Xi advies bv Noorderdiep 55 9521 BB Nieuw−Buinen tel 06 28200233 info@xi−advies.nl www.xi−advies.nl
In opdracht van Rijkswaterstaat Centrale Informatie Voorziening (RWS−CIV) Auteur ir P.J. Dekker H. Miedema (RWS)
Versie Versie 1.0 concept dd 9 oktober 2015 3014.47
8−10−2015
2
Inhoud
Pagina
1 ACHTERGROND... 4
2 SAMENVATTING STORMCONDITIES... 5
3 BRONGEGEVENS ... 6
3.1 GEBIED EN PERIODE... 6
3.2 PARAMETERS EN MEETLOCATIES... 6
3.3 DATA...7
3.3.1 Inwinning golfdata...7
3.3.2 Reekscontrole en aanmaak spectrale parameters...7
3.3.3 Toepassen validatie regels ...7
3.3.4 Opslag ... 8
4 STATUSCODES GOLFGEGEVENS... 9
5 GRAFIEKEN VAN WIND, TEMPERATUUR, WATERHOOGTE, GOLFHOOGTE EN GOLFPERIODE...11
5.1 AFSLUITDIJK...12
5.2 IJSSELMEER OOST...13
5.3 MARKERMEER...14
6 GOLFSPECTRA...15
6.1 AFSLUITDIJK...16
6.2 IJSSELMEER OOST... 22
6.3 MARKERMEER... 28
7 REFERENTIES... 34
A.1 FOTO’S INSTRUMENTEN... 36
A.1.1 STAPPENBAAK... 36
A.1.2 WINDSNELHEID EN WINDRICHTINGMETER... 36
B.1 STORMVLOEDFLITS ... 38
B.2 WINDKAARTEN... 40
B.3 WEERKAARTEN ... 42
B.4 SATELLIETKAARTEN... 45
C.1 KLIMAATDATA EN –ADVIES – JANUARI 2015 – BRON: KNMI ... 48
D.1 MEETLOCATIES IJSSELMEER EN MARKERMEER JANUARI 2015...51
E.1 BEGRIPPEN ... 53
Lijst van Tabellen
Pagina Tabel 3.1: Verklaring van de parameters die in dit verslag gebruikt worden... 6Tabel 3.2 Overzicht van de meetlocaties en −instrumenten in het IJsselmeer en Markermeer voor het stormseizoen 2014/2015. ... 6
8−10−2015
3
Pagina
Lijst van Figuren
Pagina
Figuur 4.1 Statuscodes ... 9
Figuur 6.1 Spectra Afsluitdijk, 28 januari 2015 ... 17
Figuur 6.2 Spectra Afsluitdijk, 29 januari 2015 ...19
Figuur 6.3 Spectra Afsluitdijk, 30 januari 2015 ...21
Figuur 6.4 Spectra IJsselmeer oost, 28 januari 2015... 23
Figuur 6.5 Spectra IJsselmeer oost, 29 januari 2015... 25
Figuur 6.6 Spectra IJsselmeer oost, 30 januari 2015... 27
Figuur 6.7 Spectra Markermeer, 28 januari 2015... 29
Figuur 6.8 Spectra Markermeer, 29 januari 2015...31
Figuur 6.9 Spectra Markermeer, 30 januari 2015... 33
Figuur A. 1 Stappenbaak... 36
Figuur A. 2 Windsnelheid en windrichtingmeter... 36
Figuur B. 1 Windkaarten 28 januari 2015 ... 40
Figuur B. 2 Windkaarten 29 januari 2015 ... 40
Figuur B. 3 Windkaarten 30 januari 2015 ...41
Figuur B. 4 Weerkaart 28 januari 2015, 6:00 uur... 42
Figuur B. 5 Weerkaart 28 januari 2015, 18:00 uur ... 42
Figuur B. 6 Weerkaart 29 januari 2015, 6:00 uur... 43
Figuur B. 7 Weerkaart 29 januari 2015, 18:00 uur ... 43
Figuur B. 8 Weerkaart 30 januari 2015, 6:00 uur... 44
Figuur B. 9 Weerkaart 30 januari 2015, 18:00 uur ... 44
Figuur B. 10 Satellietkaart 28 januari 2015, 10:00 uur ... 45
Figuur B. 11 Satellietkaart 29 januari 2015, 10:00 uur ... 45
Figuur B. 12 Satellietkaart 30 januari 2015, 10:00 uur ... 46
8−10−2015
4
1 Achtergrond
Dit stormverslag beschrijft de wind−, golf− en waterstandgegevens die zijn gemeten in het IJsselmeer en het Markermeer tijdens de stormperiode van 28 t/m 30 januari 2015. Dit verslag is bedoeld als hulpmiddel om te bepalen of de data van deze stormperiode bruikbaar zijn voor onderzoek. Daartoe worden in dit verslag tijdreeksen van de belangrijkste golfparameters gepresenteerd, golfspectra op een aantal representatieve tijdstippen getoond en de databeschikbaarheid geïnventariseerd. De data die zijn gebruikt in dit verslag zijn gevalideerd met Wavix en opgeslagen in DONAR. De gebruikte validatiemethode en resultaten zijn beschreven in Hoogland, 2013b
Dit verslag is opgesteld in het kader van het project “Wettelijk Toetsinstrumentarium 2017” (WTI) op basis van het door RWS aangeleverde template (Hoogland, 2013a).
8−10−2015
5
2 Samenvatting stormcondities
Voor deze storm is het Waarschuwingsbureau niet geopend geweest. De bijbehorende stormvloedflits is opgenomen in Bijlage B.1.
Uit de stormvloedflits blijkt het volgende:
"Een omvangrijk lagedrukgebied trok op woensdag 28 januari al uitdiepend van Ijsland naar zuid−west Noorwegen. Aan de zuiden westkant van dit lagedrukgebied bevond zich een uitgebreid stormveld. Het koufront van de depressie passeerde op 28 januari omstreeks 15h00 onze kust. Dat ging gepaard met heftige buien. Na de passage van het koufront ruimde de wind naar het westen en nam toe tot een harde tot
stormachtige wind (7 á 8 Bft). Na middernacht nam de wind maar heel langzaam af tot gemiddeld 7 Bft over de gehele Noordzee in de ochtend van 29 januari. Tegelijkertijd kromp de wind ook langzaam naar het west−
zuidwesten.’
Om een indruk te geven van de weersomstandigheden in deze periode zijn in de bijlagen een aantal grafieken en een klimaatverslag van de KNMI opgenomen:
• Windkaarten (KNMI) in Bijlage B.2,
• Weerkaarten (KNMI) in Bijlage B.3,
• Satellietkaarten (MetOffice, Eumetsat) in Bijlage B.4, en
• Klimaatdata en –advies voor januari 2015 (KNMI) in Bijlage C.1.
8−10−2015
6
3 Brongegevens
3.1 Gebied en periode
Dit verslag heeft betrekking op het IJsselmeer en Markermeer en geeft een overzicht van de meetresultaten van golven, waterstand en wind voor de stormperiode van 28 t/m 30 januari 2015. In dit verslag worden de volgende deelgebieden van het IJsselmeer en Markermeer apart beschouwd, zie ook de kaart in Bijlage D.1.
Deze deelgebieden van het IJsselmeer en Markermeer komen overeen met de deelgebieden de gebruikt worden in het Wavix validatie model.
• Afsluitdijk (meetpalen FL47, FL48 en FL49),
• IJsselmeer oost (meetpalen FL02 en FL09 en FL46),
• Markermeer (meetpalen FL42 en FL44).
Sinds het begin van het seizoen 2014−2015 zijn de meetpalen FL46 van IJsselmeer oost en FL44 van het Markermeer niet meer in gebruik.
3.2 Parameters en meetlocaties
De codering en omschrijving van alle in dit verslag gebruikte parameters zijn gegeven in Tabel 3.1. De locaties waar golfmetingen hebben plaatsgevonden zijn weergegeven in Tabel 3.2 en in een kaart in Appendix C. De codering van de parameters, meetinstrumenten en locaties in Tabel 3.1, en Tabel 3.2 komen overeen met de codering in de figuren in dit meetverslag.
Tabel 3.1: Verklaring van de parameters die in dit verslag gebruikt worden.
PARAMETER OMSCHRIJVING EENHEID
Hm0−MD Significante golfhoogte uit het energiespectrum van 30−1500 mHz
Centimeter
Tm02−MD Gem. golfperiode uit spectrale momenten m0+m2 van 30−1500 mHz in oppervlaktewater
Seconde
WATHTE Waterstand Centimeter t.o.v. Normaal Amsterdams Peil
WINDSHD Windsnelheid Meter per seconde
WINDRTG Windrichting Graden t.o.v. het ware noorden
Lt Luchttemperatuur Graden Celsius
TW10 Watertemperatuur Graden Celsius
Tabel 3.2 Overzicht van de meetlocaties en −instrumenten in het IJsselmeer en Markermeer voor het stormseizoen 2014/2015.
MEETPAAL AFKORTING GEBIED INSTRUMENT AFKORTING
IJSSMMPL 47 FL47 Afsluitdijk Stappenbaak ETMTA
Windvaan WINDVN
Anemometer ANMMTR
IJSSMMPL 48 FL48 Afsluitdijk Stappenbaak ETMTA
Windvaan WINDVN
Anemometer ANMMTR
IJSSMMPL 49 FL49 Afsluitdijk Stappenbaak ETMTA
Windvaan WINDVN
Anemometer ANMMTR
8−10−2015
7
MEETPAAL AFKORTING GEBIED INSTRUMENT AFKORTING
IJSSMMPL 02 FL02 IJsselmeer oost Stappenbaak ETMTA
Windvaan WINDVN
Anemometer ANMMTR
IJSSMMPL 09 FL09 IJsselmeer oost Stappenbaak ETMTA
Windvaan WINDVN
Anemometer ANMMTR
IJSSMMPL42 FL42 Markermeer Stappenbaak ETMTA
Windvaan WINDVN
N.B. Op elke meetpaal waar wind gemeten wordt worden ook de lucht− en watertemperatuur gemeten, behalve bij meetpaal IJSSMMPL 49.
3.3 Data
3.3.1 Inwinning golfdata
Op het IJsselmeer en Markermeer worden op meerdere locaties golf−, waterstand−, wind− en water− en luchttemperatuurmetingen verricht. Voor deze metingen worden sensoren op vaste meetpalen gebruikt, aangezien het IJsselmeer en het Markermeer een korte golfslag kennen en golfmeetboeien dit relatief snelle golfverloop niet goed kunnen meten. De golf− en waterstandgegevens van het IJsselmeer en het Markermeer worden ingewonnen door de Meetadviesdienst van het IJsselmeergebied in de vorm van equidistante
tijdreeksen van verticale verplaatsingsdata en worden verwerkt met WAVES (Dekker et al, 2012c). De wind− en lucht− en watertemperatuurgegevens worden door de Meetadviesdienst op een vergelijkbare manier
aangeleverd.
3.3.2 Reekscontrole en aanmaak spectrale parameters
Waves controleert de golfdata op buiten−domein waarden, plotselinge uitschieters en stagnaties en minimale beschikbaarheid per aggregatieperiode. Datapunten die niet voldoen worden als hiaat aangemerkt. Hiaten worden vervolgens door middel van interpolatie weer gevuld, mits het aantal aaneengesloten hiaten niet te groot is. Na deze controles worden de tijdreeksen verwerkt tot golfparameters. Deze verwerking houdt tevens een aggregatie tot periodes van 20 minuten in. De verwerking met WAVES leidt tot dezelfde resultaten als de RMI (Rijkswaterstaat Meetnet Infrastructuur) verwerking SWAP (Standard Wave Analysis Package, Hoekstra et al, 1994) in het LMW (Landelijk Meetnet Water).
3.3.3 Toepassen validatie regels
Na verwerking met WAVES zijn de data tot op zekere hoogte gecontroleerd, maar tijdreeksen van verschillende meetinstrumenten zijn nog niet met elkaar vergeleken. Bij deze ruimtelijke validatie worden de golfparameters van de ene locatie voorspeld op basis van parameters van locaties waarmee zij geacht worden een relatie te hebben. Ook andere relevante parameters, zoals waterstand en wind, kunnen deel uitmaken van dit model.
De voorspelde waarden worden vergeleken met gemeten waarden. Grote afwijkingen kunnen aanleiding zijn om data af te keuren. Voorspelde waarden kunnen tevens gebruikt worden om langere reeksen van hiaten op te vullen met modelwaardes.
Voor deze ruimtelijke validatie is in 2004 in opdracht van RIKZ de applicatie Wavix ontwikkeld. De kern van deze applicatie wordt gevormd door een model dat schattingen maakt van de te valideren golfparameters door verbanden te leggen tussen deze golfparameters en parameters op andere locaties en tijdstippen.
Vanwege de complexiteit van de verbanden tussen deze parameters is daarbij niet gekozen voor een expliciete fysische modellering, maar voor een beschrijvende aanpak op basis van neurale netwerken. De gebruikte validatiemethode en resultaten zijn beschreven in Hoogland, 2013b
8−10−2015
8 3.3.4 Opslag
De gevalideerde golfparameters worden tezamen met de ingewonnen waterstand−,wind−,water− en luchttemperatuurgegevens opgeslagen in DONAR.
8−10−2015
9
4 Statuscodes golfgegevens
In deze sectie worden in een aantal grafieken de statuscodes van de golfmetingen voor de meetlocaties in het IJsselmeer en Markermeer weergegeven voor de stormperiode 28 t/m 30 januari 2015. Vanwege de
leesbaarheid zijn de meetpunten weer opgedeeld in de drie gebieden zoals gedefinieerd in Tabel 3.2.
Figuur 4.1 Statuscodes
In deze grafieken worden de volgende statuscodes onderscheiden:
Groen De waarden zoals gemeten door het meetinstrument.
Geel Geïnterpoleerde waarden
Deze waarden zijn door het Wavix validatiemodel geschat.
Rood Hiaten
Dit zijn ontbrekende waarden, deze ontstaan omdat het meetinstrument niet heeft
8−10−2015
10
gefunctioneerd, omdat in de RMI verwerking waarden afgekeurd zijn of omdat waarden in de Wavix validatieprocedure afgekeurd zijn.
geen data Als er geen data getoond wordt, betekent dat dat er geen bestanden voor dit instrument op het betreffende tijdstip beschikbaar zijn.
De databeschikbaarheid van de golfgegevens wordt afgelezen aan de beschikbaarheid van de golfhoogte Hm0−M omdat in de praktijk de aanwezigheid van de overige golfparameters samenvalt met de
aanwezigheid van Hm0−M.
8−10−2015
11
5 Grafieken van wind, temperatuur, waterhoogte, golfhoogte en golfperiode
In deze sectie worden in een aantal grafieken de windrichting, de windsnelheid, de waterhoogte, de
golfhoogte Hm0−MD en de golfperiode Tm02−MD voor beide gebieden in het IJsselmeer weergegeven voor de periode van 28 t/m 30 januari 2015.
Er is voor de stormperiode geen nadere informatie over de instrumenten bekend.
• <events?>
8−10−2015
12
5.1 Afsluitdijk
8−10−2015
13
5.2 IJsselmeer oost
8−10−2015
14
5.3 Markermeer
8−10−2015
15
6 Golfspectra
Op de volgende pagina’s worden de golfspectra van de drie deelgebieden van het IJsselmeer getoond. Deze golfspectra zijn berekend volgens de RWS standaard op basis van 20 minuten data met behulp van WAVES.
Voor beide gebieden zijn daarbij de golfspectra gegeven voor de eerste twintig minuten in elk uur in de periode 28 januari 2015 0:00 uur t/m 30 januari 2015 23:00 uur. De hoogste energie is gemeten op 29 januari 5:00 en 6:00 uur door instrument i028 (FL02).
Op elke pagina worden de golfspectra voor de vijftien of negen tijdstippen voor één deelgebied weergegeven.
In de WAVES verwerking worden golfspectra berekend tot 1500 Hz, maar omdat er boven 1000 mHz vrijwel geen golfenergie meer zit is de horizontale as met frequenties vast gekozen van 0 tot 1000 mHz. De verticale as met de energie dichtheid is constant gehouden zodat de ontwikkeling van de golfenergie in de tijd gemakkelijk is te zien. De legenda, voor alle grafieken op één pagina hetzelfde, wordt in de rechtsboven grafiek getoond.
8−10−2015
16
6.1 Afsluitdijk
8−10−2015
17 Figuur 6.1 Spectra Afsluitdijk, 28 januari 2015
8−10−2015
18
8−10−2015
19 Figuur 6.2 Spectra Afsluitdijk, 29 januari 2015
8−10−2015
20
8−10−2015
21 Figuur 6.3 Spectra Afsluitdijk, 30 januari 2015
8−10−2015
22
6.2 IJsselmeer oost
8−10−2015
23 Figuur 6.4 Spectra IJsselmeer oost, 28 januari 2015
8−10−2015
24
8−10−2015
25 Figuur 6.5 Spectra IJsselmeer oost, 29 januari 2015
8−10−2015
26
8−10−2015
27 Figuur 6.6 Spectra IJsselmeer oost, 30 januari 2015
8−10−2015
28
6.3 Markermeer
8−10−2015
29 Figuur 6.7 Spectra Markermeer, 28 januari 2015
8−10−2015
30
8−10−2015
31 Figuur 6.8 Spectra Markermeer, 29 januari 2015
8−10−2015
32
8−10−2015
33 Figuur 6.9 Spectra Markermeer, 30 januari 2015
34
7 Referenties
Dekker et al, 2012a
Dekker, P.J., F.A.T. Kleissen en E. Maliepaard. WebWAVES, http://demo.xi−alles.nl/webwaves. Voor geautoriseerde gebruiker is wachtwoord op te vragen via helpdesk@xi−advies.nl, 2012.
Dekker et al, 2012b
Dekker, P.J., F.A.T. Kleissen. H.C. Peters en A.P Roskam, WAVES Gebruikershandleiding, versie 4.0, 2012.
Dekker et al, 2012c
Dekker, P.J., F.A.T. Kleissen. H.C. Peters en A.P Roskam, WAVES Technische documentatie, versie 4.0, 2012.
Hoekstra et al, 1994
Hoekstra, G.W., L. Boeré, A.J.M. van der Vlught, en T. van Rijn. The Oceanographic Company of the Netherlands b.v.. Wiskundige beschrijving van het Standard Wave Analysis Package. 6 september 1994. Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Directoraat−Generaal Rijkswaterstaat. Copyright © , 1994 Rijkswaterstaat.
Hoogland, 2013a
Hoogland, K.J., Stormverslag SBW−Meren 3−7 januari 2012, ModelIt iov RWS−DID, 23 april 2013.
Hoogland, 2013b
Hoogland, K.J., Validatie Golfgegevens IJsselmeer 2012 t/m 2013, ModelIt iov Rijkswaterstaat−WD, 12 augustus 2013.
35
A Bijlage
36
A.1 Foto’s instrumenten
A.1.1 Stappenbaak
Figuur A. 1 Stappenbaak
A.1.2 Windsnelheid en windrichtingmeter
Figuur A. 2 Windsnelheid en windrichtingmeter
37
B Bijlage
38
B.1 Stormvloedflits
De Waterkamer (onderdeel van het Watermanagementcentrum Nederland van Rijkswaterstaat) heeft het volgende over de periode geschreven in de Stormvloedflits 2015−03:
Harde tot stormachtige westenwind veroorzaakt vrij hoge waterstanden langs de Harde tot stormachtige westenwind veroorzaakt vrij hoge waterstanden langs de Harde tot stormachtige westenwind veroorzaakt vrij hoge waterstanden langs de Harde tot stormachtige westenwind veroorzaakt vrij hoge waterstanden langs de k k kust kustustust
Op woensdag 28 en donderdag 29 januari 2015 is het team Stormvloedwaarschuwingen Op woensdag 28 en donderdag 29 januari 2015 is het team Stormvloedwaarschuwingen Op woensdag 28 en donderdag 29 januari 2015 is het team Stormvloedwaarschuwingen
Op woensdag 28 en donderdag 29 januari 2015 is het team Stormvloedwaarschuwingen Kust van het Kust van het Kust van het Kust van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) actief geweest
Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) actief geweest Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) actief geweest
Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) actief geweest en heeft verschillende voorwaarschuwingen en heeft verschillende voorwaarschuwingen en heeft verschillende voorwaarschuwingen en heeft verschillende voorwaarschuwingen gegeven. Het waarschuwingsbureau is
gegeven. Het waarschuwingsbureau is gegeven. Het waarschuwingsbureau is
gegeven. Het waarschuwingsbureau is niet geopend geweest.niet geopend geweest.niet geopend geweest. niet geopend geweest.
Vanaf donderdag 22 januari 2015 gaven de lange termijnverwachtingen aan dat er op 29 of 30 januari enige kans was dat er een flinke verhoging van de waterstanden op zou gaan treden. Naarmate de tijd verstreek werd de waarschijnlijkheid van de verwachte hoge vloed steeds minder. Uiteindelijk bleek vanaf
dinsdagmorgen 27 januari uit de korte termijn verwachtingen dat er toch flinke verhogingen op zouden gaan treden. Deze verwachte verhogingen resulteerden in voorwaarschuwingen voor alle sectoren behalve voor de sector Schelde.
Figuur D.1 Weerkaart 28 januari 2015
Een omvangrijk lagedrukgebied trok op woensdag 28 januari al uitdiepend van Ijsland naar zuid−west
Noorwegen. Aan de zuiden westkant van dit lagedrukgebied bevond zich een uitgebreid stormveld. Het koufront van de depressie passeerde op 28 januari omstreeks 15h00 onze kust.
Dat ging gepaard met heftige buien.
Na de passage van het koufront ruimde de wind naar het westen en nam toe tot een harde tot
stormachtige wind (7 á 8 Bft).Na middernacht nam de wind maar heel langzaam af tot gemiddeld 7 Bft over de gehele Noordzee in de ochtend van 29 januari.
Tegelijkertijd kromp de wind ook langzaam naar het west−zuidwesten.
De harde tot stormachtige westenwind veroorzaakte langs het gehele kustgebied een flinke verhoging (opzet) van de waterstand. De grootste scheve opzet tijdens de verschillende hoogwaters langs de kust varieerde van 84 cm bij Vlissingen tot 142 cm bij Harlingen. Statistisch gezien trad de grootste scheve opzet op bij Den Helder. Een opzet zoals bij Den Helder is opgetreden komt gemiddeld ongeveer 2 maal per jaar voor.
39 De tijfase bevond zich in de aanvang van de
doodtij−periode. Daardoor waren de astronomische getijden vrij laag. Door de combinatie van het getij en de door de wind opgestuwde zeestand werden langs de hele kust toch nog vrij hoge hoogwaterstanden bereikt. In de sector Schelde is de invloed van het doodtij op de waterstand het grootst.
Vandaar bleven in die sector de hoogwaterstanden, ondanks de flinke verhoging, ruim onder het
voorwaarschuwingspeil.
Tijdens het passeren van de hoge vloed werden geen stormvloedkeringen gesloten.
In nauwe samenwerking met het KNMI en het Hydro Meteo Centrum van het
Watermanagementcentrum heeft het team Stormvloedwaarschuwingen Kust van het WMCN voorwaarschuwingen gegeven voor
alle sectoren behalve voor Schelde. Figuur D.2 Satellietbeeld 28 januari 2015
Figuur D.3 Verwachte windgegevens 28 januari 2015
De passage van het koufront veroorzaakte aan het einde van de middag langs de gehele kust een seiche of buistoot van ongeveer 30 tot 40 cm. In de volksmond wordt een dergelijk fenomeen ook wel een meteo−tsunami genoemd. Volgens de classificatie van
stormvloeden (zie getijtafels voor Nederland 2015, tabel VIII t/m XI) valt deze vloed in de categorie hoge vloeden.
40
B.2 Windkaarten
In deze bijlage wordt een grafisch overzicht gegeven van de winddata in de periode van 28 t/m 30 januari 2015. Bron: KNMI.
Figuur B. 1 Windkaarten 28 januari 2015
Figuur B. 2 Windkaarten 29 januari 2015
41 Figuur B. 3 Windkaarten 30 januari 2015
42
B.3 Weerkaarten
Figuur B. 4 Weerkaart 28 januari 2015, 6:00 uur
Figuur B. 5 Weerkaart 28 januari 2015, 18:00 uur
43 Figuur B. 6 Weerkaart 29 januari 2015, 6:00 uur
Figuur B. 7 Weerkaart 29 januari 2015, 18:00 uur
44 Figuur B. 8 Weerkaart 30 januari 2015, 6:00 uur
Figuur B. 9 Weerkaart 30 januari 2015, 18:00 uur
Legenda : L: kern lagedrukgebied, H centrum hogedrukgebied. rood (dun): warmtefront, blauw (dun):
koudefront, paars: occlusiefront. symbolen geven de bewegingsrichting aan, lichtblauw: isobaren (hPa), rood (dik); convergentielijn, blauw(dik) trog.
45
B.4 Satellietkaarten
Figuur B. 10 Satellietkaart 28 januari 2015, 10:00 uur
Figuur B. 11 Satellietkaart 29 januari 2015, 10:00 uur
46 Figuur B. 12 Satellietkaart 30 januari 2015, 10:00 uur
47
C Bijlage
48
C.1 Klimaatdata en –advies – Januari 2015 – bron: KNMI
Figuur C. 1 Zonneschijnduur De Bilt januari 2015
Januari was de tweede zachte wintermaand op rij met in De Bilt een gemiddelde temperatuur van 4,0 °C tegen 3,1 °C normaal. De maand bood echter een afwisselend beeld. De eerste helft van de maand was het wisselvallig en zacht, met name op 9 en 10 januari. Die dagen werden op veel plaatsen maxima bereikt van 11 tot ruim 14 °C.
De tweede helft van de maand kreeg de stroming een noord component en werd het steeds kouder. Op de 23e kwam de temperatuur in De Bilt het gehele etmaal niet meer boven het vriespunt en was er dus sprake van een ijsdag (maximumtemperatuur lager dan 0,0 °C). Het was daar de eerste ijsdag in bijna twee jaar. Het was wel de enige ijsdag deze maand. Normaal telt januari drie ijsdagen. De landelijk laagste temperatuur in januari werd ook op de 23e gemeten. In Wijk aan Zee koelde het af tot −8,8 °C.
Op de 24e werd de koude lucht verdreven waarna er tot en met de 28e in een zuidweststroming zachte lucht werd aangevoerd. De laatste dagen van de maand draaide de stroming naar het noorden waarmee opnieuw koudere lucht werd aangevoerd. In totaal werden in De Bilt 10 vorstdagen genoteerd (minimumtemperatuur lager dan 0,0 °C), tegen 13 normaal.
Met gemiddeld over het land 104 mm neerslag tegen een langjarig gemiddelde van 73 mm, was de maand nat. De meeste neerslag, op een aantal plaatsen 120 tot ruim 170 mm, viel in een brede strook van zuidwest naar noordoost over het land. Vooral in het zuidoosten van het land viel op her en der niet meer dan ca. 75 mm.
Landelijk bezien natte dagen waren 8 januari met 16 mm en 13 januari met 15 mm regen. Op de 13e viel lokaal zelfs ruim 40 mm. Op 24 januari kwam het, tijdens het verdrijven van de koude lucht, op uitgebreide schaal tot ijzel. Op veel plaatsen viel ook sneeuw, vooral in de oostelijke helft van het land. Daar ontstond een
sneeuwdek van een aantal centimeters. Het KNMI waarschuwde middels code oranje voor gevaarlijke gladheid door ijzel en sneeuw. Ook de laatste dagen van de maand viel de neerslag regelmatig in de vorm van sneeuw.
Het was niet alleen nat, maar daarbij ook zeer regelmatig onstuimig. Op 16 dagen kwam het, vooral in de kustgebieden, tot zware windstoten van minstens 75 km/uur. Op 9 en 10 januari stond aan zee af en toe een storm, kracht negen. Ook landinwaarts waaide het fors; op een aantal plaatsen stond er een harde tot stormachtige wind (kracht 7 tot 8).
49
Gemiddeld over het land was de zon 68 uren te zien, tegen een langjarig gemiddelde van 62 uren. De maand kende geen opvallend sombere of zonnige iconen. De regionale verschillen in aantal zonuren waren niet groot. Het zuidwestelijk kustgebied was het zonnigst met in Vlissingen ruim 85 zonuren. In het midden en oosten van het land scheen de zon het minst, op de vliegbasis Twenthe niet meer dan 49 uren.
Vorig jaar januari bedroeg de gemiddelde temperatuur in De Bilt 5,7 °C, het aantal uren zonneschijn 67 en de neerslagsom 62 mm.
Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1981−2010 De Bilt, 4 februari 2015/Rob Sluijter
50
D Bijlage
Meetlocaties IJsselmeer en Markermeer
51
D.1 Meetlocaties IJsselmeer en Markermeer januari 2015
MEETPAAL INSTRUMENT FL02 Stappenbaak
Windvaan Anemometer Luchttemperatuur Watertemperatuur FL09 Stappenbaak
Windvaan Anemometer Luchttemperatuur Watertemperatuur FL42 Stappenbaak
Windvaan Anemometer Luchttemperatuur Watertemperatuur FL44 Stappenbaak FL46 Stappenbaak
Windvaan Anemometer Luchttemperatuur Watertemperatuur FL47 Stappenbaak
Windvaan Anemometer Luchttemperatuur Watertemperatuur FL48 Stappenbaak
Windvaan Anemometer Luchttemperatuur Watertemperatuur FL49 Stappenbaak
Windvaan Anemometer
52
E Bijlage
Begrippen
53
E.1 Begrippen
BEGRIP OMSCHRIJVING
convergentielijn (weerkaart) plaats waar twee verschillende luchtstromen bij elkaar komen waardoor een stijgende
luchtbeweging ontstaat.
gevoelstemperatuur een maat voor het gevoel van kou
(windkou/waterkou) of warmte (benauwende warmte of hitte) dat de mens ondervindt in koude lucht met veel wind of in warme lucht met zon, windstil weer en hoge luchtvochtigheid.
isobaar lijn op een landkaart of in een diagram die punten
van gelijke druk met elkaar verbindt.
occlusiefront een front dat ontstaat waar een koufront en een
warmtefront elkaar raken doordat koufronten sneller gaan dan warmtefronten. Een occlusiefront begint waar een koufront op een warmtefront botst en vervolgens eindigt in de kern van de depressie.
trog langgerekt gebied met lage luchtdruk en een uitloper
van een lagedrukgebied (koude lucht aanwezig in de bovenlucht).
Bron: Wikipedia en KNMI