• No results found

18 november uur W Hoorn orgel: Piet Noort schriftlezing: Mijndert Blijdorp. Votum en zegengroet. Zingen: GK Psalm 63: 2 en 3. Gebed.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "18 november uur W Hoorn orgel: Piet Noort schriftlezing: Mijndert Blijdorp. Votum en zegengroet. Zingen: GK Psalm 63: 2 en 3. Gebed."

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

18 november 2018 – 17.00 uur – W Hoorn orgel: Piet Noort

schriftlezing: Mijndert Blijdorp

Votum en zegengroet Zingen: GK Psalm 63: 2 en 3 Gebed

Lezen:

- Kolossenzen 3,1-17 - Lukas 15,11-24

Zingen: GK 42a (GK06 gz158) (Als een hert) Preek

Amenlied: NPB Psalm 103: 3, 4 en 6 Viering Avondmaal

- Lezen Avondmaalsformulier 5

- Geloofsbelijdenis: apostolische geloofsbelijdenis

- Tijdens de viering zingen: LB 103c (LvdK 460): 1,2 en 3 (Loof de koning heel mijn wezen) Collecte

Slotzang: GK 231 (GK06 gz147: 1, 3 en 4) (Maak muziek voor God de Vader) Zegen

(2)

18 november 2018 – 17.00 uur – W Hoorn orgel: Piet Noort

schriftlezing: Mijndert Blijdorp

Votum en zegengroet Zingen: GK Psalm 63: 2 en 3 2 Uw liefde is het hoogste goed dat U, o God, mij hebt gegeven, uw trouw is beter dan het leven, U bent het die mij juichen doet.

Ik wil U prijzen al mijn dagen, waartoe uw goedheid mij bewoog, mijn handen hef ik naar omhoog, om heel mijn hart U op te dragen.

3 Dit is de spijze die mij voedt, dat ik U prijs in stille nachten en overleg in mijn gedachten, hoe U mij altijd hebt behoed.

U wilt mij met uw vleugels dekken.

Dan juicht mijn ziel, uw naam ter eer, zij hangt geheel U aan, o Heer.

Geen mens kan uit uw hand mij trekken.

Gebed Lezen:

- Kolossenzen 3,1-17 - Lukas 15,11-24 Kolossenzen 3,1-17

31Als u nu met Christus uit de dood bent opgewekt, streef dan naar wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God. 2Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is. 3U bent immers gestorven, en uw leven ligt met Christus verborgen in God. 4En wanneer Christus, uw leven, verschijnt, zult ook u, samen met hem, in luister verschijnen.

Het nieuwe leven

5Laat dus wat aards in u is afsterven: ontucht, zedeloosheid, hartstocht, lage begeerten en ook hebzucht – hebzucht is afgoderij –, 6want om deze dingen treft Gods toorn degenen die hem ongehoorzaam zijn. 7Vroeger hebt u ook die weg gevolgd en zo geleefd, 8maar nu moet u alles wat slecht is opgeven: woede en drift, vloeken en schelden. 9Bedrieg elkaar niet, nu u de oude mens en

(3)

zijn leefwijze afgelegd hebt 10en de nieuwe mens hebt aangetrokken, die steeds vernieuwd wordt naar het beeld van zijn schepper en zo tot inzicht komt. 11Dan is er geen sprake meer van Grieken of Joden, besnedenen of onbesnedenen, barbaren, Skythen, slaven of vrijen, maar dan is Christus alles in allen.

12Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld. 13Verdraag elkaar en vergeef elkaar als iemand een ander iets te verwijten heeft; zoals de Heer u vergeven heeft, moet u elkaar vergeven. 14En bovenal, kleed u in de liefde, dat is de band die u tot een volmaakte eenheid maakt. 15Laat in uw hart de vrede van Christus heersen, want daartoe bent u geroepen als de leden van één lichaam. Wees ook dankbaar. 16Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen;

onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing met heel uw hart psalmen en hymnen voor God en liederen die de Geest u vol genade ingeeft. 17Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus, terwijl u God, de Vader, dankt door hem.

Lukas 15,11-24

11Vervolgens zei hij: ‘Iemand had twee zonen. 12De jongste van hen zei tegen zijn vader: “Vader, geef mij het deel van uw bezit waarop ik recht heb.” De vader verdeelde zijn vermogen onder hen.

13Na enkele dagen verzilverde de jongste zoon zijn bezit en reisde af naar een ver land, waar hij een losbandig leven leidde en zijn vermogen verkwistte. 14Toen hij alles had uitgegeven, werd dat land getroffen door een zware hongersnood, en begon hij gebrek te lijden. 15Hij vroeg om werk bij een van de inwoners van dat land, die hem op het veld zijn varkens liet hoeden. 16Hij had graag zijn maag willen vullen met de peulen die de varkens te eten kregen, maar niemand gaf ze hem. 17Toen kwam hij tot zichzelf en dacht: De dagloners van mijn vader hebben eten in overvloed, en ik kom hier om van de honger. 18Ik zal naar mijn vader gaan en tegen hem zeggen: “Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, 19ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden; behandel mij als een van uw dagloners.” 20Hij vertrok meteen en ging op weg naar zijn vader.

Zijn vader zag hem in de verte al aankomen. Hij kreeg medelijden en rende op zijn zoon af, viel hem om de hals en kuste hem. 21“Vader,” zei zijn zoon tegen hem, “ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden.” 22Maar de vader zei tegen zijn knechten: “Haal vlug het mooiste gewaad en trek het hem aan, doe hem een ring aan zijn vinger en geef hem sandalen. 23Breng het gemeste kalf en slacht het. Laten we eten en feestvieren, 24want

(4)

deze zoon van mij was dood en is weer tot leven gekomen, hij was verloren en is teruggevonden.” En ze begonnen feest te vieren.

Zingen: GK 42a (GK06 gz158) Als een hert dat verlangt naar water zo verlangt mijn ziel naar U.

U alleen kunt mijn hart vervullen, mijn aanbidding is voor U.

U alleen bent mijn kracht, mijn schild.

Aan U alleen geef ik mij geheel.

U alleen kunt mijn hart vervullen, mijn aanbidding is voor U.

Preek

Amenlied: NPB Psalm 103: 3, 4 en 6 3 De HEER wil ons met liefde overladen.

Zijn hart stroomt steeds weer over van genade.

Hij is geen God die blijvend met ons twist.

Hij laat ons niet voor onze fouten boeten;

dankzij de HEER zijn wij op vrije voeten.

Hij heeft de zonden grondig uitgewist.

4 Gods goedheid gaat voor wie in Hem geloven, de blauwe luchten mijlenver te boven.

Hij werpt de zonden ver bij zich vandaan.

Hij troost ons met zijn vaderlijke zorgen.

Wij, zwakke mensen, zijn bij Hem geborgen;

Hij weet dat wij uit aarde zijn ontstaan.

6 Ons leven telt slechts jaren, maanden, uren.

Gods trouw zal tijd en eeuwigheid verduren voor wie op Hem al zijn vertrouwen stelt.

Hij laat aan ieder kind dat wordt geboren zijn wetten en verbondsbeloften horen.

Zijn liefde wordt voortdurend doorverteld.

(5)

Viering Avondmaal

- Lezen Avondmaalsformulier 5

- Geloofsbelijdenis: apostolische geloofsbelijdenis - Tijdens de viering zingen: LB 103c (LvdK 460): 1,2 en 3 1 Loof de Koning, heel mijn wezen,

gij bestaat in zijn geduld, want uw leven is genezen en vergeven is uw schuld.

Loof de Koning, loof de Koning, tot gij Hem ontmoeten zult.

2 Loof Hem als uw vaderen deden, eigent u zijn liefde toe,

want Hij bergt u in zijn vrede, zegenend wordt Hij niet moe.

Loof uw Vader, loof uw Vader, tot uw laatste adem toe.

3 Ja, Hij spaart ons en Hij redt ons, Hij kent onze broze kracht.

Hij bewaart ons, Hij ontzet ons van de boze en zijn macht.

Loof uw Heiland, loof uw Heiland, die het licht is in de nacht.

Collecte

Slotzang: GK 231 (GK06 gz147): 1, 3 en 4 1 Maak muziek voor God de Vader in de ruimte van de tijd,

die in Christus ons bewaarde, door Zijn Geest ons heeft geleid.

Met de hemel als een koepel, als het klankbord van de Heer, komt het loflied als geroepen, stijgt het op en daalt het neer.

refrein

Dank aan God die zetelt op de troon.

Glorie aan het Lam, de Mensenzoon.

(6)

3 Heer, zolang wij ademhalen zingen wij u tegemoet tot het klinkt in alle talen in een niet te tellen stoet.

Komende van alle kanten - tel de sterren, Abraham - brengen wij in witte mantels lof aan God en aan het Lam.

refrein

Dank aan God die zetelt op de troon.

Glorie aan het Lam, de Mensenzoon.

4 Heer, blijf bij ons als tevoren, in Uw licht zien wij elkaar en bezingen wij Uw glorie als de sterren jaar na jaar.

Wijs ons wat wij niet aanschouwen en behoed ons voor de val.

Wij gaan verder in vertrouwen dat de Heer ons leiden zal.

refrein

Dank aan God die zetelt op de troon.

Glorie aan het Lam, de Mensenzoon.

Zegen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het College is van oordeel dat beklaagde in strijd met artikel F (informatievoorziening over de hulp-en dienstverlening) van de Beroepscode voor jeugdzorgwerkers heeft gehandeld

[18] Ik zal naar mijn vader gaan en tegen hem zeggen: “Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, [19] ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden; behandel mij

Het is geen toeval dat in deze donkerste dagen voor Kerstmis, telkens opnieuw de warmste week wordt gehouden: teken van solidariteit ten top: iets kunnen betekenen voor anderen:

Arie: ‘Ik had altijd de norm, richting ma, maar ook richting jullie: we gaan nooit boos slapen, want je weet niet of je nog wakker wordt. Ruzie moet

21 “Vader,” zei zijn zoon tegen hem, “ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden.” 22 Maar de vader zei

In het begin namen Theo en Vera geen tijd om te douchen voordat ze met elkaar naar bed gingen, maar na drie jaar met elkaar samen te leven nam Vera een uur de tijd om zich voor

Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat Hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden om verzoening te brengen voor onze zonden..

Als zijn vader drie jaar later overlijdt, besluit hij echter om samen met zijn gezin en zijn moeder terug te keren naar Friesland, waar hij arts wordt in Oudkerk.. In 1908