1 Appendix
1.1 Bijlage 1: Organogram HJ Heinz BV Europe
n
October 2005
Organisatie: HJ Heinz, Zeist
Product Manager RVC Lois Kolmer
Vice President Eastern
Europe Vice President Central
Europe
Marketing Manager Drinks
Jochem Schouten
Marketing Manager Hak Joke Pronk
Marketing Manager Heinz/Brunch Manon Houten
Marketing Manager Honig
Theo van Uffelen Director
Belgium &
Nordics Jaco russé
Sales Director The Netherlands Bas Boswinkel
Project Consultant IS
NE Anne Eague Packaging &
Procurement Director Europe Hanne Oebel Director
Foodservice NE
Frans Saelman
Head of HR NE & CEE.
Erwin Rengers
Marketing Director The Netherlands Michiel van Ginkel
Chief Financial Officer NE Hein Schumacher
Manager External Affairs Hein Kroft
Manager Quality Assurance NE
Director Supply Chain NE
Head of R&D Sauces Europe
?
Product Manager Karvan Cévitam Femke van Doorn
CEO/Pres. Europe Joe Jimenez
Area Director
UK & Ireland Area Director CFO
Supply Chain Area Director
Western Europe Area Director North, Central en
Europe Chris Warmoth Area Director
South Europe
1.2 Bijlage 2a: historisch overzicht binnen de baby/peuterdranken
Totaal baby&peuterdranken
naar omzet x 1.000 Euro Food Totaal Nederland excl Lidl
19,121 19,252 19,739 20,094 18,526
17,440 16,571 1,511
1,757 1,696
1,759
1,925 2,683 2,681 2,755 6,017
6,015 6,163 888
0 0
0 0
0
0 0 0
0 0
0
20,747
19,016 18,003
20,235 21,866
22,741 23,139 23,566 24,121
23,343
17,776 15,575 16,436 18,349
822
609 717 665
719 806 819 701
731 822
25,364
0 4000 8000 12000 16000 20000 24000
P94013 P95013 P96013 P97013 P98013 P99013 P00013 P01013 P02013 P03013 P04006
C_SIROOP VRUCHTENSAP_GEC. VRUCHTENSAP
1.3 Bijlage 2b: Waarde aandeel binnen de baby/peuterdranken
waarde aandeel in baby/peuterdranken
54 49.6
14.4
25.7 33.4
4.7 4.2
1.2 1.2
11.6
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
2003 2004
bron: AC Nielsen
waarde aandeel in percentage overig
Dixap PL Olvarit RVC
1.4 Bijlage 3: moedertypologieën
Rol van de ouder
regels Macht kind
Omgang met drankjes
Beleving kindersiropen Controlerend Sturend Veel,
“ouders weten wat het beste is voor hun kind”
Laag -Ouder bepaalt de aankoop
-Variatie belangrijk -Streven is kinderen te laten wennen aan andere smaken -Drank voor nodige groei energie drank is een noodzaak -moeder bepaalt welk product/merk
-Voedend -Verantwoord benadrukken de functionele voordelen van siroop (goedkoper, breed toepasbaar etc)
Beïnvloedend Begeleidend opzoek naar compromiss en
Middel Middel -zoeken evenwicht tussen genot en
functionaliteit -compromis tussen verantwoord en verwennend
-zorgzaam en beschermend -siroop biedt zekerheid:
vitamines en controleerbaar (zelf aanlengen)
-product om affectie mee te tonen
aanpassend Verwennend, kind een onbezorgde jeugd geven
Weinig Hoog -Kind bepaalt de aankoop
drinken is een sociaal iets -voorkeur van het kind is belangrijk -bereid meerprijs te betalen als kind daardoor gelukkig is
-lekker
-gezondheid aspect minder belangrijk
1.5 Bijlage 4: Imago statements RVC
Bron: Infomart GfK: RVC brandequity onderzoek, Mei 2004
RVC C-siroop RVC ready-to-drink
Imagostatements Roosvicee Ready- to-drink vs.
Siropen
0 1 2 3 4 5 6
ee n do rs tless en d me
rk
een m er k d
at ho ge kwa
lit ei t le ve rt
ee n m er k v oor ie de r mo
me nt
ee n me rk me
t e en ve rto uw de u itst ra lin g
ee n m er k vo
or ie de re en (ki nd ere n e
n vo lwa
ss. ..
ee n m erk m et e en ri jke g
esch ie de ni s
ee n me rk da
t i ets vo or je d
oe t
ee n m er k va n nu
ee n m erk da
t ve
el va ria tie in s
m ak en b ie dt
een
s pe cia list in d ran
ke n m et pur
e f rui tba sis
ee n z ic ht ba ar me rk
ee n m er k w
aar ik me
g oe d bij voe l
ee n m er k vo
or k ind er en
kind
er lijk
1.6 Bijlage 5 : persoonlijkheids kenmerken RVC C-siroop
Roosvicee Diksappen
persoonlijkheidskenmerken siropen
0 1 2 3 4 5 6
puur degelijk
eerlijk trad
itione el
gezon d vetrouwd
verzorgd oud
erw ets verantw
oord avontuur
lijk gezellig
ong
edwongen vernieuwen
d jong
1.7 Bijlage 6: de enquête
1.8 Bijlage 7: resultaten moedertypologieën
kinderen moeten doen wat volwassenen zeggen
Cumulative
Frequency Percent Valid Percent Percent
Valid heel erg mee oneens 3 2.5 2.5 2.5
2 6 5.0 5.0 7.5
3 8 6.7 6.7 14.2
4 36 30.0 30.0 44.2
5 28 23.3 23.3 67.5
heel erg mee eens 35 29.2 29.2 96.7
missing 4 3.3 3.3 100.0
Total 120 100.0 100.0
kinderen moeten eten wat de pot schaft
Cumulative
Frequency Percent Valid Percent Percent
Valid heel erg mee oneens 2 1.7 1.7 1.7
2 4 3.3 3.3 5.0
3 4 3.3 3.3 8.3
4 17 14.2 14.2 22.5
5 50 41.7 41.7 64.2
heel erg mee eens 39 32.5 32.5 96.7
missing 4 33.3 33.3 100.0
Total 120 100.0 100.0
ik koop wat ze lekker vinden
Cumulative
Frequency Percent Valid Percent Percent
Valid heel erg mee oneens 11 9.2 9.2 9.2
2 13 10.8 10.8 20.0
3 29 24.2 24.2 44.2
4 45 37.5 37.5 81.7
5 10 8.3 8.3 90.0
heel erg mee eens 8 6.7 6.7 96.7
missing 4 3.3 3.3 100.0
Total 120 100.0 100.0
belangrijk dat kids een onbezorgde jeugd hebben
Cumulative
Frequency Percent Valid Percent Percent
Valid heel erg mee oneens 3 2.5 2.5 2.5
2 9 7.5 7.5 10.0
3 9 7.5 7.5 17.5
4 50 41.7 41.7 59.2
5 15 12.5 12.5 71.1
heel erg mee eens 30 25.0 25.0 96.7
missing 4 3.3 3.3 100.0
Total 120 100.0 100.0
onzin om extra te betalen voor kidappeal
Cumulative
Frequency Percent Valid Percent Percent
Valid heel erg mee oneens 11 9.2 9.2 9.2
2 6 5.0 5.0 14.2
3 14 11.7 11.7 25.9
4 23 19.2 19.2 45.1
5 29 24.2 24.2 69.3
heel erg mee eens 32 26.7 26.7 96.0
missing 4 3.3 3.3 99.2
Total 119 99.2 99.2 100.0
Missing System 1 0.8 0.8
Total 120 100.0 100.0
ik ga ruzies met mijn kinderen uit de weg
Cumulative
Frequency Percent Valid Percent Percent
Valid heel erg mee oneens 40 33.3 33.3 33.3
2 28 23.3 23.3 56.7
3 13 10.8 10.8 67.5
4 21 17.5 17.5 85.0
5 10 8.3 8.3 93.3
heel erg mee eens 4 3.3 3.3 96.7
missing 4 3.3 3.3 100.0
Total 120 100.0 100.0
1.9 Bijlage 8: reliability berekening (Alfa)
Reliability voedingswaarde
R E L I A B I L I T Y A N A L Y S I S - S C A L E (A L P H A) Mean Std Dev Cases
1. KRISTALS -,5250 2,2898 120,0 2. VRUCHTS 1,8500 1,3451 120,0 3. VIT 2,2250 1,3376 120,0 4. ZOESTOF -,9083 1,9097 120,0
Item-total Statistics
Scale Scale Corrected
Mean Variance Item- Alpha if Item if Item Total if Item Deleted Deleted Correlation Deleted
KRISTALS 3,1667 11,2157 ,3951 ,5310
VRUCHTS ,7917 17,7798 ,2582 ,5990
VIT ,4167 16,1443 ,4265 ,5059
ZOESTOF 3,5500 12,3840 ,4826 ,4291
Reliability Coefficients N of Cases = 120,0 N of Items = 4 Alpha = ,5938
Reliability imago
R E L I A B I L I T Y A N A L Y S I S - S C A L E (A L P H A) Mean Std Dev Cases 1. B.MERK 1,4583 1,5872 120,0 2. VERTR.M 1,4083 1,5475 120,0 3. GEZ.M 2,3083 1,0674 120,0 4. VERA.M 2,0333 1,4197 120,0 Item-total Statistics Scale Scale Corrected Mean Variance Item- Alpha if Item if Item Total if Item Deleted Deleted Correlation Deleted B.MERK 5,7500 9,1639 ,7009 ,5915VERTR.M 5,8000 9,8420 ,6366 ,6352
GEZ.M 4,9000 13,1328 ,5359 ,7085
VERA.M 5,1750 12,7674 ,3583 ,7888
Reliability Coefficients
N of Cases = 120,0 N of Items = 4
Alpha = ,7492
Reliability belangrijke anderen
R E L I A B I L I T Y A N A L Y S I S - S C A L E (A L P H A) Mean Std Dev Cases 1. FAM -,9325 1,9090 120,0 2. VRIEND -1,1000 1,8670 120,0 3. PROF -,1000 1,8894 120,0 4. MEDIA -1,2500 1,8391 120,0 Item-total Statistics Scale Scale Corrected Mean Variance Item- Alpha if Item if Item Total if Item Deleted Deleted Correlation Deleted FAM -2,4500 21,9975 ,7330 ,7882VRIEND -2,2825 21,6894 ,7816 ,7672
PROF -3,2825 23,9767 ,6064 ,8423
MEDIA -2,1325 23,9521 ,6351 ,8299
Reliability Coefficients N of Cases = 120,0 N of Items = 4 Alpha = ,8490
1.10 Bijlage 9: T-test
group statistics
aantal kind N Mean Std.Deviation
imago >= 2 48 5.85 4.62
< 2 72 5.72 4.06
voedingsw >= 2 48 2.35 3.91
< 2 72 2.83 5.24
bel.ander >= 2 48 -3.56 5.24
< 2 72 -3.26 6.84
Levene's Test for equality of
Variances t-test for Equality of Means
F Sig. t df Sig.
(2-tailed) equal variances
assumed -0.91 118 0.36
imago equal variances
not assumed 1.00 0.32 -0.089 91.76 0.38
equal variances
assumed -0.54 118 0.59
voedingsw equal variances
not assumed 0.03 0.88 -0.57 116.46 0.57
equal variances
assumed -0.26 118 0.8
bel.ander equal variances
not assumed 0.05 0.82 -0.27 115.6 0.79
1.11 Bijlage 10: kaart rayons thuiszorg
1.12 Bijlage 11: Topiclijst interviews
Totstandkoming advies
Waar baseert u uw advies op/ wat zijn uw informatiebronnen waar u uw advies op baseert?
• Beleidsrichtingen?
• Andere experts
• Vakbladen
• Reclame
• Wetenschappelijke artikelen
Onderscheid in
• Zuigeling
• Drank
• bijvoeding
Hoe blijft u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen binnen baby/peuter voeding/dranken?
o Leest u toegestuurde informatie o Zoekt u zelf (na recl/lezen)
Wat neemt u mee in advies?
o Top 3 eigenschappen?
o Vitaminen o weinig calorieën o Weinig vet o Weinig suiker
Zoetstoffen
Kristal
vruchtensuikers
geen zoetstoffen
Maakt u een onderscheid in suikers:
• Vruchten/fructose
• Mono/di/polysaccheride
• Kristal
• Lactose
• Zoetstoffen (welk advies daarover?)
Trends toekomst o OBESITAS
o Advies totstandkoming (infobronnen, meer wetenschappelijk…) o Invloed media
Grootste zorg suiker is een groot probleem, wat is uw grootste zorg en communiceert u?(RANKING)
o OBESITAS o Cariës o Smaak o …..
moeder reactie op advies
Merkt u een sterk verschil bij moeders >1 kind mbt hun houding tov advies
Waar denkt u dat de moeders het meest naar luisteren? Het advies/mening van (top 3) o Hun eigen moeders
o Vrienden/kennissen o professionele instanties
Huisarts
Consultatie
Kraamzorg
Verloskundige
Waar moeders meest gevoelig voor?
o Prof instantie o Familie o Media o Boeken
1.13 Bijlage 12: samenvatting interviews consultatiebureaus
Conclusie consultatiebureaus
Er wordt regelmatig verwezen naar de LVT; Landelijke Vereniging Thuiszorg. Op dit moment is er een grote reorganisatie bezig, waardoor de consultatiebureaus weer onder de GGD vallen. De rol van de LVT zal dan overgenomen worden door het Landelijk Centrum Ouder- en Kindzorg (LC-OKZ).
Totstandkoming advies
Waar wordt advies op gebaseerd en wat/ wie zijn de informatiebronnen?
Het advies is gebaseerd op landelijke protocollen. De Wet collectieve preventie/
volksgezondheid stelt protocol op, wat de min en max hoeveelheden zijn voor welk leeftijd. Deze standaarden zijn gebaseerd op onderzoeken. De LC-OKZ en LVT vertalen dit naar de organisatie van consultatiebureaus en verspreiden dit onder de regio’s.
Vervolgens stelt de afdeling dietiek advies op, naar gewicht en leeftijd van het kind, waarbij het advies vertaald wordt naar regio. De verpleegkundigen vertalen het weer naar hun specifieke klanten groep (yuppen, allochtonen etc).
Dietiek is ondersteuning voor de verpleegkundigen.
Dietiek bekijkt voedingswaarde van de drankjes en geeft advies door aan verpleegkundigen. Verder verzamelen zij informatie over de producten, welke de verpleegkundigen in een map bewaren (productenmap). Hierbij wordt het accent gelegd op de voors- en tegens- van het product en of het een goede ontwikkeling is of niet. In de productenmap zaten flyers van Nutricia, Nestle en Liga. Zij hadden mooie sales-achtige flyers gemaakt. Hierop stond uiteengezet de voedingswaarde van het product en een duidelijke uitleg van hun onderscheidende vermogen.
Let op: dietiek geeft alleen aan wat er in de handel verkrijgbaar is, hierbij wordt er geen mening geuit over verschillende merken!
De precieze invulling en communicatie van het advies is afhankelijk van verpleegkundigen. De verpleegkundigen vragen vaak naar het voedingspatroon van het kind, en stemmen daar hun advies op af, in combinatie met de leeftijd en het gewicht van het kind.
Verder is er het Groeiboek, opgesteld door verpleegkundigen. Dit krijgen ouders mee, en het advies wordt vaak hierop teruggekoppeld. In het Groeiboek staat alles over opvoeden en voeding.
Maakt u een onderscheid in de volgende productgroepen in uw advies mbt dranken?
• Zuigeling:
Eerste half jaar alleen maar melk; liefst borstvoeding maar poedermelk mag ook.
Daarnaast mag het kind alleen maar thee of water hebben.
• Drank
Na half jaar mag er ook iets naders gedronken worden: water, thee (zonder suiker!) of andere drankjes, mits aangelengd!!!
Siropen en vruchtensappen worden gezien als drankjes.
• Bijvoeding
Bijvoeding is opvolgmelk.
Bijvoeding in de vorm van drankjes is niet nodig (is ook advies). Kind krijgt genoeg binnen met opvolgmelk.
Hoe blijft u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen binnen baby/peuter voeding/dranken?
Geen van de gesproken verpleegkundigen blijft zelf actief op de hoogte van de ontwikkelingen in de markt. Allen vertrouwen er volledig op door dietiek op de hoogte gehouden te worden van de laatste ontwikkelingen en producten.
Dietiek geeft recente informatie door, over producten via een nieuwsbrief of een algemeen krantje. Verder organiseert dietiek 2 tot 3 keer per jaar een bijeenkomst voor de verpleegkundigen. Hier worden de laatste ontwikkelingen besproken en voorlichting gegeven. Wanneer en hoeveel bijeenkomsten er worden georganiseerd, verschilt per regio.
Dietiek geeft ook scholing aan verpleegkundigen.
Verpleegkundigen zoeken vaak aanvullende product informatie op het internet (op de sites van de producenten) .
Een enkele keer kunnen de verpleegkundigen naar beurzen of symposia. Daar staan alle fabrikanten met stands. Dit is wel een uitgesproken moment dat de verpleegkundigen actief opzoek gaan naar informatie en verschillende producten naast elkaar zetten.
Als er vanuit de ouders veel naar een bepaald product gevraagd wordt, dan koppelt de verpleegkundige dat terug aan dietiek.
Maak een top 3 van voedingswaarden die u benadrukt in uw advies.
• Suiker: is ook vanuit LVT advies benadrukt: suiker bevordert obesitas. Verder worden kinderen zoetekauwen door alle suikers Æ lusten gewoon voedsel niet meer.
• calorieën
• vetten zijn weinig genoemd, accent ligt sterk op suiker.
Vitaminen worden niet meegenomen, kinderen hebben zelden of nooit last van ondervoeding. Bovendien zit in opvolgmelk alle stoffen die ze nodig hebben. Zijn de kinderen ouder, dan krijgen ze via voeding genoeg vitaminen binnen. Drankjes met extra vitaminen zijn in de ogen van verpleegkundigen overbodig.
Maakt u een onderscheid in suikers:
Er wordt geen onderscheid gemaakt in Mono-/di-/polysaccheride.
Alle extra/ toegevoegde suikers zijn slecht. Dit geld ook voor vruchtensuikers. Een hoeveelheid suiker groter dan de natuurlijke hoeveelheid suiker wordt als slecht gezien.
Over zoetstoffen is geen eenduidig advies of beleid, behalve dat bekend is dat bij teveel zoetstoffen kinderen diarree kunnen krijgen. Verder is niet goed bekend hoe het schadelijk is voor de gezondheid. Zoetstoffen worden gezien als suikers, die minder bijdragen aan het obesitas effect, maar het wordt ook niet gezien als gezond of minder slecht. Tevens bevorderen zoetstoffen een kind zoetekauw te worden.
Kortom; “ liever geen producten met zoetstoffen”.
Kinderen onder de 4 jaar mogen maximaal 2 glazen drankjes (iets anders dan water/thee), per dag.
Light producten worden wel afgeraden omdat daar vaak teveel zoetstoffen in zitten voor jonge kinderen. Bovendien geeft het ouders een vertekent beeld.
Het advies luidt altijd dat moeders goed het etiket moeten lezen en op moeten letten dat er geen extra suikers in zitten, dat de enige suikers die er in zitten natuurlijke suikers zijn (want die zijn niet slecht).
Trends toekomst
• Obesitas, er zullen meer kinderen een overgewicht hebben.
• Eenzijdige voeding
• Meer voorlichting over gezonde voeding, ouders weten zelf niet meer wat gezond is en hoe ze dat moeten klaarmaken.
Waarschuwing voor commercie; ouders nemen vrij klakkeloos aan wat zij beweren.
Terwijl ze meer kritisch moeten zijn over de kwaliteit van de producten .Verpleegkundigen hopen dat het assortiment verkleind wordt in de winkels, er is nu teveel keus. Verder moet er betere voorlichting zijn over wat gezond is en wat niet (alles met mate!) Æ in de toekomst moet de media en commercie een deel van deze voorlichting overnemen. Dit omdat de media in de toekomst steeds grotere invloed krijgt. De angst bestaat dat de “macht” van de media die van de consultatiebureaus zal overstijgen.
Grootste zorg suiker is een groot probleem, wat is uw grootste zorg en communiceert u?(RANKING)
• Obesitas; een groet rol hierin spelen de dranken. Omdat ouders de hele dag bezig zijn met het idee of hun kind wel genoeg drinkt. Om kinderen makkelijker te laten drinken, geven de ouders hun vaak zoete, suikerhoudende dranken. Consultatiebureaus waarschuwen ouders daarvoor, het kind drinkt vaak vanzelf genoeg, en hoeft niet de hele dag de fles te hebben.
• Eet gedrag kinderen; ze worden volgestopt met tussendoortjes omdat ouders bang zijn dat ze niet genoeg eten. Met als gevolg dat het kind te vol is om de 3 hoofdmaaltijden per dag te kunnen eten. Ouders zijn vooral bang voor ondervoeding, omdat het kind dan geen groente heeft binnen gekregenÆ Kind
“leeft “ op tussendoortjes, met extra vitaminenÆ kind te dik & OVERvoed.
• Eenzijdige voeding; ouders weten niet meer wat gezond is; ouders denken dat kinderen allerlei extra vitamines nodig hebben. Verder geven ouders hun kind wat zij ook eten, terwijl hun eetgedrag op gewoonte is gebaseerd. Dit kan resulteren in een eenzijdige voeding voor het kindje.
• Cariës probleem; steeds smeer kinderen op jonge leeftijd al rotte tanden. Het kind is de hele dag bezig met drinken van zoete drankjes.
Minder van belang is de smaakontwikkeling, dit is het minst ongezond omdat het geen direct effect heeft op het lichaam.
moeder reactie op advies
Merkt u een sterk verschil bij moeders >1 kind mbt hun houding tov advies
• vragen minder advies
• worden wat meer laconiek
• vragen specifieker
• Nemen minder advies aan
• Sterke eigen mening (meer eigenwijs)
Consultatiebureau heeft een adviserende rol, ze kunnen de moeders niets opleggen.
Het blijft dus moeilijk een dwingende toon aan te nemen, omdat dit vaak betuttelend over komt.
Dmv argumenten ondersteund door onderzoek proberen consultatiebureaus de moeders te overtuigen. En door uitleggen wat het belang is en waarom iets slecht is (slechte voeding verhoogt kans op ziektes). Verder is een populair voorbeeld dat te dikke kinderen vaak gepest zullen worden.
Een volgend kind eet sneller mee met de pot, maar heeft ook grotere kans op teveel suikers. Ze snoepen met hun oudere broertjes/ zusjes mee.
Waar denkt u dat de moeders het meest naar luisteren? Het advies/mening van (top 3)
Media; Vanuit de commercie, internet en tijdschriften.
De omgeving: familie, vrienden en kennissen met kinderen
Consultatiebureaus; worden als licht betuttelend gezien door de ouders.
Consultatiebureaus hebben pas “macht” als er grote onzekerheid leeft onder de ouders.
Kraamzorg heeft heel weinig invloed, omdat zij maar 10 dagen contact hebben met de ouders.
Waar moeders meest gevoelig voor?
• Wat de media zegt. Grotendeels wordt het “advies” van de commercie overgenomen. Bijvoorbeeld: bijna iedere moeder begint al op 4 maanden met bijvoeding, omdat Olvarit potjes vanaf 4 maanden aanbiedt. De producten worden namelijk als verantwoord en lekker gezien. Bezwaar van consultatiebureau is dat zij adviseren pas vanaf 6 maanden te beginnen met bijvoeding. Bovendien hebben de producten geen “echte smaak”, waardoor het kind niet snel normaal leert eten (voeding uit de potjes is te fijn, en heeft een licht zoete smaak).
Door de overdaad aan informatie gaan ouders zoeken naar tekenen die hun zekerheid kunnen bieden. Media speelt daar op in “dit is het beste voor uw kind” .
• Informatie uit tijdschriften.
Moeders zoeken zelf bevestiging van wat ze gehoord hebben in tijdschriften en internet. Ouders lezen vaak geen krant en kijken geen informatieve programma’s. Al hun kennis halen ze van internet en tijdschriften.
Æ extra opmerking, een aantal verpleegkundigen verwezen naar de babybox.
Moeders proberen die producten als eerste uit. Als die aanslaan bij het kind, gaan ze er vaak mee door.
Verwijzing naar rek met folders?
Geen commerciële folders, alleen folders van borstvoeding stichting, voedingscentrum, etc.
Er mag geen product info uitgedeeld worden, of uitingen. Alles loopt via dietiek en de leiding (stafverpleegkundige), die filteren wat binnen komt.
Folders worden per regio gemaakt. Ook zijn er een aantal folders uitgegeven door het voedingscentrum en enkele organisaties (zoals zuivel en borstvoeding organisaties) Protocol wordt gemaakt door stafmedewerkers.
Diëtisten maken aanvullende info over producten, eten en drinken. Met name puursappen en melk.
Consultatiebureau met een borstvoeding certificaat mag absoluut niets aan merken doen. Het certificaat staat garant voor volledig onafhankelijk advies.
Specifiek in op advies
wat is uw advies voor
• 4 tot 6 maanden
geen sapjes, alleen maar borstvoeding of poedermelk
• vanaf 6 maanden
Doorgaan met opvolgmelk, verder water en thee zonder suiker. Geen sapjes etc. als het echt niet anders kan, dan enorm aanlengen met water!
• Vanaf 12 maanden
Met de pot mee-eten, siropen mogen nu wel, maar maximaal 2 bekertjes per dag.
Ook aangelengde vruchtensap wordt eerder geadviseerd dan limonadesiroop. De voorkeur blijft vanzelfsprekend liggen bij water en thee zonder suiker.
Hebben vruchtensiropen een toegevoegde waarde op water, komt dat terug in uw advies?
Nee, liever geen siroop geven.
Wat vindt u wel/niet goed aan Diksap
Verpleegkundigen erkennen dat in beide siropen (diksap en RVC) suikers zitten, maar veel zeggen dat diksap minder slecht is omdat er geen suikers zijn toegevoegd.
Bovendien zijn de suikers natuurlijk Vruchtensiroop
Enige verschil met diksap is dat er suikers zijn toegevoegd. Veel vinden RVC slechter dan diksap, omdat de suikers zijn toegevoegd en niet natuurlijk zijn. Slechts één verpleegkundige was op de hoogte dat beide dranken even veel Kcal en Kj hebben.
Wel zijn deze siropen beter dan kant en klaar drankjes (zoals multivitdranken), want die hebben teveel zoetstoffen. Siropen kan je tenminste nog verdunnen.
Veel verpleegkundigen waren er niet van bewust dat RVC en diksap even slecht waren. Als er verwezen werd naar aantal Kcal en Kj op het etiket, was er een verbaasde reactie bij het zien van vrijwel dezelfde waardes. Het was hun nog nooit opgevallen dat er op dat vlak geen verschil is.
Opvolgmelk
Hier is niets op aan te merken. De opvolgmelk wordt nadrukkelijk geadviseerd tot en met de 8e maand te blijven geven.
Verpleegkundigen geven hier soms wel merk advies over, indien het speciale opvolgmelken zijn (voor bijvoorbeeld allergie gevoelige kinderen).
Overige opmerkingen:
Er werd door niemand een onderscheid gemaakt tussen A en B merken. “producten moeten aan hoge kwaliteitseisen voldoen, dus alles zal wel goed zijn”
Typisch was dat één verpleegkundige Lessini aanraadde in plaats van KC, omdat er minder suikers in zitten. Ze is zelf anti zoetstoffen, maar raadt dus wel Lessini aan…
Fabrikanten komen langs bij dietiek, met name Liga, Nutricia, Nestle, Friesland Coberco en Zonnatura. Hierbij ligt sterk het accent op opvolgmelk. Ook worden er voorlichtingsbladen opgestuurd naar dietiek (wat in productenmap van verpleegkundige kan) en monsters.
Dietiek wordt teruggekoppeld via voedingsverslagen die verpleegkundigen moeten maken van hun ervaringen met de moeders.
Welke producteigenschappen mist u in het huidige assortiment?
Niets! Alles zit in opvolgmelk en normale voeding. Het assortiment werd door iedereen belachelijk groot gevonden en allen vinden dat het verkleind moet worden.
Het eerst product dat eruit moet is Danoontje, vele negatieve reacties daarover gehoord. Het is te zoet, teveel suiker.
Welke waarden belangrijk & welke past bij de volgende merken
Niemand wilde hier over praten; dat zou strikt tegen beleid in zijn.
Algemene conclusie over RVC:
De consultatiebureaus zijn niet helemaal positief over RVC C-siroop, maar ook niet volledig negatief.
Positief:
Het is minder slecht dan koolzuurhoudende dranken en yogidrinks (kan je nl zelf maken met RVC C-siroop).
En het is goedkoper dan Diksappen.
Negatief:
Zitten zoetstoffen in
In hun ogen bevat de siroop ook toegevoegde suiker.
Belangrijk is dat de consultatiebureaus worden voorgelicht over RVC C-siroop in vergelijking met andere aanbieders. Hier moet ook het accent liggen tussen het verschil A merk en B merk. Duidelijk moet zijn dat RVC daarom niet als soortnaam gebruikt mag worden, omdat er een groot verschil zit tussen A en B merken (huismerken).
Het grootste accent moet liggen op de hoeveelheid zoetstoffen in de drank, vooral omdat het in het nieuws is geweest. TEGEN OFFENSIEF! Voorkom volledig negatief advies voor siropen.