Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2021–2022
35 845 Het niet-indexeren van het
basiskinderbijslagbedrag en het extra bedrag van de kinderbijslag in de Algemene
Kinderbijslagwet over de jaren 2022, 2023 en deels over 2024
Nr. 16 MOTIE VAN HET LID PALLAND C.S.
Voorgesteld 13 oktober 2021 De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het wetsvoorstel inzake het niet-indexeren van het basiskinderbijslagbedrag en het extra bedrag van de kinderbijslag in de Algemene Kinderbijslagwet over de jaren 2022, 2023 en deels over 2024 is gemotiveerd als onderdeel van dekking voor een pakket aan maatregelen voor betaald ouderschapsverlof en investering in uitvoeringsorganisaties;
overwegende dat de voorgestelde maatregel tot niet-indexatie, mede als gevolg van stijgende inflatie, uiteindelijk zou kunnen leiden tot meer opbrengsten dan geraamd tijdens het opstellen van het wetsvoorstel, waarbij er nog onzekerheid is over de daadwerkelijke inflatie in 2021 en verder;
verzoekt de regering met een nota van wijziging te komen waarmee de mogelijkheid in het wetsvoorstel wordt opgenomen om weer tot indexatie van de kinderbijslag over te gaan indien en voor zover er sprake is van hogere opbrengsten dan geraamd, zodat er geen sprake is van
overdekking voor de jaren 2022 en verder, en gaat over tot de orde van de dag.
Palland Tielen
Van Beukering-Huijbregts Ceder
kst-35845-16 ISSN 0921 - 7371
’s-Gravenhage 2021 Tweede Kamer, vergaderjaar 2021–2022, 35 845, nr. 16