• No results found

Convenant Jeugd

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Convenant Jeugd"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Convenant Jeugd

Samenwerking (huis)artsen • gemeenten 2015 -2016

Huisartsenkring Midden-Brabant

(2)

1. Partijen

Dit convenant beoogt samenwerkingsafspraken vast te leggen tussen:

• huisartsen, vertegenwoordigd door de Huisartsenkring Midden-Brabant en Zorggroep RCH;

• de jeugdgezondheidszorg (hierna te noemen JGZ), GGD Hart voor Brabant;

• medisch specialisten, vertegenwoordigd door kinderartsen van het St. Elisabeth Ziekenhuis en TweeSteden Ziekenhuis en jeugdpsychiater GGZ;

en

de colleges van Burgemeester & Wethouders van de gemeenten Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk.

2. Doel convenant

Vanaf januari 2015 fungeren de bovengenoemde partijen als de poortwachters tot de (specialistische) jeugdhulp, daarom spreken zij in dit convenant de intentie uit om samen te werken in de toeleiding en toegang naar ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen (0 tot 19 jaar)1.

3. Uitgangspunten samenwerking

Door regionaal afspraken te maken, streven de overeengekomen partijen ernaar dat:

• de hulp zich richt op het vergroten van de eigen kracht en zelfredzaamheid van jeugdigen en hun gezinnen;

• de hulp zo goed mogelijk aansluit op de vraag van jeugdigen en hun gezinnen;

• de hulp zo dicht mogelijk bij de jeugdigen en gezinnen wordt geboden, waar deze het meest doelmatig en met de beste kwaliteit geleverd kan worden;

• bij meervoudige problematiek er één aanpak geboden wordt aan jeugdigen en gezinnen die alle leefdomeinen overstijgt. Deze hulp is integraal, in samenhang, zonder versnippering en wordt gecoördineerd door één casusregisseur;

• er goede werkafspraken komen tussen de gemeente2, huisartsen, jeugdgezondheidszorg en medisch specialisten, als kernpartners voor de toeleiding en toegang naar de jeugdhulp;

• de ondersteuning, hulp en zorg voor jeugdigen wordt versterkt en zich verder ontwikkelt;

• versnippering wordt tegengegaan; en

• wordt voorkomen dat jeugdigen tussen wal en schip vallen.

De bovengenoemde gemeenten maken zoveel mogelijk regionale afspraken over de samenwerking met (huis) artsen, omdat zij gezamenlijk specialistische jeugdhulp inkopen. Op lokaal niveau geven gemeenten, (huis) artsen en de jeugdgezondheidszorg concrete invulling aan deze samenwerking en werken zij de afspraken van dit convenant uit.

4. Doelgroep

Doelgroep van dit convenant zijn alle jeugdigen tot 19 jaar en hun gezinnen uit bovengenoemde gemeenten met hulpvragen binnen het psychische, medische en sociale domein.

5. Afspraken

De bovengenoemde partijen maken samenwerkingsafspraken over:

I. basistaken van alle betrokken partijen;

II. toegang tot jeugdhulp;

III. casusregie bij meervoudige problematiek;

IV. signalering en aanpak van kindermishandeling/huiselijk geweld.

1 In het derde lid is de verplichting neergelegd dat gemeenten afspraken maken met huisartsen, medisch specialisten, jeugdarts en zorgverzekeraars over de invulling van het verwijsrecht en de voorwaarden die hieraan kunnen worden gesteld. Daarbij dienen in ieder geval afspraken gemaakt te worden over de wijze waarop de regierol van de gemeenten vanuit het uitgangspunt `1 gezin, 1 plan, 1 regisseur´ geborgd wordt en het voorschrijf- en verwijsgedrag van huisartsen, medisch specialisten en jeugdarts.” (Uit: Memorie van Toelichting Nieuwe Jeugdwet)

2 In de vorm van de frontlijn, zie voor de lokale invulling van de frontlijn bijlage 1.

3 Zie voor uitgebreide informatie: “Huisarts & gemeente. Samen werken in de wijk” (VNG, 2013) en “Handreiking samenwerking huisarts en jeugdgezondheidszorg” (LHV, 2008).

4 Zie voor uitgebreide informatie: “Aanbod huisartsgeneeskundige zorg” (LHV, 2009).

5 Vanaf 1 januari 2015 treedt het nieuwe Basispakket JGZ in werking, waarbij een basisaanbod zorg voor alle kinderen gehandhaafd blijft in de Wpg. Specifieke programma’s en activiteiten voor groepen en individuen waar risico te verwachten is komen in de nieuwe Jeugdwet waarover de gemeenten eveneens de regie voeren.

6 Zie voor de lokale invulling van de frontlijn bijlage 1.

7 “De verwijsindex heeft tot doel vroegtijdige en onderlinge afstemming tussen meldingsbevoegden te bewerkstelligen, opdat zij jeugdigen tijdig passende hulp, zorg of bijsturing kunnen verlenen om daadwerkelijke bedreigingen van de noodzakelijke condities voor een gezonde en veilige ontwikkeling naar volwassenheid te voorkomen, te beperken of weg te nemen.” (uit: Nieuwe Jeugdwet, artikel 7.1.2.1)

I. Basistaken

Alle betrokken partijen hebben verschillende taken, rollen en verantwoordelijkheden binnen de keten van jeugdhulp, zij bieden verschillende vormen van zorg, hulp en ondersteuning3.

a. De huisartsenvoorziening is verantwoordelijk voor medische diagnose, (lichte) behandeling en signaleren van problematiek op alle leefdomeinen. De volgende functies en taken bevinden zich in de huisartsenvoorziening:

- De huisarts: biedt generalistische, persoonlijke en continue (basis) huisartsgeneeskundige zorg4. - De praktijkassistente: verzorgt de administratie en beoordeelt hulpvragen.

- In veel gevallen bevindt zich een praktijkondersteuner-GGZ in de huisartsenvoorziening voor signalering, diagnostisering, interveniëring en ondersteuning bij psychische problemen, in samenwerking met de huisarts. De werkzaamheden van de praktijkondersteuner-GGZ zijn niet specifiek gericht op jeugd.

b. De jeugdgezondheidszorg (JGZ) is onderdeel van de Wet Publieke Gezondheid. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor uitvoering van de jeugdgezondheidszorg op grond van de Wpg5. Het doel van de JGZ is het bevorderen, beschermen en bewaken van de lichamelijke, psychische, sociale en cognitieve ontwikkeling van kinderen. De JGZ geeft informatie aan ouders en kinderen over een gezonde ontwikkeling en normaliseert. Daarnaast signaleert de JGZ (dreigende) stoornissen en risico’s, en biedt zij kortdurende, adequate ondersteuning of verwijst indien nodig door. De JGZ is een belangrijke schakel tussen jeugdhulp en onderwijs. In Midden-Brabant voert de GGD de jeugdgezondheidszorg uit. In de JGZ werken jeugdarts en jeugdverpleegkundige nauw samen:

- De jeugdarts is medisch deskundig op het gebied van groei, ontwikkeling, het functioneren en het normale gedrag van het kind. Bij afwijkingen kan de jeugdarts direct verwijzen volgens landelijke richtlijnen.

- De jeugdverpleegkundige richt zich op probleemsignalering, probleemanalyse, verheldering van de hulpvraag, signalering van lichamelijke bijzonderheden in groei en ontwikkeling, medisch gedelegeerde taken, voorlichting, instructie, kortdurende pedagogische begeleiding en zorgcoördinatie.

c. De medisch specialist. Voor dit convenant zijn betrokken:

- De kinderarts: beoordeelt en behandelt kinderen met lichamelijke en psychosociale klachten inclusief gedragsproblematiek en heeft hierin een coördinerende rol. Daarnaast heeft iedere kinderarts zijn eigen aandachtsgebied.

- De kind- en jeugdpsychiater: heeft inzicht in het verloop van de psychische ontwikkeling in samenhang met de sociaal-emotionele en lichamelijke ontwikkeling en de invloed van externe factoren, zoals gezin, school en sociale omgeving. De kinder- en jeugdpsychiater stelt vast of er een psychiatrische stoornis is, wat de oorzaak zou kunnen zijn en welke behandeling passend is.

d. De gemeenten:

- organiseren de frontlijn6, waar ouders en jeugdigen terechtkunnen voor vragen en hulp, en waar samen met hen wordt bekeken wat nodig is;

- zijn verantwoordelijk voor een passend en effectief basisaanbod van ondersteuning, hulp en zorg voor jeugdigen en gezinnen;

- zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van ‘één gezin, één plan, één regisseur’ en stimuleren de onderlinge samenwerking tussen alle partijen;

- zijn verantwoordelijk voor het contracteren van één gecertificeerde instelling die verantwoordelijk is voor de uitvoering van door de kinderrechter opgelegde maatregelen;

- zijn verantwoordelijk voor een Verwijsindex Risicojongeren, waarin persoonsgegevens alsmede andere gegevens worden verwerkt7.

2 3

(3)

II. Toegang tot jeugdhulp

Alle betrokkenen vinden het belangrijk dat de toegang zo dicht mogelijk bij de jeugdigen en gezinnen wordt georganiseerd. Wanneer nodig, wordt een jeugdige of gezin doorverwezen naar de door de gemeente gecontracteerde (specialistische) jeugdhulp.

a. Het mandaat om door te verwijzen naar jeugdhulp is in de Jeugdwet belegd bij gemeenten, huisartsen, jeugdartsen en medisch specialisten.

b. De huisartsenvoorziening, de jeugdgezondheidszorg en de gemeenten (i.e. de frontlijn) stellen allen één contactpersoon aan ter bevordering van de toegankelijkheid, de samenwerking en de integraliteit van de geboden ondersteuning aan jeugdigen en gezinnen. Lokaal worden hier afspraken over gemaakt.

c. De toegang is zo dicht mogelijk bij de jeugdigen en gezinnen georganiseerd.

d. De huisarts, jeugdgezondheidszorg, gemeenten (i.e. frontlijn) en in voorkomende gevallen de medisch specialist kijken wat een jeugdige of gezin aan hulp (m.b.t. het sociaal domein) nodig heeft, wat hij zelf kan en hoe hoog de urgentie is.

e. Bij meervoudige problematiek analyseert de frontlijn de vraag en legt de casusregisseur in het integrale plan van aanpak vast welke ondersteuning wordt geboden. Voor het beoordelen van de problematiek kan de casusregisseur en andere hulpverleners gebruikmaken van de instrumenten quickscan en de integrale vraaganalyse. Deze instrumenten zijn regionaal en in samenspraak met beroepskrachten in het veld ontwikkeld. De gemeenten stellen deze aan alle beroepskrachten beschikbaar. Op lokaal niveau kunnen hierover afspraken worden gemaakt.

f. De huisartsenvoorziening heeft lokale samenwerkingsafspraken met de jeugdgezondheidszorg over consultatie, verwijzing, terugverwijzing, en informatievoorziening voor situaties waar hun zorg voor jeugdige en gezin elkaar raakt.

g. De gemeenten en de jeugdgezondheidzorg zijn verantwoordelijk voor het zoveel mogelijk opvangen van vragen van jeugdigen en ouders via school. De jeugdgezondheidszorg fungeert als schakel tussen school en huisarts, waarbij de jeugdgezondheidszorg het probleem of de vraag verheldert en bekijkt of en hoe de huisarts betrokken moet worden.

h. Indien een jeugdige of gezin specialistische jeugdhulp nodig heeft die niet is gecontracteerd door de gemeente, kan er aanspraak worden gemaakt op een persoonsgebonden budget. Dit kan alleen indien het aanbod van de ondersteuner voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen (veilig, doeltreffend en cliëntgericht) en de ouders kunnen motiveren waarom de zorg in natura niet passend is8. De gemeente heeft het mandaat om een persoonsgebonden budget toe te kennen.

III. Casusregie bij meervoudige problematiek

Er zijn vaak veel partijen betrokken bij de ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en gezinnen. Hierbij is het belangrijk dat alle partijen goed samenwerken, het aanbod op elkaar aansluit en het principe ‘één gezin, één plan, één regisseur’ wordt aangehouden. De gemeente draagt de verantwoordelijkheid voor afspraken over een sluitend systeem van casusregie, waarbij huisarts, jeugdarts en indien nodig medisch specialist altijd geïnformeerd worden en wanneer nodig deel uitmaken van de geboden hulp. Op lokaal niveau worden hierover concrete afspraken gemaakt.

IV. Signalering en aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld

Huisartsen, jeugdartsen en medisch specialisten vangen signalen vaak als eerste op. De Meldcode Kindermishandeling van de KNMG is voor hen en alle andere professionals het uitgangspunt voor de signalering en aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld. Professionals zijn wettelijk verplicht de integrale Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling te hanteren. Bij volwassen patiënten met bijvoorbeeld ernstige psychische problemen of zware verslaving moeten artsen nagaan of de patiënt verantwoordelijk is voor de opvoeding en verzorging van minderjarigen, de zogenaamde kindcheck9.

6. Randvoorwaarden

Voor de bovengenoemde afspraken gelden ondersteunende randvoorwaarden over terugkoppeling, communicatie, gegevensuitwisseling en financiering.

I. Terugkoppeling en communicatie

Het is voor alle partijen erg belangrijk dat er goede afspraken zijn over terugkoppeling en uitwisseling van informatie over jeugdigen en gezinnen met meervoudige problematiek, zodat alle (betrokken) partijen zicht houden op het traject en de beslissingen die door andere hulpverleners worden genomen. De volgende afspraken worden hierover gemaakt:

a. De huisartsenvoorziening, de JGZ en de gemeente (i.e. de frontlijn) zijn allen toegankelijk via één contactpersoon. Op lokaal niveau concretiseren en communiceren de partijen hierover.

b. De huisartsenvoorziening, de JGZ, medisch specialisten en de gemeente (i.e. de frontlijn) informeren elkaar bij zorgen over de ontwikkeling of veiligheid van het kind. De verstrekte informatie is conform de geldende richtlijnen, zie II.

c. Huisartsen en de JGZ ontvangen bericht als een jeugdige via de gemeente toegang krijgt tot specialistische jeugdhulp.

d. Als de casusregisseur (in opdracht van de gemeente) de zorgregie over een casus met meervoudige problematiek uitvoert, brengt hij de huisarts, de jeugdgezondheidszorg en indien nodig de medisch specialist hiervan op de hoogte.

II. Wettelijke kaders uitwisseling gegevens

In de samenwerking tussen huisartsen, jeugdartsen en medisch specialisten gelden de algemeen geldende bepalingen zoals opgenomen in de KNMG-richtlijn (2010) inzake omgaan met medische gegevens.

In bijlage 3 staan de belangrijkste passages uit de richtlijn.

III. Sociale Kaart

De gemeenten dragen zorg voor de totstandkoming en actualisering van een (digitale) sociale kaart, met hierin een helder overzicht, aanspreekpunten en routekaart van door de gemeente(n) gecontracteerde ondersteuning, hulp en zorg in de gemeente en regio. Op lokaal niveau concretiseren en communiceren de gemeenten hierover.

IV. Financiering

De financieringsstromen van het aanbod zien er als volgt uit:

- de gemeente contracteert aanbieders voor de uitvoering van de jeugdhulp waar de gemeente verantwoordelijk voor is;

- de JGZ wordt gefinancierd door de gemeente;

- de huisartsenvoorziening worden gefinancierd door de zorgverzekeraars;

- de kinderartsen door de zorgverzekeraar;

- de jeugdpsychiater door de gemeente.

7. Communicatie en PR

- Partijen zullen elk één of meer contactpersonen in hun organisatie of groep aanwijzen die als aanspreekpunt fungeren voor al hetgeen betrekking heeft op de uitvoering van dit convenant.

- Om informatie en werkafspraken te delen met huisartsen in de regio en andere betrokkenen, wordt aangesloten op huidige kanalen (bijvoorbeeld de nieuwsbrief van de huisartsenkring).

8. Evaluatie

Tenminste één maal per kwartaal zullen partijen (of vertegenwoordigers) gezamenlijk de stand van zaken rondom de samenwerking op het gebied van jeugd en de gemaakte afspraken toetsen.

9. Looptijd

Dit convenant treedt in werking op de datum van ondertekening door partijen en eindigt na twee jaar, met de intentie deze te verlengen voor een langere periode.

4 8 Zie hiervoor Jeugdwet art. 2.8 en art. 8.1.1.-8.1.8. 5

9 http://lhv.artsennet.nl/Actueel/Nieuws6/Nieuwsartikel/Kindcheck-onderdeel-van-meldcode-Kindermishandeling-en-huiselijk-geweld.htm

(4)

10. Ondertekening

Aldus overeengekomen en getekend op 19 november 2014 te Tilburg:

Bijlage 1 Overzicht lokale invulling van de Frontlijn/Toegang in Midden-Brabant

10

6 7

Namens de Huisartsenkring Midden-Brabant:

Mw. Corien Wynhoven, bestuurslid:

Namens de GGD Hart voor Brabant:

Mw. Ans Hermans

Namens de kind- en jeugdpsychiatrie van GGZ Breburg:

Namens Zorggroep RCH Midden-Brabant:

Mw. Angela van Liempd, medisch-directeur:

Namens de kinderartsen van het St. Elisabeth Ziekenhuis en het TweeSteden Ziekenhuis:

Dhr. Jaap van Lier, kinderarts:

Namens de gemeente Tilburg:

Mw. Marcelle Hendrickx, wethouder:

Namens de gemeente Goirle:

Dhr. Sjaak Sperber, wethouder:

Namens de gemeente Hilvarenbeek:

Dhr. Bernd Roks, wethouder:

Namens de gemeente Oisterwijk:

Dhr. Peter Smit, wethouder:

Namens de gemeente Heusden:

Dhr. Wim van Engeland, wethouder:

Namens de gemeente Loon op Zand:

Dhr. Wil Ligtenberg, wethouder:

Namens de gemeente Waalwijk:

Dhr. Ronald Bakker, wethouder:

Huisartsenkring Midden-Brabant

10 Zie ook het uitgebreide overzicht Frontlijn/Toegang van Midden-Brabant

   Goirle  Hilvarenbeek  Heusden  (Drunen)  Loon  op  Zand  Oisterwijk  Tilburg  Waalwijk   Naam  Het  Loket  Samenzorgteam  i.s.m.   dorpsnetwerk  BIJEEN-­‐team  Wijkteams  en   Servicepunt  Sociaal  team  Toegang  voor  ondersteuningsvragen  in   Tilburg  (kortweg  Toegang)  Team  Toegang  (werktitel)   Welke   organisaties   geven  vorm   aan  de  lokale   toegang  en   toeleiding?(Fr ontlijn)     Maatschappelijk  Werk   (IMW),

 

Schoolmaatschappelijk  Werk   (IMW)  ,

 MEE  ,  Contour  de   Twern,  Gemeente  Goirle   (Klantmanager  Zorg  en   Inkomen)  

Maatschappelijk  werker  (Juvans),   cliëntondersteuner/  consulent  (MEE),   medewerker  jeugdgezondheidszorg   (GGD),  consulent  informele  zorg   (Contour  de  Twern),  Wmo  consulent   (gemeente),  Werk  en  inkomen   consulent  (gemeente),  POH-­‐GGZ   (Indigo/  GGZ  Breburg),  medewerker  

toegang  Jeugdzorg  (Bureau   Jeugdzorg),

 wijkverpleegkundige   (Thebe),  zorgregisseur  (Gemeente).  

Allerlei  organisaties:  zoals  maatschappelijk   werk,  Wmo-­‐consulent,  Soza  etc.  

Loon  op  Zand  heeft   wijkteams  operationeel   waarin  professionals  de   vragen  zoveel  als  mogelijk   oplossen  door  de  inzet  van   algemene  voorzieningen,

 

eigen  kracht  en  het  eigen   netwerk.  De  wijkteams  z

ijn  

integraal  samengesteld.  De   toegang  tot  maatwerk

-­‐  

voorzieningen  wordt   uitgevoerd  door

 het   ServicePunt.  

Coördinator,  Wmo  consulent,   Werk  en  inkomen  consulent,   Clientondersteuner/consulent,   Maatschappelijk  werker,   Wijkverpleegkundige,   Medewerker  jeugdzorg,  Consulent   welzijn  

Partners:  GGD  Hart  voor  Brabant,  IMW  Tilburg,  MEE   regio  Tilburg,  Loket  Z  en  de  afdeling  Werk  &  Inkomen   van  de  gemeente.  Zij  werken  nauw  samen  met  de   huisarts  (incl.  POH)  en  andere  professionals  in  de  wijk   zoals  sociaal  werk,

 jongerenwerk,  wijkagent,   leerkracht,  woonconsulent,  etc.    

  Oud

-­‐medewerkers  toegang  BJZ  worden  in  dienst   genomen  door  IMW.      

Team  wordt  breed  samengesteld,  zodat  alle  

relevante  disciplines  zijn  vertegenwoordigd.   We  onderscheiden  adviseurs   klantbegeleiding,

 senior  adviseurs   klantbegeleiding  en  coaches.  We  gebruiken   hiervoor  als  werknaam  Team  Toegang.   Wijkgebonden               (één  of  meer   teams?)  

Eén  team  voor  heel  Goirle.    Eén  breed  Samenzorgteam,  als   tweede  lijn,  met  dorpsnetwerken  als   eerste  lijn  die  ingeschakeld  worden   als  eigen  netwerk  onvoldoende  is.

 

Eén  team  op  lokaal  niveau  met  drie   uitvalsbases  in  kernen  Drunen,  Heusden  en   Vlijmen.  

Drie  wijkteams  en  een   servicepunt.  

 

Eén  sociaal  team.  Oisterwijk  heeft   een  netwerk  Zorg  en  Welzijn   waarin  huisarts  (POH)   vertegenwoordigd  is.

 

Elf  wijkteams  en  12+  jeugdteam.  In  wijken  met   bovenmatige  sociale  problematiek  wordt  extra  capaciteit   en  deskundigheid  ingezet.

 Alle  medewerkers  van  de  

partners  maken  deel  uit  van  de  Toegang  voor   ondersteuningsvragen.

 

Er  is  sprake  van  één  toegang  die  bij  de   gemeente  gepositioneerd  wordt.

  Welke  taken   voert  de   frontlijn  uit?    

Informatie  en  advies,  indien  

nodig  integraal   ondersteuningsplan,

 toegang  

intensievere  ondersteuning   (spe

c.)  

Informatie  en  advies,  indien  nodig   integraal  ondersteuningsplan,   toegang  intensievere  ondersteuning   (spe

c.)  

1.Samenlevingsopbouw:   2.  Individuele  ondersteuning   3.  Ouderenzorg   4.  Jeugdzorg   5.  Participatie  

1.Info  en  advies     2.signaleren     3.(kortdurende)  hulp  

4.bij  multiprobleem:   inschakelen  gezinscoach  die   plan  opstelt,

 evt.  specialisten   inzet,  coördineert  

a.  Doet  quickscan  en   vraagverheldering  

  b.  Stuurt  op  gebruik  eigen  kracht   en  sociaal  netwerk    

c.  Biedt  kortdurende  hulp  en   ondersteuning  aan  het  gezin   indie

n  nodig  

d.  Vormt  de  toegang  naar  een   jeugdhulpvoor

ziening     e.  Legt  en  onderhoudt  relaties  met  

(specialistische)  professionals   buiten  team  

  f.  Regievoering    

Geeft  informatie  en  advies;  biedt  zelf  lichte  kortdurende   ondersteuning

;  maakt  bij  meervoudige  problematiek   Integraal  plan  van  aanpak  en  coördineert  als  het  gezin   daar  zelf  niet  toe  in  staat  is;  mandaat  voor  toegang   intensieve/specialistische  hulp.      

Informatie  en  advies,  screening  en   vraagverheldering,     Indicering,  opdrachtverstrekking  aan   aanbieders,  bewaking  van  de  zorgverlening   Uitvoeren  of   regelen  van   benodigde   onder-­‐   steuning  

Door  loketmedewerkers  of   regionaal  specialistenteam.        

Diverse  professionals  in  de  lokale   Ondersteuningsstructuur  (zowel  in   dorpsnetwerk  als  Samenzorgteam)   hebben  hun  eigen  mandaat  om   inwoners  door  te  leiden  naar  zorg  en   ondersteuning.  Denk  aan  huisartsen,

  jeugdartsen  van  de  GGD,  Wmo-­‐

consulenten  en  de  frontlijners  op   school.  De  gemeente  maakt   afspraken  over  dit  mandaat  met  de   betreffende  organisaties.  

 

Openstaan  voor  alle  vragen,  zorgen  én  ideeën.   Leggen  van  contacten,  ook  met  bewoners   zonder  hulpvraag.  Ontlokken  bewonersinzet   als  het  gaat  om  ondersteuning  van  kwetsbare   (buurt)bewoner

s.  Bieden  ‘eerste  hulp’  en   lichte,  generalistische  ondersteuning.  Bij  

complexe  hulpvraag  een  keukentafelgesprek   voeren  met  een  ondersteuningspl

an.  

Ondersteuning  van  actieve  burgers  en   vrijwilligers  in  de  wijk.      

Professionals  van  het   wijkteam  hebben  de   opdracht  om  oplossingen   binnen  algemene   voorzieningen,

 eigen  kracht  

en  het  eigen  netwerk  te   vinden.  Het  ServicePunt   heeft  het  mandaat  om   maatwerkarrangementen  te   beschikken.    

Het  sociaal  team  heeft  het  

mandaat  om  de  hulp  en   ondersteuning  in  te  zetten  die   onderdeel  uitmaken  van  het   Integraal  plan  van  aanpak:  het   ondersteuningsarrangement.  Ook   het  plan  van  aanpak  wordt  samen   met  het  gezin  opgesteld.

 

De  professional  van  de  Toegang  is  bevoegd  de  hulp  en   ondersteuning  in  te  zetten  die  onderdeel  uitmaken  van   het  Integraal  plan  van  aanpak.  Professionals  voeren  zelf   lichte  ondersteuning  uit  (criteria:  korter  dan  1  jaar;  wel   ondersteuning,

 geen  behandeling;  leun/steun  contacten).  

Het  Team  Toegang  heeft  het  mandaat  om  de   hulp  en  ondersteuning  i

n  te  zetten  die  

onderdeel  uitmaken  van  het  Integraal  plan   van  aanpak:  het  ondersteuningsarrangement.   Ook  het  plan  van  aanpak  wordt  samen  met   het  gezin  opgesteld.  

    Bereik-­‐   baarheid    

-­‐  spreekuur  

-­‐  telefonische   bereikbaarheid

  -­‐  mail  bereikbaarheid     -­‐  op  vindplaatsen     -­‐  via  medewerkers  

Deelnemers  zijn  op  eigen  locaties   bereikbaar.  Geen  centraal   telefoonnummer  of  website.

 

Voor  professionals  via  coördinator  of   ander  teamlid.

 

Via  KCC  en  medewerkers.  Centraal  via  BIJEEN-­‐ website,  mailadres  en  (straks)   telefoonnummer.  Zorgsignalen  via   vindplaatsen.    

Het  wijkteam  en  het   ServicePunt  zijn  per  mail,

 per  

telefoon  en  op  afspraak   beschikbaar.  

 

Via  medewerkers.  Als  team  via   mailadres  en  (s

traks)   telefoonnummer.  Zorgsignalen  via   de  gebruikelijke  vindplaatsen.  

Medewerkers  zijn  bereikbaar  via  hun  eigen   organisaties,

 maar  ook  op    scholen  en  in   gezondheidscentra.  Er  komt  een  digitale  ingang:   www.t-­‐helpt.nl  ,  de  nieuwe,  Tilburgse  versie  van   www.jalptilburg.nl.  

  De  functie  van  het  centraal  CJG  wordt  overgenomen  door   de  GGD.  De  toegang  naar  de  digitale  CJG -­‐informatie   wordt  per  1  januari  geregeld  via  www.t-­‐helpt.nl.  Voor  

professionals  van  zorgaanbieders  intensieve   ondersteuning  Jeugd,

 Wmo  en  re-­‐integratie  worden   speciale  contactpersonen  in  de  Toegang  aangewezen.    

Inwoners  kunnen  al  dan  niet  met  hulp  van   eigen  netwerk  of  vrijwilligers  antwoord   vinden  op  vragen  via  een  digitale  hulpwijzer.  

Indien  nodig  kunnen  zij  ook  telefonisch  en  aan   de  balie  terecht  bij  de  gemeente.  

   

(5)

Bijlage 2 Begrippenlijst

(Basis)aanbod

Alle basisvoorzieningen en basisdiensten.

Casusregie

Het zoveel mogelijk in samenspraak met het gezin zelf regisseren en coördineren van alle benodigde acties om te werken aan zelfredzaamheid en probleemoplossend vermogen.

Casusregisseur

Is het gezin (tijdelijk) niet in staat om zelf de regie te voeren, dan kan een casusregisseur ondersteunen.

In bijlage 1 staat per gemeente beschreven wie de casusregie voert.

Eerstelijnszorg

Eerstelijnszorg is alle zorg die direct toegankelijk is voor de patiënt. Denk aan huisartsen, maatschappelijk werk en spoedeisende hulp in ziekenhuizen.

Eigen kracht

Wijze waarop de hulpvrager door aanbieders (beroepskrachten) wordt gestimuleerd of aangesproken om eigen mogelijkheden (of mogelijkheden uit de directe omgeving) te benutten voor de oplossing van (ervaren) problemen.

Frontlijn

Ingang voor ondersteuningsvragen binnen het sociaal domein van jeugdigen en hun ouders. De frontlijn wordt per gemeente anders ingericht, zie bijlage 1.

Frontlijnmedewerker

Professional met generalistische competenties en expertise op een specifiek gebied, die werkt in de frontlijn.

Gecertificeerde instelling

Rechtspersoon die in het bezit is van een certificaat of voorlopig certificaat als bedoeld in artikel 3.3 en die een jeugdbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering uitvoert.

Gecontracteerde jeugdhulp

Gecontracteerde jeugdhulp is de hulp waarvoor gemeenten een contract hebben gesloten met jeugdhulpaanbieders.

Integrale aanpak

Een integrale aanpak, ofwel integrale hulp of zorg, brengt verschillende organisaties en hulpverleners samen om tot één aanpak te komen voor diagnose, behandeling, ondersteuning, hulp en zorg. Het heeft als doel de dienstverlening te verbeteren met betrekking tot toegang, kwaliteit, tevredenheid van de gebruiker en efficiëntie, en het kan zich uitstrekken over verschillende leefdomeinen.

Integraal plan van aanpak

Een domeinoverstijgend plan van aanpak dat beschrijft welke ondersteuning, zorg en hulp de jeugdige of het gezin ontvangt.

Intern begeleider

De interne begeleider is werkzaam op school en is verantwoordelijk voor de leerlingenzorg, na- en bijscholing van het team, gestalte geven aan de onderwijsvisie en het uitzetten van lijnen met betrekking tot de pedagogische en didactische aanpak binnen de school.

Integrale frontlijn

Een frontlijn waarbij gezinnen één en dezelfde ‘ingang’ ervaren voor ondersteuningsvragen op verschillende leefdomeinen.

Integrale vraaganalyse

Aanpak waarbij frontlijnmedewerkers op meerdere leefdomeinen de mogelijkheden en beperkingen van jeugdigen analyseren.

Jeugdhulp

1) ondersteuning van en hulp en zorg, niet zijnde preventie, aan jeugdigen en hun ouders bij het verminderen, stabiliseren, behandelen en opheffen van of omgaan met de gevolgen van psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen, gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige, of opvoedingsproblemen van ouders;

2) het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem en die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt;

3) het ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid bij jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking of een somatische of psychiatrische aandoening of beperking, die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, met dien verstande dat de leeftijdgrens van achttien jaar niet geldt voor jeugdhulp in het kader van jeugdstrafrecht.

Jeugdhulpaanbieder

1) natuurlijke persoon die, het verband van natuurlijke personen dat of de rechtspersoon die bedrijfsmatig jeugdhulp doet verlenen onder verantwoordelijkheid van het college;

2) solistisch werkende jeugdhulpverlener onder verantwoordelijkheid van het college.

(Jeugd)hulpverlener

Natuurlijke persoon die beroepsmatig jeugdhulp verleent.

Leefdomeinen

Wonen, financiën, fysieke en psychische gezondheid, gezinssysteem, participatie, veiligheid en hulpverlening.

Medisch specialist

Geneeskundig specialist die als specialist is ingeschreven in een door het College Geneeskundig Specialismen van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij ter bevordering van de Geneeskunst ingestelde register als bedoeld in artikel 14 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg.

Meervoudige problematiek / Multiprobleemgezin / Multiproblematiek

Een multiprobleemgezin is een gezin van minimaal één ouder en één kind dat kampt met een combinatie van sociaaleconomische en psychosociale problemen. Het gaat om gezinnen waarin naast problemen met de kinderen ook andere problemen spelen waarvoor hulp nodig is.

Normaliseren

Het aangeven van wat tot de normale ontwikkeling behoort en wegnemen van de zorg van ouders.

Opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen

1) psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen, problemen, psychische gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige, of problemen en stoornissen opvoedingsproblemen van de ouders;

2) beperkingen in de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie in verband met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem bij een jeugdige die de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, en

3) een tekort aan zelfredzaamheid in verband met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking of een somatische of psychiatrische aandoening of beperking bij een jeugdige die de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt.

Ouder

Ouder, stiefouder of een ander die een jeugdige als behorend tot zijn gezin verzorgt en opvoedt, niet zijnde een pleegouder.

8 9

(6)

Poortwachter

Huisarts of andere medici, in zijn functie als verwijzer naar specialistische zorg.

Persoonsgebonden budget

Een persoonsgebonden budget (pgb) is een geldbedrag dat ouders zelf kunnen krijgen om zorg, begeleiding, hulp, hulpmiddelen of voorzieningen in te kopen.

Preventie

Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen, gedragsproblemen of een verstandelijke beperking, of van de ouders bij opvoedingsproblemen.

Quickscan

Een in de regio Hart van Brabant ontwikkeld instrument om snel op de verschillende leefdomeinen een analyse van mogelijkheden en kansen van de jeugdige te maken.

Specialistische (jeugd)hulp

Hulp aan jeugdigen met psychische klachten of stoornissen (jeugd-ggz), hulp aan jeugdigen met een verstandelijke beperking (jeugd-vb), begeleiding en persoonlijke verzorging van jeugdigen en gesloten jeugdhulp in het kader van ernstige opgroei- en opvoedproblemen. Deze hulp beslaat diverse vormen van intensieve ambulante hulpverlening, intensieve, gespecialiseerde pedagogische thuishulp bij met name multi-probleemgezinnen, daghulp (semi- residentiële zorg), dag- en nachthulp (residentiële zorg) en de pleegzorg. Pleegzorg is een vorm van jeugdhulp waarbij een jeugdige in het gezin van pleegouders verblijft.

Sociaal domein

Het sociaal domein gaat over alles wat mensen in hun directe bestaan raakt. Het heeft primair betrekking op zorg, welzijn, arbeid, onderwijs, gezondheidszorg en vrije tijdsbesteding. Het sociaal domein gaat dus om mensen en de wijze waarop zij in staat zijn om deel te nemen aan de samenleving. Een veilige leefomgeving is een belangrijke randvoorwaarde hiervoor.

Toegang

Bij toegang hebben we het over de “toegangspoort”. De toegangspoort geeft de diagnose om gebruik te kunnen maken van zware zorg waarvoor vanaf 2015 een beschikking (voorheen indicatie) nodig is. Het gaat hier om de niet vrij toegankelijke hulp.

Toeleiding

Toeleiding is de manier waarop inwoners hulp kunnen krijgen. Toeleiding kent meerdere ingangen. De inwoner kan op meerdere plekken zijn vraag stellen. De inrichting van de toeleiding is een lokale keuze. Het gaat hier om vrij toegankelijke hulp.

Zelfredzaamheid

Vermogen om dagelijkse algemene levensverrichtingen zelfstandig te kunnen doen, bijvoorbeeld wassen, aankleden en koken en vermogen om sociaal te kunnen functioneren, zo nodig met hulp van anderen in het netwerk van de cliënt.

Zorgcoördinatie

De functie die de afstemming en uitvoering van alle hulp en zorg verplichtend regelt voor en met gezinnen en zorgaanbieders .

Zorgteam en Zorgadviesteam

Een zorgteam of zorgadviesteam (ZAT) is een structureel multidisciplinair team op (boven)schools niveau.

Een zorgteam leidt tot een laagdrempelige koppeling van de (zorg)mogelijkheden en expertise van de school met die van buitenschoolse professionals. Deze koppeling zorgt voor: snelle hulp aan kind en ouders; handelingsadviezen aan de leerkracht; taakverlichting bij de intern begeleider.

Bijlage 3 Gegevensuitwisseling

Belangrijke passages uit de KNMG richtlijn inzake het omgaan met medische gegevens (2010, pagina’s 19 en 20):

“Algemeen uitgangspunt bij gegevensverstrekking op verzoek van derden:

Behandelend artsen worden regelmatig benaderd met het verzoek (medische) informatie te verstrekken aan derden, die buiten de curatieve sector werkzaam zijn. Het gaat dan vaak om informatie uit het dossier van een patiënt. Van artsen wordt in het algemeen verwacht dat ze aan dergelijke verzoeken meewerken, onder meer om te voorkomen dat dubbel onderzoek plaatsvindt (dit is vaak kostbaar en voor de patiënt belastend).”

“Bij gegevensverstrekking op verzoek van derden geldt in algemene zin het volgende:

Bij een verzoek om informatie geeft de aanvrager aan met welk doel hij gegevens opvraagt en (indien van toepassing) over welke gegevens hij al beschikt. De aanvrager stelt voorts gerichte vragen aan de behandelend arts met betrekking tot de gegevens die hij wenst te verkrijgen.

De behandelend arts beperkt zich tot het beantwoorden van de gerichte vragen waarbij hij slechts relevante medische informatie van feitelijke aard verstrekt. Op vragen van oordelende aard geeft een behandelend arts geen antwoord. De arts dient zich immers te onthouden van het geven van oordelen of conclusies.”

“Toestemming voor het verstrekken van informatie

Het beroepsgeheim van de arts verhindert in beginsel dat hij (medische) informatie verstrekt.

De patiënt dient expliciete, gerichte toestemming te geven alvorens gegevens verstrekt mogen worden.

Dit betekent dat de patiënt moet weten met welk doel de gegevens opgevraagd worden, wat de inhoud is van de informatie en wat mogelijke consequenties van de gegevensverstrekking zijn. In de wet is niet voorgeschreven dat de toestemming schriftelijk moet worden gegeven, maar dit verdient wel de voorkeur.

De arts mag van de patiënt verlangen dat hij schriftelijk toestemming geeft. Is voor de arts mondelinge toestemming voldoende, dan is aan te bevelen dat de arts dat aantekent in het dossier.

Vaak maakt de opvrager van de gegevens gebruik van schriftelijke toestemmingsformulieren. Dergelijke formulieren moeten voldoende specifiek aangeven voor welke gegevensoverdracht de patiënt toestemming verleent en met welk doel. Schriftelijke toestemmingsformulieren met een te brede of algemene toestemming zijn doorgaans onvoldoende basis voor het verstrekken van specifieke, privacygevoelige gegevens.”

10 11

(7)

Bijlage 4 Leeslijst

KNMG (2010)

‘Richtlijnen inzake het omgaan met medische gegevens’.

http://www.nvpc.nl/uploads/stand/64Richtlijnen_Omgaan_met_medische_gegevens.pdf

LHV, AJN en NHG (2008)

‘Handreiking samenwerking huisarts en jeugdgezondheidszorg’.

http://lhv.artsennet.nl/LHVproduct/Handreiking-Samenwerking-huisarts-en-jeugdgezondheidszorg-1.htm

LHV (2013)

‘Aanbod huisartsenzorg voor jeugd met psychische of psychosociale klachten’.

http://lhv.artsennet.nl/Actuele-dossiers/Jeugdwet/Standpunt-LHV-aanbod-huisartsenzorg-voor-jeugd.htm

LHV en VNG (2013)

‘Samen werken in de wijk’.

http://www.vng.nl/files/vng/publicatie_bijlagen/2013/20130509-lhv-vng-huisarts-gemeente-samen-werken-in- de-wijk.pdf

LHV en VNG (2014)

‘Addendum Jeugd’.

https://www.vng.nl/files/vng/201406_addendum_jeugd_huisarts_en_gemeente.pdf NVK en AJN (2009)

‘Overdracht en samenwerking bij pre -en dysmatuur geboren kinderen en andere kinderen met een gezondheidsrisico’.

http://www.nvk.nl/DeNVK/Documenten.aspx?Command=Core_Download&EntryId=2878

Prinsen, Bert en Ingrid Ligtermoet (2008)

‘Handleiding coördinatie van zorg: door de keten van zorg voor kinderen en jongeren in Almere’. Utrecht, Nederlands Jeugdinstituut.

Van Yperen, Tom en Gert van den Berg (2014)

‘JGZ en vrij toegankelijke jeugdhulp: definitie en prestaties.

Project: Uitwerking basisset prestatie-indicatoren CJG’. Utrecht, Nederlands Jeugdinstituut.

http://www.nji.nl/nl/Jgz-en-vrij-toegankelijke-jeugdhulp.pdf

Over de jeugdwet:

http://lhv.artsennet.nl/Actuele-dossiers/Jeugdwet.htm

Regionaal beleidskader Jeugd Midden-Brabant:

http://regio-hartvanbrabant.nl/images/Downloadcentrum/Regionaal_beleidskader_jeugdhulp_Samen_voor_de_

Jeugd_maart_2014_DEF.pdf

12

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de afgelopen jaren is veel kennis opgebouwd en zijn instrumenten ontwikkeld rond het beter onder- steunen van gezinnen met een migratieachtergrond, of andere ouders en jeugdigen

Gezamenlijke inkoop door gemeenten is een antwoord op de zorgen dat deze voorzieningen door beslissingen van individuele gemeenten niet meer worden ingekocht en daarmee onder

De inspecties beoordelen wel of voorzieningen in het sociaal domein en specifiek de partijen die de toegang tot jeugdhulp verlenen oog hebben voor de veiligheid van jeugdigen en

Als de cijfers over tienerzwangerschappen onder Afrikaanse vluchtelingen uit 2004-2005 geëxtrapoleerd worden naar Eritrese jonge vluchtelingvrouwen, is voor die groep op korte

De rol van het gezin als hoeksteen van de samenleving is niet alleen afhankelijk van een goede zorg voor jeugd, maar hangt ook samen met de mate waarin er voorzieningen zijn die

In vergelij- king met andere gemeenten in de provincie Limburg en in de rest van Nederland is het verschil tussen daadwerkelijk en voorspeld gebruik in Roermond niet opvallend

Geschat wordt dat tussen de 1.400 en 2.400 ambtsdragers en familieleden jaarlijks behoefte hebben aan ondersteuning naar aanleiding van een incident en mogelijk de

Wanneer respondenten gevraagd wordt om aan te geven hoe omgegaan moet worden bij specifieke onvrijwil- lige risico’s, dan blijkt dat respondenten al snel vinden dat (hun)