• No results found

Computercriminaliteit en historisch besef

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Computercriminaliteit en historisch besef"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Computercriminaliteit en historisch besef

Hins, A.W.

Citation

Hins, A. W. (2010). Computercriminaliteit en historisch besef. Mediaforum, 22(10), 309-309. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/16398

Version: Not Applicable (or Unknown)

License: Leiden University Non-exclusive license Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/16398

Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable).

(2)

Mediaforum 2010-10 309

Opinie

Wouter Hins *

Het is altijd interessant om te lezen wat juristen in de jaren dertig van de vorige eeuw bezig hield. De economische crisis, politieke onrust, bezorgdheid om de nationale identiteit en de roep om een krachtig overheidsingrijpen, we herkennen het meteen. Om harder te kunnen optreden tegen opruiende publi- caties van de communisten en de NSB, gingen stemmen op om een tijdelijk verschijningsverbod voor kranten en tijdschriften mogelijk te maken. De Staatscommissie De Wilde/Van Schaik (1936), die een herziening van de Grondwet voorbereidde, boog zich over de vraag of dit plan te rijmen was met artikel 7 van de Grondwet. Een meerderheid van de commissie meende dat een tijdelijk verschijningsverbod op zichzelf niet in strijd was met de Grondwet, maar dat het beter was die bevoegdheid uitdruk- kelijk in artikel 7 op te nemen. De minderheid, waaronder de bekende hoogleraren Van den Bergh en Kranenburg, was stel- liger: preventieve maatregelen zijn in strijd met de regel ‘Nie- mand heeft voorafgaand verlof nodig (...)’. Tot halverwege de jaren vijftig zijn er pogingen gedaan een preventieve bevoegd- heid bij wet te creëren, maar die hadden geen succes. Zo werd in 1939 een wetsvoorstel ingediend dat het nooit verder heeft gebracht dan een zeer kritisch voorlopig verslag van de Tweede Kamer. Artikel 7 van de Grondwet was het grote struikelblok.1

Bij de algehele grondwetsherziening van 1983 bleef de eerste zin van artikel 7 Grondwet met betrekking tot de drukpersvrij- heid ongewijzigd. Toch heeft de parlementaire behandeling iets nieuws gebracht. In de Memorie van Toelichting wordt namelijk een principieel onderscheid gemaakt tussen preven- tieve en repressieve maatregelen. De regering stelde voorop dat artikel 7, eerste lid, met name ten doel heeft te waken tegen een te grote bemoeienis van de overheid. ‘Het artikel legt dit over- heidsgrijpen allereerst aan banden door een verbod van pre- ventieve bemoeienis met de uitingsvrijheid en vervolgens door de repressieve bemoeienis aan de formele wetgever voor te behouden waarbij een belangrijke rol wordt toegekend aan een van de overheid onafhankelijk orgaan, de rechterlijke macht’.2 Met andere woorden: de wetgever kan niet afwijken van het grondwettelijke voorschrift dat preventieve maatregelen door bestuursorganen zijn uitgesloten. De wetgever kan bestuurs- organen alleen bevoegd maken achteraf op te treden tegen een reeds bekende uiting. Deze uitleg, die door de Staten-Generaal niet is weersproken, sluit naadloos aan bij die van de minder- heid van de staatscommissie De Wilde/Van Schaik uit 1936.

De zojuist besproken geschiedenis is relevant voor de beoor- deling van het voorontwerp Wet versterking bestrijding com- putercriminaliteit, dat het ministerie van Justitie op 28 juli

2010 in de openbaarheid bracht.3 Het voorstel houdt onder meer een wijziging van het Wetboek van Strafvordering in. Het eerste lid van een nieuw artikel 125p Sv zou komen te luiden:

‘De officier van justitie kan van een aanbieder van een commu- nicatiedienst of van degene die de beschikkingsmacht heeft over een geautomatiseerd werk, vorderen om onverwijld alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kunnen wor- den gevergd om gegevens die worden opgeslagen of doorgege- ven, ontoegankelijk te maken, voor zover dit nodig is ter beëin- diging van een strafbaar feit of ter voorkoming van nieuwe strafbare feiten’. Zou het slechts gaan om het ontoegankelijk maken van een bepaalde strafbare boodschap, dan was er niet zo veel aan de hand. Het Openbaar Miniserie is ook bevoegd papieren met kinderpornografie in beslag te nemen, waarna de houder beklag kan doen bij de rechter. Van een verboden pre- ventieve beperking is dan geen sprake, want de inhoud van de publicatie is reeds bekend.

Het voorontwerp gaat echter veel verder. Het OM zou com- plete websites en diensten kunnen afsluiten om toekomstige strafbare feiten te voorkomen. Dit doet erg denken aan een ver- schijningsverbod voor een tijdschrift. Zou het helpen als niet de officier van justitie, maar de onafhankelijke rechter bevoegd wordt tot het geven van een bevel? Mijns inziens is dat niet de oplossing. Volgens vaste jurisprudentie mag ook de rechter alleen onder strikte voorwaarden een publicatieverbod opleg- gen. Hij zal nauwkeurig moeten omschrijven wat de veroor- deelde moet nalaten. Zo kan een uitgever worden verboden een bepaald boek in de handel te brengen of een bepaald bericht te publiceren. In beginsel zal de rechter het manuscript gezien moeten hebben, zodat het verbod daarop kan worden toe- gespitst.4 Een bevel dat een opruiend blaadje gedurende een bepaalde periode niet mag verschijnen omdat de redacteuren wellicht nieuwe strafbare feiten zullen begaan, is een vorm van

‘overkill’. Geen enkel bericht kan dan meer in dat medium ver- schijnen, ook niet als het een nuttige bijdrage aan een publiek debat zou zijn geweest.5

Met andere woorden: de kernvraag is niet of het bevel tot ontoegankelijk maken van een website wordt opgelegd door de officier van justitie met de mogelijkheid van beroep op de rechter dan wel door de rechter op vordering van de officier van justitie. Nog belangrijker is dat publicaties alleen met een chi- rurgische precisie ontoegankelijk worden gemaakt. Een botte bijl past niet bij artikel 7 van de Grondwet, ook niet in de han- den van een rechter.6

Computercriminaliteit en historisch besef

* Prof. mr. A.W. Hins is bijzonder hoogleraar mediarecht aan de Universiteit Leiden, docent staats- en bestuursrecht bij de Universiteit van Amsterdam en redacteur van dit blad.

1 Kamerstukken II, 1938/39, nr. 401. Zie voor de geschiedenis J.M. de Meij c.s., Uitingsvrijheid. De vrije informatiestroom in grondwettelijk perspectief, 3e druk, Amsterdam: Otto Cramwinckel Uitgever 2000, p. 14-19.

2 Kamerstukken II, 1975/76, 13 872, nr. 3, p. 18.

3 Over het wetsvoorstel heeft een internetconsultatie plaats gevonden die op 30 september 2010 eindigde. Vermeldenswaardig zijn onder meer de reacties van Bits of Freedom (www.bof.nl) d.d. 15 september 2010 en van XS4ALL (www.

xs4all.nl) van 29 september 2010.

4 J.M. de Meij c.s., a.w., p. 98-100.

5 Internetpublicaties vallen in beginsel onder het derde lid van artikel 7 Grond- wet, maar dat maakt niet veel uit. Preventieve maatregelen ‘wegens de inhoud’

zijn ook op grond van het derde lid uitgesloten.

6 Laten we tenslotte artikel 10 EVRM niet vergeten. In EHRM 20 oktober 2009, Ürper e.a./Turkije, beoordeelde het Europese Hof een rechterlijk verschijnings- verbod voor enkele kranten. Het Hof concludeerde in r.o. 44: ‘The practice of ban- ning the future publication of entire periodicals (...) went beyond any notion of “necessary”

restraint in a democratic society and, instead, amounted to censorship.’ Deze overwe- ging is herhaald in EHRM 15 juni 2010, Turgay e.a./Turkije en EHRM 5 oktober 2010, Ölmez en Turgay/Turkije.

MF art 10-2010.indd 309 21-10-2010 11:35:04

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In the design of Jistening tests in which the subjects are asked to assess the annoyance they experience from modulation noise, it is important to know where the

Copper(II) complexes of "polystyrene-bound DMAP" : effect of chain loading on the catalytic activity in the oxidative coupling of 2,6-dimethylphenol.. Citation for

Als de 6 landen zelfvoorzienend blijven voor dierlijke producten is minder veevoer nodig omdat de veehouderij iets kleiner wordt, maar zal toch het nodige moeten veranderen in de

De ma- chine werd echter ook in dezelfde versnelling bij vol gas (3 km per uur) en bij half gas (2 km per uur) beproefd. De bediening geschiedde door drie à vier man, de

Indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan, zal de gegevensset inclusief bevindingen worden terug geleverd zodat correctie door de leverancier kan plaatsvinden en er een

mirabelles shaken from the trees '.. Ook onder de naam Mirabelle de Metz vindt men in Lotharingen verschillende rassen, welke enigszins op M. de Nancy gelijken. De vruchten en

In vergelijking met andere landen is in Ne- derland is de drempel om hulp te zoeken voor psychische of emotionele problemen relatief laag: 7,7 procent van de volwas- sen

Ook de financiering met 1,5 miljoen euro door ZonMw van het zogenaamde WIDE-project waarin het Antoni van Leeuwenhoek, het UMC Utrecht en de Hartwig Medical Foundation