden geanalyseerd. Via deze verslagen kreeg ik een aardige indruk van de communicatie en PR rondom het evenement in z’n geheel. Het gaf vooral ook inspiratie met verschillende opties en ideeën die genoemd werden om de PR verder uit te bouwen.
6
Deel 1: Taken en uitvoering
Doelgroep
Mijn belangrijkste doelgroep was studenten Geschiedenis van de Rijksuniversiteit Groningen. Het evenement sluit van alle studies het beste aan bij de studie Geschiedenis en daarnaast was het ook praktisch dat ik zelf deze studie (in de masterfase) volg. Het is belangrijk om te bedenken dat deze groep geen homogene groep studenten is, maar juist erg divers. Uit het werk van de vorige stagiair bleek bijvoorbeeld dat eerstejaars studenten niet zo’n geschikte doelgroep waren, omdat zij vaak nog met andere dingen bezig zijn en vooral omdat zij vaak in het weekend nog naar huis gaan. Dit geldt in mindere mate voor ouderejaars bachelor- en masterstudenten. Ik heb me bij de promotie dus ook voornamelijk op tweede- en derdejaars bachelor studenten en masterstudenten gericht. Dat laatste bleek het makkelijkst, omdat ik zelf ook de master volg en gemerkt heb dat mond-op-mond reclame wederom het best werkt.
Naar mijn idee is de groep geschiedenisstudenten het best te bereiken via de Facebookgroep van de studievereniging en via het flyeren op colleges. Een persoonlijke benadering is daarbij belangrijk. Ik heb geprobeerd op verschillende punten de nadruk te leggen, al naar gelang wie ik voor me had. Bij masterstudenten probeerde ik meer de focus te leggen op publieksgeschiedenis, omdat dat één van de thema’s is binnen de master en dit evenement daar uiteraard goed bij past. Bij anderen probeerde ik de nadruk bijvoorbeeld op het regionale te leggen, of op één van de programmaonderdelen die relevant konden zijn.
Er worden in Groningen veel historische en culturele activiteiten georganiseerd voor (en door) studenten. Er zijn tal van festivals, evenementen door culturele en maatschappelijke stichtingen, lezingen van Studium Generale, culturele activiteiten van de USVA, studieverenigingen, de universiteit enzovoorts. De studievereniging GHD Ubbo Emmius speelt daarbij een belangrijke rol voor geschiedenisstudenten. Er wordt van alles georganiseerd; zo zijn er lezingen, een jaarlijks congres, carrière-activiteiten, feesten en borrels. De lezingen en het congres komen qua activiteit het dichtst in de buurt van de DGG.
7 GHD Ubbo Emmius
Al in het begin van mijn stage was ik me bewust van het feit dat er contact moest worden gezocht met de studievereniging van Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen, GHD Ubbo Emmius (afgekort als Ubbo). De vereniging telt zo’n 800 leden en twintig commissies, wat betekent dat er zo’n 120 actieve leden zijn. Met actief bedoelen we dus iemand die iets voor de vereniging doet, meestal een commissie. Deze studenten zijn nauwer bij de studievereniging betrokken en bezoeken ook regelmatig de activiteiten die georganiseerd worden. Een commissie wisselt elk studiejaar van samenstelling. Die wisseling is meestal begin oktober. Voor de meeste commissies geldt dat het commissiejaar vaak al informeel eindigt voor de zomer, omdat ze in het nieuwe studiejaar geen activiteit meer organiseren (er zijn uitzonderingen, bijvoorbeeld voor de congrescommissie: het jaarlijkse congres vindt altijd in oktober plaats).
Contact leggen met de studievereniging is iets wat de stagiair van vorig jaar ook al had aangegeven, dus het was duidelijk dat ik daar ook iets mee wilde doen. Ik heb contact gezocht met het bestuur van Ubbo. De insteek was tweeledig, enerzijds wilde ik ze direct al betrekken bij de Dag van 2015, anderzijds wilde ik ook kijken of we een langdurige samenwerking tot stand konden brengen. Voor de korte termijn bedachten we al snel dat het leuk was om de archiefcommissie van Ubbo bij de Dag te betrekken, door ze een tafel op de informatiemarkt aan te bieden. De archiefcommissie is de commissie die het archief van de studievereniging bijhoudt en de secretaris daarin ondersteunt. De commissie organiseert verder geen activiteiten en is als commissie dus niet echt zichtbaar binnen Ubbo. Daarom kwam ik samen met de bestuursleden op het idee om deze commissie erbij te betrekken. Omdat het nieuwe commissiejaar nog maar net begonnen zou zijn op 10 oktober, heb ik gevraagd of de oude én nieuwe commissie het voorstel van een standje bij de informatiemarkt wilde overwegen. De oude commissie was enthousiast en dus hebben zij de hele dag op de informatiemarkt gestaan.
Voor de lange termijn volgt in januari een gesprek met leden van de archiefcommissie/bestuur over andere mogelijkheden dan een standje op de informatiemarkt. Als Ubbo actief betrokken wordt in de organisatie van de Dag, dan wordt het echt onderdeel van de activiteiten van de vereniging en is er veel meer kans op bezoek door studenten. Het is wel aan te raden om ervoor te zorgen dat de studenten (van de organiserende commissie) dan een soort ‘eigenaarschap’ ervaren,
8
een gevoel van betrokkenheid en verantwoordelijkheid. Dat is ook gebruikelijk bij het functioneren van commissies in deze studievereniging. De commissies hebben redelijk veel vrijheid bij het organiseren van een activiteit, vooral qua inhoud en invulling. Daardoor dragen ze ook de verantwoordelijkheid die daarbij komt kijken. Resultaat:
De achterliggende gedachte voor een samenwerking met Ubbo is dat op die manier meer studenten Geschiedenis aangesproken zouden worden, vooral als Ubbo zelf ook promotie zou maken. Dat laatste is afgelopen jaar helaas niet gebeurd. Ik heb de informatiemarkt wel in mijn algemene PR meegenomen, maar niet heel erg benadrukt. Het kan dus aan de PR liggen dat er niet veel studenten op af zijn gekomen, maar dat kan natuurlijk ook nog met tal van andere factoren te maken hebben. De aanwezige commissieleden waren in ieder geval wel enthousiast over hun aanwezigheid op de Dag. Ze hebben ook wel aanspraak gehad van andere bezoekers. Tip: Zorg ervoor dat de betrokken studenten ‘eigenaarschap’ ervaren als je wil dat ze meehelpen met de organisatie. Op die manier zijn ze zelf actiever betrokken en dat communiceren ze ook naar anderen toe – en dat is eigenlijk hele simpele PR.
Studentenprogramma
Ik wilde graag docenten bij het evenement betrekken, omdat zij herkenbaar zijn voor studenten en ze op hun beurt ook hun studenten mee kunnen nemen. Ik kwam al snel terecht bij Stefan van der Poel, omdat hij een aansprekend en bekend docent is voor veel studenten. Een van zijn expertises is de geschiedenis van Joden in Groningen. Daarom leek het mij interessant om hem te vragen een rondleiding te geven door de Joodse buurt. De Joodse geschiedenis is voor veel studenten een aansprekend thema. Vaak wordt deze geschiedenis in een breder, mondiaal perspectief behandeld. Het is een thema wat veel studenten makkelijk in een bredere context kunnen plaatsen en daarmee is het voor een bredere doelgroep interessant, niet alleen voor regionale historici. Ik denk dat dat er mede voor gezorgd heeft dat deze activiteit succesvol is geweest.
Het contact met Stefan verliep heel gemakkelijk en goed. Hij kwam met de suggestie om een rondleiding in de Synagoge te geven in plaats van door de buurt. Het was immers een zaterdag en gezien de drukte leek het Stefan beter om in de
9
Joodse Synagoge het een en ander te vertellen. Dit leek mij ook een prima alternatief. Ik kon me ook wel vinden in zijn bezwaar tegen de drukte in die smalle straatjes. Stefan heeft goed contact met de beheerder van de synagoge. Het was al snel duidelijk dat we die zaterdag (gratis) toegang kregen tot de synagoge. Deze activiteit was dus soepel en snel geregeld.
Ik heb een aanmeldingsformulier voor het ‘studentenprogramma’ op de website gezet.2 Studenten konden zich op deze manier aanmelden voor de
rondleiding door de Synagoge en kans maken op een boek, zodat ze zich eerder zouden aanmelden en ik in de gaten kon houden hoeveel animo er was. De term ‘studentenprogramma’ was achteraf verkeerd gekozen, want het zorgde voor onduidelijkheid over de lengte en inhoud van het programma. Het suggereerde een programma met meerdere onderdelen, terwijl het feitelijk maar uit één onderdeel bestond, namelijk de rondleiding in de synagoge.
Les: Denk erom dat je zo concreet en duidelijk mogelijk bent in je communicatie, zodat bezoekers met de juiste verwachtingen op het programma afkomen.
2
10
Tip: Benader de docenten van een opleiding als je de studenten van die opleiding ook wil benaderen. Docenten zijn veelal erg welwillend en enthousiast om een bijdrage te leveren aan zo’n activiteit. Als je een aansprekende en interessante docent kiest, is dat ook handig ter promotie van het evenement. Dat geeft herkenning voor de student. Bovendien, en dat is een heel praktisch punt, vragen ze vrijwel nooit een financiële vergoeding (uitzonderingen daargelaten).
Resultaat:
De rondleiding in de synagoge werd erg goed ontvangen door het publiek. Het pakte wel iets anders uit dan ik voor ogen had – het werd meer een lezing over de ontstaansgeschiedenis van de synagoge en toch een korte rondleiding door de buurt – maar dat was voor de studenten geen bezwaar. Er waren ongeveer dertig mensen aanwezig bij de rondleiding, waarvan een aantal speciaal voor deze activiteit kwam en verder niet naar de Dag is geweest.
Foto-expositie Poparchief Harmoniecomplex
Een medestudent zei tegen mij: ‘Waarom breng je het archief niet naar de universiteit, in plaats van de universiteit naar het archief?’ Dat leek me een zinvolle suggestie, want op die manier kan de Groninger Archieven laten zien wat zij in huis heeft en daarmee meer bekendheid genereren. Na een kort intern overleg ontstond het idee om in samenwerking met het Poparchief een kleine tentoonstelling te presenteren ergens op de universiteit. Er moest een plek worden gevonden waar veel studenten kwamen die potentieel geïnteresseerd zouden zijn in de Groninger Archieven. De Universiteitsbibliotheek3 is momenteel in een grote verbouwing, dus
daar waren geen mogelijkheden. In het Harmoniecomplex4 waren wel mogelijkheden,
en daar lopen ook veel studenten rond die waarschijnlijk geïnteresseerder zullen zijn dan de gemiddelde bedrijfskunde- of natuurkunde-student. In het Harmoniecomplex vond ik een geschikte locatie; een lange wand richting de studieruimtes. De bedoeling was om een kleine verzameling striptekeningen op te hangen die in het kader van Striptober al waren samengesteld. Dit bleek echter niet op afzienbare termijn te lukken, dus toen heeft de medewerker van het Poparchief een kleine foto-expositie
3 Het contact verliep via Frank den Hollander, communicatiemedewerker bij de Universiteitsbibliotheek. 4
11
samengesteld van bekende Groningse muzikanten. Ik vond dat ook een zeer geschikt en aansprekend thema.
Uitkomst enquête:
De foto’s hebben daar vanaf 25 september tot en met 16 oktober gehangen. Het leek op het eerste gezicht wel aandacht van mensen te trekken, als er mensen langsliepen keken ze wel. Maar ik weet niet
of ze echt stilstonden om de bijbehorende teksten te lezen en de foto’s echt te bekijken. Uit beide enquêtes blijkt dat maar weinig mensen van de fototentoonstelling hebben gehoord en gezien. In totaal hebben drie respondenten de tentoonstelling gezien. Vier geven aan hem niet gezien te hebben, maar er wel van gehoord te hebben. De resterende 24 respondenten heeft hem niet gezien en er ook niet van gehoord. Als promotiemiddel is het dus niet heel geschikt gebleken. Dat komt waarschijnlijk omdat zoiets niet direct als promotie dient, maar zelf ook weer gepromoot moet worden. Het heeft dus weinig zin om het als direct promotiemiddel te gebruiken, maar kan wel indirect aandacht genereren.
Zelf heb ik op Facebook ook weinig aandacht gegenereerd voor de expositie, omdat er al zoveel andere dingen waren om te noemen. Achteraf had ik dat anders aangepakt.
12
Les: Denk goed na hoe en waarom je bepaalde PR-middelen wil gebruiken. Indirecte promotie kan best werken, maar bedenk dan dat je wel moeite moet doen om ook dat onder de aandacht te brengen.
Ecolution
Tijdens een van de vergaderingen riep een collega gekscherend dat het wel aardig zou zijn om de Ecolution, de duurzame boot van Wubbo Ockels, uit te nodigen voor de locatie ‘bij de sluis’. Dat bleef in mijn hoofd zitten en na overleg met Harry besloten we dat ik gewoon ging proberen om contact met hen op te nemen. Ik zag het namelijk als een grote kans om meer studenten naar de Dag te trekken, vooral van andere studierichtingen. Duurzaamheid is een belangrijk thema bij de boot en dat is tegelijkertijd iets wat steeds meer op de universiteit gaat spelen. De technische aspecten spelen ook een belangrijke rol en natuurlijk het feit dat Wubbo Ockels hoogleraar is geweest bij de Faculteit Wis- en Natuurkunde.
De Ecolution is in beheer van stichting Wadduurzaam5. Mijn contactpersoon
was erg enthousiast over mijn idee, vooral omdat de stichting zelf ook graag studenten wilde bereiken. Het probleem was de financiering, het bedrag wat zij vroegen was niet te betalen. Uiteindelijk kregen we zo’n twee weken voor de Dag toch goed nieuws: ze kwamen voor niks maar wilden zelf een kleine toegangsprijs hanteren voor een bezichtiging. Helaas was het toen erg kort dag om nog veel te promoten, dat was erg jammer. Echter had ik wel al eerder contact gelegd met de Green Office van de RUG, de afdeling die zich bezighoudt met duurzaamheid. Ik heb hen gevraagd om te helpen met de PR, omdat het thema duurzaamheid ook goed past bij de Ecolution. Via hen wilde ik nog meer studenten bereiken. Uiteindelijk is dat denk ik niet zo heel goed gelukt, zij hebben ook pas redelijk laat en weinig promotie gedaan. Ze waren wel met een kleine stand op de Dag aanwezig en hebben het erg naar hun zin gehad en een nieuw publiek aan kunnen spreken, dus was het toch nog geslaagd.
Rijksuniversiteit Groningen (RUG)
Ik heb met verschillende afdelingen van de RUG contact gehad over de promotie van het evenement. Hieronder volgt een kort overzicht met bevindingen en/of resultaten.
5
13
Opleiding Geschiedenis
Via het secretariaat6 van de opleiding Geschiedenis zijn e-mails verstuurd naar
studenten en docenten om de Dag aan te kondigen, met een korte aankondigingstekst en het PDF-bestand van het magazine. Ik heb posters op mogen hangen op een aantal plekken op de vijfde verdieping (afdeling Geschiedenis), bijvoorbeeld op de deuren van kantoren van docenten. Een aantal docenten heeft ook een aankondiging gedaan in hun eigen college, vooral als mededeling via Nestor. Via het secretariaat is nog geprobeerd om het als Nestor-mededeling voor alle Letterenstudenten te publiceren, maar dat is volgens mij niet gelukt – ik heb het zelf althans niet gezien. Het bericht heeft wel in de agenda op de website van de Faculteit Letteren gestaan.7 Charlene
Croes heeft het bericht ook op de Facebookpagina van de Opleiding Geschiedenis gepubliceerd.8
Andere opleidingen
Vooral naar aanleiding van de komst van de Ecolution heb ik de studieverenigingen van de Faculteit Wis- en Natuurkunde benaderd met de vraag of zij een bericht onder hun leden wilden verspreiden. Dit was echter in de week voor de Dag, dus daar is volgens mij niet heel veel van gekomen. Het bericht heeft wel op de Nestor-homepage van die faculteit gestaan.
Daarnaast heb ik verwante studieverenigingen van de Faculteit Letteren benaderd, bijvoorbeeld van Kunst, Cultuur en Media. Zij hebben het wel onder hun leden verspreid.
Universiteitsbibliotheek (UB)
Ik heb contact opgenomen met de communicatiemedewerker van de UB. Enerzijds om te vragen of er ruimte was voor de mini-expositie, anderzijds om te vragen of zij de mogelijkheid hadden om mee te helpen aan de promotie. Ik heb ze uitgenodigd om een tafel op de informatiemarkt te bezetten. Uiteindelijk hebben ze dat samen met het Universiteitsmuseum opgepakt. Daarnaast hebben ze in de nieuwsbrief, op Facebook9 en op Twitter een bericht over het evenement geplaatst.10 Ook heb ik
6 Ik had contact met Charlene Croes. 7 Zie http://www.rug.nl/let/agenda-2015/dag-van-de-groninger-geschiedenis-2015 8 Zie https://www.facebook.com/GeschiedenisGroningen/?fref=ts 9 Zie https://www.facebook.com/universityofgroningenlibrary/?fref=ts 10
14
ervoor gezorgd dat een afbeelding van de flyer op de digitale schermen in de UB11
getoond werden. De regie over de digitale schermen verschilt per gebouw/faculteit. Ik had de flyer ook op andere schermen willen tonen, maar dat is er bij in geschoten.
Flyers en posters
Speciaal voor studenten heb ik een flyer laten maken.12 Op de achterkant van de flyer
staat een aantal onderdelen waarvan ik dacht dat ze voor studenten interessant zouden zijn.
De flyers kon ik uitdelen op colleges en gebruiken om te flyeren bij de ingang van het Harmoniecomplex. Het leek me zinvol om ook offline te communiceren en flyers zijn een bekende manier voor studenten. Tegelijkertijd levert dat het gevaar op dat ze er niet eens naar kijken en gelijk weggooien, maar als je specifiek flyert bij colleges valt dat meestal wel mee.
Ik heb geflyerd bij hoorcolleges van het eerste, tweede en derde jaar.13 De
masterstudenten hebben geen hoorcolleges meer, daarom heb ik flyers uitgedeeld bij de mastercolleges die ik zelf heb gevolgd. Daarnaast heb ik flyers in de postvakjes van docenten gedaan en op de vijfde verdieping en in de kantine van het Harmoniecomplex verspreid. De posters heb ik her en der in het gebouw opgehangen en bijvoorbeeld ook bij Bakkerij Meijer en de UB, op plekken waar veel studenten komen.
Social media
Het grootste deel van de communicatie was online, voornamelijk via Facebook. Er is een Facebook-groep van de studievereniging waar bijna 700 studenten lid van zijn. In totaal heb ik negen berichten gepost in die groep over de Dag14. Dit waren
voornamelijk berichten om één van de programmaonderdelen uit te lichten en te verwijzen naar de website van de Dag, het Facebook-evenement van de Dag en met de nadruk om studenten zich aan te laten melden voor het studentenprogramma.
Daarnaast is er ook een Facebookgroep speciaal voor masterstudenten Geschiedenis. Deze groep telt ruim 150 leden. In deze groep heb ik vier berichten
11
Zie http://www.rug.nl/bibliotheek/services/ub/facilities/monitoren 12
Zie bijlage 2.
13 Bij Fundamenten 1, Globalisering 1, Cultuurgeschiedenis, Perspectieven op de Geschiedenis en Theorie 1. 14
15
geplaatst. Een aantal studenten zitten in beide groepen, dus ik wilde het niet teveel als spam over laten komen.
Tevens heb ik winacties bedacht om het evenement en het studentenprogramma onder de aandacht te brengen. De winactie op Facebook was bedoeld om meer aandacht daar te generen. We hadden een ‘prijsvraag’ uitgeschreven, waarbij mensen werd gevraagd naar hun favoriete programmaonderdeel en een nieuwe activiteit voor volgend jaar. Helaas heeft niemand op deze post gereageerd, dat was erg jammer. Het bericht is wel veel gedeeld, dus er zijn wel veel mensen die het bericht hebben gelezen.
Verder hebben we voor aanmelding van het studentenprogramma en het invullen van de enquête na afloop ook boeken verloot. Voor het invullen van de enquête heeft dat zeker wel geholpen, want daar was het een keuze om wel of niet je emailadres in te vullen en de meeste respondenten hebben dat wel gedaan. Dat boek (Groningen 40-45) was denk ik ook iets aansprekender dan ‘Schatkamers van Nederland’, het boek wat we in drievoud verloot hebben bij de aanmelding.
16
Deel 2: Algemene resultaten enquêtes
Na afloop van de Dag heb ik een enquête rondgestuurd naar degenen die zich hadden aangemeld.15 In totaal hebben 28 studenten zich aangemeld. Van deze 28 studenten
hebben 18 studenten na afloop de enquête ingevuld.
Daarnaast heb ik ook via de Facebookpagina van de studievereniging een vragenlijst uitgezet, bedoeld voor mensen die niet op het evenement waren geweest. Ik probeerde daarmee te achterhalen waarom zij niet op de Dag zijn geweest, om te kijken of daar nog aanbevelingen voor volgende jaren uit voortkomen. Deze vragenlijst is door 12 mensen ingevuld.
Ik zal de enquête van bezoekers voortaan enquête 1 noemen en de enquête van mensen die niet op het evenement waren enquête 2.
Aanmeldingen
Van de 28 aanmeldingen waren er zeventien vrouw en elf man. Daarvan hebben achttien studenten een geschiedenis-gerelateerde studie gevolgd. Twaalf daarvan doen een master Geschiedenis, drie zijn ouderejaars bachelor student en twee eerstejaars bachelor studenten. De overige studenten volgen allemaal andere studies, bijvoorbeeld rechten, Kunst, Cultuur en Media en Journalistiek. Dat er zoveel masterstudenten zich hebben aangemeld heeft waarschijnlijk deels te maken met het feit dat ik zelf masterstudent ben en ik hen persoonlijk kon bereiken. Als studenten berichten op Facebook zien van iemand die ze niet meer kennen, is het ook minder interessant. Vijf studenten hadden zich niet aangemeld voor de rondleiding van Stefan van der Poel, de rest wel. De rondleiding was dus een populaire activiteit.
15
17 Studie
De bezoekers-enquête is door achttien studenten ingevuld, enquête 2 door 12 studenten.
Grafiek 1: Verdeling in studies van bezoekers en niet-bezoekers, gebaseerd op enquête 1 en 2.
Leeftijd
In de enquêtes is ook naar het geboortejaar van de studenten gevraagd. De verdeling ziet er als volgt uit:
Grafiek 2: Leeftijden van bezoekers en niet-bezoekers, gebaseerd op enquête 1 en 2.
Communicatie
In de enquêtes is gevraagd naar de communicatie. Enerzijds heb ik in een meerkeuze vraag geïnformeerd naar de manier waarop ze van de DGG gehoord hadden. E waren meerdere antwoorden mogelijk. Anderzijds vroeg ik in open vraag naar hun mening over de communicatie rondom dit evenement.
0 2 4 6 8 10 12
Eerstejaars Ouderejaars Master Andere studie Bezoekers Niet-bezoekers 0 1 2 3 4 5 6 7 Niet-bezoekers Bezoekers
18
Grafiek 3: Verdeling van de manier waarop bezoekers van het evenement hadden gehoord, gebaseerd op enquête 1.
Wat voor mij vooral opvallend was is het grote percentage dat stelt via de studievereniging over dit evenement heeft gehoord. Het zou kunnen dat sommigen ook de Facebook-groep van de studievereniging hieronder beschouwen, terwijl ik daar alle berichten op heb gepost en niet het bestuur of de archiefcommissie, maar dat is niet goed te achterhalen.
Grafiek 4: Verdeling van de manier waarop bezoekers van het evenement hadden gehoord, gebaseerd op enquête 2. Facebook 19% Medestudenten 16% Studievereniging 15% Vrienden/familie 12% RUG/Opleiding Geschiedenis 9% Flyer 9% Website 7% Magazine 6% Docenten 3% Twitter 2% Radio en TV 2% Krant 0%
Bezoekers over communicatie-kanalen
Facebook 25% Studievereniging 15% RUG/Opleiding Geschiedenis 15% Flyer 12% Medestudenten 9% Website 6% Docenten 6% Krant 6% Vrienden/familie 3% Magazine 3% Twitter 0% Radio en TV 0%
19
Facebook blijkt bij beide groepen het belangrijkste communicatiekanaal. Ook de studievereniging blijft een belangrijke rol spelen, als wordt het uit deze enquête helaas niet duidelijk hoe precies. Medestudenten spelen bij de bezoekers een grotere rol. Ik vermoed dat dat te verklaren valt doordat studenten graag met anderen zo’n evenement bezoeken. Dan praten ze er sneller over.
De bezoekers waren in de open vraag over het algemeen positief over de communicatie. Het meest gegeven commentaar was dat het niet duidelijk was wat het studentenprogramma inhield, zoals ik in een bovenstaande paragraaf ook al heb genoemd. Twee studenten hebben aangegeven dat het eigenlijk iets teveel berichten waren via Facebook en dat dat mogelijk als spam ervaren kan worden. Ook de niet-bezoekers waren redelijk positief over de communicatie. Twee mensen gaven aan er niet (op tijd) van op de hoogte te zijn dat het evenement plaatsvond.
In enquête 2 heb ik gevraagd waarom studenten niet naar het evenement zijn geweest. ‘Geen tijd’ was de meest gegeven reden. Dat het evenement niet interessant was werd ook een aantal keer als reden gegeven, maar helaas bood de enquête geen verklaring voor deze reden.
Verwachtingen
In beide enquêtes is gevraagd naar de verwachtingen van studenten. De bedoeling was om daarmee te achterhalen wat voor beeld studenten van dit evenement hebben en of dat er voor zorgt dat ze wel of niet komen. Dat deze vraag in open vorm gesteld is, maakt het lastig om precies te achterhalen wat de verwachtingen waren en vooral waar ze op gebaseerd zijn.
Sommige van de antwoorden op deze vraag refereren vooral aan een ‘stoffig en oud’ imago, waarbij wordt opgemerkt dat er eigenlijk best veel te doen was. Anderen gaven aan dat de verwachting die ze hadden juist was, soms ook gebaseerd op voorgaande jaren. Ook zijn er een aantal die zeiden geen verwachting te hebben / niet wisten wat ze moesten verwachten. In enquête 2 geven de meeste respondenten aan dat ze geen verwachtingen hadden. Dat is natuurlijk ook het makkelijkste antwoord op deze open vraag, dus het is lastig vast te stellen of ze daadwerkelijk geen verwachtingen hebben, dat ze niet wisten wat ze moesten verwachten of dat dat het makkelijkste antwoord was.
Ik denk dat hier wel één van de uitdagingen ligt voor komende jaren, namelijk het scheppen van de juiste, positieve verwachting bij studenten. Veel evenementen,
20
zoals lezingen en een congres, zijn in zekere mate ‘standaard’ qua vorm. De opzet van de Dag is zo divers, dat ik me voor kan stellen dat veel studenten niet zo goed weten wat ze ermee aan moeten en daardoor het maar links laten liggen. Het is echter best lastig om ervoor te zorgen dat die verwachtingen juist zijn. Daar ligt een grote taak voor de communicatie en misschien ook qua vormgeving van het evenement, hopelijk door medewerking van de studievereniging.
Mate van interesse voor programmaonderdelen
In beide enquêtes heb ik ook gevraagd in hoeverre bepaalde programmaonderdelen (mogelijk) interessant waren. In enquête 1 scoren de lezingen en de rondleiding door de Synagoge het best. Daarna volgen de informatiemarkt, de boekenmarkt, de muziekoptredens en het muziekcafé, de quiz, de rondleidingen door de depots en de stadswandeling. Twee onderdelen scoren opvallend slecht, namelijk de workshop gebarentaal en het onderdeel van de KNVB. De resultaten van de tweede enquête zijn redelijk vergelijkbaar. Ook hier scoren de lezingen het hoogst, vlak daarna volgen de stadswandeling, de rondleiding in de Synagoge, de boekenmarkt, de muziekoptredens en het muziekcafé, de quiz, en de rondleiding door de depots. Vooral het KNVB-onderdeel scoort hier erg slecht. De workshop gebarentaal, het FabLab en de presentatie van het Historisch Jaarboek scoren ook niet goed.
Over het algemeen waren de positieve scores hoger dan de negatieve scores. Dat betekent dat men over het algemeen best positief is. De scores bevestigen voor het grootste deel mijn hypothese dat lezingen en stadswandelingen/rondleidingen populair zijn bij studenten. Lezingen zijn herkenbare activiteit. Stadswandelingen en rondleidingen zijn wat meer bijzonder, maar het is niet moeilijk je er een goede voorstelling van te maken en bovendien is het een actief programmaonderdeel, dat zal ook bijdragen aan de positieve scores van deze onderdelen. Een van de studenten gaf me nog de tip om een rondleiding speciaal voor studenten te organiseren, waarbij wat meer relevante stukken worden laten zien, bijvoorbeeld uit het universiteitsarchief.
Bezoek aan programmaonderdelen
Naast de vraag naar de mate van interesse voor een bepaald programmaonderdeel, heb ik ook gevraagd welke programmaonderdelen de studenten bezocht hebben. Uit enquête 1 volgt onderstaande tabel:
21
Grafiek 5: Bezoek aan programmaonderdelen volgens de resultaten van enquête 1 en 2.
De rondleiding door de synagoge is het meest bezocht, maar dat was al duidelijk. Voor mij was het opvallend dat de informatie- en boekenmarkt daar direct op volgen. Ik had van tevoren gedacht dat dat niet zo interessant zou zijn voor studenten, maar kennelijk was toch de moeite waard om te bezoeken. Beiden samen nemen ook een aanzienlijk deel van de fysieke ruimte op en het kost weinig tijd/moeite om langs de standjes te lopen, dus het is ook een laagdrempelig onderdeel.
In de tweede enquête heb ik gevraagd welke onderdelen de respondenten zouden willen bezoeken. Er vallen een aantal dingen op. De lezingen, boekenmarkt en quiz zijn bij de niet-bezoekers het populairst, terwijl de synagoge en informatiemarkt door de bezoekers het meest bezocht zijn. Wat ook opvallend is, is dat de rondleiding door de depots en de stadswandeling in enquête 2 veel hoger scoren.
Als we alleen enquête 1 in acht nemen, is het nog interessanter om te kijken naar de verschillen tussen de mate van interesse voor een bepaald programmaonderdeel en het daadwerkelijke bezoek. Opvallend is bijvoorbeeld dat lezingen en een rondleiding door de depots heel hoog scoren bij de mate van interesse, maar dat het daadwerkelijke bezoek veel lager ligt. Dat kan te maken hebben met verwachtingen die niet juist waren, maar ook met de voorwaarde dat je je in moest schrijven voor bijvoorbeeld de rondleiding door de depots. Voor de lezingen geldt natuurlijk dat de mate van bezoek afhangt van de onderwerpen van de lezing (in
0 2 4 6 8 10 12 14 16
Bezoek aan programmaonderdelen
Bezoekers (enquete 1) Niet-bezoekers (enquete 2)
22
de enquêtes heb ik gevraagd naar lezingen in het algemeen). Het feit dat sommige lezingen al snel vol zaten kan het daadwerkelijke bezoekersaantal ook hebben gedrukt.
Suggesties voor verbetering
In beide enquêtes heb ik gevraagd of de respondenten nog ideeën hadden over hoe het evenement voor hen aantrekkelijker gemaakt kon worden. Vooral degenen die het evenement bezocht hebben kwamen met veel suggesties. Een aantal suggesties hadden te maken met de programmering: het vertonen van een film of documentaire, meer lezingen / andere onderwerpen van lezingen, een uitgebreider programma voor studenten, mini-colleges door docenten of door studenten over hun scriptie-onderwerp, specifiekere depotrondleiding, meerdere malen de rondleiding in de Synagoge en dan ook uitgebreider en geschikt maken voor ander publiek (zoals mensen met kinderen), meer doe-activiteiten (zoals kookworkshop Poffert maken of lesje Grunniger Toal), een fototentoonstelling (bijvoorbeeld over oude gebouwen) en meer toneel (bijvoorbeeld studentengezelschap). Drie respondenten gaven aan dat meer (inter)activiteit gewenst zou zijn.
Andere suggesties hadden te maken met de inhoud, bijvoorbeeld Groningen in tijden van oorlog aan de hand van lezingen en stadswandelingen, aandacht voor prominente figuren in de Groningse geschiedenis (zoals Aletta Jacobs), meer aandacht voor kunst (bijvoorbeeld voor De Ploeg, Werkman-jaar), meer hedendaagse Gronings-talige muziek (Swinder) en meer aandacht voor gebouwen in de stad en hun oude functie (zoals oude postkantoor of voormalige elektriciteitscentrale). Iemand merkte ook op dat de onderwerpen te specifiek waren en afgestemd op oudere generaties, en gaf daarbij het voorbeeld dat er geen lezing over de Tweede Wereldoorlog in Groningen was. Een andere suggestie was dat de DGG eventueel ook een goed moment is om meer informatie te geven over de mogelijkheid tot stagelopen bij de Groninger Archieven. Tenslotte waren er nog twee praktische suggesties, namelijk het aanmelden via internet in plaats van bellen en de quiz eerder op de dag plaats laten vinden.
Naar mijn idee zitten hier zeker zinvolle suggesties bij. Meer (inter)activiteit kwam ook al uit de verslagen van voorgaande jaren naar voren. Een rondleiding lijkt me daarvoor een goed format. Stadswandelingen zijn daarom ook interessant, dat
23
kan bijvoorbeeld ook gecombineerd worden met de wens om meer aandacht te besteden aan de oude gebouwen in de stad.
Overige suggesties
Drie respondenten suggereerden daarnaast om meer contact met de studievereniging te maken en hen daadwerkelijk bij de organisatie te betrekken, zodat ze zelf naar de leden communiceren dat het interessant is om te komen. Dat zou verder moeten gaan dan alleen de archiefcommissie, bijvoorbeeld door een Ubbo-activiteit op de DGG te laten plaatsvinden. Of door een studentencommissie voor de DGG op te richten die zelfstandig studentgerichte activiteiten organiseert, waarbij iedereen overigens welkom is. Verder wordt genoemd dat het aanmelden voor het studentenprogramma achterwege moet worden gelaten. Datzelfde geldt voor de naam ‘studentenprogramma’, want het is en moet toegankelijk zijn voor iedereen. Maar dat er een programma gericht op studenten georganiseerd moet worden, wordt door meerdere respondenten onderschreven. Verder wordt de suggestie gedaan om meer/beter vegetarisch voedsel bij de catering en een veiligere opstap naar de boten.
Volgend jaar
Twaalf van de bezoekers overwegen volgend jaar weer te komen, tegenover zes van de niet-bezoekers. Zes mensen geven aan dat af te laten hangen van het programma en zes anderen weten het nog niet. Niemand is direct negatief op de vraag of hij/zij overweegt volgend jaar de DGG te bezoeken.
Negen van de bezoekers zou vrienden of familie aanraden de DGG volgend jaar te bezoeken. De andere negen bezoekers zouden dit af laten hangen van het programma.
24
Aanbevelingen
Op basis van de ervaringen uit mijn stage en resultaten van de enquêtes zou ik een aantal aanbevelingen willen doen rondom het betrekken van studenten bij de DGG en de Groninger Archieven.
De Groninger Archieven wil meer studenten bij haar organisatie betrekken. Studenten van de studie geschiedenis aan de RUG zijn dan een geschikte doelgroep. Voor een aantal van hen is de relevantie van het archief gelijk duidelijk, zij zijn er dan ook met enige regelmaat al te vinden voor hun eigen onderzoek. De rest van de studenten komt er in ieder geval tijdens één of meerdere colleges. De DGG is een leuke manier om studenten ook op een andere manier bij het archief te betrekken. Het blijkt echter als stagiaire best lastig om een significant aantal studenten naar de Dag te krijgen.
Naar mijn mening is het zinvol om de studievereniging hierbij te betrekken. De studievereniging speelt voor een deel van de studenten een grote rol in het sociale leven. Er ontstaat altijd een hechte club studenten van verschillende jaarlagen die actief is bij de studievereniging. Door de studievereniging bij de organisatie van de Dag te betrekken, creëer je meer betrokkenheid van studenten. Je kan dit op meerdere manieren vormgeven.
Mijn eerste idee zou zijn om in samenwerking met Ubbo een bestaande commissie aan te wijzen, of een nieuwe commissie te creëren, die een deel van de organisatie op zich nemen. Het idee van ‘voor studenten, door studenten’ werkt (bijna) altijd en op die manier wordt enerzijds het programma inhoudelijk interessanter voor studenten, en anderzijds zijn er meer studenten die direct bij betrokken zijn en er belang bij hebben dat er ook anderen komen. Uiteraard zal dit allemaal in goed overleg plaats moeten vinden en van beide kanten is het belangrijk dat de verwachtingen duidelijk op tafel worden gelegd.
Een tweede optie is het aanwijzen van een soort ‘studentenadviesraad’, waarin studenten zitting nemen om de organisatie van advies te voorzien aangaande de programmering, maar waarbij de organisatie van de activiteiten in handen blijft van de werkgroep van de Dag. Mijn voorkeur gaat uit naar optie één. Een samenwerking met de studievereniging wordt ook door een aantal respondenten als suggestie genoemd, dus dat bevestigt het belang hiervan.
Bij de samenwerking zou ik de studentencommissie zoveel mogelijk vrij laten in haar ideeën en uitvoering, zolang het maar enigszins bij het thema past en
25
financieel haalbaar is. Dat is de gebruikelijke manier van functioneren als commissie binnen de studentenwereld.
Met een programmering zoals afgelopen jaar denk ik dat de focus voornamelijk op geschiedenisstudenten moet blijven liggen. Daarnaast kan je, afhankelijk van de inhoud van programmaonderdelen, nog studenten van specifiek relevante studies benaderen. Maar de inhoud van de programmering is over het algemeen te specifiek voor een brede studentenpopulatie. Iemand die niks van geschiedenis weet, is misschien nog wel geïnteresseerd in een breed, vlot verhaal over Bommen Berend of Groningen in de Tweede Wereldoorlog, maar niet in het verhaal over Boelo Tijdens of bedevaarten in Groningen. Je zou meer bekende, Groningse historische figuren wel als illustratie kunnen gebruiken voor een breder verhaal. Dit geldt trouwens ook voor geschiedenisstudenten. Regionale geschiedenis is nou eenmaal niet het meest populaire vakgebied tijdens de studie, maar door regionale gebeurtenissen/verhalen in breder perspectief te plaatsen en te presenteren kan het toch ook voor veel geschiedenisstudenten interessant zijn.
Een andere manier om meer studenten bij de Groninger Archieven te betrekken is om studenten hun eigen onderzoek te laten presenteren wat ze bij de Groninger Archieven hebben uitgevoerd, voor hun stage of voor hun eigen studie. Op die manier sla je twee vliegen in één klap: enerzijds wordt het zichtbaar wat een diversiteit aan bronnen de Groninger Archieven in huis heeft en wat de mogelijkheden daarvan zijn, en anderzijds komen er waarschijnlijk vrienden en bekenden mee om het verhaal van de student aan te horen. Ditzelfde geldt – zij het waarschijnlijk in mindere mate – ook voor docenten.
Verder raad ik de Groninger Archieven aan om de suggesties die hierboven genoemd worden nog eens te overwegen, vooral degenen waarbij meer (inter)activiteit gewenst is. Stadswandelingen of rondleidingen scoren daarbij goed.
Al met al denk ik dat met deze aanbevelingen de Dag van de Groninger Geschiedenis zeker aan populariteit kan winnen onder studenten. Zet daarbij ook in op structurele verbetering, vooral omdat het een jaarlijks evenement is en studenten sowieso drie à vier jaar hier studeren. Als ze de eerste keer enthousiast zijn, zullen ze de volgende jaren weer komen en wellicht nieuwe mensen meebrengen. Door een samenwerking met de studievereniging aan te gaan kan de zichtbaarheid van de Groninger Archieven structureel verbeterd worden, niet alleen vlak voor en tijdens het evenement, maar het hele jaar door.
26
Bijlagen
Bijlage 1: Aanmeldformulier studentenprogramma
Exclusief voor studenten bieden we een rondleiding door de synagoge door Stefan van der Poel.
De muren en contouren van de synagoge zijn altijd bleven intact gebleven; de invulling wijzigde voortdurend. Van synagoge werd het gebouw na 1942 achtereenvolgens opslagplaats, wasserij annex kerk, en ten slotte opnieuw synagoge en cultuurruimte. Tussendoor stond het pand geruime tijd leeg en dreigde het zelfs gesloopt te worden. Stefan van der Poel, historicus en docent aan de RuG, neemt je mee op excursie naar dit fascinerende gebouw. Natuurlijk kun je ook deelnemen aan de rest van het programma.
Via onderstaand formulier kun je je aanmelden voor de Dag van de Groninger Geschiedenis 2015. Voor de rondleiding geldt: aanmelding is verplicht en vol = vol!
Print de ontvangstbevestiging uit en neem hem mee naar de Dag. De eerste 75 studenten die een print laten zien, krijgen het Groninger Kwartetspel cadeau.
Tevens verloten we onder de studenten die zich hebben aangemeld drie keer het boek ‘Schatkamers van Nederland. Historisch kaartwerk van Nederland’!
Naam* • Naam*
E-mailadres*
Studie*
o Bachelor Geschiedenis eerstejaars
o Bachelor Geschiedenis ouderejaars
o Master Geschiedenis
o Bachelor Kunsten, Cultuur en Media
o Master Kunst- en cultuurwetenschappen
o Bachelor / master Archeologie
o Anders, namelijk:
Ik meld mij aan voor de rondleiding in de synagoge door Stefan van der Poel van 15:00 tot 16:00 uur.
27 Bijlage 2: Voor- en achterkant flyer voor studenten
28 Bijlage 3: Berichten in de Facebookgroep van GHD Ubbo Emmius
7 juli 2015 – 2 likes
Like de facebookpagina van de Groninger Archieven en blijf op de hoogte van alle activiteiten, waaronder de Dag van de Groninger Geschiedenis op 10 oktober 2015! Info volgt snel!
+ Pagina van de Groninger Archieven gedeeld
11 september 2015 – 6 likes
Het programma van de Dag van de Groninger Geschiedenis 2015 is bekend! Neem een kijkje op de website www.dagvandegroningergeschiedenis.nl voor alle info! # dgg15
16 september 2015 – 8 likes
Dag van de Groninger Geschiedenis 2015 # dgg15
Peter Weening van Vera is ook van de partij! Zijn lezing is onderdeel van een uitgebreid muziek-programma, dus (Groningse) muziekliefhebber: wees erbij!
+ Bericht van pagina Groninger Archieven gedeeld 21 september 2015 – 4 likes
Meld je nu aan voor de Dag van de Groninger Geschiedenis 2015 op 10 oktober! We verloten 3x het boek 'Schatkamers van Nederland' onder alle studenten die zich aanmelden! De eerste 75 studenten die zich melden op de Dag krijgen ook nog eens het Groninger kwartetspel cadeau! En dat allemaal gratis en voor niets; het moet toch niet gekker worden..
Aanmelden kan via www.dagvandegroningergeschiedenis.nl en zet jezelf op aanwezig in onderstaand Facebook-evenement! # dgg15
+ Facebook-evenement van de DGG gedeeld
25 september 2015 – 1 like
Dag van de Groninger Geschiedenis - 10 oktober 2015
Wil jij ook kans maken op een Goodie Bag? Lees dan snel onderstaand bericht van de Groninger
Archieven! # dgg15
+ Bericht van pagina Groninger Archieven gedeeld 30 september 2015 – 0 likes
Zaterdag 10 oktober 2015 - Dag van de Groninger Geschiedenis!
Studenten tijdens een lustrumfeest in zeepkisten! Misschien een leuke activiteit voor de DGG volgend jaar? Deel jouw beste idee onder het bericht van de Groninger Archieven en maak kans op een mega awesome goodiebag! # dgg15
ps: Als je je aanmeldt via de website maak je nog meer kans op mooie boeken! Kijk
op www.dagvandegroningergeschiedenis.nl
+ Bericht van pagina Groninger Archieven gedeeld 2 oktober 2015 – 2 likes
Dag van de Groninger Geschiedenis - 10 oktober 2015
Tijdens de Dag zijn er ook allerlei muziekoptredens en interviews met (Groningse) muzikanten, zoals bijvoorbeeld Inge van Calkar.
Tip: Loop eens langs de mini-foto-expositie in het Harmoniegebouw, op weg naar de studieruimte (oude LB) via de korte route! Want niemand weet waar Kraan nu is..♫
Meld je aan en maak kans op mooie prijzen!
29
8 oktober 2015 – 2 likes Hallo allemaal!
Vandaag kun je je tot 15u nog vrijblijvend aanmelden voor de Dag van de Groninger Geschiedenis en kans maken op een van de drie boeken met historische kaarten van Nederland! Ook als je je niet aanmeldt ben je natuurlijk van harte welkom aanstaande zaterdag, maar dan gaat het boek - én een gratis Groninger kwartetspel -- aan je neus voorbij!
+ Studentenprogramma op de website van de Dag van de Groninger Geschiedenis gedeeld 9 oktober 2015 – 1 like
De winnaars van de aanmelding voor het studentenprogramma van de Dag van de Groninger Geschiedenis zijn bekend!
Audrey Takens, Adriaan Duiveman en Jaline de Groot! Gefeliciteerd met jullie prijs; het boek 'Schatkamers in Nederland'! Jullie hebben hier inmiddels ook een email over ontvangen met meer informatie.
Iedereen is nog steeds van harte welkom morgen tussen 11-17u in en rondom de Groninger Archieven voor de Dag van de Groninger Geschiedenis! Als je nog een gratis Groninger kwartetspel mee naar huis wil nemen of mee wil met de rondleiding in de Synagoge door Stefan van der Poel, meld je dan nog even aan via de website!
30 Bijlage 4: Aanmeldingen studentenprogramma DGG
Achternaam Voornaam Emailadres Studie
Rondleiding Stefan
Nieuwsb rief GrA
Boer, de Mirjam mirjamdeboer93@gmail.com
Geschiedenis
ouderejaars Nee Nee
Bossink Corine xcorine@hotmail.com
Master Geschiedenis
(A'dam) Ja Nee
Dijk, van Annemarie aevandijk2108@gmail.com Master Geschiedenis Nee Nee
Duiveman Adriaan adriaanduiveman@live.nl
ReMa Modern History & International
Relations Ja Nee
Elbers Niko nhelbers@gmail.com
Bachelor Geschiedenis
ouderjaars Ja Nee
Groot, de Jaline jalinedegroot@hotmail.com Master Geschiedenis Ja Nee Haan, de Roderik roderik_dehaan@hotmail.com
Master Nederlands
Recht Ja Nee
Hut Aalze aalze_hut@hotmail.com Accountancy Nee Nee
Jong Posthumus,
de Martijn martijn_dejp@hotmail.com Master Geschiedenis Ja Nee Jongste Anke anke.jongste@gmail.com Master Geschiedenis Nee Nee Kemkers Alwin alwin_kemkers@hotmail.com Master Geschiedenis Ja Nee Kugel Andrea amkugel@hotmail.com
Bachelor Geschiedenis
eerstejaars Ja Nee
Lemstra Tristan tristanlemstra@hotmail.com Master Geschiedenis Ja Nee Lieshout, van Anne annevanlieshout@mailbox.org Master Geschiedenis Ja Ja Mansveld Arend-Jan aj_mansveld@hotmail.com Master vastgoedkunde Ja Nee Medas Sarah srrh_92@hotmail.com Master Geschiedenis Ja Nee Meerwijk, van Charlotte charlottevanmeerwijk@gmail.com Geneeskunde Ja Nee Mulder Christian christian.a.mulder@gmail.com
Master Kunst- en
cultuurwetenschappen Ja Nee Posthuma Jelle jelleposthuma44@hotmail.com MA Journalistiek Ja Nee Pronk Kelly k.c.pronk@student.rug.nl Master Geschiedenis Ja Nee Scheepstra Tom tom.scheepstra@gmail.com
Geschiedenis
ouderejaars Ja Nee
Snijder Suzanna suzannasnijder@hotmail.com Master Geschiedenis Ja Ja Takens Audrey driebroertjes@hotmail.com
Bachelor Geschiedenis
eerstejaars Ja Ja
Westerink Iris iwesterink@kunstmultimedia.nl Vooropleiding theater Ja Nee Zuidema Rixt rixtzuidema@hotmail.com
Pas afgestudeerd MA
