VRAGEN-van-de-PvdA-van-de-heer-W-Moes-en-de-heer-R-van-der-Schaaf-betreffende-aantrekkelijkheid-Noorderplantsoen-Met-antwoorden-college-10-juni.pdf PDF, 20 kb

VRAGEN

door de leden van de raad gesteld overeenkomstig artikel 38 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad van de gemeente Groningen.

2010 – Nr. 38.

VRAGEN van de PvdA van de heer W. Moes en de heer R. van der Schaaf betreffende aantrekkelijkheid Noorderplantsoen.

(Binnengekomen: 10 mei 2010.)

Zoals de Grote Markt de huiskamer van Groningen is, is het Noorderplantsoen onze stadstuin. Ons “groene hart” wordt door uiteenlopende groepen Stadjers steeds meer gebruikt om te sporten en te ontspannen. Sinds de afsluiting voor het autoverkeer midden jaren negentig is het Noorderplantsoen uitgegroeid tot een belangrijke ontmoetingsplaats met een onmiskenbare sociale en culturele betekenis waarbij het jaarlijkse Noorderzonfestival het hoogtepunt vormt.

De PvdA vindt het groeiende gebruik van het Noorderplantsoen als ontmoetingsplek een prima ontwikkeling. Maar het schept ook nieuwe problemen. Problemen die, wanneer ze niet adequaat worden bestreden, de aantrekkelijkheid van het plantsoen bedreigen. De PvdA wil niet dat het park aan het eigen succes ten onder gaat. We streven naar een plantsoen waar iedere stadjer en bezoeker naar tevredenheid kan recreëren, daarbij rekening houdend met elkaar

Wij staan in dit streven niet alleen. Op 8 oktober 2009 heeft het college de raad geïnformeerd over de maatregelen die worden genomen om het Noorderplantsoen aantrekkelijk te houden. Dit was naar aanleiding van een workshop met omwonenden en buurtorganisaties, die in juni 2009 door het college was georganiseerd om overlast in het Noorderplantsoen tegen te gaan.

Een viertal maatregelen betrof de korte termijn (capaciteit en vergroten frequentie legen afvalbakken, plaatsen glasbak, plaatsen mobiele toiletvoorziening), terwijl voor de lange termijn in het najaar een gemeentelijk team samen met omwonenden,

bewonersorganisaties en de parkcommissie verdere maatregelen uit zou werken. We hebben dit voorjaar al weer een aantal “zomerse” dagen achter ons.

1. Hoe beoordeelt het college het effect van de vorig jaar genomen korte termijn maatregelen?

2. Wat is de uitkomst van de in de brief van oktober 2009 aangekondigde lange termijn maatregelen die in het najaar door een gemeentelijk team met

omwonenden zouden worden uitgewerkt?

Onze stadstuin, waar ouderen, jongeren, gezinnen en studenten naast elkaar in een

groene omgeving ontspannen, hoort in de opvatting van de PvdA-fractie overlastvrij

te zijn: geen vuil, geen lawaai en geen hondenpoep.

3. Is het college het met de PvdA-fractie eens dat het de gemeentelijke ambitie zou moeten zijn om het Noorderplantsoen overlastvrij te maken: geen vuil, geen lawaai en geen poep? Indien nee, waarom niet?

Deze ambitie, “Noorderplantsoen overlastvrij”, is nog niet altijd de praktijk. We zien op mooie dagen nog steeds situaties die, vooral door de gebruikers zelf, als

onwenselijk worden ervaren en die niet passen bij de allure van het Noorderplantsoen:

a. Mensen die bij gebrek aan ruimte op de speelweide noodgedwongen op het hondenuitlaatveld tussen de hondendrollen moeten recreëren.

b. Twee opvallend gekleurde kunststof toiletten (die, zo beseffen wij, juist zijn geplaatst in het kader van de vorig jaar aangekondigde maatregelen).

c. Grasveld dat nog onvoldoende hersteld is sinds de belasting door Noorderzon 2009.

d. Door het hele park hondenpoep.

e. Lawaaiige brommertjes die op gevaarlijke wijze door het plantsoen scheuren.

f. Niet opgeruimde rommel en uitpuilende vuilnisbakken.

4. Is het college met de PvdA van mening dat de genoemde situaties niet passen bij het stadstuinkarakter van het Noorderplantsoen en daarom ongewenst zijn? Zo nee, - graag per onderdeel- waarom niet?

De PvdA-fractie heeft bovendien concreet een aantal suggesties ter verbetering van de aantrekkelijkheid van het park.

5. Wat is de opvatting van het college op de volgende concrete suggesties van de PvdA om de aantrekkelijkheid van het park te vergroten?

a. Verscherpte handhaving en bestrijding hondenpoep, waarbij geleerd kan worden van het project in de Indische Buurt/De Hoogte.

b. Verplaatsing van (een deel van) het hondenuitlaatveld, waardoor de speel- en recreatieweide wordt vergroot.

c. Plaatsing van een urilift of andere permanente toiletvoorzieningen.

d. De schade aan het gras na Noorderzon sneller te herstellen door graszoden te gebruiken.

e. Grotere, ondergrondse(?) afvalbakken.

f. Verkeersmaatregelen om te voorkomen dat het Noorderplantsoen wordt gebruikt door te hard rijdende brommers en scooters.

Het college beantwoordt de vraag als volgt.

Groningen, 10 juni 2010

Het attractieve Noorderplantsoen mag zich de laatste jaren verheugen in een

toenemend recreatief gebruik. Veel mensen maken bij mooi weer van de gelegenheid gebruik in het park te vertoeven en te recreëren. De toename van het recreatieve gebruik van het Noorderplantsoen betekent helaas ook een toename van de overlast.

Deze overlast manifesteert zich onder andere in volle en overlopende prullenbakken,

rondslingerend glas en zwerfvuil.

Bij het tegengaan van deze nadelige effecten van het toenemende gebruik speelt het gedrag van de gebruikers een belangrijke rol. Daarom zijn wij samen met mensen die zich betrokken voelen bij het Noorderplantsoen op zoek gegaan naar mogelijkheden om dit gedrag in gunstige zin te veranderen. De eerste stap daarin was een workshop op 23 juni 2009 waarbij ook omwonenden van het park en vertegenwoordigers van bewonersorganisaties aanwezig waren. Tijdens deze bijeenkomst zijn verschillende concrete suggesties gedaan. Opvallend was de brede wens die men heeft voor het aanstellen van een parkwachter.

1. Naar aanleiding van de bijeenkomst in juni vorig jaar hebben we een aantal snelle acties uitgevoerd om de overlast, als gevolg van het intensieve gebruik van het Noorderplantsoen zo snel mogelijk te beperken. Zo zijn er mobiele afvalbakken bijgeplaatst, is de ledigingsfrequentie van de afvalbakken aangepast, is bij wijze van proef een glasbak geplaatst en is een mobiele toiletvoorziening geplaatst. In februari 2010 hebben wij een evaluatie gehouden van deze acties. Daaruit is gebleken dat:

- door de vier grote afvalbakken die in de zomermaanden worden bijgeplaatst, is er sprake van voldoende capaciteit;

- extra lediging van prullenbakken op warme dagen voldoende effect

sorteert;

- de effectiviteit van de geplaatste glasbak nog onvoldoende is aangetoond. Om milieubewust gedrag van bezoekers in het Noorderplantsoen blijvend te kunnen stimuleren, wordt de glasbak echter wel opnieuw geplaatst;

- de geplaatste toiletwagen oneigenlijk werd gebruikt. Inmiddels is de toiletwagen daarom vervangen door twee mobiele toiletten op locaties waar meer sociale controle is. Verder zijn er strakke afspraken gemaakt over het dagelijks openen en sluiten en een frequente schoonmaak van de toiletten;

2. In januari 2010 zijn wij aan de slag gegaan met het uitwerken van verdere maatregelen voor het Noorderplantsoen. In de afgelopen maanden is een werksessie gehouden waarin de parkcommissie en vertegenwoordigers van de bewonersorganisaties uit de nabije omgeving van het plantsoen hebben geparticipeerd. Ook zijn op een aantal verschillende dagen bezoekers en omwonenden voor deze uitwerking geïnterviewd over hun ervaringen en opvattingen over mogelijke verbeteringen in het Noorderplantsoen.

De resultaten van deze sessie en interviews worden momenteel door ons uitgewerkt in een rapport met conclusies en aanbevelingen voor de (middel)lange termijn.

Wij verwachten dit rapport deze zomer in ons college te kunnen vaststellen, waarna wij u in september zullen informeren over de inhoud daarvan.

3. Wij zijn met u van mening dat het groeiende gebruik van het

Noorderplantsoen als ontmoetingsplek een prima ontwikkeling is, maar dat dit in de praktijk ook heeft geleid tot een grotere mate van vervuiling en overlast.

Op een locatie waar zoveel mensen van verschillende leeftijden en met

verschillende vormen van recreatie samenkomen, is het naar onze mening

onvermijdelijk dat er een zekere mate van overlast ontstaat. Uit de onlangs

gehouden interviews blijkt dat dit in het algemeen ook door bewoners en bezoekers wordt geaccepteerd.

Onze inzet is er op gericht om deze overlast binnen algemeen aanvaarde grenzen te brengen en te houden. Dat kunnen we als gemeente echter niet alleen, daarvoor zijn we ook afhankelijk van de medewerking van de bezoekers en gebruikers van het park.

Om die reden hebben wij bewoners en bezoekers middels interviews en overleg nauw betrokken bij het zoeken naar mogelijke verbeteringen. De maatregelen en acties die wij op grond daarvan willen nemen, zijn bedoeld om een zodanige situatie te verkrijgen dat de bezoekers en omwonenden – met een zekere mate van verdraagzaamheid en respect – in harmonie samen met elkaar tkunnen genieten van het Noorderplantsoen. Hiervoor willen wij de gebruikers van het park intensiever gaan aanspreken op hun eigen verantwoordelijkheid ten aanzien van het park, de andere gebruikers en omwonenden. Omdat dit voor een belangrijk deel nodig zal zijn in weekenden en zomeravonden kiezen wij niet voor de inzet van één enkele parkwachter, maar voor de inzet van stadswachten. Door gebruik te maken van de flexibele inzet van meerdere stadswachten hiervoor, kan namelijk beter worden aangesloten bij drukkere momenten in het Noorderplantsoen. Dit zal deze zomer worden ondersteund door het inzetten van een promotieteam op twee drukke momenten in het Noorderplantsoen.

4. Voor de beantwoording van deze vraag verwijzen wij u naar de antwoorden van vraag 5.

5. a. Vanaf 1 januari 2010 is de opruimplicht ten aanzien van hondenpoep aangescherpt. Overeenkomstig de aanpak in Indische Buurt/De Hoogte willen wij het hondenbeleid dit jaar ook in het Noorder- plantsoen en de andere stadswijken implementeren. In overleg met bewoners worden daarvoor de uitrengebieden en uitlaatzones bepaald. Vervolgens worden eerst de voorwaarden voor een goede handhaving uitgewerkt, voordat we beginnen met de daadwerkelijke

uitrol van het nieuwe hondenbeleid. Deze uitrol begint met een uitgebreide communicatie over de nieuwe regels waarna wij - ook in

het Noorderplantsoen - zullen beginnen met de handhaving.

Gedurende een maand eerst nog informerend en waarschuwend, daarna

ook verbaliserend.

b. Zie antwoord a. Het huidige hondenveld in het Noorderplantsoen is destijds door uw raad aangewezen en vervolgens ingericht met

(behendigheids)-voorzieningen speciaal voor honden. Op basis van een inloopmarkt voor bewoners in juni willen wij opnieuw afwegen welke locaties in de omgeving van het Noorderplantsoen als uitrengebied (zonder opruimplicht) worden aangemerkt.

c. De geplaatste mobiele toiletten zijn bedoeld als een tijdelijke maatregel om al op korte termijn de overlast te kunnen verminderen die een gevolg is van mensen die hun behoefte in de bosjes doen. Voor een goed functionerende toiletvoorziening zal op deze locatie wellicht

continu toezicht nodig zijn. Een goede oplossing hiervoor die past in

het parken voldoende vandalismebestendig is, vergt een aanzienlijke investering. Bij de verdere uitwerking van langetermijn acties zal dit onderdeel worden meegenomen. Daarbij zal ook moeten worden afgewogen of de mate van overlast een dergelijke investering rechtvaardigt.

d. De tenten, rijplaten en dergelijke die tijdens Noorderzon een maand lang in het Noorderplantsoen staan/liggen, veroorzaken op veel plaatsen slechte plekken in het gras. Het herstellen daarvan wordt bemoeilijkt door het intensieve gebruik dat het hele jaar doorgaat en door de schaduwdruk van de grote bomen. Afhankelijk van de weersomstandigheden kan dat lang duren voor dat de grasmat is hersteld. Vandaar dat we een proef met graszoden zullen starten.

e. Wij hebben inmiddels een aantal ondergrondse bakken aangeschaft voor het Noorderplantsoen. Deze zullen binnenkort worden geplaatst.

f. Het treffen van afdoende verkeersmaatregelen om te hard rijdende brommers te voorkomen, is in het Noorderplantsoen erg moeilijk zoniet voor de ruime opzet van het plantsoen zouden brommers via voetpaden en naastgelegen gazons eventuele voorzieningen bijna altijd kunnen omzeilen. Daarnaast zouden dergelijke voorzieningen (bijvoorbeeld paaltjes, sluisjes, golvende verharding) de ruimtelijke kwaliteit van het plantsoen niet ten goede komen. Wij willen dan ook eerst bezien of het mogelijk is om de handhaving hierop te intensiveren. Middels

prikacties van de politie, extra aandacht vanuit surveillance-auto’s en

het aanspreken door stadswachten kan repressief worden opgetreden.