• No results found

Besluit van de directeur

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Besluit van de directeur"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BESLUIT

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Zaaknummer 2032/CRH - IJsselstaete

Naar aanleiding van de melding op 28 juli 2000, met betrekking tot de overname van Dijkbouw Beheer B.V., met uitzondering van haar

dochteronderneming Dijkbouw Gouda B.V., en Adveco B.V. door Cement-Roadstone Holdings Plc., en waarvan mededeling is gedaan in Staatscourant 147 van 2 augustus 2000 het volgende.

Na onderzoek van de melding en de daarbij ingediende gegevens, is de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot de slotsom gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd, aangezien op grond van de ter beschikking staande gegevens met voldoende zekerheid kon worden vastgesteld dat er geen sprake is van een te onderzoeken markt in de zin van artikel 1, sub i, van het besluit gegevensverstrekking mededingingswet. Gelet op het bovenstaande deelt de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de

concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist. Partijen hebben verzocht om een concurrentiebeding en een non-sollicitation clause, opgenomen in artikel 7.1 van de concept-overeenkomst d.d. 4 juli 2000, aan te merken als nevenrestrictie. Het

non-concurrentiebeding verbiedt, kort gezegd, verkoper en zijn statutair directeur de heer Dijkgraaf concurrerende activiteiten uit te oefenen voor de duur van drie jaar met een bereik tot 20 km rond de over te dragen bouwmarkten. De non-sollicitation clause verbiedt verkoper en zijn statutair directeur de heer Dijkgraaf om gedurende een periode van drie jaar personen die werkzaam zijn voor Adveco of die als (assistent) vestigingsmanager of regiomanager

werkzaam zijn voor Dijkbouw er toe te bewegen om hun relatie met de over te dragen vennootschappen te beindigen in dienst te nemen of anderszins werkzaam te doen zijn voor verkoper of de heer Dijkgraaf of (in)direct daarmee gelieerde vennootschappen of personen.

De koper dient tot op zekere hoogte te worden beschermd tegen

concurrerend handelen van de verkoper. Met partijen kan worden aangenomen dat bovengenoemde bedingen als rechtstreeks verbonden aan en noodzakelijk voor de verwezenlijking van de onderhavige concentratie en derhalve als nevenrestricties kunnen worden beschouwd, met dien verstande dat het non-concurrentiebeding beperkt is tot het gebied waarin de verkoper vr de overdracht zijn producten aanbood.

(2)

de hierboven omschreven bedingen een overeenkomst vormen als bedoeld in artikel 6 van de Mededingingswet, dat artikel ingevolge artikel 10 van de Mededingingswet, niet geldt voor deze overeenkomsten.

Datum: 10 augustus 2000

De directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit, voor deze:

w.g. Drs. R.J.P Jansen Hoofd Concentratiecontrole

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een

Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een