BIJZONDER VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

BIJZONDER VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN

Besteknummer 1M3D8F/08/07 Dossiernummer X21 / 0 / 305

Omschrijving Herstellen K.W.S. – Verharding ( 2008 ) Werfadres R23 om 3000 - LEUVEN:

N2 ( kmpnt 4,5 – 4,8 & kmpnt 6,9 – 7,3 ) te 1932 - SINT – STEVENS – WOLUWE.

N251 te 3001 – HEVERLEE.

Opdrachtgever

Agentschap Wegen en Verkeer Wegen en Verkeer Vlaams – Brabant

Tel.: ( 02 ) 257.23.11 – Fax: ( 02 ) 257.23.80 E-mail: wegen.vlaamsbrabant@vlaanderen.be

L.A.: ir. Bart HOMPES

Tel.: ( 02 ) 257.23.55 G.S.M.: 0478/666581

E-mail: bart.hompes@mow.vlaanderen.be

WL : ing. Jaak VUNDELINCKX

Tel.: ( 02 ) 257.23.29 G.S.M. 0478 / 666.585

E-mail: jaak.vundelinckx@mow.vlaanderen.be

Veiligheidscoördinator - ontwerp

M.C.R. – R

Website: www.mcr-rutten.be E-mail: mcr-rutten.bvba@skynet.be

ing. Edouard RUTTEN

Ganzendries 14, 1820 – STEENOKKERZEEL

Tel. / Fax: ( 02 ) 751.71.62 G.S.M.: 0495 : 46.59.47 E-mail: edouard.rutten@skynet.be

Veiligheidscoördinator - verwezenlijking

M.C.R. – R

Website : www.mcr-rutten.be E-mail: mcr-rutten.bvba@skynet.be

ing. Edouard RUTTEN

Ganzendries 14, 1820 – STEENOKKERZEEL

Tel. / Fax: ( 02 ) 751.71.62 G.S.M.: 0495 / 46.59.47 E-mail: edouard.rutten@skynet.be

Art. 90 § 2. Bij de offerte te voegen bescheiden:

Naast de bescheiden en nota’s, vereist door de wettelijke en reglementaire bepalingen en door de documenten waarnaar dit bijzonder bestek verwijst, dient de inschrijver het volgende document bij zijn offerte te voegen:

Het invulformulier gehecht aan het offerteformulier m.b.t. de bepalingen van Art. 30, tweede lid, 1° en 2° van het K.B. van 25.01.2001 betreffende de T.o.M.B. verder aan te vullen, nl. punt 1: Aanvulling risico-analyse, rekening houdend met de door hem ingezette middelen + bijkomende veiligheidsmaatregelen en punt 2: Afzonderlijke prijsberekening, die verwijst naar het veiligheids- en gezondheidsplan en waarin hij beschrijft op welke wijze hij het bouwwerk zal uitvoeren om rekening te houden met dit veiligheids- en gezondheidsplan.

®

M.C.R. – R

INHOUDSOPGAVE

1. Algemene bepalingen.

2. Tussenkomende partijen.

3. Preventieprincipes.

4. Bouwplaatsreglement.

5. Werfsignalisatie.

6. E.H.B.O. en noodprocedures.

7. Werfinrichting en organisatie.

8. Coördinatiestructuur ( niet van toepassing ).

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Voor de algemene bepalingen wordt verwezen naar het STANDAARD VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN

VAN V.O. – A.W.V. - W.V. Vlaams - Brabant

1. ALGEMENE BEPALINGEN 1.1. Besteknummer en titel:

1M3D8F/08/07

HERSTELLEN K.W.S. – VERHARDINGEN ( 2008 ) 1.2. Plaats van de werken:

Nummer weg Van kmpt. … Tot kmpt. … Grondgebied

R23 4,9 6,3 3000 - LEUVEN

N2 4,5

6,9

4,8 7,3

1932 – SINT – STEVENS - WOLUWE

N251 1,6 2,1 3001 - HEVERLEE

1.3. Doel van de aanneming:

In deze aanneming wordt de KWS-verharding van ( een deel ) van onderstaande gewestwegen hersteld:

R23 om 3000 - LEUVEN.

N2 te 1932 - SINT – STEVENS - WOLUWE.

N251 te 3001 - HEVERLEE.

1.4. Korte beschrijving van het project:

Deze aanneming omvat hoofdzakelijk:

• Het affrezen en heraanleggen van de K.W.S.-verharding.

• Het behandelen van de voegen.

• Het vernieuwen en/of op niveau brengen van de riooldeksels.

• Het opbreken en herplaatsen van de greppels.

• Het aanbrengen van de markeringen.

• De rode inkleuring van de fietspaden.

•

Het onderhoud van de werken gedurende de waarborgperiode.

1.5. Duur der werken

De aannemer is ertoe gehouden de werken te voltooien binnen de onderstaande termijnen vanaf de dag aangeduid in het dienstbevel tot de aanvang van de werken:

• R23 om LEUVEN: 10 werkdagen & 2 werknachten ( verlofperiode ).

•

N2 ( kmpnt 4,5 – 4,8 ): 1 werkdag & 3 werknachten.

•

N2 ( kmpnt 6,9 – 7,3 ): 3 werkdagen & 2 werknachten.

•

N251: 5 werkdagen.

®

M.C.R. – R

1.6. Fasering der werken:

De uitvoering van de werken gebeurt in principe volgens de hierna vermelde fasen:

R23 – Ring om LEUVEN – kmpnt 4,9 tot 6,3:

Er wordt gewerkt tijdens de verlofperiode.

Fase 1: Binnenring Tervuursepoort tot Brusselsepoort:

Deel 1: Frezen rechterrijstrook, verkeer over de linkerrijstrook.

Deel 2: Frezen linkerrijstrook en afslag richting centrum, verkeer over de rechterrijstrook.

Deel 3: Asfalteren linkerrijstrook buiten het kruispunt, verkeer op de

rechterrijstrook, Groefstraat afgesloten, verkeer via de Tervuursestraat en de Mgr. Van Waeyenberghstraat, Bankstraat afgesloten, verkeer via de

Tervuursesteenweg en de Heilige Geeststraat.

Deel 4: Asfalteren rechterrijstrook buiten het kruispunt en de afslag Groefstraat, verkeer op de linkerrijstrook.

Fase 2: Binnenring t.h.v. het viaduct:

Deel 1: Frezen rechterrijstrook, verkeer via de Naamsepoort keren en over het viaduct.

Deel 2: Frezen linkerrijstrook, verkeer via de parallelwegen naast het viaduct.

Deel 3: Asfalteren rechterrijstrook, verkeer via de Naamsepoort keren en over het viaduct.

Deel 4: Asfalteren linkerrijstrook, verkeer via de parallelwegen naast het viaduct.

Fase 3: Buitenring Tervuursepoort tot de Brusselsepoort:

Deel 1: Frezen rechterrijstrook en afslag, verkeer van de Gasthuisberg via de Mgr Van Waeyenberghstraat en de Tervuursestraat.

Deel 2: Frezen linkerrijstrook, verkeer op de rechterrijstrook.

Deel 3: Asfalteren rechterrijstrook buiten het kruispunt, verkeer van Gasthuisberg via de Mgr. Van Waeyenberghstraat en de Tervuursestraat.

Deel 4: Asfalteren linkerrijstrook buiten het kruispunt, verkeer op de rechterrijstrook.

Fase 4: Buitenring t.h.v. het viaduct:

Deel 1: Frezen rechterrijstrook, verkeer op de R23 via het viaduct en keren aan de Naamsepoort, verkeer op de lokale wegen via de randparking Bodart en de N264 en keren aan het kruispunt met de Celestijnenlaan.

Deel 2: Frezen linkerrijstrook, verkeer via parallelweg naast het viaduct.

Deel 3: Asfalteren rechterrijstrook, verkeer op R23 via viaduct en keren aan de Naamsepoort, verkeer op lokale wegen via de randparking Bodart en de N264 en keren aan het kruispunt met de Celestijnenlaan.

Deel 4: Asfalteren linkerrijstrook, verkeer via parallelwegen naast het viaduct.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Fase 5: Kruispunt R23 – Tervuursesteenweg:

Deel 1: Frezen Tervuursesteenweg en Tervuursestraat, geen omleiding.

Deel 2: Frezen rechterrijstrook en delen rechts, verkeer op de linkerrijstrook;

frezen op de linkerrijstrook en de midden op het kruispunt, verkeer op de rechterrijstrook.

Deel 3: Asfalteren van het kruispunt ( nachtwerk! ):

Rechterrijstrook 2 richtingen, verkeer op de linkerrijstrook, omrijden via de N2 of de N264.

Tervuursesteenweg ( + parking en Groenveldstraat ) afgesloten, verkeer via de Celestijnenlaan en de N264.

Tervuursestraat afgesloten, verkeer via de Goudbloemstraat en de N2 of de Biezenstraat en de Capucijnenvoer.

Linkerrijstrook in 2 richtingen, verkeer op de rechterrijstrook.

Fase 6: Markeringen:

Fietspad toplaag vernieuwen tussen het viaduct en de Tervuursepoort.

N251 - kmpnt: 1,6 – 2,1:

Fase 1: Richting Waver / Namen:

Deel 1: Frezen.

Deel 2: Asfalteren.

Het verkeer richting Waver wordt omgeleid via de Koning Leopold III-laan, Middenweg en Huttelaan.

Er geldt parkeerverbod rechts op de omleiding en 50 meter op de N251.

Het verkeer richting Leuven blijft open.

Fase 2: Richting Leuven:

Deel 1: Frezen.

Deel 2: Asfalteren.

Het verkeer richting Waver wordt omgeleid via de Koning Leopold III-laan, Middenweg en Huttelaan.

Er geldt parkeerverbod rechts op de omleiding en 50 meter op de N251.

Het verkeer richting Leuven blijft open.

Fase 3: Markeringen.

®

M.C.R. – R

N2 – kmpnt 4,5 – 4,8:

Fase 1: Werken:

Deel 1: Uitbreken beton middenvak ( 1 plaat ) en frezen.

Het verkeer wordt geleid volgens de werken.

Er geldt een snelheidsbeperking van 30 km / u.

Deel 2: Asfalteren ( nachtwerk! ):

Richting Brussel blijven de wijken steeds bereikbaar door de helft van het kruispunt open te houden

( Europalaan en zijstraten, Hortensialaan ).

Richting Leuven wordt de Bevrijdingslaan afgesloten.

Het verkeer wordt over versmalde rijstroken geleid.

Er geldt een snelheidsbeperking van 30 km / u.

Fase 2: Markeren:

N2 – kmpnt 6,9 – 7,3:

Fase 1: Werken in beide richtingen ( nachtwerk! ):

Deel 1: Frezen, verkeer wordt geregeld met een 3-kleurige werfsignalisatie.

Deel 2: Asfalteren, verkeer wordt geregeld met een 3-kleurige werfsignalisatie.

De Lozenberg blijft steeds bereikbaar.

Fase 2: Markeren.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

2. TUSSENKOMENDE PARTIJEN 2.1. In de ontwerpfase

2.1.1. Opdrachtgever(s)

Opdrachtgever 1:

Adres:

Agentschap Wegen en Verkeer Wegen en Verkeer Vlaams – Brabant

Luchthavenlaan 4 1800 – VILVOORDE

Tel.: ( 02 ) 257.23.11 – Fax: ( 02 ) 257.23.80 E-mail: wegen.vlaamsbrabant@vlaanderen.be

Vertegenwoordigd door L.A.: ir. Bart HOMPES

Tel. : ( 02 ) 257.23.55 G.S.M.: 0478.666.581

E-mail: bart.hompes@mow.vlaanderen.be

WL : ing. Jaak VUNDELINCKX

Tel.: ( 02 ) 257.23.29 G.S.M.: 0478 / 666.585

E-mail: jaak.vundelinckx@mow.vlaanderen.be

Opdrachtgever 2:

Adres:

Vertegenwoordigd door:

Tel. : Fax : E-mail:

2.1.2. Veiligheidscoördinator-ontwerp

Veiligheidscoördinator - ontwerp:

Adres:

M.C.R. – R

Ganzendries 14 1820 – STEENOKKERZEEL

Website : www.mcr-rutten.be E-mail: mcr-rutten.bvba@skynet.be

Vertegenwoordigd door: ing. Edouard RUTTEN

Fax : ( 02 ) 751.69.76

E-mail: edouard.rutten@skynet.be

®

M.C.R. – R

2.1.3. Bouwdirectie belast met het ontwerp en de personen aan wie zij bepaalde opdrachten in onderaanneming heeft toevertrouwd

Bouwdirectie ontwerp:

Adres:

Vertegenwoordigd door:

Tel. : Fax : E-mail:

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

2.2. Organigram ontwerpfase (S.V.G.P. - 4.1.1.)

Veiligheidscoördinator-ontwerp:

De dienstverlener:

M.C.R.- R

ing. Edouard RUTTEN

AANBESTEDING Bouwdirectie belast met het ontwerp

L.A.: ir. Bart HOMPES

Werfleider: ing. Jaak VUNDELINCKX Toezichter: Dhr François MATTHEUS

Opdrachtgever

Agentschap Infrastructuur

Afdeling Wegen en Verkeer Vlaams – Brabant

Luchthavenlaan 4 te 1800 - VILVOORDE

V.O. – A.W.V. –

W.V. Vl. B.

Districtchef Beheer:

ing. Gwendy AERTS ing. Stefan DIRCKX

Art. 11 4°

Overdracht

GUNNING

®

M.C.R. – R

2.3. In de verwezenlijkingsfase

2.3.1. Bouwdirectie belast met de controle op de uitvoering Bouwdirectie belast met de controle:

Agentschap Wegen en Verkeer Wegen en Verkeer Vlaams – Brabant

Adres:

Luchthavenlaan 4 1800 - VILVOORDE

Tel.: ( 02 ) 257.23.11 – Fax: ( 02 ) 257.23.80 – E-mail: wegen.vlaamsbrabant@vlaanderen.be

Vertegenwoordigd door de L.A.: ir. Bart HOMPES

Tel. : ( 02 ) 257.23.55 G.S.M.: 0478.666.581

E-mail: bart.hompes@mow.vlaanderen.be

WL: ing. Jaak VUNDELINCKX

Tel.: ( 02 ) 257.23.29 G.S.M.: 0478 / 666.585

E-mail: jaak.vundelinckx@mow.vlaanderen.be

Toezichter : François MATTHEUS

Tel. : ( 02 ) 461.18.46 G.S.M.: 0478 / 666.614

E-mail: francois.mattheus@mow.vlaanderen.be

2.3.2. Veiligheidscoördinator – verwezenlijking:

Veiligheidscoördinator verwezenlijking:

Adres:

M.C.R. – R

Ganzendries 14 1820 – STEENOKKERZEEL

Website: www.mcr-rutten.be E-mail: mcr-rutten.bvba@skynet.be

Vertegenwoordigd door: ing. Edouard RUTTEN

Fax : ( 02 ) 751.69.76

E-mail: edouard.rutten@skynet.be

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

2.3.3. Hoofdaannemer:

Bouwdirectie belast met de uitvoering:

Adres:

Vertegenwoordigd door:

Tel. : Fax : E-mail:

2.3.4 Onderaannemers ( zelfstandigen, externe contractanten, …):

Onderaannemer 1:

Adres:

Vertegenwoordigd door:

Tel. : Fax : E-mail:

®

M.C.R. – R

2.3.5. Nutsmaatschappijen:

Nutsmaatschappij 1:

Adres:

Vertegenwoordigd door:

Tel. : Fax : E-mail:

2.3.6. Adviserende organen ( N.A.V.B., Bodemdeskundige, OVAM, … ):

Naam: N.A.V.B.

Adres:

Sint – Jansstraat 4 1000 - BRUSSEL

Vertegenwoordigd door: Roland DELARUE – Regionaal Verantwoordelijke HH. PLU – COCKMARTIN

Tel. : ( 02 ) 552.05.00 Fax : ( 02 ) 552.05.05 E-mail: navb@navb.be

2.3.7. Toezichthoudende overheden

( technische-, medische-, sociale- & milieuinspectie )

Naam: F.O.D. – W.A.S.O. –

Regionaal Kantoor van het Toezicht op het Welzijn op het Werk.

Adres:

Philipssite 3A, bus 8 7° verdieping 3001 - LEUVEN Vertegenwoordigd door: Robert TOPS - Technicus

Tel. : ( 016 ) 318.830 G.S.M.: 479 / 99.58.72 Fax : ( 016 ) 318.844

E-mail: robert.tops@meta.fgov.be

Website : FOD-WASO ( www.meta.fgov.be )

2.3.8. Andere partijen (verkeerspolitie, verkeerscentrum, E.M.A, E.M.G, …):

Naam: Federale Politie Adres:

PVE Brussel – Commando J. Cockstraat 5 – 7

1160 - BRUSSEL Vertegenwoordigd door: Hoofdcommissaris

Tel. : Fax : E-mail:

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

2.3. Organigram fase verwezenlijking ( S.V.G.P. - 4.1.2. )

Opdrachtgever

Agentschap Wegen en Verkeer Wegen en Verkeer Vlaams – Brabant Luchthavenlaan 4 te 1800 - VILVOORDE

Overdracht

Onderaannemer

Werfleider: ing. Jaak VUNDERLINCKX Toezichter: François MATTHEUS

Bouwdirectie belast met de controle op de uitvoering:

Aangestelde bouwdirectie Leidend Ambtenaar: ir. Bart HOMPES

Coördinatiebureau:

Veiligheidscoördinator – Verwezenlijking:

M.C.R. – R

Edouard RUTTEN – MSc. VT – VC A

Veiligheidscoördinator – ontwerp:

M.C.R. – R

ing. Edouard RUTTEN Ganzendries 14

1820 - PERK

Onderaannemer Bouwdirectie belast met de uitvoering

aannemer

Onderaannemer

3. PREVENTIEPRINCIPES:

3.1. Risico-inventarisatie:

3.1.1. Posten i.v.m. specifieke veiligheidsmaatregelen ( S.V.G.P. - bijlage 6.4 )

• De voorafgaande kennisgeving ( = meldingsformulier ) wordt ten minste 15 dagen vóór de aanvang van de werken toegestuurd aan de met toezicht inzake arbeidsveiligheid belaste ambtenaar van de F.O.D. – W.A.S.O. – Regionaal Kantoor: “ Toezicht m.b.t. het welzijn op het werk “ van Vlaams – Brabant, Philipssite 3A, bus 8, 7° verdieping te 3001 LEUVEN.

• Het plaatsen, verplaatsen en verwijderen van de signalisatie ( incl. de tijdelijke markeringen ) dient te gebeuren tussen 20u00’ en 6u00’.

• Overeenkomstig de administratieve bepalingen van hoofdstuk I, B2, Art. 4 § 2 moet de aannemer de werfsignalisatieplans voor de voor de verschillende werkfasen, m.i.v. de wegomleggingen, ter goedkeuring voorleggen aan de aanbestedende overheid:

o De toelating of het politiebesluit voorzien in Art. 78.1.1. van het KB van 01.12.1975 wordt bij de bevoegde overheid aangevraagd op basis van de goedgekeurde werfsignalisatieplannen.

o Werken die het verkeer sterk hinderen:

Tenzij de beurtelingse doorgang van het verkeer over één rijstrook wordt geregeld met verkeerslichten, wordt op 150 m de inrichting type I van bijlage 3 van het M.B. dd 07.05.1999 geplaatst ( raam met rood-witte rand ) met daarin de verkeerstekens A31 en C43.

Aan het begin van het werk wordt:

• Het hek vervangen door de inrichting type I van bijlage 3 van het M.B. dd. 07.05.1999, wanneer er een signalisatie op afstand voorzien is met de inrichting type I van bijlage 2 van hetzelfde M.B..

• Het hek aangevuld met de inrichting type I van bijlage 3 van het M.B. dd. 07.05.1999, wanneer er geen

signalisatie op afstand voorzien is met de inrichting type I van bijlage 2 van hetzelfde M.B., behalve waar er

verkeerslichten zijn voorzien.

Indien na de vermindering van het aantal rijstroken de overblijvende rijstrook nog dient uit te wijken ( bv. om de

parkeerstrook te gebruiken ) dient deze uitwijking minimaal 150 m voorbij de vermindering te starten en wordt 100 m vooraf aangekondigd met een verkeersbord van het model F79 tot F85.

Als bij doorgang van het verkeer op de parkeerstrook, het

verkeer na de werkzone terug naar links wordt geleid, gebeurt de geleiding naar links op dezelfde wijze als bij de afname van een linkerrijstrook ( hoge bakens ), maar er wordt hier geen inrichting type II van bijlage 3 van het M.B. van 07.05.1999 ( = raam met lampenpijl ) geplaatst.

Als méér dan één rijstrook dient afgesloten, gebeurt dit rijstrook per rijstrook.

®

M.C.R. – R

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

• Als het achtereenvolgende verminderingen van rijstroken betreft, bedraagt de tussenafstand tenminste 150 m.

• Als de 2° vermindering gepaard gaat met een

rijstrookverschuiving naar rechts ( door inname van de

parkeerstrook ), wordt vooraf op 100 m een bord F81 geplaatst.

• Als meer dan 1 rijstrook van dezelfde rijrichting samen worden verschoven, wordt ter plaatse van de verschuiving tussen de rijstroken een neutrale zone van minstens 1 m breedte gerealiseerd met oranje markeringen of oranje spijkers.

• Als bij werken op de rechterrijstrook, het verkeer op de linkerrijstrook blijft doorrijden en het verkeer op de

rechterrijstrook wordt verschoven naar de parkeerstrook; wordt het hek aan het begin van het werk vervangen door een

inrichting type I van bijlage 3 van het M.B. van 07.05.1999 ( raam met rood-witte rand + bord F21 bovenaan ). Aan het begin van de geleiding staat eveneens een bord F21.

• Alle bedrijfsauto’s die werken of leveringen verrichten op de tijdelijke- of mobiele bouwplaatsen moeten uitgerust zijn met een zichtveldverbeterend systeem:

®

M.C.R. – R

3.1.2. Specifieke aandachtspunten i.v.m. te nemen veiligheids- & milieumaatregelen ( S.V.G.P. - bijlage 6.4. ):

• De LA kan eventueel ingaan op een voorstel van de aannemer tot omlegging van het verkeer indien blijkt dat dit voorstel veiliger is voor het verkeer en de

omwonenden ( Enkel de aanbestedende overheid beslist hierover ).

• Verkeershinder:

o Een voorstel van de begin- & einddatum der werken met verkeershinder ( gekoppeld aan de aanvangsdatum ).

o Fasering ( * ) met opgave van de voorlopige en geschatte begin- en einddatum.

( * ) indien afwijkend van deze zoals in dit bestek 1M3D8F/08/07 vooropgezet.

o Naam en coördinaten van een aanspreekpunt voor de aanbestedende overheid, beschikbaar vanaf 14 dagen vóór de aanvang van de

voorgestelde verkeershinder tot het einde ervan.

• Binnen de 24 uren na de beëindiging van de werken, zal de ( hoofd )aannemer de signalisatie van de bouwplaats m.i.v. de borden tot aanduiding van de

bouwplaats ( = bord van de bouwheer ) verwijderen van het openbaar domein.

• Alle afval en niet herbruikbare materialen dienen door de ( hoofd )aannemer van het werk verwijderd te worden en gestort op een plaats die hij zich voor dit doel aanschaft, tenzij het bestek of de opmeting het uitdrukkelijk anders bepaalt.

• Het ter beschikking stellen van een lokaal of directiekeet is niet verplicht ( * ): o De WN’s-Keet ( = werfvoertuig ) omvat:

Jaarlijks door een bevoegde persoon gekeurde brandblusser van voldoende capaciteit ( 6 kg ABC – poederblusser ).

E.H.B.O.-hulppost:

• E.H.B.O.-koffer.

• 2 thermisch isolerende dekens.

• Draagberrie.

( * )De ( hoofd-)aannemer voldoet aan de wettelijke vereisten in geval van ongeval, conform de A.R.A.B.-reglementering.

®

M.C.R. – R

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

3.1.3. Risico – inventarisatie:

TOELICHTING

De sleutelitems inzake veiligheid en gezondheid zijn gebaseerd op de M.U.O.P.O.- methode, die door MCR-R ^utten aanzien wordt als een eenvoudige methode voor het analyseren van de veiligheids- en gezondheidsrisico’s in de ontwerpfase bij wegeniswerken.

De M.U.O.P.O.-methode is een analysemethode die uitgaat van vijf basisparameters, nl. de mens ( M ), zijn uitrusting ( U ), zijn omgeving ( O ) , het ( de ) product ( en ) waarmee hij in aanraking komt ( P ) en de werkorganisatie ( O ).

Elk van deze vijf parameters kan dus een risico vormen of een risico ondergaan. Bij een echte M.U.O.P.O. – analyse bestudeert men eerst elk element apart en vervolgens weegt men de vijf parameters tegen elkaar af.

In de praktijk stelt men hiervoor een MATRIX op. Het onderzoek van alle combinaties levert behoorlijk nauwkeurige informatie op om een volledige inventaris op te stellen van de mogelijke problemen en risico’s.

Daar in de ontwerpfase alles veel vager is dan bij de effectieve verwezenlijking en nog geen nauwkeurige matrix opgesteld kan worden, is

de VC – O genoodzaakt terug te vallen op een reeks van SLEUTELVRAGEN. De antwoorden die hierop geformuleerd worden zullen reeds een aantal elementaire problemen en / of risico’s blootleggen. Het zijn deze risico’s en problemen waarmee de ontwerper rekening zal moeten houden.

Het overlopen van de sleutelvragen zal ( = zou moeten ) resulteren in een reeks van PREVENTIEMAATREGELEN die reeds tijdens de ontwerpfase op punt gesteld kunnen worden. Bij het opstellen van deze preventiemaatregelen moet met de verwezenlijking van het wegvak EN de latere onderhoudsfase rekening worden gehouden.

Voorgaand model kan als volgt worden ingevuld:

1. De verschillende activiteiten worden eerst en vooral in opeenvolgende DEELTAKEN ( = subactiviteit ) opgesplitst.

2. Per deeltaak worden de aanwezige risico’s geïnventariseerd. Hierbij moet worden getracht een antwoord te vinden op de vraag: “ Wat kan er allemaal mislopen ? “.

Het antwoord hierop is telkens een soort schadegeval. Voor het bepalen van de risicovelden gebruiken wij de M.U.O.P.O - methode. Opdat deze inventarisatie zo volledig mogelijk zou zijn, wordt de aangehaalde niet-limitatieve controlelijst als leidraad gebruikt.

3. In de standaardanalyse van de risico’s wordt verwezen naar de afzonderlijk opgestelde risicoanalyse ( s ) die verband houden met de toegepaste arbeidsmiddelen ( = gereedschappen, machines, andere hulpmiddelen ).

4. Daarna volgt een elementaire risico-evaluatie. Daar er nog geen duidelijke aanwijzingen zijn of een bepaald risico effectief aanwezig zal zijn, kan men in de ontwerpfase enkel bepaalde mogelijke scenario’s inschatten. Daarom is bij deze risico-evaluatie gekozen voor een aankruissysteem.

Er zijn drie mogelijkheden:

• A.R.: aanwezig risico

• R.R.: restrisico

• N.V.T.: niet van toepassing

®

M.C.R. – R

1. ALGEMEEN Verkeersrisico / aanrijding Gebruik van de gepaste P.B.M.n, zoals de reflecterende kledij.

Signalering van de transportwegen ( = aan- &

afvoer ).

Oranje zwaailicht bij de verplaatsing van rollend materieel op de openbare weg.

Automatische inschakeling van het akoestisch signaal tijdens het achteruitrijden van het werfvoertuig.

2. WERFSIGNALISATIE Aan / afvoer van het signalisatiematerieel

Camionette Aanhangwagen

Signalisatie (pijl )wagen Vrachtwagen

Afzetcontainer

Contact met bewegende voorwerpen ( derden )

Signalisatiekledij – klasse 3.

Camionette uitgerust met twee zwaailichten.

Pijlwagen voorzien van elektronisch gestuurd lichtpijlbord.

Instructies & communicatie tussen de ~ploegen in de taal van de gebruiker ( NEDERLANDS ).

Het dwarsen van de rijstrook STRIKT BEPERKEN.

Rugklachten Stapeling van het materieel in welbepaalde

volgorde, volgens het principe : “ FIRST IN =>

FIRST OUT “.

Het te behandelen signalisatiematerieel is beperkt in gewicht, bv. in Al-uitvoering.

Plaatsen / indienststellen / onderhoud signalisatie

Botsabsorbeerder Vrachtwagen Camionette

Risico op contact met bewegende voorwerpen ( derden )

Aanstelling van een signalisatieverantwoordelijke.

Signalisatiekledij – klasse 3.

Camionette uitgerust met lichtpijlen en zwaailichten.

Aanvullend gebruik van andere signalisatiemiddelen:

oranje zwaailicht op werfvoertuig, reflectoren,…

Bij gevaarlijke situaties, zoals het onderbreken van de verkeersstroom, assistentie vragen van de federale politie.

Extra voorzichtigheid bij slecht zicht, mist en ’s nachts.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Verwarrende situatie, hinder door de weggebruiker.

Signalisatie verwijderen bij INACTIVITEIT op de rijstrook.

Defecten aan de pijlwagens, botsabsorbeerders, enz.

Controle op de goede werking vóór het vertrek en zich begeven in het openbaar verkeer.

Wanorderlijke plaatsing Aangepast / bijgestuurd en door de bevoegde overheid goedgekeurd signalisatieplan volgens de regels van goede praktijk uitvoeren, d.w.z. het signalisatiematerieel inplanten in deze volgorde zoals de weggebruiker het zal waarnemen.

Slecht onderhoud van de aangebrachte signalisatie.

Regelmatige controle op de algemene staat, kleur, correcte plaatsing, leesbaarheid van de borden.

Op tijd vervangen van de batterijen, beschadigde bakens, pinklichten,…

Bescherming van de werknemers / waarschuwen van de weggebruikers tijdens assistentie bij

proefnemingen, zoals kernboringen,…

Botsabsorbeerder Vrachtwagen

Camionette met lichtpijl.

Risico op contact met bewegende voorwerpen ( derden )

Signalisatiekledij i.f.v. de weersomstandigheden – klasse 3.

De gepaste communicatiemiddelen met de werknemers die de proeven uitvoeren.

Vooraf éénduidige afspraken vastleggen.

Opvullen van de boorgaten Dammer Overbelasting rug Manuele handelingen strikt beperken.

Transport van zware zakken met mechanisch hulpmiddel.

3. PLAATSEN VAN SIGNALISATIETAPE

=> TIJDELIJKE MARKERING

Stoppen op de openbare weg

Vrachtwagen Auto-ongeval Tijdig de signalering aanzetten.

Voorsignalisatievoertuig met stootkussen.

Uitstappen Kijken in de

respectievelijke spiegels

Overreden worden Kijken of het weg ( vak ) vrij is.

Aangepaste reflecterende kledij dragen.

Openen van de laadbrug Laadbrug Afvallen van materieel Zich vergewissen of er niets tegen de laadbrug aanleunt.

Het bedachtzaam openen van de laadbrug.

Nemen van de kegels Kegels Vallen van de kegels Plaatsen van de kegels voor

de afbakening + signalisatieborden

Kegels & Borden Contact met bewegende voorwerpen, t.t.z. aangereden worden

Dragen van de gepaste P.B.M.’n.

Oogcontact.

Voldoende aantal kegels plaatsen.

®

M.C.R. – R

tapemachine met de laadbrug

Tapemachine Neerklappen van de laadbrug P.B.M.’n, zoals veiligheidsschoenen met stalen tip en binnenzool.

Tape in de machine monteren

Rol met tape Het oplopen van een rugletsel tijdens het optillen .

Het toepassen van de “ juiste “ tiltechnieken.

Nemen van de handbrander Handbrander Het vallen van de gasrecipiënt. Een jaarlijks door een bevoegd persoon gekeurd brandblusapparaat van voldoende capaciteit ( ~6 kg ) bij de hand houden.

Het ontsteken van de handbrander

Aansteker Brandrisico door beschadigde slangen of slecht werkend materieel ( terugslagklep, reduceerventiel,…).

P.B.M.’n, zoals veiligheidshandschoenen.

Controle van de slangen, koppelingen, terugslag-

& reduceerventielen op hun veilige werking.

Doven van de handbrander Contact warmte / koude:

brandwonden.

Het gebruik van de gepaste P.B.M.’n, zoals veiligheidshandschoenen.

Brander parkeren Risico op val horizontaal vlak

eigen middelen / struikelen

Adequate afbakening van de gevarenzone.

Het aanbrengen van de tape Tape Struikelen Oogcontact / Aandacht.

Het afsnijden en

aaneenzetten van de tape

Cuttermes Risico op letsels door snijwonden.

De gepaste P.B.M.’n dragen, zoals veiligheidshandschoenen.

Het aanrollen van de tape Pletrol Risico op klemming / struikelen.

Oogcontact / Aandacht tijdens de werkuitvoering.

Het opkuisen van de resterende taperesten

Taperestanten Risico op rugletsel. Het dragen van de gepaste

veiligheidshandschoenen.

Het opladen van het materiaal

Laadbrug Vrachtwagen

Klemming ( pletwonden ) Rugletsels

Het dragen van de gepaste P.B.M.’n, zoals veiligheidsschoenen & -handschoenen.

Het toepassen van de “ juiste “ tiltechniek.

Het wegnemen van de kegels

Kegels Contact met bewegende voorwerpen ( derden / weggebruikers ).

Reflecterende kledij – Klasse 3 - dragen

Het instappen en vertrekken met het werfvoertuig

Vrachtwagen Aanrijding. In de respectievelijke spiegels het mogelijk gevaar

detecteren.

Doordachte werkwijze.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

4. HET ZANDSTRALEN Stoppen op de openbare weg.

Vrachtwagen Auto-ongeval Het tijdig aanzetten van de signalering.

Uitstappen Spiegels Risico op contact met

bewegende voorwerpen ( derden ).

Controle op de vrije doorgang.

Aan de weersomstandigheden aangepaste signalisatiekledij – klasse 3.

Openen van de zijklep van de vrachtwagen.

Zijklep laadbak vrachtwagen

Risico op contact met vallende voorwerpen.

Doordachte werkwijze tijdens het openen van het zijluik laadbak.

Het verplicht dragen van veiligheidsschoenen met stalen tip en -binnenzool.

Afladen van de slangen en straalpijp.

Slangen Straalpijp

Risico op contact met vallende voorwerpen

Het verplicht dragen van veiligheidsschoenen met stalen tip en –binnenzool.

Vullen van de zandstraalketel.

Drukvat

Zakken “ GRIT “

Val van hoger gelegen vlak tijdens het vullen van de zandstraalrecipiënt.

Spierletsel bij onjuiste

werkhouding tijdens het vullen.

Stabiele opstelling op een ergonomisch verantwoorde hoogte tijdens het vullen van de zandstraalketel met de met grit gevulde zakken.

Het opensnijden van de zakken met straalzand.

Cuttermes Risico op snijwonden. Het dragen van de gepaste P.B.M.’n, zoals

veiligheidshandschoenen.

Alternatief: Het automatisch zijdelings

openscheuren van de zakken door het ingewerkt vertand kruis in de vultrechter.

Het ledigen van de zakken. Zakken grit Risico op contact met bewegende voorwerpen ( stofdeeltje in het oog )

Het verplicht dragen van een ruimzichtbril tijdens het uitgieten.

Het starten van de compressor.

Compressor Straalpijp

Risico op contact met bewegende voorwerpen door het ongecontroleerd

wegspringen van de

persluchtslang met straalpijp.

Vooraf controleren indien de kogelkraan naar de zandstraalketel afgesloten is, alvorens de compressor te starten.

De persluchtkraan naar de zandstraalketel openen.

Persluchtkraan Risico op contact met bewegende voorwerpen door o.a. wegvliegende slangen.

De zandstraler dient de straalpijp onder controle te hebben ( d.w.z. manueel omklemmen ) alvorens de persluchtkraan te openen.

®

M.C.R. – R

Grit

Blootstelling aan lawaai.

Risico op contact met bewegende voorwerpen.

Vanaf 87 dB(A) is de werknemer verplicht gehoorbescherming te dragen.

Het verplicht dragen van de gepaste P.B.M.’n, zoals een kap met ingewerkt gelaatsscherm &

omgevingsafhankelijke ademhalingsapparatuur + straaloverall.

Het volgen van de vrachtwagen.

Vrachtwagen Risico op contact met bewegende voorwerpen ( derden ).

Doordachte werkwijze.

Oogcontact met de omgeving.

Communicatie langs de zandstraalhandschoenen ( ingewerkte inductiespoelen ).

Het sluiten van de persluchtkraan naar de zandstraalketel.

Persluchtkraan Risico op contact met bewegende voorwerpen door het ongecontroleerd

wegspringen van de straalpijp.

Steeds wachten tot de slang drukloos is alvorens de straalpijp neer te leggen of los te laten.

Het verzamelen van de lege zakken.

Lege zakken Risico op contact met bewegende voorwerpen, door wegvliegende lege zakken tijdens het rijden.

Ervoor zorgen dat de lege zakken systematisch samengebonden worden en verankerd, zodat deze niet kunnen wegvliegen tijdens het rijden.

Het opkuisen van het

achtergebleven restproduct ( zand ) in de laadbak van de vrachtwagen.

Veegborstel Vuilblik

Risico op contact met bewegende voorwerpen door wegvliegend grit.

Systematisch opkuisen van het grit en in de zandstraalketel storten.

Het opladen van de straalpijp met de slangen.

Straalpijp Slangen

Beschadiging van het materieel.

Verstuiking.

Slangen ( = flexibele leidingen ) zodanig oprollen dat ze “ NIET GEKNIKT “ zitten.

Doordachte ergonomisch verantwoorde werkuitvoering.

Zijluik van de laadbak vrachtwagen afsluiten.

Laadbak Risico op contact met vallende voorwerpen.

Adequaat sjorren van het materieel & materiaal in de open laadruimte.

Het verplicht dragen van veiligheidsschoenen met stalen tip en –binnenzool.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Instappen cabine werfvoertuig

Vrachtwagen Auto-ongeval De aan het stuurhuis bevestigde buitenspiegels

gebruiken.

Bijzondere aandacht voor de dodehoekspiegel.

Gebruik maken van andere zichtveldverbeterende systemen, zoals camera,…

Omgevingsverkenning.

Werfsignalisatie uitschakelen na invoeging in de normale verkeersstroom.

5. AANBRENGEN VAN VERF MET AIRLESS Stoppen op de openbare weg.

Vrachtwagen Risico op contact met bewegende voorwerpen ( derden ).

Tijdig aanzetten van de signalering.

Het uitstappen van het werfvoertuig.

Respectievelijke spiegels.

Risico op contact met bewegende voorwerpen ( overreden worden door derden ).

Zich vergewissen indien het weg ( vak ) vrij is.

Het verplicht dragen van de aan de weersomstandigheden aangepaste signalisatiekledij – klasse 3.

Het openen van de laadbrug. Laadbrug Risico op contact met vallende voorwerpen, zoals het afvallen van materieel / materiaal.

Controle vooraf op het tegen de laadbrug aanleunend materieel / materiaal.

Doordachte werkwijze tijdens het openen van de laadklep.

Het nemen van de kegels. Verkeerskegels Risico op contact met vallende voorwerpen.

Het verplicht dragen van veiligheidsschoenen met stalen tip en –binnenzool.

Het plaatsen van de kegels &

signalisatieborden ter afbakening van de werfzone.

Verkeerskegels Signalisatieborden.

Risico op contact met bewegende voorwerpen ( = aanrijding derden ).

Het verplicht dragen van de aan de weersomstandigheden aangepaste signalisatiekledij – klasse 3.

Oogcontact met de omgeving.

Inplanten van een voldoend aantal kegels, zodat het onmogelijk blijft dat een weggebruiker de verkeersstroom kan verlaten om zich ( on )bewust in de werfzone te begeven.

Het nemen van mallen &

strippen.

Mallen.

Strippen

Risico op contact met vallende voorwerpen.

Risico op val horizontaal vlak eigen middelen / struikelen.

Het verplicht dragen van de gepaste P.B.M.’n, zoals veiligheidsschoenen met stalen tip en – binnenzool, veiligheidshandschoenen.

Het verfmengen. Mengkuip

Handbediende roerder

Risico op contact met

bewegende voorwerpen, zoals opspattende verfdeeltjes.

Het verplicht dragen van een ruimzichtbril.

®

M.C.R. – R

stellen.

Aandrijfmotor Verflek Vuurvergunning: “ ROOKVERBOD “.

Controle vooraf op lekkende slangen of soepele leidingen.

Airless-pomp opstarten. Pomp

Het plaatsen van de mallen. Mallen Risico op contact met bewegende voorwerpen ( = snijwonden ).

Het verplicht dragen van de gepaste veiligheidshandschoenen.

Het pistoolspuiten. Compressor.

Verfpistool.

Risico op contact met

bewegende voorwerpen, zoals het stukspringen van de voedingsslag of soepele leiding.

Controle vooraf op de lekdichtheid van koppelingen & leidingen.

Het dragen van de gepaste P.B.M.’n.

Het verwijderen van de mallen.

Mallen Het dragen van de gepaste

veiligheidshandschoenen.

Het reinigen van de mallen. Steekmes / plamuurmes Opvangemmer

Risico op contact met bewegende voorwerpen.

Het dragen van de gepaste veiligheidshandschoenen.

Het verwijderen van de gemorste verf.

Borstel.

Steekmes.

Tolueen

Risico op contact met bewegende voorwerpen.

Risico op contact warmte:

brandwonden.

Het verplicht dragen van de gepaste P.B.M.’n.

M.S.D.S.-steekkaart m.b.t. het gevaarlijk product:

- R- & S-zinnen.

Het inladen van het materieel / materiaal.

Vrachtwagen Risico op klemming Het dragen van de gepaste

veiligheidshandschoenen & veiligheidsschoenen met stalen tip en – binnenzool.

Het wegnemen van de kegels.

Kegels Risico op contact met bewegende voorwerpen ( aanrijding derden ).

Het verplicht dragen van de aan de weersomstandigheden aangepaste signalisatiekledij – klasse 3.

Instappen in het werfvoertuig.

Vrachtwagen Risico op contact met bewegende voorwerpen ( derden )

De respectievelijke spiegels gebruiken, zoals de anti-dodehoekspiegel.

Omgevingsverkenning.

Doordacht handelen.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

6. INVLOEDEN T.G.V. DE VOORBEREIDENDE WERKEN

Aanvoer materieel / materiaal ( Lichte ) vrachtwagen Blootstelling aan verkeersrisico’s

Onvoldoende zichtbaarheid

Signalisatie conform het goedgekeurd signalisatieplan.

Verkeersreglement naleven.

Oranje zwaailicht ontsteken & wit rode strepen op voor- en achterzijde voertuig

Aanwezige kabels / leidingen / rioleringen

Brand-, ontploffings- en elektrocutiegevaar

Liggingsplannen leidingen opvragen.

Proefsleuf graven.

Ligging leidingen opzoeken met detectieapparatuur.

In de nabijheid van leidingen grond manueel uitgraven tot op 50 cm.

Leidingen signaleren.

Eventueel leidingen verplaatsen of laten verplaatsen, contact opnemen met de eigenaar / beheerder ( eerst leidingen buiten dienst stellen

=> procedure opstellen ).

Breken van leidingen door te zware bovenbelasting

Eventueel leidingen verplaatsen of laten verplaatsen, contact opnemen met de eigenaar / beheerder ( eerst leidingen buiten dienst stellen

=> procedure opstellen ).

Rijplaten gebruiken.

Breken van leidingen t.g.v.

ondergravingen

Kabels en leidingen ondersteunen, ophangen, geleiden en afschermen.

Elektrocutie door contact met de bovengrondse leidingen

Eventueel de leidingen verplaatsen of laten verplaatsen, contact opnemen met de eigenaar / beheerder ( eerst de leidingen buiten dienst stellen

=> procedure opstellen ).

Veiligheidsgabarit ( = vrije ruimteprofiel ) aanbrengen.

Veiligheidszone respecteren.

Bouwkranen uitrusten met begrenzers ( = horizontaal & verticaal ), antibotssystemen.

®

M.C.R. – R

Invloed aanpalende rijstroken / percelen / derden

Valgevaar, gevaar voor vallende materialen /

belemmerende doorgangen /…

Werfafbakening plaatsen met de nodige signalisatie ( = verboden doorgang / verplichte signalisatiekledij / verplichte helmdracht in de onmiddellijke omgeving van graaf- &

hijswerkzaamheden /…).

Signalisatieplan goedgekeurd door de bevoegde overheid.

Weggebruikers informeren over de uit te voeren werkzaamheden.

Eventuele vluchtwegen ( = brandweerweg ) steeds vrijhouden en degelijk signaleren.

V.& G.-plan van de beheerder ( Globaal Preventieplan ) / VC – O / hoofdaannemer / onderaannemer opvolgen.

Recht van doorgang eerbiedigen ( eventueel doorgangskokers plaatsen ).

Eventueel afspraken maken i.v.m. de werktijden.

Bouwplaatsmachines Algemeen:

vrachtwagens, wielladers, betonmachines, spuitwagens,…

Risico op knellen, pletten, kantelen

Risico op contact met bewegende voorwerpen

Voorzien van rijzones, vrij van obstakels.

Zorgen voor voldoende zichtbaarheid en verlichting van de werk- en rijzone.

Stabiele opstelling werfmachines i.f.v. de ondergrond.

Conform de M.R. & de R.A.:

Uitrusten met R.O.P.S. ( = Rolling Over Protection System ).

Bedrijfsvoertuigen verplicht uitrusten met een zichtveldverbeterend systeem.

Akoestisch achteruitrijsignaal.

Graafmachine Verzakkingen t.g.v.

uitgravingen

Voorafgaandelijke plaatsbeschrijving aan de hand van fotomateriaal opstellen.

Meetpunten aanbrengen.

Eventueel verankeringen / stabilisatoren / steunconstructies / stempels / damwand aanbrengen.

Voldoende afstand in acht nemen.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Freesmachine Grondverzakkingen / beschadiging bestaande apparatuur.

Trillingen t.g.v. de freeswerkzaamheden.

Lawaaihinder

Contact met bewegende voorwerpen, zoals wegspringend materiaal.

Knellen & pletten.

Stootgevaar

Val van hoger gelegen vlak Contact met bewegende voorwerpen.

Voorafgaandelijke plaatsbeschrijving aan de hand van fotomateriaal opstellen.

Afwegen van andere uitvoeringstechniek.

Ergonomisch aangepaste zetel.

C.B.M.’n: geluidsdemping aan de bron =>

inkapselen van de machine.

P.B.M.’n: vanaf 87 dB(A) is de werknemer verplicht gehoorbescherming te dragen.

Frezen met neergelaten beschermkap + slabben.

Het verplicht dragen van een ruimzichtbril in de gevarenzone van de freestanden.

Bij eventuele werkzaamheden aan de machine, bv. vervangen van de freestanden => verplicht VERGRENDELEN ( = rode grendel ) + uitschakelen van de machinewerking.

Uit de gevarenzone van de rupsketting blijven om het GRIJPEN door deze te voorkomen.

Enkel bevoegde werknemers in de werkzone toelaten.

Systematische controle van de NOODSTOP- inrichting op de bedieningspost & in de onmiddellijke omgeving van de rupskettingen.

C.B.M.’n: Transportband met afgeschermde draaiende onderdelen.

Bij eventuele moeilijke werkzaamheden tussen of onder de machine => het verplicht dragen van een veiligheidshelm ( => stootpet ).

C.B.M.’n: veiligheidsleuningen gebruiken => 3- punten regel.

Eénduidige, niet voor interpretatie vatbare interactie ( = oogcontact, gebaren en / of toeter ) tussen de bestuurder machine en bestuurder vrachtwagen.

®

M.C.R. – R

nutsvoorzieningen of dergelijke geraakt kunnen worden.

Bij het achteruitrijden van de machine, dient er een geluidssignaal in werking te treden.

Signaleren van obstakels na het frezen.

8. VOORBEREIDENDE K.W.S.-WERKEN

Traject uitzetten met behulp van topografische

precisieinstrumenten.

Het insnijden van de verhardingen m.b.v. de watergekoelde mobiele thermische cirkelzaag

Risico op aanraking met bewegende onderdelen.

Risico op contact met bewegende voorwerpen zaagblad.

Risico op contact met bewegende voorwerpen wegverharding.

Lawaai

Reglementaire collectieve afscherming van het zaagblad conform de machinerichtlijn.

Gepast zaagblad i.f.v. het te zagen materiaal.

Adequate afscherming van de veiligheidszone.

Werkplek ontoegankelijk maken voor derden.

De gepaste P.B.M.’s gebruiken.

Het affrezen van de oorspronkelijke verharding m.b.v. de mobiele freesmachine

& vrachtwagen

Lawaai.

Aanrijding tussen de werfmachines onderling.

Contact met bewegende voorwerpen: stof,…

Klemming tussen freesmachine en vast of bewegend voorwerp.

Opname van giftige K.W.S..

Het dragen van de gepaste P.B.M.’s.

Werfsignalisatie.

Coördinatie tussen de machinisten onderling en het voetvolk.

Machine conform de richtlijn arbeidsmiddelen.

Natfrezen.

Gebruik van AP-masker.

Het op-/uitbreken van de asfaltverharding / fundering / onderfundering

Compressor / pneumatische breekhamer

Risico op contact met bewegende voorwerpen door het stukspringen of loskomen van de beitel / leidingbreuk Risico op contact met wegvliegende voorwerpen.

Risico op letsel aan de bovenste ledematen.

Lawaaihinder

Gebruik van de gepaste beitel m.b.t. de werkuitvoering.

Vakkundige montage van de beitel.

Regelmatige controle van de leidingen op slijtage.

Het verplicht dragen van een veiligheidsbril ( type ruimzichtbril ).

Het dragen van de gepaste veiligheidshandschoenen.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Hydraulische stootboor op graafschop

Risico op contact met bewegende voorwerpen ( mogelijke schade aan voertuigen derden )

Het verplicht dragen van gehoorbescherming bij een blootstelling aan lawaai > 87 dB(A).

Het afschermen van de hydraulische beitelkop met slab ( zijde doorgaand verkeer ).

Middelen voor de behandeling van het vrijgekomen puin:

- ter plaatse, - voor het laden.

Inspanningen, verkeerde bewegingen of uitglijden zonder val tijdens de manuele behandeling van lasten ( = het aannemen van stereotype houdingen ).

Aangepaste werkmethode en houding.

Afvalcontainers voorzien op de werkplek ( = bereikbaarheid ),

Het systematisch verwijderen van de

moedercontainer ( afgeschermde opslagzone in de onmiddellijke omgeving, zoals een afgesloten parking,… )

Aard van het puin Risico op contact door opname

langs de mond, luchtwegen en huid.

Scheiding van de verschillende soorten puin ( beton, asfalt, verf,… )

Het dragen van de gepaste P.B.M.’s i.f.v. de vrijgekomen afvalstoffen.

Het vrijgekomen stof opvangen door bevochtiging of ventilatie.

Vervanging van grond die ongeschikt is voor het baanbed Verbetering van het

draagvermogen van het baanbed door verdichting of toevoegen van additieven.

De wegkoffer geschikt maken met steenslag of rolgrind

Nivelleringsmachine Verplettering bij het achteruitrijden.

Verstuiking aan de onderste ledematen ( voet )

Risico op contact met bewegende voorwerpen.

Automatisch gekoppeld geluidssignaal tijdens het achteruitrijden.

Gebruik maken van de vakkundig aangebrachte antidodehoek-, achteruitkijkspiegels.

Van de nivelleringsmachine stappen met het aangezicht naar de cabine toe.

Het dragen van hoge veiligheidsschoenen.

Het bijsturen van de veiligheidszone tussen werkzone en doorgaand verkeer.

Opvolging van de werfsignalisatie i.f.v. de werfevolutie.

®

M.C.R. – R

Trilplaat

Verplettering door het niet in acht nemen van de

veiligheidsafstand.

Risico op contact met bewegende voorwerpen:

doorgaand- en/of werf verkeer,…

Verzwikken onderste ledematen.

Lawaaihinder.

Verplettering van de onderste ledematen.

Risico op letsel aan de bovenste ledematen.

Aan de weersomstandigheden aangepaste signalisatiekledij ( Klasse 3 ).

Automatisch gekoppeld geluidssignaal bij het achteruitrijden.

Gebruik maken van de vakkundig geplaatste antidodehoekspiegels.

Afbakenen van de veiligheidszone tussen de werfzone en het doorgaand verkeer.

Het gepast bijsturen van de werfsignalisatie i.f.v.

de werfevolutie.

Het dragen van signalisatiekledij ( Klasse 3 ) i.f.v.

de zichtbaarheid en de weersgesteldheid.

De cabine van de wals verlaten zoals men erop stapt, d.w.z. met het aangezicht naar het stuurhuis toe.

Het dragen van hoge veiligheidsschoenen als steun voor de hiel.

Vanaf 87 dB(A) gehoorbescherming met aangepaste filter: oordopjes / oorkappen.

Het dragen van hoge veiligheidsschoenen.

E.H.B.O.-koffercontrole op haar conformiteit.

Het wapenen van de onderfundering of fundering met geotextiel om het opstijgen en doordringen van fijne, ongewenste deeltjes in de onderfundering te voorkomen.

Het aanbrengen van de walsbetonverharding

Wiellader Graafmachine Opmeten & aanbrengen van

meetpunten & assen

Laser / hoogtemeter Risico op letsel aan de ogen.

Doorgaand verkeer / contact met bewegende voorwerpen

Nooit in de laser kijken.

De laser nooit op ooghoogte opstellen.

Aangepaste signalisatie i.f.v. de werfevolutie.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Het dragen van aangepaste signalisatiekledij ( klasse 3 ).

Respecteren van de veilige doorgangszone ( min. 80 cm ).

Borstelen van de bestrijking / parking,…

Borstel- / zuigwagen Doorgaand verkeer / contact met bewegende voorwerpen

Het niet opvolgen van de veiligheidsafstand =>

knelgevaar.

Lawaaihinder

Beperkte zichtbaarheid.

Verzwikken van de onderste ledematen

Aan de werfomstandigheden bijgestuurde signalisatie.

Automatisch gekoppeld geluidssignaal tijdens het achteruitrijden.

Aangepaste signalisatie op het werfvoertuig ( zwaailicht,… ).

Aanwezigheid van de antidodehoekspiegel op de bestuurderscabine.

Respecteren van de veiligheidsafstand ( 3 m ) tot de andere werfmachines / voetvolk.

Het dragen van gehoorbescherming bij een blootstelling aan lawaai > 87 dB(A).

Vakkundige spiegelopbouw / camera om de dode hoeken maximaal uit te schakelen.

Aan de weersomstandigheden aangepaste signalisatie-uitrusting op het werfvoertuig.

Uit het stuurhuis van de borstelmachine stappen, zoals men erop stapt.

Het dragen van hoge veiligheidsschoenen ter ondersteuning van de hiel / wreef.

®

M.C.R. – R

VERHARDINGEN

Het borstelen Zuigborstelwagen Borstelwagen UNIMOG Droogblazen met lans

Stofhinder

Lawaai

Risico op contact met bewegende voorwerpen:

- aanrijdingsgevaar

- wegspattende deeltjes

Waterbeneveling bij het borstelen.

Het dragen van de gepaste P.B.M.’n, zoals een P1-stofmasker.

Vanaf 87dB(A) is de werknemer verplicht gehoorbescherming te dragen.

Achteruitrijdsignaal.

Positie van de bestuurder rechts in de cabine van de zuigborstelwagen dient beroep te doen op een zichtveldverbeterend systeem ( =>

antidodehoekspiegel naar Engels model ).

Het verplicht dragen van een ruimzichtbril.

Het aanbrengen van de kleeflaag

Spuitwagen

Lans met vernevelaar

Risico op contact met warmte:

brandwonden ( bij het gebruik van vloeistofbitumen ).

Spatten op de huid en in de ogen.

Contact met vetten, oliën, enz.

Het dragen van de gepaste P.B.M.’n.

Het dragen van de gepaste P.B.M.’n, zoals omgevingsafhankelijke ademhalingsapparatuur – AP filter, veiligheidshandschoenen,

veiligheidsschoenen, ruimzichtbril, beschermende kledij.

Verplicht jaarlijks medisch onderzoek.

Aanvoer asfaltbeton Vrachtwagen K.W.S. Risico op contact met bewegende voorwerpen:

aanrijding tussen werfmachines / contact met personen / weggebruikers.

Verlies van gasflessen / jerrycans / zakjes voorvertinde steenslag.

Tillen van gasrecipiënten / jerrycans / zakjes voorvertinde steenslag.

Akoestisch tijdens het achterwaarts rijden.

Enkel in de hiervoor voorziene bak onder de laadbak transporteren.

Instructies voor een “ JUISTE “ tilhouding.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Valrisico

Risico op brandwonden / huidirritaties.

Kantelen van de vrachtwagen bij het afkippen.

Kipbak hapert aan brugdek.

Traptreden en de voorziene handgrepen aan de vrachtwagen gebruiken.

Het opvolgen van de 3-puntenregel bij het in- en uitstappen.

Geschikte P.B.M.’n gebruiken.

Stabiele, vlakke ondergrond.

NIET wegrijden met kipbak in opgeheven stand.

Onderlaag / toplaag in asfaltbeton & het aanbrengen van de éénlaags gekleurde slemlaag ( rode kleur )

Finisher

Verplettering tussen de onderdelen van de asfaltverdeler.

Verplettering persoon tussen vrachtwagen en asfaltverdeler Verkeerd gebruik van de machine.

Valrisico

Uitglijden op

asfaltverdelerplatform.

Contact met bitumen.

Inademen bitumendampen.

NOODSTOPINRICHTING op de centrale bedieningspost en op de balkbesturing.

Geluidssignaal op de bedieningspost.

Instructies door de aannemer in het op afstand houden van werknemers.

Instructieboek voor veilig gebruik en onderhoud in de taal van de gebruiker, d.w.z. begrijpbare taal.

Traptreden en voorziene handgrepen op de machine gebruiken.

3-puntenregel bij het op- en afstappen toepassen.

Afbakenen / signaleren van de te behouden openingen, eventueel dichtleggen.

Orde & netheid rond de werkpost.

Oliebestendige antislip.

Gepaste veiligheidsschoenen voorzien van stalen tip en – tussenzool.

P.B.M.’n: veiligheidshandschoenen.

Systematisch handen wassen & zeker voor het nuttigen van voedsel.

Het dragen van een AP-masker.

Afstand houden tijdens het kippen van het asfaltmengsel.

®

M.C.R. – R

machinekuis.

Contact met roet, teer, enz.

Verbranding door blootstelling aan hevige zonnestraling op het hete asfalt.

Mechanische trillingen.

Lawaaihinder

Aanrijding machines / contact met personen /

medeweggebruikers.

Gegrepen worden door inhaalkettingen.

Brandgevaar.

Rekening houden met de windrichting.

Het gebruik van een lange spuitlans.

Contact met het reinigingsproduct vermijden door het dragen van de gepaste P.B.M.’n.

Gebruik van de gepaste P.B.M.’n, zoals AP- masker, veiligheidshandschoenen, aangepaste werkkledij.

Direct contact met de gevaarlijke stof vermijden.

Jaarlijks medisch onderzoek.

Beschermingscrèmes met hoge UV- beschermingsfactor > 20.

Ergonomisch regelbare trillingsvrije bestuurderszetel.

Vanaf 87 dB(A) is de werknemer verplicht gehoorbescherming te dragen.

Aan- en afvoerroute voorafgaandelijk vastleggen.

Enkel ervaren machinisten.

Afbakening van de werkzone met voldoende signalisatie.

Machines en obstakels signaleren met bakens, knipperlichten, lint, enz.

Niet in de verdeelbak stappen.

Een jaarlijks door een bevoegd persoon gekeurde brandblusser van voldoende capaciteit ( ~6 kg ) binnen handbereik.

Gebruik van de gasrecipiënten volgens de regels van goed vakmanschap.

Systematische controle van de slangen, reduceerventielen, terugslagkleppen,..

Geluidsoverlast Geluidsgedempt materieel inzetten.

Voorverdeler Botsing machines / contact met personen / medeweggebruikers.

Beschikken over de gepaste communicatiemiddelen.

Eénduidige signalen tussen de machinisten.

Geen onnodige verplaatsingen.

Bijzonder Veiligheids- en Gezondheidsplan

®

M.C.R. – R

Gegrepen worden door de transportband.

Brand / gaslekken.

NOODSTOPPEN op de bedieningspost.

Gebruik van de veiligheidsleuningen / collectieve afschermingen.

Regelmatige controle van de slangen en ontspanner.

Vakkundige behandeling van de gasflessen en brander.

Voegverwarmer Brandwonden

Risico op gaslekken.

P.B.M.’n: veiligheidshandschoenen.

Regelmatige controle van de slangen &

ontspanner.

Behandeling van de gasrecipiënten & brander, volgens de regels van goed vakmanschap.

Verdichtingsmachine / ( banden )wals

Aanrijding machines / contact met personen /

medeweggebruikers.

Valrisico

Minimum veiligheidsafstand in acht nemen i.f.v.

de toegelaten werfsnelheid ( ~5 km / uur ).

Traptreden en de voorziene handgrepen op de machine gebruiken.

3-puntenregel bij het op- en afstappen toepassen.

Mechanische trillingen

Belastende werkhouding tijdens het achteruitrijden.

Lawaaiblootstelling.

Ergonomisch afgeregelde bestuurderszetel.

Achteruitkijkspiegels.

Het verplicht dragen van gehoorbescherming door de werknemer bij een blootstelling aan lawaai >

87 dB(A).

Knellen, pletten, omvallen,… Rijzone vrij van obstakels.

Veiligheidsgordel gebruiken en niet kortsluiten door slotverbinding achter de zetelrug.

Voorzien van R.O.P.S.-beveiliging.

Stabiele opstelling i.f.v. de aard van de ondergrond.

Waterbevoorrading walsen / freesmachine

Citernewagen Wegrollen van de aanhangwagen Val van hoogte Val over waterslang.

Gebruik van wielschoenen als blokkering.

Gebruik van traptreden / vaste ladders.

3-punten regel toepassen.

Oordeelkundige plaatsing van de watertank / te vullen machine.

®

M.C.R. – R

Verkeer / toegangsweg Aanrijdingen / botsingen met

de weggebruikers

Signalisatieplan voorafgaandelijk laten goedkeuren door de bevoegde overheid.

Signalisatie volgens dit plan aanbrengen.

Tijdelijke verkeersvoorzieningen aanbrengen en signaleren ( wegafbakeningen,… ).

Aanrijdingsgevaar door aan- en afvoer van groot materieel

Groot wegtransport begeleiden ( = uitzonderlijk vervoer ).

Uitzonderlijk groot transport laten begeleiden door de federale politie.

Alternatieve route volgen ( = moeilijke doorgangen vermijden ).

Bodemverontreiniging Aanwezigheid van toxische

stoffen ( vervuilde grond / teerhoudend )

Voor VLAANDEREN: opvragen van grondattest ( O.V.A.M. ).

Het nemen van grondstalen.

Gerichte voorlichting en instructies geven ( in samenspraak met de medisch preventieadviseur ).

Regelmatig metingen uitvoeren.

P.B.M.’n ter beschikking stellen en toezien op het gebruik.

Maatregelen nemen om materieel te reinigen vooraleer het de werf verlaat

( procedure opstellen ).

Bouwplaats Gevaar door te kleine

bouwplaats

Gezondheidsinrichtingen / werfburelen boven elkaar plaatsen, bestaande installaties gebruiken of nabijgelegen terrein afhuren.

Opslag van materiaal vermijden.

Wegenbouwmachines in de afgeschermde zone, waarbij de nodige signalisatie is aangebracht.

Gevaar door het niet kunnen afsluiten van de bouwplaats ( = diefstal / onbevoegden )

Toegangen tot alle gevaarlijke openingen dagelijks volledig afsluiten.

Toegang tot de wegenbouwmachines is slotvast.