• No results found

(Ruimtelijke Ordening, Huisvesting enMonumenten en Landschappen – red.)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "(Ruimtelijke Ordening, Huisvesting enMonumenten en Landschappen – red.)"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 59 van 14 januari 2005

van de heer CARL DECALUWE Bouwmisdrijven – Evolutie

In opvolging van mijn schriftelijke vraag nr. 77 van 30 januari 2004 (Bulletin van Vragen en Ant-woorden nr. 10 van 26 maart 2004, blz. 1849) had ik de minister graag volgende vragen gesteld. 1. Hoeveel processen-verbaal inzake

bouwmis-drijven werden in 2004 opgemaakt ? Kan dit worden opgesplitst per provincie ?

2. Hoeveel stakingsbevelen waren er in 2004 ? Graag eveneens opgesplitst per provincie. 3. Wordt er een positieve of negatieve evolutie

waargenomen ?

Wat ligt aan de basis van deze evolutie ? Uit welke cijfers blijkt dit ?

Antwoord

1 en 2. De afdeling Bouwinspectie heeft m.b.t. het jaar 2004 kennis van 2.904 processen-ver-baal (Antwerpen: 783; Limburg: 342; Vlaams-Brabant: 374; Oost-Vlaanderen: 839; West-Vlaanderen: 566) en 515 stakingsbevelen (Ant-werpen: 8 (*); Limburg: 36; Vlaams-Brabant: 67; Oost-Vlaanderen: 202; West-Vlaanderen: 202).

(*) Voor de provincie Antwerpen is er m.b.t. het aantal stakingsbevelen énkel een cijfer m.b.t. de maand januari '04 beschikbaar. Het ex-trapoleren van het beschikbare cijfer m.b.t. de maand januari '04 (8) over de rest van het jaar 2004 zou impliceren dat er m.b.t. de provincie Antwerpen circa 90 stakingsbeve-len aan het totaalaantal uitgevaardigde sta-kingsbevelen (515) dienen te worden toege-voegd, waardoor het cijfer omstreeks 605 uitkomt.

3. Voor wat het aantal geverbaliseerde bouwover-tredingen is er sprake van een stijgende tendens (de afdeling Bouwinspectie heeft m.b.t. bijvoor-beeld het jaar 2003 kennis van 2.810 processen-verbaal).

Bedoeld gegeven is mijns inzien. onder meer te verklaren doordat, sinds de prioriteitennota van toenmalig minister Baldewijns, waarbij werd besloten tot een actief vervolgingsbeleid en waarbij voor het eerst op systematische wij-ze werd overgegaan tot ambtshalve uitvoering van diverse herstelvorderingen strekkende tot herstel van de plaats in de oorspronkelijke toes-tand, een steeds grotere alertheid is vast te stel-len bij alle burgers, wat uiteraard eveneens geldt m.b.t. de verbaliserende instanties. In die optiek is het een logische vaststelling dat het grootste aandeel (2.904 processen-verbaal m.b.t. het jaar 2004) van de processen-verbaal door externen (hoofdzakelijk politiediensten) wordt opgesteld. Feit is bovendien dat de ge-westelijke stedenbouwkundige inspecteurs, reeds sedert enige tijd, een prioriteitenbeleid voeren, zodat de processen-verbaal die door hen worden opgesteld (407 in 2004; 498 in 2003 én 516 in 2002) grotendeels betrekking hebben op overtredingen in kwetsbare gebieden en openruimtegebieden. Bedoeld gegeven evenals de vermelde cijfergegevens geven evenwel een onvoldoende indicatie of er nu al dan niet meer of minder ernstige overtredingen worden be-gaan. De handhavingscellen van de ROHM-af-delingen (Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumenten en Landschappen – red.) houden immers geen cijfergegevens bij m.b.t. de ernst van de overtredingen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN