• No results found

Om met succes een beroep op een vangnetuitkering over 2015 te doen, gelden de volgende voorwaarden:

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Om met succes een beroep op een vangnetuitkering over 2015 te doen, gelden de volgende voorwaarden:"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Pagina 1 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen

1. Inleiding

Op basis van de “Wet bundeling van uitkeringen inkomensvoorziening aan gemeenten” (BUIG) ontvangen gemeenten per kalenderjaar een budget voor de bekostiging van uitkeringen voor levenshoud. Hiermee betalen we uitkeringen op grond van de Participatiewet (voorheen WWB), IOAW, IOAZ en startende ondernemers (uit de Bbz 2004). Daarnaast kan de gemeente dit budget inzetten voor de kosten van loonkostensubsidies. Als de gemeente hiervan overhoudt, is het overschot vrij besteedbaar. Gemeenten die tekorten hebben op hun inkomensdeel dienen dit in beginsel op te vangen met eigen middelen.

Sinds 2004 bestond de mogelijkheid dat tekortgemeenten onder voorwaarden in aanmerking konden komen voor een aanvullend budget, de incidentele aanvullende uitkering (IAU). Per 1 januari 2015 is niet alleen de Participatiewet in werking getreden maar is er ook een vangnetuitkering in de plaats gekomen van de incidentele aanvullende uitkering.

Het eigen risico voor de gemeente in de vangnetregeling verschilt van die van de IAU. Bij de IAU was er sprake van een eigen risico voor de gemeente van 10% van het toegekende BUIG-budget. De vangnetuitkering kent een getrapt eigen risico:

- een tekort tot 5% is volledig voor rekening van de gemeente

- voor het deel van het tekort tussen 5% en 10% wordt de gemeente voor 50%

gecompenseerd en

- voor het deel van het tekort boven de 10% wordt de gemeente volledig gecompenseerd.

Om met succes een beroep op een vangnetuitkering over 2015 te doen, gelden de volgende voorwaarden:

1. Het verzoek moet uiterlijk op maandag 15 augustus 2016 digitaal, per e-mail, zijn ontvangen door de Toetsingscommissie aanvullende uitkeringen Participatiewet.

Verzoeken die na 15 augustus 2016 door de commissie worden ontvangen, worden niet in behandeling genomen.

2. Bij het verzoek dient het college de volgende documenten te voegen:

a. een globale analyse van de mogelijke oorzaak en de omvang van het tekort, mede in het kader van de inwerkingtreding van de Participatiewet en de eerdere financiële resultaten van de uitvoering van de WWB, en van de verwachte ontwikkelingen van dat tekort in de komende jaren;

b. een brief, of vergelijkbaar document, waarmee het college de raad in 2015 heeft geïnformeerd over zijn analyse en de maatregelen die worden genomen dan wel worden overwogen om tot tekortreductie te komen;

c. een document waaruit de opvattingen van de gemeenteraad hieromtrent blijken;

d. een overzicht wat de gemeente in 2015 feitelijk heeft gedaan In deze notitie worden voorwaarden 2a en 2b en 2d verder uitgewerkt.

Allereerst wordt aangegeven wat de omvang is van het mogelijke beroep op de Vangnetregeling 2015. Vervolgens wordt toegelicht hoe het budget BUIG 2015 voor de gemeente Cranendonck vastgesteld is, wordt een overzicht gegeven van de overschotten/tekorten op het budget BUIG vanaf 2011 en wordt een verklaring voor deze overschotten/tekorten gegeven. Hierna wordt aangegeven welke maatregelen er in de afgelopen jaren genomen zijn om het tekort op de BUIG terug te dringen waarbij specifiek ingezoomd wordt op 2015. Tot slot wordt inzicht gegeven in de verwachte lasten BUIG in relatie tot de te ontvangen BUIG-budgetten in de jaren 2016 en verder.

(2)

Pagina 2 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen

Met deze notitie wordt voldaan aan het opstellen van de tekortanalyse en worden de maatregelen benoemd waarmee het verwachte tekort nu al zoveel mogelijk wordt teruggedrongen. Dit zijn maatregelen die we al sinds de invoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB) in 2004 hanteren en aanvullingen daarop die we vanaf 2015 (gaan) toepassen.

2. Wijze vaststelling jaarlijkse budget BUIG en verdeling

Jaarlijks wordt door het rijk een landelijk budget BUIG vastgesteld dat afdoende dient te zijn om de uitkeringslasten BUIG van alle gemeenten te dekken. Dit budget wordt in eerste instantie voorlopig (in september voorafgaand) en vervolgens eind september in het betreffende jaar definitief vastgesteld.

Vervolgens wordt dit budget verdeeld over de gemeenten. De wijze waarop dit gebeurt, is

afhankelijk van het aantal inwoners van de gemeente. Gemeenten tot 15.000 inwoners ontvangen het budgetaandeel op basis van het aandeel in de landelijke lasten twee jaar ervoor (t-2). Gemeenten met meer dan 40.000 inwoners ontvangen een budgetaandeel op basis van een objectief

verdeelmodel (multiniveau-model van Centraal Planbureau). Bij gemeenten met 15.000 tot 40.000 inwoners wordt het budgetaandeel vastgesteld op basis van een mix tussen historische kosten (t-2) en het multiniveau-model.

Het multiniveau-model is in 2015 ingevoerd en heeft veel onvoorziene en - voor veel gemeenten - ongewenste effecten gehad op de verdeling van het landelijke budget BUIG over de gemeenten. Om deze reden heeft het rijk besloten om in 2015 en 2016 het verdeelmodel opnieuw onder de loep te nemen. Ook is besloten om voor deze jaren het landelijke budget BUIG voor 50% te verdelen op basis van historische lasten (t-2) en voor 50% op basis van beschreven verdeling.

Concreet heeft dit tot gevolg dat het budget BUIG voor Cranendonck over 2015 voor 89% is vastgesteld op basis van de historische lasten (aandeel in landelijke uitkeringslasten over 2013) en voor 11% op basis van het landelijke verdeelmodel.

3. Prognose tekort BUIG en omvang vangnetuitkering

Op basis van de uitkeringslasten tot 1 november 2015 is een inschatting gemaakt van de verwachte uitkeringslasten over 2015 en is een inschatting gemaakt van het verwachte beroep op de

vangnetregeling.

verwachte lasten 2015 € 3.300.000

BUIG-budget 2015 € 3.046.422

tekort BUIG 2015 253.578

% tekort 2015 8,32%

eigen risico 202.950

Mogelijke uitkering vangnet 50.628

Het betreft hier nadrukkelijk een inschatting op basis van de uitkeringslasten tot 1 november 2015.

Met name de definitieve vaststelling van de af te dragen loonheffing en werkgeverspremies over de uitkeringen kan de daadwerkelijke uitkeringslasten nog beïnvloeden, zowel in positieve als in

(3)

Pagina 3 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen

negatieve zin. De definitieve vaststelling vindt na afloop van het kalenderjaar plaats. De werkelijke omvang van de het beroep op de vangnetregeling zal tussen de € 35.000 en € 65.000 liggen.

4. Resultaat BUIG afgelopen jaren

Onderstaande tabel geeft een overzicht van het toegekende budget BUIG en de uitkeringslasten per jaar (bron: Ministerie SZW).

budget BUIG uitkeringslasten resultaat op BUIG

2011 2.253.674 2.470.121 - 216.447

2012 2.577.766 2.486.955 90.811

2013 2.817.948 2.914.587 - 96.639

2014 2.767.266 3.321.762 - 554.496

2015 3.046.422 3.300.000* - 253.578

*Uitkeringslasten 2015 betreft uiteraard een prognose

Met uitzondering van 2012 zijn de jaarlijkse uitkeringslasten hoger geweest dan het toegekende budget. Met name in 2014 en 2015 waren de (verwachte) tekorten groot. Reden hiervan is de forse toename van de uitkeringslasten in 2013 en 2014 in relatie tot de wijze waarop het jaarlijkse budget BUIG wordt vastgesteld (t-2). Voor 2014 is een verzoek gedaan voor een aanvullende uitkering (IAU) ter hoogte van € 277.769. Dit verzoek is in november 2015 positief beoordeeld door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

5. Tekortanalyse BUIG

In onderstaande tabellen wordt de jaarlijkse ontwikkeling van de uitkeringslasten BUIG in Cranendonck vergeleken met de landelijke ontwikkeling en wordt een overzicht van het aantal aanvragen BUIG weergegeven.

Jaarlijkse uitkeringslasten ten opzichte van de landelijke ontwikkeling (bron: Ministerie SZW).

uitkeringslasten Cranendonck

Lastenontwikkeling tov voorafgaande jaar Cranendonck

lasten ontwikkeling tov voorafgaande jaar landelijk

2011 2.470.121 1,0% 6,7%

2012 2.486.955 0,7% 3,6%

2013 2.914.587 17,2% 9,7%

2014 3.321.762 14,0% 7,5%

2015 3.300.000 -0,7% 3,2%

*De verwachte landelijke uitkeringslasten 2015 zijn gelijk gesteld aan het definitieve budget BUIG over 2015

(4)

Pagina 4 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen Aantal aanvragen BUIG per jaar gemeente Cranendonck

aanvragen

2011 83

2012 110

2013 157

2014 153

2015 t/m okt 111

In 2013 en het eerste kwartaal van 2014 zijn er veel aanvragen BUIG ingediend met een forse toename van de uitkeringslasten tot gevolg. Destijds is een analyse gemaakt waaruit bleek dat er relatief veel uitkeringen toegekend zijn ten gevolge van verbreken van een relatie (22 in 2013 ten opzichte van 8 in 2012) en einde WW (19 in 2013) . Het aantal personen ouder dan 50 met een WW- uitkering is al jaren relatief hoog in Cranendonck. Dit zijn autonome ontwikkelingen waarop de gemeente geen invloed heeft.

Zoals aangegeven wordt het budget BUIG van de gemeente Cranendonck voor 89% toegekend op basis van het aandeel in de landelijke uitkeringslasten in het jaar t-2. Hierdoor wordt met de sterke toename van de uitkeringslasten in 2013 en 2014 niet vertaald naar een hoger toegekend budget voor 2014 en 2015.

Tot 2015 kan een gemeente met een tekort op BUIG een verzoek indienen voor een aanvullende uitkering (IAU). Bij de beoordeling van het verzoek werd met name gekeken naar een drietal criteria die een indicator zijn voor een uitzonderlijke situatie op de arbeidsmarkt. Voldoet een gemeente aan een van deze criteria dan wordt een IAU-verzoek in principe positief beoordeeld. Een van de criteria is de ontwikkeling van het aantal werkzoekenden (NWW) in de afgelopen 2 jaar. Als de toename hiervan 5% hoger dan het landelijke gemiddelde dan wordt het verzoek tot een IAU positief beoordeeld. Inmiddels is de gemeentelijke en landelijke ontwikkeling NWW tot 1 oktober bekend.

Hieruit blijkt dat het aantal werkzoekenden in Cranendonck in de afgelopen 2 jaar 12% meer is toegenomen dan landelijk waardoor er ook in 2015 sprake is van een uitzonderlijke situatie op de arbeidsmarkt.

Ontwikkeling NWW (bron maandelijkse arbeidsmarktmonitor UWV)

Cranendonck landelijk

gemiddeld 2012 478 489.832

gemiddeld 2013 671 672.805

gemiddeld 2014 837 803.198

gemiddeld 2015 972 893.916

% toename 2014 t.o.v. 2012 75% 64%

% toename 2015 t.o.v. 2013 45% 33%

Een andere belangrijke indicator voor de situatie op de arbeidsmarkt is de ontwikkeling van de WW.

Terwijl landelijk de werkloosheid met 0,8% is afgenomen in het afgelopen jaar, is er in Cranendonck sprake van een toename van 2,5%. Ook dit duidt op een verstoorde arbeidsmarkt. Een relatief groot

(5)

Pagina 5 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen

deel van de werklozen (55%) is ouder dan 50 jaar waardoor er ook in de nabije toekomst een relatief grote instroom in de bijstand te verwachten is.

6. Maatregelen reductie budgettekort

In 2014 en 2015 zijn er diverse extra inspanningen gedaan om het aantal bijstandsuitkeringen en daarmee de uitkeringslasten te beperken. Het gaat om maatregelen om zowel de instroom te

beperken als de uitstroom de vergroten. Die hebben effect gehad, waardoor de uitkeringslasten naar verwachting in 2015 afnemen. Dit ondanks de ongunstige situatie op de arbeidsmarkt en de toename van de landelijke uitkeringslasten in 2015.

Handhaving

Als er signalen van mogelijke fraude zijn (zoals verblijfplaats, samenleving of verzwegen inkomsten), wordt handhaving ingeschakeld. In 2015 zijn er 6 onderzoeken uitgevoerd waarbij in 3 gevallen een uitkering is beëindigd of niet toegekend.

Arbeidsmarktondersteuning

De gemeente zet diverse projecten en instrumenten in om het aantal uitkeringsgerechtigden te beperken. De insteek is dat we maatwerk leveren: we kiezen die ondersteuning die aansluit bij de specifieke situatie van de uitkeringsgerechtigde. Dit levert een brede schakering aan losse producten op. Daarnaast hebben we een aantal projecten opgezet die we met de hulp van

samenwerkingspartners uitvoeren. In deze paragraaf werken we die uit.

Het doel van de meeste projecten en activiteiten is mensen toeleiden naar werk. Dit heeft ertoe geleid dat de uitstroom vanuit de uitkering naar werk de laatste jaren sterk is toegenomen. Dit is weergegeven in onderstaande tabel.

uitstroom naar werk

2011 18

2012 18

2013 21

2014 27

2015 t/m okt 28

Door de poortaanpak is de werkelijke uitstroom naar werk hoger: 50% van de inwoners die zich melden voor een uitkering doet na dit programma geen beroep op een bijstandsuitkering. Deze uitstroom bestaat uit mensen die werk vinden of die om een andere reden afzien van een uitkering.

1. Poortaanpak

Als iemand aangeeft een beroep te willen doen op een uitkering, wordt hij uitgenodigd voor een intakegesprek. Doelstelling hierbij is wijzen op de eigen verantwoordelijkheid en een beeld te krijgen van de mogelijkheden tot arbeid. Ook wordt bij signalen van mogelijke fraude (woonsituatie of arbeid) een onderzoek ingesteld. Voor uitkeringsgerechtigden voor wie arbeid niet mogelijk is, wordt de uitkeringsaanvraag direct in behandeling genomen.

(6)

Pagina 6 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen

Voor uitkeringsgerechtigden die kunnen werken, maken we gebruik van het Werkleerbedrijf (WLB).

Het WLB is een ondersteuningsprogramma voor inwoners die een beroep doen op de bijstand en die kunnen werken. Op de locatie in Eindhoven worden deelnemers maximaal aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheid en gestimuleerd om zelf initiatief te tonen om werk te vinden. Het WLB is een samenwerkingsverband van Ergon en de verbonden gemeenten, inclusief Cranendonck. De aansluiting bij het WLB is tot stand gekomen in de vorige collegeperiode waarin de focus op Zuidoost-Brabant lag. Nu vindt heroriëntatie op Weert en omgeving plaats, omdat de natuurlijke loop van onze inwoners meer op deze omgeving gericht is. Daarom maken we werk van een

alternatief programma bij De Risse in Weert. De bedoeling is dat inwoners de keuze krijgen om vanaf januari 2016 voor het programma in Eindhoven of Weert te kiezen.

2. Instroomprogramma

Sinds het voorjaar van 2015 hebben we een programma in huis gehaald dat aansluit op de

dienstverlening van het WLB. Die inwoners die niet door de inzet van het WLB aan het werk hebben kunnen gaan, stromen hier in. Zij worden ondersteund door twee externe professionals die hen ondersteunen met het maken van een onderscheidend cv, het verhogen van de motivatie en het vinden van werk. Dit is een succesvol project. De eerste ronde heeft ervoor gezorgd dat maar liefst 8 van de 12 deelnemers werk gevonden hebben. Deze score van 75% stemt tot tevredenheid.

3. Jobbunting

Wanneer een uitkeringsgerechtigde kansrijk is op de arbeidsmarkt maar ondersteuning noodzakelijk is om aan het werk te komen, schakelen we een jobhunter in. Deze (externe) professional gaat samen met de uitkeringsgerechtigde aan de slag om werk te vinden. Doordat we met deze externe partijen less cure, less pay afspraken hebben, leiden deze trajecten vaak tot het vinden van werk en besparen ze bovendien kosten. Voor niet-succesvol afgesloten trajecten betalen we immers een lagere vergoeding.

4. Aanpak 50+

Sinds de zomer van 2015 hebben we een project opgestart voor een relatief kansarme groep op de arbeidsmarkt: de 50+ers. In samenwerking met een externe partij begeleiden we een tiental deelnemers intensief om te komen tot het vinden van werk. Onder hen zijn ook twee inwoners van onze gemeente. De eerste resultaten verwachten we in de loop van 2016.

5. Samenwerking met De Risse

Van oudsher zijn er goede contacten tussen Werk & Inkomen en Sw-bedrijf De Risse. Met name met de re-integratietak Werk.Kom werken we regelmatig samen. Zo hebben we hen ingeschakeld om de kansen van een groep statushouders op de arbeidsmarkt te vergroten. Ook doen we regelmatig een beroep op hen om inwoners uit Cranendonck individueel te begeleiden. Nu loopt een onderzoek om aansluiting te vinden bij het poortprogramma van Werk.Kom. Dit bevindt zich in een vergaand stadium. De insteek is om inwoners per januari 2016 de mogelijkheid te bieden om van deze dienstverlening gebruik te maken.

(7)

Pagina 7 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen 6. Clean Team

Ook voor mensen met een lange afstand tot de arbeidsmarkt hebben we een project opgetuigd: het Clean Team. De projectleiding hiervan is in handen van Werk & Inkomen. Dit team werkt twee dagdelen per week aan een schonere en meer opgeruimde gemeente. De deelnemers doen dit gedurende maximaal een jaar en met behoud van uitkering. Hiermee hebben mensen meer structuur in hun bestaan, zijn ze meer betrokken bij de samenleving en vergroten ze hun kansen op de

arbeidsmarkt. Alhoewel dit project niet gericht is op uitstroom, komen deelnemers in individuele gevallen wel aan werk. Daarnaast zijn de reacties van de betrokken partijen (deelnemers, inwoners en gemeente) ronduit positief.

7. Bestrijding jeugdwerkloosheid

Recent is een regionaal project gestart gericht op de arbeidstoeleiding van jongeren met een bijstandsuitkering die niet zelfstandig in staat zijn een plaats op de arbeidsmarkt te verwerven. Er is veelal sprake van lichamelijk of geestelijke beperkingen of een taalachterstand. Dit project wordt betaald met middelen die specifiek hiervoor door het rijk ter beschikking zijn gesteld. In 2016 worden hiervan de eerste resultaten verwacht.

8. Pilot klantmanagement op locatie

In 2016 gaat een pilot van start waarbij drie klantmanagers van Werk & Inkomen op het gemeentehuis gaan werken. Op die manier realiseren we de wens van de gemeenteraad om dienstverlening dichter bij de burger te organiseren. Deze professionals gaan deel uitmaken van het sociaal team en daarmee nauwer samenwerken met de WMO-consulenten. We verwachten dat we hierdoor meer duurzame uitstroom kunnen bewerkstelligen omdat we problematieken meer grondig aanpakken.

9. Inzet Arbeidsmakelaar

In 2015 heeft de gemeente Valkenswaard een pilot gedraaid met een Arbeidsmakelaar. Haar taak was het aanhalen van de banden met lokale ondernemers om zo mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan werk te helpen. Deze pilot heeft concrete resultaten opgeleverd in Valkenswaard.

Ook voor onze gemeente bereiden we besluitvorming voor om een eigen Arbeidsmakelaar in te gaan zetten. Daarmee verwachten we de uitstroom naar werk nog verder te kunnen stimuleren.

10. Sluitende aanpak VSO-PrO leerlingen

De VNG heeft gemeenten opgeroepen om goede afspraken te maken met VSO- en Praktijkscholen over de ondersteuning aan en het begeleiden van schoolverlaters die zich niet kunnen redden op de arbeidsmarkt. Het college gaat prioriteit geven aan de begeleiding van deze doelgroep. Hiervoor krijgt Werk & Inkomen de opdracht om in samenspraak met de ambtenaren van Jeugd een aanpak op te zetten die op korte termijn kan leiden tot een sluitende aanpak van deze groep.

(8)

Pagina 8 BUIG uitkering 2015 Tekortanalyse en reductiemaatregelen 11. Project Statushouders

Los van de komst van de Participatiewet staat de toestroom van een grote groep vluchtelingen. In 2015 is er een recordaantal asielaanvragen gedaan in ons land. Wanneer de vluchtelingen de

aanvraagprocedure hebben doorlopen en een verblijfsstatus gekregen hebben, stromen ze door naar de gemeenten. De gemeente zorgt vervolgens allereerst voor huisvesting, maar heeft daarnaast ook de taak om hen in de samenleving te integreren. Voor het merendeel van onze gemeente geldt dat de nieuwkomers uit Syrië en Eritrea komen.

Om ervoor te zorgen dat zij onderdeel worden van onze gemeenschap gaan we een op hen gericht programma opzetten om hen naar werk te begeleiden. Werk & Inkomen krijgt opdracht om dit op te pakken.

7. Prognose tekorten BUIG 2016 en volgende jaren

Op 30 oktober 2015 is het voorlopige budget BUIG 2016 vastgesteld op 5.618,1 miljoen en is 0,4%

hoger dan het budget voor 2015. Het aandeel voor de gemeente Cranendonck is vastgesteld op € 3.214.534. Ondanks de lastige situatie op de arbeidsmarkt (groot aantal werkzoekenden (NWW) en verwachte hoge doorstroom vanuit WW naar bijstand) gaan we ervan uit dat door de reeds genomen en nog te nemen maatregelen de uitkeringslasten in 2016 verder afnemen, waardoor het toegekende budget toereikend is om de uitkeringslasten te dekken.

Vanaf 2017 is het rijk voornemens de verdeling van het landelijke budget BUIG wederom aan te passen. Dit maakt de prognose voor de toereikendheid van het budget BUIG voor Cranendonck vanaf 2017 ongewis. Hiernaast laat de ontwikkeling van de jaarlijkse bijstandslasten bij minder grote gemeenten zich lastig voorspellen. Dit hebben de jaren 2013 en 2014 geleerd. Toen namen de lasten onvoorzien snel toe, door een niet te beïnvloeden hoge instroom.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In dit essay spreken we van een normatief offensief, waarbij het woord ‘offen- sief’ letterlijk moet worden begrepen: een aanval op ongelijkheid, stapeling en fragmentatie met

Mevrouw A. en het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding stelden op 16 mei 2012 cassatieberoep in tegen hek arrest van het arbeidshof Antwerpen. Zij vroegen dat

In het Besluit Participatiewet is geregeld dat het college de gemeenteraad moet informeren over zijn globale analyse omtrent de mogelijke oorzaak en omvang van het tekort op

Deze artikelen schrijven voor dat de begroting, de meerjarenbegroting en de jaarrekening een overzicht van de geraamde incidentele baten en lasten per programma moeten

Hoewel de schade door de organisatie op de vrijwilliger kan worden verhaald adviseren wij als hoofdregel dit niet te doen en in de vrijwilligersovereenkomst op te nemen dat

Naam app: MijnAfvalwijzer app gemeente Bergeijk Link naar de verklaring: https://30x.nl/tv/2756. C - Eerste maatregelen

Of gemeenten met hun budget jeugdhulp uitkomen hangt met veel factoren samen, die te maken hebben met het beleid van de desbetreffende gemeente, de wijze waarop zij de zorg

Ouders van kinderen tot 12 jaar en jongeren zelf geven informatie over de aanwezigheid van emotionele en gedragsproblemen, via anonieme vragenlijsten (Gezondheidsmonitor Jeugd).