• No results found

Prins Hendrikstraat te Assen rapport 2242

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Prins Hendrikstraat te Assen rapport 2242"

Copied!
21
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Prins Hendrikstraat te Assen

rapport 2242

(2)
(3)

Assen, Prins Hendrikstraat

Een Bureauonderzoek en een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek

S. Nederpelt J.A.G. van Rooij J. Holl

J. Huizer

(4)

2

Colofon

ADC Rapport 2242 Assen, Prins Hendrikstraat

Een Bureauonderzoek en een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek Auteurs: S. Nederpelt, J.A.G. van Rooij, J. Holl en J. Huizer

In opdracht van: Geofox-Lexmond

© ADC ArcheoProjecten, Amersfoort, maart 2010

Foto’s en tekeningen: ADC ArcheoProjecten, tenzij anders vermeld

Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie of op welke wijze dan ook

zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgevers.

ADC ArcheoProjecten aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit de toepassing van de adviezen of het gebruik van de resultaten van dit onderzoek.

Autorisatie:

dr. E. Lohof

ISBN 978-94-6064-233-3

ADC ArcheoProjecten Postbus 1513 3800 BM Amersfoort Tel 033-299 81 81 Fax 033-299 81 80 Email info@archeologie.nl

(5)

3

Inhoudsopgave

Administratieve gegevens van het onderzoeksgebied 4

Samenvatting 5

1 Inleiding 7

1.1 Algemeen 7

1.2 Doelstelling en vraagstelling 7

2 Bureauonderzoek 8

2.1 Methoden 8

2.2 Resultaten 8

2.3 Conclusies naar aanleiding van het bureauonderzoek 10

3 Inventariserend Veldonderzoek 11

3.1 Methoden 11

3.2 Resultaten 11

3.3 Interpretatie 12

4 Conclusies 12

5 Aanbeveling 13

Literatuur 13

Lijst van afbeeldingen 13

Lijst van tabellen 13

Bijlage 1 Boorgegevens 19

(6)

4

Administratieve gegevens van het onderzoeksgebied

Provincie: Drenthe

Gemeente: Assen

Plaats: Assen

Toponiem: Prins Hendrikstraat

Kadastrale gegevens: Gemeente Assen, Sectie S, perceelnrs. 1596, 598, 592, 597, 595, 1616, 594, 596 en 590

Kaartblad: 12W

Coördinaten: 234.414 – 556.997 /

234.446 – 557.144 / 234.507 – 557.136 / 234.489 – 556.980

Bevoegde overheid: Gemeente Assen

Deskundige namens de bevoegde overheid: Dr. W.A.B. van der Sanden; het bureauonderzoek is geaccordeerd in januari 2009

ARCHIS-onderzoeksmeldingsnummer (CIS-code): 32704

ADC-projectcode: 4109481 Periode van uitvoering: Januari 2009 en februari 2010

Beheer en plaats documentatie: ADC ArcheoProjecten, Nijverheidsweg-Noord 114 Amersfoort

(7)

5

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

Samenvatting

In opdracht van Geofox-Lexmond heeft ADC ArcheoProjecten een bureauonderzoek en een

inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Prins Hendrikstraat in Assen. In het plan- gebied zullen woningen en kantoren gerealiseerd worden. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een projectprocedure ten behoeve van een wijziging in het bestemmingsplan en was noodzakelijk om te bepalen of bij de voorgenomen activiteiten de kans bestaat dat archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.

Tijdens het bureauonderzoek is gebleken dat het plangebied op het Drents plateau ligt; hier is al vanaf het Paleolithicum bewoning geweest. In het hele plangebied kunnen dus archeologische resten voorkomen uit alle archeologische perioden. Het plangebied ligt ca. 300 m ten oosten van de

laatmiddeleeuwse kern van Assen; er is daarom een grote kans op resten vanaf de Late Middeleeuwen.

Er is geen informatie bekend over in hoeverre het plangebied verstoord is. Afhankelijk van de mate waarin de bodem al verstoord is, worden ook archeologische resten verwacht uit de periode

Paleolithicum – Vroege Middeleeuwen. De archeologische resten komen voor direct aan of onder het maaiveld. De vondstenlaag wordt verwacht in de eerste 30 cm beneden het maaiveld. Archeologische sporen (uitgezonderd diepe paalsporen en waterputten) worden binnen 50 cm beneden het maaiveld verwacht. De archeologische resten bestaan hoofdzakelijk uit aardewerk- of vuursteenstrooiïngen.

Organische resten en bot zullen door de relatief droge en zure bodemomstandigheden slecht zijn geconserveerd. Het complextype en de omvang kunnen niet nader worden gespecificeerd door de beperkte gegevens.

Volgens het bureauonderzoek werd het plangebied gekarteerd als bebouwd gebied, maar het was waarschijnlijk dat zich binnen het plangebied veldpodzolgronden bevonden. Tijdens het veldonderzoek is in zes van de acht boringen een geheel verstoord bodemprofiel aangetroffen. In de overige twee boringen is een deel van een podzolbodem aangetroffen.

ADC ArcheoProjecten adviseert om in het plangebied geen aanvullend archeologisch onderzoek uit te voeren. Wat betreft de archeologie is er geen belemmering om het terrein vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling. Het is echter niet volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij het bevoegde overheid, zoals aangegeven in de Monumentenwet.

Wanneer bij de uitvoering onverhoopt grondsporen en/of vondsten worden aangetroffen, dient hiervan direct melding te worden gemaakt bij de provinciaal archeoloog, dr. W.A.B. van der Sanden, Drents Plateau, Stationsstraat 11, 9401 KV Assen (tel. 0592-305932, mobiel 0622662601;

w.sanden@drentsplateau.nl).

(8)

6

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

Tabel 1. Tijdsduur van de verschillende (pre)historische perioden.

Periode Tijd in jaren

Nieuwe tijd 1500 - heden

Middeleeuwen: 450 – 1500 na Chr.

Late-Middeleeuwen 1050 - 1500 na Chr.

Vroege-Middeleeuwen 450 - 1050 na Chr.

Romeinse tijd: 12 voor Chr. – 450 na Chr.

Laat-Romeinse tijd 270 - 450 na Chr.

Midden-Romeinse tijd 70 - 270 na Chr.

Vroeg-Romeinse tijd 12 voor Chr. - 70 na Chr.

IJzertijd: 800 – 12 voor Chr.

Late-IJzertijd 250 - 12 voor Chr.

Midden-IJzertijd 500 - 250 voor Chr.

Vroege-IJzertijd 800 - 500 voor Chr.

Bronstijd: 2000-800 voor Chr.

Late-Bronstijd 1100 - 800 voor Chr.

Midden-Bronstijd 1800 - 1100 voor Chr.

Vroege-Bronstijd 2000 - 1800 voor Chr.

Neolithicum (Jonge Steentijd): 5300 – 2000 voor Chr.

Laat-Neolithicum 2850 - 2000 voor Chr.

Midden-Neolithicum 4200 - 2850 voor Chr.

Vroeg-Neolithicum 5300 - 4200 voor Chr.

Mesolithicum (Midden Steentijd): 8800 – 4900 voor Chr.

Laat-Mesolithicum 6450 -4900 voor Chr.

Midden-Mesolithicum 7100 - 6450 voor Chr.

Vroeg-Mesolithicum 8800 - 7100 voor Chr.

Paleolithicum (Oude Steentijd): tot 8800 voor Chr.

Laat-Paleolithicum 35.000 - 8800 voor Chr.

Midden-Paleolithicum 300.000 – 35.000 voor Chr.

Vroeg-Paleolithicum tot 300.000 voor Chr.

Bron: Archeologisch Basis Register 1992

(9)

7

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

1 Inleiding

1.1 Algemeen

In opdracht van Geofox-Lexmond heeft ADC ArcheoProjecten een bureauonderzoek en een

inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Prins Hendrikstraat in Assen. In het plan- gebied zullen woningen en kantoren gerealiseerd worden. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een projectprocedure ten behoeve van een wijziging in het bestemmingsplan en was noodzakelijk om te bepalen of bij de voorgenomen activiteiten de kans bestaat dat archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.

Het bureauonderzoek is uitgevoerd in december 2008 en het booronderzoek vond plaats op 25 feburari door: S. Nederpelt (prospector), J.A.G. van Rooij (archeoloog), J. Holl (prospector) en J. Huizer

(prospector) en E. Lohof (senior prospector).

1.2 Doelstelling en vraagstelling

Het doel van het bureauonderzoek is het verwerven van informatie over bekende of verwachte archeologische waarden binnen het omschreven gebied.

Tijdens het bureauonderzoek zijn volgende onderzoeksvragen opgesteld voor het plangebied:1

- Zijn er binnen het plan-/onderzoeksgebied bekende archeologische waarden aanwezig? Zo ja, wat is de locatie, omvang, diepteligging, aard, kwaliteit, datering en de landschappelijke context daarvan. (NB het merendeel van deze gegevens zal niet op basis van bureauonderzoek kunnen worden vastgesteld, hiervoor is veldonderzoek nodig.)

- Wat is de archeologische verwachting van het gebied (indien mogelijk gespecificeerd naar aard, vindplaats(en) /periode(n)).

- Zijn er binnen de verwachtingszones specifieke aandachtslocaties aan te geven (zandkoppen of -ruggen, veentjes, historische bebouwing en infrastructuur (bijv. potentiële plaats van voorde of brug).

- Wat is er bekend over bodemverstorende ingrepen in het plan-/onderzoeksgebied. Is er bijvoorbeeld informatie over ontgrondingen, bodemsaneringen, egalisaties, diepploegen en landinrichting?

- Welk vervolgonderzoek (dus: veldonderzoek) is er nodig om de door het bureauonderzoek in beeld gebrachte specifieke archeologische verwachting te toetsen?

Ten behoeve van het inventariserend veldonderzoek is een plan van aanpak (PvA) opgesteld conform KNA (Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie) specificatie VS01 en de geldende beleidsregel van de Staatsecretaris van OCW.2

Hierin zijn de volgende onderzoeksvragen opgesteld:

- Is er in het plangebied een intacte bodem aanwezig en zo ja, komt deze overeen met het op basis van het bureauonderzoek verwachte bodemtype?

- Zijn er (aanwijzingen voor) archeologische waarden in het plangebied aanwezig, en zo ja, wat is naar verwachting de omvang, ligging, aard en datering hiervan?

Indien er archeologische waarden aanwezig zijn:

- In welke mate worden deze waarden verstoord door realisatie van de geplande bodemingreep?

- Hoe kan deze verstoring door planaanpassing tot een minimum worden beperkt?

Indien de archeologische waarden niet kunnen worden behouden:

- Welke vorm van nader onderzoek is nodig om de aanwezigheid van archeologische waarden en hun omvang, ligging, aard en datering voldoende te kunnen bepalen om te komen tot een selectiebesluit?

1 Richtlijnen voor archeologisch bureau- en veldonderzoek in de provincie Drenthe (Versie 1.0 Maart 2006)

2 Beleidsregel van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 15 juni 2005, nr. WJZ/2005/26210 (8163), tot wijziging van de Beleidsregels opgravingsbevoegdheid. Het PvA is opgesteld door J. Holl, prospector op 24 februari 2010 en geaccordeerd door R.M. van der Zee, senior prospector.

(10)

8

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

2 Bureauonderzoek

2.1 Methoden

Het onderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 3.1, in het bijzonder de specificaties LS01, LS02, LS03, LS04 en LS05. Het bureauonderzoek wordt

gerapporteerd conform LS06.

Het onderzoek bestaat uit zes onderdelen (specificaties LS01 t/m LS06). In de eerste vier onderdelen zijn de volgende werkzaamheden verricht:

- afbakening plangebied en vaststellen van de consequenties van het mogelijk toekomstige gebruik - beschrijving van de huidige situatie

- beschrijving van de historische situatie en mogelijke verstoringen

- beschrijving van bekende archeologische waarden en aardwetenschappelijke gegevens Op grond van deze onderdelen wordt een gespecificeerde verwachting van het gebied opgesteld (specificatie LS05). Hierin wordt verwoord of, en zo ja, welke archeologische waarden worden verwacht.

Indien deze worden verwacht worden de (veronderstelde) eigenschappen van de waarden zo gedetailleerd mogelijk aangegeven.

2.2 Resultaten

2.2.1 Afbakening plan- en onderzoeksgebied en vaststellen van de consequenties van het mogelijk toekomstige gebruik (LS01)

Het plangebied ligt in Assen en heeft een oppervlakte van 1,4 ha. Het wordt begrensd door de

Julianastraat in het westen, de Rolderstraat in het noorden, de Oranjestraat in het zuiden en de Hendrik de Ruiterstraat en de Overcingellaan in het oosten. Het plangebied wordt doorsneden door de Prins Hendrikstraat. Zie voor de locatie afbeeldingen 1 en 2.

Er zijn weinig archeologische en aardkundige gegevens beschikbaar van het plangebied. Om een uitspraak te kunnen doen over de archeologische verwachting in het plangebied zijn daarom gegevens betrokken uit de directe omgeving, waarbij een straal van circa 500 meter is aangehouden. Dit is het onderzoeksgebied.

In het plangebied is de bouw van woningen gepland. Hierbij zal het hele plangebied worden bebouwd.

Er zal tot ongeveer één meter diepte ontgraven worden.3

De consequentie van de voorgenomen ingreep is dat eventuele waardevolle archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.

2.2.2 Beschrijving van de huidige situatie (LS02)

Het plangebied is momenteel braakliggend. Er heeft tot voor kort een Coberco fabriek gestaan, maar deze is gesloopt.4 Er is geen informatie bekend over de diepte van de verstoring die de bouw van deze fabriek veroorzaakt heeft.5 Het is ook niet bekend of de fabriek onderkelderd was.

2.2.3 Beschrijving van de historische situatie en mogelijke verstoringen (LS03) De historische situatie is op verschillende historische kaarten als volgt:

Bron Hstorische situatie

Franse kaarten van Drenthe en de noordelijke kust (1811-1813)

De westelijke helft bestaat uit tuinen; de oostelijke helft uit akkerland.

Kadastrale minuut uit 1832 De westelijke helft bestaat uit tuinen; de oostelijke helft uit akkerland.

Topografische kaart uit 1851-18556 De westelijke helft bestaat uit tuinen; de oostelijke helft uit akkerland.

Bonnekaart uit 1899 en 19077 Tuinen; in het oosten en noorden een strook bebouwing Bonnekaart uit 19268 Akkerland; perceel is half bebouwd

Bonnekaart uit 19459 Perceel is voor ¾ bebouwd; de rest is akkerland

3 Telefonische informatie dhr. Kemperman op 22 december 2008

4 Telefonische informatie van dhr. Kemperman op 18 december 2008

5 Telefonische informatie dhr. Kemperman op 22 december 2008

6 Wolters Noordhoff Atlasproducties 1990.

7 Bureau Militaire verkenningen 1899 en 1907

8 Bureau Militaire verkenningen 1926

9 Bureau Militaire verkenningen 1945

(11)

9

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

De naam Assen wordt voor het eerst genoemd in 1267-1268 als Ascen. Het is niet duidelijk waar deze naam vandaan komt.10

Tussen 1851-1855 en 1899 is het Willemskanaal ten noorden van Assen aangelegd. Ook de spoorlijn ten oosten van Assen en direct ten oosten van het plangebied is in deze periode aangelegd, zoals is te zien aan het feit dat het kanaal en de spoorlijn niet zijn weergegeven op de historische kaart uit 1851-55 maar wel op de Bonnekaarten vanaf 1899. De bebouwing in het oosten en noorden van het plangebied is eveneens tussen 1855 en 1899 gerealiseerd.

In het kader van een KLIC-melding zijn gegevens betreffende de ligging van kabels en leidingen binnen het plangebied opgevraagd. Hieruit blijkt dat zich aan de doorgaande wegen kabels en leidingen bevinden. Tijdens het veldonderzoek zullen de wegen worden gemeden.

2.2.4 Beschrijving van bekende archeologische waarden en aardwetenschappelijke gegevens (LS04)

De volgende aardwetenschappelijke informatie is bekend van het plangebied:

Type informatie Informatie

Geomorfologie11 Bebouwd; meest nabij grondmorenewelvingen (3L2) Bodemkunde12 Bebouwd; meest nabij veldpodzolgronden (Hn23)

Geologie13 Formatie van Drente, grondmorene (keileem: grindhoudend, sterk lemig matig fijn zand met stenen en blokken) (Dr6)

Het plangebied ligt in het noordelijk zandgebied.14 Deze regio is vooral gevormd tijdens de

landijsbedekking van de voorlaatste ijstijd, het Saalien (370.000 – 130.000 jaar geleden). De afzettingen die direct verband houden met de landijsbedekking worden gerekend tot de Formatie van Drente.15 Het belangrijkste kenmerk van deze lithostratigrafische eenheid is de aanwezigheid van noordelijk kristallijn grind. In de ondergrond van het plangebied komt volgens de geologische kaart het Laagpakket van Gieten (als onderdeel van de Formatie van Drente) voor.16

Het plangebied staat op de bodemkaart gekarteerd als “bebouwd”. In de directe omgeving komen in de ondergrond veldpodzolgronden voor. Dit zijn gronden die in voormalige heidegebieden zijn gelegen en aan het eind van de 19e eeuw in cultuur zijn gebracht.

In het onderzoeksgebied zijn de volgende archeologische (indicatieve) waarden vastgesteld:

Bron Omschrijving IKAW indicatieve archeologische waarde niet gekarteerd; bebouwd Provinciaal Omgevingsplan Drenthe (POPII) Geen monumenten in het plangebied

AMK AMK-terreinen 14.441

waarnemingen ARCHISII 214.570, 214.571, 238.815, 214.572, 214.687, 85 vondstmeldingen ARCHISII 406.254

onderzoeksmeldingen ARCHISII 26.284

De ligging van de waarden is weergegeven in afb. 5.

Binnen een straal van een paar kilometer rond het plangebied zijn archeologische resten uit alle perioden vanaf het Paleolithicum aangetroffen.17 De mens was dus al zeer vroeg aanwezig op het Drents plateau. In ieder geval waren in het Laat Weichselien (Laat Paleolithicum), maar mogelijk al veel eerder, rendierjagers van de zogenaamde Hamburg-cultuur in dit gebied aanwezig.18 Ook van de iets jongere Tjonger-cultuur (Allerød-interstadiaal) zijn vele sporen gevonden. Het Mesolithicum en het Neolithicum zijn eveneens vertegenwoordigd.

Binnen een straal van 500 meter zijn de volgende archeologische waarden aangetroffen:

Op ca. 300 m ten westen van het plangebied ligt een terrein van hoge archeologische waarde.19 Dit terrein betreft de (laatmiddeleeuwse) kern van Assen. Tussen 1250 en 1260 werd hier een klooster

10 Van Berkel en Samplonius 2006

11 Geomorfologische kaart 1:50.000 internet

12 Bodemkaart 1:50.000 internet

13 Rijks Geologische Dienst 1990

14 Berendsen 2005

15 Berendsen 2008

16 Cf. De Mulder et al., 2003.

17 Bron: Archis

18 Berendsen 2005

19 AMK-terrein 14.441, Archis-waarnemingen 214570, 214571, 214572, 214687 en 238815.

(12)

10

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

gebouwd, Maria in Campis; oorspronkelijk gevestigd in Coevorden. Er omheen ontstond een kleine nederzetting. Pas na de opheffing van het klooster in 1602, toen de gebouwen dienst gingen doen als zetel voor het gewestelijk bestuur, won deze nederzetting aan betekenis. Stadrechten werden echter pas in 1809 verkregen. Op het terrein van het klooster en de directe omgeving zijn door de jaren heen bij graafwerkzaamheden diverse malen waarnemingen gedaan. Een kleine opgraving werd uitgevoerd in 1995 door de universiteit Groningen.

Binnen de historische kern van Assen is een archeologisch booronderzoek uitgevoerd.20 Hierbij is o.a.

een cultuurlaag aangetroffen met baksteenpuin en mortelresten.21 Nader booronderzoek zou echter niet meer duidelijkheid over de aangetroffen lagen geven en gravend onderzoek was praktisch gezien niet uitvoerbaar. Daarom werd een begeleiding aanbevolen.

Op ca. 500 m ten oosten van het plangebied is een hamerbijl gevonden, type Muntendam. Deze is gedateerd tussen Late Bronstijd en Midden IJzertijd.22

2.2.5 Gespecificeerde verwachting (LS05)

Het plangebied ligt op het Drents plateau; hier is al vanaf het Paleolithicum bewoning geweest. In het hele plangebied kunnen dus archeologische resten voorkomen uit alle archeologische perioden. Het plangebied ligt ca. 300 m ten oosten van de laatmiddeleeuwse kern van Assen; er is daarom een grote kans op resten vanaf de Late Middeleeuwen. Er is geen informatie bekend over in hoeverre het plangebied verstoord is. Afhankelijk van de mate waarin de bodem al verstoord is, worden ook

archeologische resten verwacht uit de periode Paleolithicum – Vroege Middeleeuwen. De archeologische resten komen voor direct aan of onder het maaiveld. De vondstenlaag wordt verwacht in de eerste 30 cm beneden het maaiveld. Archeologische sporen (uitgezonderd diepe paalsporen en waterputten) worden binnen 50 cm beneden het maaiveld verwacht.23 De archeologische resten bestaan hoofdzakelijk uit aardewerk- of vuursteenstrooiïngen. Organische resten en bot zullen door de relatief droge en zure bodemomstandigheden slecht zijn geconserveerd.24 Het complextype en de omvang kunnen niet nader worden gespecificeerd door de beperkte gegevens.

Waarschijnlijk is de bodem in het plangebied deels verstoord als gevolg van de bebouwing die in het plangebied gestaan heeft. Het is niet bekend hoe diep de bodem hierdoor verstoord is.

2.3 Conclusies naar aanleiding van het bureauonderzoek

Zijn er binnen het plan-/onderzoeksgebied bekende archeologische waarden aanwezig? Zo ja, wat is de locatie, omvang, diepteligging, aard, kwaliteit, datering en de landschappelijke context daarvan.

Het plangebied ligt op het Drentse keileemplateau dat in het Saalien is gevormd. Er kunnen in theorie dus resten vanaf het Paleolithicum worden aangetroffen. Binnen een straal van enkele kilometers zijn volgens Archis ook daadwerkelijk archeologische resten gevonden vanaf het Paleolithicum. Het

plangebied ligt ca. 300 m ten oosten van de laatmiddeleeuwse kern van Assen. Er kunnen daarom ook in het plangebied resten vanaf de Late Middeleeuwen tot en met de Nieuwe Tijd aangetroffen worden.

Wat is de archeologische verwachting van het gebied buiten de reeds bekende AMK-terreinen

We geven een middelhoge verwachting voor het aantreffen van archeologische resten uit alle perioden.

Zijn er binnen de verwachtingszones specifieke aandachtslocaties aan te geven Nee.

Wat is er bekend over bodemverstorende ingrepen in het plan-/onderzoeksgebied. Is er bijvoorbeeld informatie over ontgrondingen, bodemsaneringen, egalisaties, diepploegen en landinrichting?

Er heeft tot voor kort een fabriek gestaan in het plangebied en zeer waarschijnlijk zal dit geresulteerd hebben in bodemverstoringen.

Welk vervolgonderzoek (dus: veldonderzoek) is er nodig om de door het bureauonderzoek in beeld gebrachte specifieke archeologische verwachting te toetsen?

ADC ArcheoProjecten adviseert om een inventariserend veldonderzoek uit te voeren door middel van een verkennend booronderzoek, teneinde inzicht te krijgen in de vormeenheden van het landschap, voor zover deze van invloed zijn op de locatiekeuze in het verleden en met als doel kansarme zones uit te sluiten en kansrijke zones te selecteren voor de volgende fasen.

20 Archis-onderzoeksmelding 26.284

21 Archis-vondst 406.254

22 Archis-waarneming 85

23 Zie bijvoorbeeld Groenewoudt 1994.

24 Kars & Smit 2003.

(13)

11

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

3 Inventariserend Veldonderzoek

3.1 Methoden

De bij het Inventariserend Veldonderzoek toegepaste methoden zijn conform de KNA, versie 3.1, in het bijzonder specificatie VS03 (booronderzoek). Uitgangspunt van het inventariserend veldonderzoek is de gespecificeerde verwachting zoals die is opgesteld in het bureauonderzoek. De strategie voor het veldonderzoek is hierop gebaseerd, alsmede op het voor dit onderzoek opgestelde Plan van Aanpak (VS01).

De rapportage is opgesteld conform specificatie VS05. Tenslotte is een aanbeveling gegeven.

3.1.1 Booronderzoek (VS03)

In het plangebied zijn grondboringen uitgevoerd met als doel het bepalen van de bodemopbouw en eventuele bodemverstoringen. Dit is de verkennende fase van het inventariserend veldonderzoek.

Het verkennen van de bodemopbouw gebeurt door de bodemtextuur en, indien relevant, bodemkundige horizonten systematisch te beschrijven. Eventuele afwijkingen van de verwachte bodemopbouw zoals vastgesteld op grond van het bureauonderzoek, en andere niet-natuurlijke bodemkenmerken kunnen er aanleiding toe geven om (delen van) het plangebied als verstoord te beschouwen.

Er zijn acht boringen verspreid over het plangebied uitgevoerd met een 7 cm Edelmanboor. De boringen zijn gezet tot minimaal 25 cm in de ongestoorde ondergrond tot gemiddeld 110 cm en maximaal 140 cm onder het maaiveld. Drie boringen konden niet tot in de natuurlijke ondergrond gezet worden door wateroverlast.

De bodemtextuur en archeologische indicatoren zijn beschreven volgens SBB 5.1 van het NITG-TNO waarin ondermeer de standaard classificatie van bodemmonsters volgens NEN5104 wordt gehanteerd.25 De X- en Y-coördinaten zijn bepaald aan de hand van de lokale topografie en ingemeten met behulp van een meetlint. De hoogte van het maaiveld ter plaatse van de boringen is bepaald aan de hand van de topografische kaartserie 1 : 25.000

3.2 Resultaten 3.2.1 Visuele inspectie

Binnen het plangebied heeft in het recente verleden een fabriek gestaan. Deze is inmiddels gesloopt en het gebied is hedendaags braakliggend. Door de grote regenval van de afgelopen weken is het gebied zeer nat en sompig. Ook kent het plangebied onregelmatige hoogteverschillen.

In het westelijke deel van het plangebied waren graafwerkzaamheden bezig. Navraag ter plaatse leerde dat het westelijke deel van het plangebied recentelijk voor een groot deel is afgegraven en vervolgens opgehoogd met bouwzand.

3.2.2 Booronderzoek (VS03)

De locatie van de boringen is weergeven in afb. 6.

In de boringen 5 en 8 bestaat het onderste aangetroffen pakket uit zwak zandige leem, dat blauwgrijs van kleur is. Het leem wordt op een diepte van 60 cm – mv aangetroffen. In de boringen 1, 2 en 4 is op een onregelmatige diepte variërend tussen 40 (boring 4) en 90 cm -mv (boring 1) zwak siltig, matig fijn zand aanwezig. Dit zand is kalkloos, lichtgrijs tot lichtgeelgrijs en bevat in boring 2 onbewerkt vuursteen en een aantal laagjes leem. In de boringen 3, 6 en 7 is deze laag niet aangetroffen, want door de aanwezigheid van teveel water in de bodem kon geen sediment meer naar boven worden gehaald. Deze boringen zijn dus gestaakt op een gemiddelde diepte van 120 cm -mv.

Op het leem en het lichtgrijze zand is, met uitzondering van boring 2 en 5, een maximaal 140 cm dik pakket (boring 6 en 7) zwak siltig matig fijn zand gesitueerd. Dit zand bevat humus en is grijs, zwart en geel gevlekt. Ook zijn in de boringen puinresten en fragmenten recent baksteen aangetroffen.

Op het gevlekte zand is plaatselijk een circa 40 cm dik pakket zwak siltig, matig grof zand aanwezig, dat lichtbruin tot wit van kleur is.

25 Bosch 2005; Normalisatie-Instituut 1989.

(14)

12

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

Boringen 2 en 5 wijken af in bodembouw ten opzichte van de overige boringen. Boven het onderste aangetroffen pakket zand en leem is in deze boringen een circa 25 cm dik pakket lichtbruin zwak tot matig siltig zand gesitueerd. Hierop is, vanaf een diepte van 20 cm -mv, een pakker zwak siltig bruin zand aanwezig, dat zwart gevlekt is. Alleen in boring 2 is op het bruine zand een 5 cm dik pakket donkergrijs zwak siltig zand gesitueerd.

Tijdens het booronderzoek zijn geen indicatoren aangetroffen die wijzen op archeologische indicatoren in de bodem.

3.3 Interpretatie

Volgens het bureauonderzoek konden veldpodzolgronden verwacht worden. Veldpodzolgronden zijn gronden die gekenmerkt worden door podzolering: er komt een duidelijke B-horizont voor die tot stand is gekomen door inspoeling van humus samen met ijzerverbindingen. Dit manifesteert zich in een bruine kleur. Hierboven is een E-horizont aanwezig. Hier vertoont de bovengrond sporen van sterke uitloging, in de vorm van sterk gebleekte korrels.26

In boring 2 en 5 is mogelijk een verstoorde veldpodzolgrond aanwezig. De A- en de E-horizont zijn geheel omgewerkt en de B-horizont is deels intact. Dit houdt in dat de archeologische vondstenlaag verstoord is. wel bestaat er een kans dat eventuele aanwezige archeologische sporen deels intact zijn.

De overige boringen laten een verstoord bodemprofiel zien. Op bepaalde locaties is de bodem tot minimaal 140 cm –mv omgewerkt. Dit is te wijten aan de bebouwing die binnen het plangebied heeft plaatsgevonden. Archeologische resten ter plaatse zijn geheel vernietigd.

Hoewel binnen het plangebied op twee locaties een relatief intacte bodemprofiel is aangetroffen, hebben deze locaties een zeer geringe omvang, namelijk op de zeer spaarzame plaatsen waar binnen het plangebied geen bebouwing heeft gestaan.

4 Conclusies

De in de Inleiding gestelde onderzoeksvragen betreffende het veldonderzoek kunnen op basis van de bereikte resultaten als volgt worden beantwoord:

Is er in het plangebied een intacte bodem aanwezig en zo ja, komt deze overeen met het op basis van het bureauonderzoek verwachte bodemtype?

Volgens het bureauonderzoek werd het plangebied gekarteerd als bebouwd gebied, maar het was waarschijnlijk dat zich binnen het plangebied veldpodzolgronden bevonden. Tijdens het veldonderzoek is in zes van de acht boringen een geheel verstoord bodemprofiel aangetroffen. In de overige twee boringen is een deel van een podzolbodem aangetroffen. Dit betreffen echter gebieden met een beperkte omvang. Op basis van de historische situatie en de overige boringen kan geconcludeerd worden dat in slechts een zeer klein deel van het plangebied een onverstoord bodemprofiel verwacht kan worden.

Zijn er (aanwijzingen voor) archeologische waarden in het plangebied aanwezig en, zo ja, wat is naar verwachting de omvang, ligging, aard, datering en waardestelling hiervan?

Het bodemprofiel is voor het overgrote deel verstoord. In twee boringen is een deels intacte

podzolbodem aanwezig. Omdat dit puntlocaties betreffen, en verwacht wordt dat deze bodems een zeer klein oppervlak binnen het plangebied vormen, wordt archeologisch vervolgonderzoek niet nuttig geacht.

In welke mate worden deze waarden verstoord door realisatie van de geplande bodemingreep?

Is niet van toepassing

Hoe kan deze verstoring door planaanpassing tot een minimum worden beperkt?

Is niet van toepassing

Indien de eventuele archeologische waarden niet kunnen worden behouden: Welke vorm van nader onderzoek is nodig om de aanwezigheid van archeologische waarden en hun omvang, ligging, aard en datering voldoende te kunnen bepalen om te komen tot een selectiebesluit?

ADC ArcheoProjecten adviseert binnen het plangebied geen aanvullend archeologisch onderzoek uit te voeren..

26 Berendsen1997

(15)

13

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

5 Aanbeveling

ADC ArcheoProjecten adviseert om in het plangebied geen aanvullend archeologisch onderzoek uit te voeren. Wat betreft de archeologie is er geen belemmering om het terrein vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling. Het is echter niet volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij het bevoegde overheid, zoals aangegeven in de Monumentenwet.

Wanneer bij de uitvoering onverhoopt grondsporen en/of vondsten worden aangetroffen, dient hiervan direct melding te worden gemaakt bij de provinciaal archeoloog, dr. W.A.B. van der Sanden, Drents Plateau, Stationsstraat 11, 9401 KV Assen (tel. 0592-305932, mobiel 0622662601;

w.sanden@drentsplateau.nl).

Literatuur

Berendsen, H.J.A., 1997: Landschap in delen; overzicht van de geofactoren. Van Gorcum, Assen Berendsen, H.J.A., 2005: Landschappelijk Nederland. Assen

Berendsen, H.J.A., 2008: De vorming van het land. Assen

Berkel, G., van & K. Samplonius 2006: Nederlandse plaatsnamen, herkomst en historie. Uitgeverij het Spectrum.

Bureau Militaire Verkenningen, verschillende jaargangen (1899, 1907, 1926 en 1945): Assen blad 169, 1:25.000.

Bosch, J.H.A., 2005: Archeologische Standaard Boorbeschrijvingsmethode, Versie 5.2. Utrecht (TNO- rapport, NITG 05-043-A).

Groenewoudt, B.J., 1994: Prospectie, waardering en selectie van archeologische vindplaatsen: een beleidsgerichte verkenning van middelen en mogelijkheden. Amersfoort (Nederlandse Archeologische Rapporten, 17).

Kars, H. & A. Smit (red.), 2003: Handleiding Fysiek Behoud Archeologisch Erfgoed.

Degradatiemechanismen in sporen en materialen. Monitoring van de conditie van het bodemarchief.

Amsterdam (Geoarchaeological and Bioarchaeological Studies, 1).

Mulder, E.F.J., de, M.C. Geluk, I.L. Ritsema, W.E. Westerhoff & T.E. Wong 2003: De ondergrond van Nederland. Wolters-Noordhoff Groningen.Normalisatie-Instituut, Nederlands, 1989: Geotechniek, classificatie van onverharde grondmonsters NEN 5104, Delft.

Rijks Geologische Dienst, 1990: Geologische kaart van Nederland, schaal 1:50.000, blad 12 West Assen Tol, A.J., J.W.H.P. Verhagen & M. Verbruggen, 2006: Leidraad inventariserend veldonderzoek. Deel:

karterend booronderzoek. Gouda (SIKB uitgave).

Wolters-Noordhoff Atlasprodukties, 1990: Grote Historische Atlas van Nederland, deel 2 Noord-Nederland 1851-1855,, Groningen.

Lijst van afbeeldingen

Afb. 1 Locatie van het plangebied Afb. 2 Detailkaart van het plangebied Afb. 3 Schets bouwplannen, bovenaanzicht Afb. 4 Schets bouwplannen, zijaanzicht

Afb. 5 Indicatieve Kaart Archeologische Waarden, AMK-terreinen en ARCHIS-meldingen Afb. 6 Boorpuntenkaart

Lijst van tabellen

Tabel 1. Tijdsduur van de verschillende (pre)historische perioden.

(16)

14

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

8 8 8 8 8 8 8 8 8

AMENAMEN AMENAMENAMENAMENAMENAMENAMEN

ANDEREN ANDEREN ANDERENANDERENANDERENANDERENANDERENANDERENANDEREN

ANLOANLO ANLOANLOANLOANLOANLANLANL

ASSEN ASSEN ASSENASSENASSENASSENASSENASSENASSEN

BALLOERVELD BALLOERVELD BALLOERVELDBALLOERVELDBALLOERVELDBALLOERVELDBALLOERVELDBALLOERVELDBALLOERVELD

BALLOO BALLOO BALLOOBALLOOBALLOOBALLOOBALLOOBALLOOBALLOO

BOVENSMILDE BOVENSMILDE BOVENSMILDEBOVENSMILDEBOVENSMILDEBOVENSMILDEBOVENSMILDEBOVENSMILDEBOVENSMILDE

DEURZE DEURZE DEURZEDEURZEDEURZEDEURZEDEURZEDEURZEDEURZE

EKEHAAR EKEHAAR EKEHAAREKEHAAREKEHAAREKEHAAREKEHAAREKEHAAREKEHAAR

ELDERSLOO ELDERSLOO ELDERSLOOELDERSLOOELDERSLOOELDERSLOOELDERSLOOELDERSLOOELDERSLOO

ELEVELD ELEVELD ELEVELDELEVELDELEVELDELEVELDELEVELDELEVELDELEVELD

GASTEREN GASTEREN GASTERENGASTERENGASTERENGASTERENGASTERENGASTERENGASTEREN

GEELBROEK GEELBROEK GEELBROEKGEELBROEKGEELBROEKGEELBROEKGEELBROEKGEELBROEKGEELBROEK

GROLLOO GROLLOO GROLLOOGROLLOOGROLLOOGROLLOOGROLLOOGROLLOOGROLLOO

HOOGHALEN HOOGHALEN HOOGHALENHOOGHALENHOOGHALENHOOGHALENHOOGHALENHOOGHALENHOOGHALEN HUIS TER HEIDE DR

HUIS TER HEIDE DR

HUIS TER HEIDE DRHUIS TER HEIDE DRHUIS TER HEIDE DRHUIS TER HEIDE DRHUIS TER HEIDE DRHUIS TER HEIDE DRHUIS TER HEIDE DR LOONLOONLOONLOONLOONLOONLOONLOONLOON

MARWIJKSOORD MARWIJKSOORD MARWIJKSOORDMARWIJKSOORDMARWIJKSOORDMARWIJKSOORDMARWIJKSOORDMARWIJKSOORDMARWIJKSOORD NIJLANDE

NIJLANDE NIJLANDENIJLANDENIJLANDENIJLANDENIJLANDENIJLANDENIJLANDE OUDEMOLEN DR OUDEMOLEN DR OUDEMOLEN DROUDEMOLEN DROUDEMOLEN DROUDEMOLEN DROUDEMOLEN DROUDEMOLEN DROUDEMOLEN DR

PAPPAP PAPPAPPAPPAPPAPPAPPAP PEEST

PEEST PEESTPEESTPEESTPEESTPEESTPEESTPEEST

RHEERHEE RHEERHEERHEERHEERHEERHEERHEE

ROLDE ROLDE ROLDEROLDEROLDEROLDEROLDEROLDEROLDE

SCHIPBORGSCHIPBORGSCHIPBORG

SMILDE SMILDE SMILDESMILDESMILDESMILDESMILDESMILDESMILDE

TAARLO TAARLO TAARLOTAARLOTAARLOTAARLOTAARLOTAARLOTAARLO

TER AARD TER AARD TER AARDTER AARDTER AARDTER AARDTER AARDTER AARDTER AARD

UBBENA UBBENA UBBENAUBBENAUBBENAUBBENAUBBENAUBBENAUBBENA

VREDENHEIM VREDENHEIM VREDENHEIMVREDENHEIMVREDENHEIMVREDENHEIMVREDENHEIMVREDENHEIMVREDENHEIM WESTERVELDE

WESTERVELDE

WESTERVELDEWESTERVELDEWESTERVELDEWESTERVELDEWESTERVELDEWESTERVELDEWESTERVELDE ZEIJENZEIJENZEIJENZEIJENZEIJENZEIJENZEIJENZEIJENZEIJEN

ZEIJERVEEN ZEIJERVEEN ZEIJERVEENZEIJERVEENZEIJERVEENZEIJERVEENZEIJERVEENZEIJERVEENZEIJERVEEN ZEIJERVELD ZEIJERVELD ZEIJERVELDZEIJERVELDZEIJERVELDZEIJERVELDZEIJERVELDZEIJERVELDZEIJERVELD ZUIDVELDE

ZUIDVELDE ZUIDVELDEZUIDVELDEZUIDVELDEZUIDVELDEZUIDVELDEZUIDVELDEZUIDVELDE

bron: Geodan

8 8 8 8 8 8 8 8 8

225000 230000 235000 240000

550000555000560000565000

NN NNNNNNN

5000m 5000m 5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m 00

0000000

Afb. 1 Locatie van het plangebied

(17)

15

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

Afb. 2 Detailkaart van het plangebied

(18)

16

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

Afb. 3 Schets bouwplannen, bovenaanzicht (het noorden is rechts op het kaartje)

Afb. 4 Schets bouwplannen, zijaanzicht

(19)

17

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

Afb. 5 Indicatieve Kaart Archeologische Waarden, AMK-terreinen en ARCHIS-meldingen

(20)

18

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrikstraat

Afb. 6 Boorpuntenkaart

(21)

19

ADC ArcheoProjecten Rapport 2242 Assen Prins Hendrilstraat

Bijlage 1 Boorgegevens

nu mmer

bovengrens (cm onder mv) ondergrens (cm onder mv) grondsoort bijm enging

za ndmedi aan

kleur kalkgeh alte

antropogene

bijm engingen

bodemh orizo nten

overig

1 0 90 zandmatig siltigmatig fijnbruin-; grijs; kalkloos weinig puinrestenomgewerkte grond 90 130 zandzwak siltigmatig fijnlicht-; grijs; kalkloos C-horizont 2 010zandzwak siltigmatig fijnlicht-; geel; kalkloos opgebrachte grond 10 15 zandzwak siltig; matig humeus matig fijndonker-; grijs; kalkloos A-horizont 15 40 zandmatig siltigmatig fijnbruin; kalkloos B-horizont 4070zandmatig siltigmatig fijnlicht-; grijs; kalkloos C-horizont 70 100 zandzwak siltigmatig groflicht-; grijs; kalkloos C-horizont weinig leemlagen; onbewerkt vuursteen 3 0 100 zandmatig siltigmatig fijngrijs; kalkloos omgewerkte grond; brokken c; sediment kon niet meer naar boven worden gehaald ivm wateroverlast, boring gestaakt. 4 010zandzwak siltigmatig fijnbruin-; grijs; kalkloos omgewerkte grond 1040zandzwak siltigmatig fijnlicht-; geel; kalkloos weinig puinresten opgebrachte grond 4070zandzwak siltigmatig fijnlicht-; geel-; grijs; kalkloos C-horizont 5 0 25 zandzwak siltig; zwak humeus matig fijnbruin-; zwart; kalkloos AB-horizontomgewerkte grond 2545zandzwak siltigmatig fijnlicht-; bruin; kalkloos BC-horizont 4560zandmatig siltigmatig fijnblauw-; grijs; kalkloos C-horizont 60 80 leemzwak zandig blauw-; grijs; kalkloos C-horizont 6 0 60 zandzwak siltig; zwak grindig matig groflicht-; bruin; kalkloos opgebrachte grond 60 140 zandzwak siltig; zwak humeus matig fijnbruin; kalkloos spoor baksteen omgewerkte grond; sediment kon niet meer naar boven worden gehaald ivm wateroverlast, boring gestaakt. 7 0 25 zandzwak siltigmatig grofbruin; kalkloos opgebrachte grond 25 50 zandzwak siltigmatig grofwit; kalkloos opgebrachte grond 50 140 zandmatig siltig; zwak humeus matig fijnzwart; kalkloos omgewerkte grond; vervuild? sediment kon niet meer naar boven worden gehaald ivm wateroverlast, boring gestaakt. 8 060zandmatig siltig; zwak grindig matig groflicht-; zwart-; bruin; kalkloos opgebrachte grond; ophoogzand 60 85 leemzwak zandig grijs-; blauw; kalkloos C-horizont

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

(iii) Relatieve formele en informele machtsverhouding. Een derde wegingsfactor heeft betrekking op de relatieve formele en informele machtsverhoudingen tussen principaal en

1580zand zwak siltigmatig fijngeel; kalkloos spoor roestvlekkenmogelijk opgebracht 80100veenzwak zandiggrijs; bruin-; kalkloos omgewerkte grond 100135veenmineraalarmbruin; kalkloos

1 0 40zandzwak siltig; matig humeus matig fijndonker-; bruin; kalkloos 4080zandzwak siltigmatig fijnlicht-; geel; kalkloos 2 0 20zandzwak siltig; matig humeus matig

Bij het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van een groen schoolplein is de hele school, inclusief ouders en buurtbewoners, betrokken.. De voordelen van een groen

mangaanconcreties 90 150 klei matig zandig grijs-bruin kalkloosweinig zandlagen 150 180 klei matig siltiglicht-grijs kalkloos 180 185 zand matig siltigmatig

C-horizontLaagpakket van Walcheren, Formatie van Naaldwijk 110 140 zand zwak siltig matig fijnlicht-grijs kalkloos C-horizontmatig kleine spreidingLaagpakket van Schoorl, Formatie

krachtens artikel 36a, lid 2 Gemeentewet, deze wethouder voor de duur van een jaar ontheffing te verlenen van het vereiste van ingezetenschap3. Aldus besloten door de raad van

humeus 3560kleizwak zandig bruin; licht-; grijs-; kalkloos spoor roestvlekken 60135 kleisterk zandiglicht-; grijs; kalkloos weinig roestvlekken 135 155 kleimatig siltiglicht-;