Vraag nr. 214 van 27 juni 2003
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Vlaamse Gemeenschapscommissie – Ontwikke-lingssamenwerking
Onlangs verklaarde de collegevoorzitter van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) zich ak-koord met het principe dat de VGC haar bevoegd-heden zou uitbreiden met ontwikkelingssamenwer-king.
Gaat de minister ervan uit dat dit tot de opdracht en de bevoegdheden behoort van de Vlaamse Ge-meenschapscommissie ?
NB Deze vraag werd gesteld aan de ministers Byt-tebier (vraag nr. 220) en Sannen (vraag nr. 214).
Gecoördineerd antwoord
In het kader van een interpellatie van de heer Ja n Béghin tijdens de vergadering van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) van 13 juni ll. verklaarde de heer Robert Delathouwer, c o l l e g e v o o r z i t t e r, zich inderdaad akkoord met de interpellant dat er meer aandacht zou moeten gaan naar de internationale solidariteit en NoorZ u i d-solidariteit.
De VGC heeft op basis van de Grondwet en de zo-genaamde Brusselwet van 12 januari 1989 dienaan-gaande evenwel geen bevoegdheid. De opdracht en bevoegdheid omtrent ontwikkelingssamenwerking behoort tot op heden toe aan de federale overheid. De Vlaamse Gemeenschapscommissie zou evenwel naar analogie van de Vlaamse Gemeenschap en re-kening houdende met haar financiële draagkracht wel een aantal initiatieven inzake ontwikkelingssa-menwerking kunnen ontwikkelen die in relatie staan tot haar gemeenschapsbevoegdheden.
De Vlaamse overheid heeft er immers voor geko-zen om een aantal initiatieven op te zetten in haar bevoegdheidsdomeinen die de internationale soli-dariteit en ontwikkelingssamenwerking vorm geven.
Sensibilisering komt nu reeds als doelstelling of ne-veneffect aan bod in de beleidsdomeinen e t h n i s c h-culturele minderheden, educatie en vor-m i n g. In de sector Onderwijs bestaat bijvoorbeeld het project Kleur Bekennen, gefinancierd door het federale departement
Ontwikkelingssamenwer-k i n g. Het project wil mondiale vorming in het on-derwijs promoten en stimuleren. Het wordt ge-coördineerd door de Belgische Technische Coöpe-r a t i e. VooCoöpe-r de uitvoeCoöpe-ring eCoöpe-rvan sloot de toenmalige staatssecretaris een overeenkomst met de vijf Vlaamse provinciebesturen en de VG C, die elk een promotor of een provinciale promotor in dienst nemen.
Anderzijds heeft de Vlaamse regering tevens een actief beleid voor ontwikkelingssamenwerking op lokaal niveau gestimuleerd. Ze sluit hiermee aan bij de internationale tendens waar ook lokale be-sturen als actieve partners in het proces van ont-wikkelingssamenwerking worden betrokken, en dit in het kader van meer decentralisatie van de besluiten beleidsvorming.
De mogelijke, complementaire rol van de VGC in het kader van de vooropgestelde gedeeltelijke de-centralisatie van ontwikkelingssamenwerking zal in de loop van het volgende jaar duidelijk moeten worden.
In uitvoering van artikel 6ter van de Bijzondere Wet van 13 juli 2001, waarin gestipuleerd wordt dat onderdelen van ontwikkelingssamenwerking vanaf 1 januari 2004 zouden worden overgeheveld in zo-verre ze betrekking hebben op de gemeenschaps-en gewestbevoegdhedgemeenschaps-en, werd egemeenschaps-en bijzondere werkgroep opgericht. Deze had tot taak om, i n overleg met de sector, een lijst voor te stellen van de aangelegenheden die betrekking hebben op de bevoegdheden van de gemeenschappen en gewes-ten inzake ontwikkelingssamenwerking. De dead-line van 31 december 2002 werd evenwel niet ge-haald.