• No results found

De organisatie van een ‘groen’ loyaliteitsprogramma

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De organisatie van een ‘groen’ loyaliteitsprogramma "

Copied!
101
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

CO 2 -compensatie voor de GreenCard Visa

De organisatie van een ‘groen’ loyaliteitsprogramma

(2)

CO

2

-compensatie voor de GreenCard Visa

De organisatie van een ‘groen’ loyaliteitsprogramma

Afstudeerscriptie voor de studie Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen

Auteur: C.S. de Ranitz Studentnummer: 1150227 Rijksuniversiteit Groningen Faculteit Bedrijfskunde

Afstudeerbegeleider: Dr. P.E. Kamminga Tweede beoordelaar: Dr. T.A. Marra Opdrachtgever: RePay International B.V.

Begeleider: Mr. W.A. Philips

Groningen, juli 2005

(3)

Voorwoord

Deze scriptie is het resultaat van een onderzoek binnen de organisatie RePay International B.V. in Naarden. Dit onderzoek is gehouden in het kader van de studie Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het onderzoek heeft plaatsgevonden van september 2004 tot en met mei 2005 en tracht inzicht te geven in de manier waarop RePay International de CO2- compensatie het best kan organiseren binnen de organisatie. Hiernaast zorgt dit onderzoek voor de afronding van de studie Bedrijfskunde.

Dit onderzoek heeft mij als auteur de mogelijkheid gegeven daadwerkelijk mijn academische kennis te gebruiken om een organisatie meer inzicht te verwerven in een organisatorisch vraagstuk. Dit is een welkome aanvulling geweest op mijn kennis die ik reeds heb opgedaan tijdens de studie Bedrijfskunde.

Hiernaast beschouw ik de indrukken die ik tijdens het onderzoek heb opgedaan als zeer waardevol. Niet alleen het doen van onderzoek, maar zeker ook het werken binnen een organisatie voor een langere tijd was een hele bijzondere en positieve ervaring.

Tot slot wil ik in dit voorwoord een aantal mensen, die mede hebben bijgedragen aan het tot stand komen van dit onderzoek, graag bedanken. Ten eerste mijn collega’s bij RePay International die verantwoordelijk zijn geweest voor de goede en fijne werksfeer op kantoor tijdens het onderzoek. Hiermee werd een omgeving gecreëerd waarbinnen het werken aan het onderzoek zeer plezierig is geweest. Hiernaast wil ik Rodim van Es bedanken voor zijn bijdrage aan het onderzoek. Zeker in het begin van het onderzoek heeft hij uitstekende aanwijzingen en suggesties gegeven waar ik in het verdere verloop van het onderzoek veel aan heb gehad. Binnen RePay wil ik ook Warner Philips bedanken voor het begeleiden van mijn onderzoek en voor het verlengen van onze werkrelatie.

Tot slot wil ik graag Pieter Kamminga en Teye Marra bedanken voor de begeleiding van het onderzoek vanuit de Rijksuniversiteit Groningen.

C.S. de Ranitz Groningen, juli 2005

(4)

Inhoudsopgave

Samenvatting ...7

1 Introductie ...10

1.1 Inleiding... 10

1.2 Tendris... 10

1.2.1 Durion ... 11

1.2.2 Tendris Solutions ... 11

1.2.3 RePay International... 12

1.2.4 Overige activiteiten... 12

1.3 GreenCard Visa ... 12

1.3.1 PrimeLine Services ... 12

1.3.2 Samenwerkingsverband RePay en PrimeLine ... 13

1.5 Visa International ... 15

1.5.1 Het Visa-systeem ... 16

1.6 Samenvatting... 16

2 Methodologie onderzoek ...18

2.1 Inleiding... 18

2.2 Aanleiding onderzoek... 18

2.3 Formulering doel- en vraagstelling ... 19

2.4 Deelvragen... 19

2.5 Afbakening van het onderzoeksgebied ... 22

2.6 Onderzoeksmodel onderzoek... 22

2.7 Samenvatting... 24

3 CO2-compensatieprogramma...25

3.1 Inleiding... 25

3.2 Klimaatverandering ... 25

3.2.1 Effecten van klimaatverandering ... 26

3.2.2 Wie is verantwoordelijk voor de CO2-uitstoot... 26

3.3 Eigenschappen van de GreenCard Visa ... 28

3.3.1 Inleiding... 28

3.3.2 CO2-compensatieprogramma ... 28

3.3.3 Bepaling CO2-uitstoot per transactie... 29

3.4 Samenvatting... 30

4 Realisatie CO2-compensatie ...31

4.1 Inleiding... 31

4.2 CO2-compensatie ... 31

4.3 Fysieke CO2-compensatie... 32

4.3.1 CO2-vastlegging... 32

4.3.2 CO2-reductie ... 33

4.3.2.1 Investeren in duurzame energie ... 34

4.3.2.2 Besparen op energie... 35

4.3.2.3 CO2-opslag... 35

4.3.2.4 Samenvatting ... 36

4.4 Administratieve CO2-compensatie ... 36

4.4.2 Emissierechten ... 38

4.4.3 CO2-compensatie middels emissierechten ... 41

(5)

4.4.4 Markten voor emissierechten... 42

4.5 Kyoto Protocol ... 42

4.5.2 Gerechtigde CO2-uitstoot voor Annex I landen ... 47

4.5.3 Conclusie ... 48

4.6 Europese emissiehandel ... 48

4.7 Overige CO2-emissiehandelssystemen ... 50

4.8 Samenvatting... 52

5 Fysieke CO2-compensatie...53

5.1 Inleiding... 53

5.2 Bepalen hoeveelheid CO2... 53

5.3 CO2-vastlegging ... 54

5.2.1 Fysieke opname van CO2... 54

5.2.2 Vastleggingsprojecten... 55

5.2.3 CO2-compensatie door middel van biomassa ... 55

5.2.4 CO2-vastlegging door RePay ... 56

5.3 CO2-reductie ... 57

5.3.1 CO2-reductie door RePay... 57

5.3.2 Conclusie CO2-reductie ... 58

5.4 Samenvatting... 58

6 Administratieve CO2-compensatie...60

6.1 Inleiding... 60

6.2 Randvoorwaarden ... 60

6.3 Aankoop van emissierechten ... 61

6.3.1 Aankoop van CO2-emissierechten zonder intermediair ... 61

6.3.2 Aankoop emissierechten door middel van een intermediair ... 62

6.3.3 Wat bieden de intermediairs ... 63

6.5 Risico bij aankoop emissierechten ... 64

6.6 Transactie exposure en risico ... 65

6.6.1 Forward contracten ... 66

6.6.2 Futures contracten... 67

6.6.3 Opties... 69

6.6.4 Waarde van opties... 72

6.7 Beoordeling aankoopmogelijkheden CO2-emissierechten ... 73

6.7.1 Inleiding aankoop CO2-emissierechten... 73

6.7.2 Aankopen van emissierechten zonder gebruik te maken van derivaten... 74

6.7.3 Aankopen van emissierechten middels een forward contract ... 75

6.7.4 Aankopen van emissierechten middels een futures contract... 76

6.7.5 Aankopen van emissierechten via opties ... 77

6.7.6 Evaluatie verschillende alternatieven... 82

6.8 RePay en de aankoopalternatieven ... 84

6.9 Samenvatting... 86

7 Organisatorische inbedding van de CO2-compensatie ...87

7.1 Inleiding... 87

7.2 Huidige situatie RePay ... 87

7.2.1 Configuraties van Mintzberg ... 87

7.2.2 Organisatievorm RePay International ... 89

7.2.3 Huidige structuur CO2-compensatie ... 91

7.2.4 Huidige beoordeling CO2-compensatie ... 91

7.3 Toekomstige gewenste situatie RePay... 92

7.3.1 Toekomstige structuur CO2-compensatie ... 94

7.4 Samenvatting... 96

(6)

8 Conclusies ...97 Literatuur ...100 Bijlage ...100

(7)

Samenvatting

Dit onderzoek is het resultaat van een afstudeeronderzoek ter afsluiting van de studie Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dit onderzoek is ontstaan tijdens een stageperiode bij de organisatie RePay International B.V. gedurende september 2004 tot en met april 2005.

In het eerste hoofdstuk van dit onderzoek wordt de organisatie RePay geïntroduceerd. RePay is een dochterorganisatie van Tendris die, samen met PrimeLine Services B.V., de GreenCard Visa uitgeven. Dit is creditcard met dezelfde eigenschappen als een normale Visa creditcard, maar dan met één unieke extra eigenschap: de milieulasten van de aankopen die worden gedaan met de GreenCard Visa worden gecompenseerd. De natuur wordt als het ware terugbetaald voor de geleden schade. Bij deze compensatie ligt de nadruk op het broeikaseffect, oftewel op CO2-compensatie. Beide organisaties brengen hun eigen specifieke vaardigheden mee in de alliantie waardoor de uitgifte van de GreenCard gerealiseerd kan worden.

De aanleiding van het onderzoek is geweest dat RePay nog geen precieze invulling heeft gegeven aan de manier van CO2-compensatie. Dit komt voornamelijk omdat RePay niet voldoende kennis heeft om een gefundeerde keuze te maken voor bepaalde CO2- compensatiemethode(n). Hiernaast heeft RePay geen inzicht in de invloeden op de organisatie van de keuze voor bepaalde CO2-compensatiemethoden. RePay wenst een advies te krijgen hoe de CO2-compensatie het best georganiseerd kan worden.

Deze aanleiding tot dit onderzoek heeft geleid tot de volgende onderzoeksvraag:

Welke mogelijkheden heeft RePay voor de compensatie van broeikasgassen, hoe kunnen deze toegepast worden, welke is (zijn) hiervan het meest aantrekkelijk voor RePay om uit te voeren en hoe kan dit het best worden georganiseerd binnen de organisatie?

Om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden is deze vraag opgedeeld in verschillende deelvragen die vervolgens in het onderzoek worden beantwoord.

In het derde hoofdstuk wordt kort ingegaan op de klimaatsverandering waarmee de wereld wordt geconfronteerd. Door de toename van broeikasgassen in de atmosfeer stijgt de gemiddelde temperatuur op aarde waardoor wereldwijde ecologische, economische en sociale veranderingen kunnen optreden. Door middel van de GreenCard Visa biedt RePay mensen de mogelijkheid om op een verstandige en milieuverantwoorde manier te consumeren. Zolang de kaarthouder zijn aankopen betaalt met de GreenCard worden de milieulasten van die aankopen gecompenseerd.

Om dit alles te bewerkstelligen wordt er door RePay berekend wat de CO2-uitstoot is geweest van ieder product dat wordt aangeschaft door middel van de GreenCard. Deze uitstoot wordt vervolgens door RePay één-op-één gecompenseerd. Dit wordt CO2-compensatie genoemd.

CO2-compensatie is het verminderen en/of voorkomen van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer met dezelfde hoeveelheid als de productie en het gebruik van de aangekochte producten of diensten met de GreenCard hebben toegevoegd aan de atmosfeer.

(8)

In hoofdstuk 4 wordt beschreven hoe deze CO2-compensatie gerealiseerd kan worden. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen fysieke- en administratieve CO2-compensatie. Beide vormen van compensatie leiden tot het verminderen en/of voorkomen van de hoeveelheid broeikasgassen in de atmosfeer. Echter, in de manier waarop dit wordt verwezenlijkt verschillen beide vormen.

Fysieke CO2-compensatie leidt tot het verminderen en/of voorkomen van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer door middel van projecten die dit realiseren. Administratieve CO2-compensatie realiseert de CO2-compensatie door gebruik te maken van indirecte instrumenten. Hierbij wordt de CO2-uitstoot niet direct verminderd of voorkomen, zoals bij fysieke CO2-compensatie, maar administratieve CO2-compensatie heeft op termijn dezelfde uitwerking.

Fysieke CO2-compensatie kan gerealiseerd worden door CO2-vastlegging en CO2-reductie.

CO2-vastlegging kan geschieden door aanplant van bomen, terwijl CO2-reductie het hele gebied van projecten beslaat die ervoor zorgen dat de uitstoot van een broeikasgas emissiebron afneemt.

Administratieve CO2-compensatie bestaat uit het realiseren van CO2-compensatie door middel van indirecte instrumenten. De voornaamste manier van administratieve compensatie is het verkrijgen van CO2-emissierechten om deze vervolgens niet meer te gebruiken of te verkopen.

CO2-emissierechten ontstaan door het opleggen van emissiequota aan bedrijven, instellingen en landen door regelgevende instanties. Hierdoor ontstaat er een zogenaamd emissieplafond.

Binnen dit emissieplafond hebben de partijen, die onder de regeling vallen, het recht om broeikasgassen uit te stoten. De hoeveelheid gerechtigde uitstoot wordt vaak uitgedrukt in emissierechten. Deze rechten vertegenwoordigen een bepaalde hoeveelheid broeikasgassen (vaak één ton) die een partij (dit kan een land, een bedrijf of instelling of individu zijn) mag uitstoten in een bepaalde periode, de zogenaamde verbintenisperiode.

Administratieve CO2-compensatie kan gerealiseerd worden door CO2-emissierechten aan te schaffen en vervolgens niet meer te verkopen. Hierdoor worden de emissierechten als het ware uit de markt gehaald waardoor een emissieplafond wordt verlaagd. De partijen die binnen een dergelijk systeem vallen dienen vervolgens als geheel meer CO2 vast te leggen of te reduceren.

In dit hoofdstuk zijn tevens verschillende markten voor emissierechten besproken. Deze brengen alle verschillende emissierechten voort. Besproken zijn emissierechten die zijn ontstaan door het Kyoto Protocol, het Europese Emissiehandelssysteem, overige (kleinere) emissiehandelssystemen in de wereld en tenslotte vrijwillige handelssystemen die VERs voortbrengen.

In het vijfde hoofdstuk van dit onderzoek wordt weergegeven welke alternatieven van fysieke CO2-compensatie het meest geschikt zijn voor RePay om te gebruiken. Hier wordt geschetst dat CO2-compensatie door middel van de aanleg van bos een goed alternatief is. Echter, dit alternatief is alleen aantrekkelijk op het moment dat het beheer en het onderhoud van het bos niet in handen is van RePay. Deze manier van compensatie is interessant als RePay het recht verwerft op de toekomstige CO2-vastlegging van een bos. Hierdoor heeft RePay niet de kosten van beheer en onderhoud, maar kan het wel profiteren van de CO2 die door het bos wordt vastgelegd.

(9)

In hoofdstuk zes wordt de administratieve CO2-compensatie onder de loep genomen. Met name wordt er stil gestaan bij de vraag hoe emissierechten het best aangekocht kunnen worden met het oog op CO2-compensatie. Deze vraag wordt beantwoord door verschillende aankoopposities met elkaar te vergelijken op basis van de volgende criteria.

1) Het risico dat een organisatie bereid is te lopen,

2) De verwachting van een organisatie wat betreft het verloop van de marktprijzen van emissierechten.

Voor RePay is het aanschaffen van CO2-emissierechten via call-optiecontracten een zeer aantrekkelijk alternatief. Hiermee zorgt de organisatie voor een bepaald plafond van hun uitgaven. Dit is vooraf te bepalen en kan dus verwerkt worden in de begroting. Hiernaast geeft het RePay het recht om de optie niet uit te oefenen, de emissierechten kunnen dan worden gekocht voor de spot prijs. Hiernaast is een forward contract ook een aantrekkelijk alternatief daar er zekerheid wordt gecreëerd wat betreft de prijs van de emissierechten en hiermee ontloopt de organisatie de te betalen optieprijs. Nadeel is dat RePay hiermee niet kan inspelen op een daling van de prijs van de CO2-emissierechten.

In hoofdstuk zeven wordt een advies geformuleerd omtrent de organisatie van de CO2- compensatie binnen de organisatie RePay. Dit op basis van de aanname dat RePay in de toekomst een stuk groter zal zijn, en dat er hierdoor meer CO2 gecompenseerd zal moeten worden. Door deze sterke groei van de organisatie is het gewenst dat RePay een organisatiestructuur heeft waarbij coördinatie niet meer plaats vindt door middel van directe supervisie, zoals de huidige organisatie structuur heeft. Een meer professionele structuur heeft dan voordelen. Echter, er dient dan wel gebruik gemaakt te worden van liaison verbanden die de verschillende verantwoordelijkheidscentra op één lijn moeten krijgen.

Tot slot dient in de nieuwe toekomstige organisatiestructuur de CO2-compensatie te worden gemanaged door professionals die ervaring hebben met het managen van het aan- en verkopen van emissierechten. Het is verstandig om dit verantwoordelijkheidscentrum te blijven beschouwen als kostencentrum aangezien het niet waarschijnlijk is dat dit centrum winst zal kunnen genereren. Echter, eventuele transactiewinsten binnen het budget kunnen als stimulans gebruikt worden voor de managers die dit verantwoordelijkheidscentrum besturen.

Een prestatiegerelateerde beloningsstructuur is dan ook gewenst voor RePay.

(10)

1 Introductie

1.1 Inleiding

Deze scriptie is het resultaat van een afstudeeronderzoek ter afsluiting van de studie Bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het onderzoek heeft plaatsgevonden bij RePay International in Naarden gedurende de periode september 2004 tot en met april 2005.

In het inleidende hoofdstuk van dit onderzoek zal in worden gegaan op organisatie RePay International (hierna: RePay), waar deze organisatie deel van uit maakt en welke producten RePay uitgeeft.

Ten eerste zal de moedermaatschappij Tendris worden besproken. Vervolgens zal worden weergegeven welke organisaties deel uit maken van deze organisatie. Hierna zal worden ingegaan op RePay International en met name op het product dat deze dochterorganisatie uitgeeft, de GreenCard Visa. Tenslotte zal nader worden ingegaan op de betrokkenheid van Visa bij het GreenCard-project.

1.2 Tendris

Tendris is een initiëringsmaatschappij die ondernemingen en projecten met een duurzaam karakter opstart. Tendris doet dit door haar eigen ondernemerschap te koppelen aan dat van andere ondernemingen of ondernemers; door kennis, ervaring en netwerk te bieden, en waar nodig financiering ter beschikking te stellen. Tendris neemt in elke activiteit die zij ondersteunt een overwegend meerderheidsbelang en investeert in de groei en ontwikkeling van de nieuwe onderneming.

Het doel van Tendris is om met alle ondernemingen en projecten die zij initieert een baanbrekende positie te realiseren in de markten waarin deze actief zijn. Elke activiteit dient onderscheidend te zijn en moet een wezenlijke, blijvende bijdrage leveren aan het voortbestaan van de aarde. De criteria zijn als volgt samen te vatten: geld verdienen door goed te zijn voor mens, natuur en milieu. Financieel rendement is binnen de Tendris-visie een primaire vereiste: zonder winst is bedrijfseconomische duurzaamheid niet haalbaar

Hierbij hanteert Tendris het uitgangspunt dat mensen beloond dienen te worden voor duurzame keuzes. Niet extra betalen voor biologische producten maar juist minder, niet duurder uit zijn met groene stroom maar juist goedkoper, en zo verder. De keuze voor duurzame goederen of diensten mag niet ten koste gaan van de kwaliteit van het leven of de keuzemogelijkheden.

Tendris richt zich op ondernemingen die overwegend actief zijn in de milieu- en energiesector en op ondernemingen die duurzame toepassingen bieden. Altijd staan de principes van People, Planet, Profit centraal. Deze factoren gaan volgens Tendris niet alleen goed samen, maar ook de combinatie hiervan is de enige houdbare strategie om als onderneming een duurzaam concurrentievoordeel op te bouwen. De visie van Tendris is tevens dat op termijn het zelfs onmogelijk zal blijken te overleven zonder consequent waarde toe te voegen aan deze drie pijlers.

(11)

Tendris heeft op dit ogenblik een aantal dochterondernemingen die alle zijn opgericht met de People, Planet, Profit gedachte. Hieronder worden ze weergegeven.

Figuur 1.1: Organisatiestructuur Tendris

1.2.1 Durion

Een aansprekend voorbeeld van een Tendris initiatief is Durion. In minder dan 24 maanden is Durion de 4e energieleverancier van Nederland geworden, met ca 300.000 klanten (per mei 2004).

Durion levert stroom en voor minder geld en tevens wordt deze stroom duurzaam opgewekt en is dus beter voor het milieu. Hiernaast investeert Durion in nieuwe technologie om nog zinvoller, duurzamer en goedkoper met stroom om te gaan.

Medio 2003 heeft Durion haar klanten juridisch ondergebracht bij haar strategische partner Energiebedrijf.com. Naast de levering aan de Durion klanten is Energiebedrijf.com ook succesvol in de klein- en grootzakelijke elektriciteitsmarkt. Tegelijkertijd heeft Tendris Durion Marketing B.V. opgericht waarin de acquisitieactiviteiten zijn voortgezet.

1.2.2 Tendris Solutions

Tendris Solutions is een innovatiecentrum op het gebied van energie- en milieutechnologie.

Met vondsten van de natuur wordt gewerkt aan nieuwe technologie. Deze nieuwe richting binnen de wetenschappelijke en research programma’s wordt Bionica genoemd. Inmiddels zijn de eerste patenten aangevraagd en worden vindingen toegepast in producten. Kortom:

innovaties waarmee een forse stap naar een duurzame energiehuishouding zal worden gezet.

De activiteiten van Tendris Solutions bestaan uit het ontwikkelen van technologieën en het beschermen van de industriële eigendomsrechten van de producten, de selectie van de strategische partners en het optuigen van de juridische structuur. Verder zorgt Tendris ervoor dat er waarborgen zijn die zorgen dat de daadwerkelijke introductie van de vinding plaatsvindt en niet ‘op de plank’ komt te liggen. Tendris maakt hierbij gebruik van haar contacten binnen het bedrijfsleven, de media, de politiek en milieubewegingen.

Met vooraanstaande innovatieve ondernemingen en kennisinstellingen wordt gezamenlijk gewerkt om deze technologieën te ontwikkelen en marktklaar te maken.

Tendris Holding

Durion RePay International Tendris Solutions Overige

(12)

1.2.3 RePay International

RePay International is opgericht met als doel duurzame financiële producten op de markt te brengen. Het eerste, en voorlopig enige product dat RePay uitgeeft is de GreenCard Visa. Dit is een creditcard met dezelfde eigenschappen als een normale Visa creditcard, maar dan met één unieke extra eigenschap: de milieulasten van de aankopen die worden gedaan met de GreenCard Visa worden gecompenseerd. De natuur wordt als het ware terugbetaald voor de geleden schade. Bij deze compensatie ligt de nadruk op het broeikaseffect, oftewel op CO2- compensatie. Kort gezegd houdt dit in dat de hoeveelheid CO2-uitstoot van de aankoop met de GreenCard Visa wordt gecompenseerd door middel van bosaanplant of door de aankoop van emissierechten of gecertificeerde CO2-certificaten.

In de volgende paragraaf (paragraaf 1.3) wordt verder ingegaan om RePay International en het product de GreenCard Visa.

1.2.4 Overige activiteiten

Naast de genoemde activiteiten die Tendris zelf heeft geïnitieerd, steunt Tendris een aantal andere activiteiten die door anderen zijn opgestart en die aansluiten bij de Tendris-visie.

Een voorbeeld hiervan is Formula Zero. Formula Zero is een initiatief van twee Nederlandse ondernemers. Het doel van Formula Zero is om aan motoristen inzicht te bieden in de mogelijkheden die brandstofcellen en waterstofmotoren bieden en de voordelen die deze kunnen hebben voor mens, natuur en milieu. Zodoende streeft Formula Zero vanuit de vraag- en marktzijde naar een versnelling van het ontwikkelingsproces en het dagelijkse gebruik van schone brandstoffen.

1.3 GreenCard Visa

Zoals in de vorige paragraaf is weergegeven, geeft RePay International de GreenCard Visa uit. Deze creditcard wordt niet door RePay zelf uitgegeven maar dit doet RePay samen met een partner, PrimeLine Services B.V. (hierna PrimeLine). PrimeLine is een organisatie die specialist is op het gebied van klantenkaarten en dan met name op het gebied van het aanbieden van krediet op deze klantenkaarten, de zogenaamde creditcards. Naast de GreenCard Visa geeft PrimeLine meerdere (Visa) creditcards uit.

1.3.1 PrimeLine Services

PrimeLine is officieel licentiehouder van Visa International. Dit betekent dat PrimeLine het Visa-logo mag gebruiken en toegang heeft tot het VISA-betalingssysteem. PrimeLine op zich is weer een dochterorganisatie van Lafayette Services en de SNS REAAL Groep.

Lafayette Services (LaSer Services) is een Franse organisatie dat gespecialiseerd is in het uitgeven van klantenkaarten en loyaliteitskaarten. In deze branche behoort LaSer tot de grootste in Europa. LaSer heeft in zeven Europese landen dochterorganisaties, waaronder PrimeLine in Nederland. Op haar beurt is LaSer weer een dochterorganisatie van Groupe

(13)

Galeries Lafayette. Deze organisatie is voornamelijk bekend om de grote warenhuizen en supermarktketens die zij bezit.

De SNS REAAL Groep is een retailbankverzekeraar met twee hoofdmerken: SNS Bank en REAAL Verzekeringen. Hiernaast heeft SNS REAAL een aantal merken voor specifieke doelgroepen.

De kluwen van organisaties die de GreenCard uitgeeft wordt in onderstaand figuur schematisch weergegeven.

Figuur 1.2: Uitgevers van de GreenCard Visa

In de figuur is Visa International gestippeld weergegeven. Dit komt omdat Visa geen eigenaar is van de GreenCard Visa, wel faciliteert Visa International de betalingen met de GreenCard.

Doordat PrimeLine eigenaar is van een licentie van Visa International mag PrimeLine Visa- creditcards uitgeven die gebruik maken van het Visa-systeem. Dit is een systeem dat alle betalingen met Visa creditcards ondersteunt.

In paragraaf 1.5 wordt verder ingegaan op dit Visa-systeem.

1.3.2 Samenwerkingsverband RePay en PrimeLine

De GreenCard Visa wordt, zoals reeds is vermeld, uitgegeven door twee partijen: RePay en PrimeLine. Beide partijen brengen specifieke kennis en vaardigheden in om van de GreenCard VISA een succes te maken.

RePay International

De verantwoordelijkheid binnen het samenwerkingsverband van RePay is voornamelijk het genereren van klanten. Hieronder valt:

Tendris Holding

RePay International B.V.

Groupe Galaries Lafayette

Lafayette Services (LaSer)

PrimeLine Services B.V.

SNS REAAL Groep

Visa International

60 % 40 %

(14)

1) De conceptontwikkeling van de GreenCard

Hieronder valt de verantwoordelijkheid voor de definitie en de verdere ontwikkeling van het concept van een duurzame creditcard met de milieucompensatieregeling inclusief de productkenmerken. Hiertoe behoren onder meer:

− het specificeren van de betaal- en kredietfaciliteiten van de creditcard waaronder de hoogte van de jaarlijkse kaartbijdrage en de rente voor krediet;

− het specificeren van het loyaliteitsprogramma waaronder de vorm en mate van de milieucompensatie.

2) De marketing en verkoop van de GreenCard

RePay is verantwoordelijk voor de marketing van de GreenCard. Hieronder behoren onder meer de vormgeving van de communicatiemiddelen, de definiëring van de inhoud van de propositie aan de klant en het stimuleren van de vraag naar de GreenCard en het werven van klanten voor de GreenCard.

3) Het zorgdragen voor de uitvoering en de administratie van het milieucompensatie- en rewardsprogramma van de GreenCard

RePay is verantwoordelijk voor de uitvoering en de administratie van het milieucompensatieprogramma van de GreenCard. RePay zorgt ervoor dat de CO2- emissie van de productie en het gebruik van de aangekochte producten met de GreenCard Visa worden gecompenseerd.

Al deze verantwoordelijkheden hebben als doel het aantal klanten te vergroten en deze klanten ook voor langere termijn te binden.

PrimeLine Services

PrimeLine is binnen het samenwerkingsverband verantwoordelijk voor het geheel van de backoffice activiteiten. Hieronder vallen:

− Het verwerkingen van de verschillende transacties die worden gegenereerd door de GreenCard Visa

− De fysieke productie van de GreenCard

− De financiering van de financieringscontracten

− Het inbrengen van de officiële Visa-licentie

PrimeLine heeft al jaren ervaring met deze activiteiten aangezien zij meerdere Visa- creditcards op de Nederlandse markt brengt. Voorbeelden van andere Visa-kaarten die PrimeLine uitgeeft zijn: Dixons creditcard, ECI creditcard, Kwik-Fit creditcard. Dit zijn voornamelijk kaarten die organisaties uitgeven om hun klanten van dienst te zijn.

Met de bovenstaande verantwoordelijkheden van beide organisaties in het achterhoofd kan het samenwerkingsverband worden bestempeld als een strategische alliantie.

Een alliantie is het delen van kennis en ervaring tussen twee verschillende organisaties met het doel deze vaardigheden in te zetten om een duurzaam competitief voordeel te behalen,

(15)

zonder dat beide partijen hun identiteit verliezen1. Op het moment dat de gedeelde vaardigheden van beide partijen het concurrentievoordeel op lange termijn beïnvloedt en dat beide partijen de intentie hebben om de samenwerking voor een langere termijn aan te gaan, is er sprake van een strategische alliantie.

Deze strategische alliantie komt tot uitdrukking in de kennis en expertise van beide partijen.

Beide partijen hebben veel ervaring op het gebied van hun verantwoordelijkheden. Hiernaast mist RePay de kennis en expertise van PrimeLine en vice versa. Hierdoor vullen beide partijen elkaar goed aan waardoor het mogelijk is om de GreenCard Visa tot een succes te maken.

Naast de kennis en expertise van beide partijen is voor de strategische alliantie kenmerkend dat RePay en PrimeLine de intentie hebben om een langdurig samenwerkingsverband aan te gaan. Hieraan is de GreenCard Visa natuurlijk debet. Het gaat in dit geval om een product dat weliswaar één keer wordt aangeschaft, maar een lange levensduur heeft. De creditcard kan na activering steeds opnieuw gebruikt worden. De financiering van de kredieten is een doorlopende activiteit, evenals het bepalen van de kredietfaciliteiten en de rente hierop.

In de literatuur hebben Doz en Hamel drie typen van strategische allianties onderscheiden2. 1) De coalitie: Hierbij richten partijen, uit dezelfde industrie, een strategische alliantie op

met als doel hun markt uit te breiden door gebruik te maken van opgebouwde contacten, klanten en andere aspecten van elkaar.

2) Co-specialisaties: Strategische allianties die de unieke vaardigheden van de partijen gebruiken om een nieuw product of technologie op de markt te brengen.

3) Lerende alliantie: Een dergelijke alliantie heeft als doel de kennis te transfereren tussen beide partners.

Hieruit kunnen we opmaken dat de strategische alliantie tussen PrimeLine en RePay een co- specialisatie is. Dit omdat beide partijen unieke vaardigheden inbrengen die de GreenCard tot stand kunnen brengen.

1.5 Visa International

In de voorgaande paragrafen is voornamelijk weergegeven welke organisaties de GreenCard Visa uitgeven. In dit gedeelte van het hoofdstuk wil ik ingaan op de organisatie die er voor zorgt dat er betalingen kunnen worden verricht met de GreenCard: Visa International.

Visa International is een organisatie die als missie heeft om ervoor te zorgen dat het overal en altijd mogelijk is om een betaling te verrichten. Deze missie probeert Visa International te verwezenlijken door een betalingssysteem te verzorgen waarmee iedereen die een Visa creditcard in zijn bezit heeft de mogelijkheid heeft om altijd en overal veilig te betalen.

Het belangrijkste middel van Visa om hun missie te verwezenlijken is het systeem waarmee betalingen met een Visa-kaart kunnen worden verricht: het zogenaamde Visa-systeem.

1 Lasserre, P., Global Strategic Management, Palgrave Macmillan, New York, 1st ed., 2003

2 Doz, Y.L. and G. Hamel, Alliance Advantage, Harvard Business School Press, Boston, 1998

(16)

1.5.1 Het Visa-systeem

Het Visa-systeem is een systeem dat het betalingsverkeer regelt nadat iemand heeft betaald met zijn Visa creditcard. In onderstaand figuur wordt schematisch weergegeven hoe het systeem in elkaar zit3.

Figuur 1.3: Het Visa-systeem

Stap 1: De klant betaalt met de Visa-kaart bij een winkel

Stap 2: De winkel gebruikt een elektronisch scherm of een telefoon om een goedkeuring aan te vragen bij haar financiële instelling (een bank).

Stap 3: De financiële instelling van de winkel wil graag weten of de rekening van de klant wel geldig is, en of er wel voldoende op de rekening van de klant staat. Dus vraagt zij op haar beurt weer een goedkeuring aan bij de bank die de Visa-kaart van de klant heeft uitgeven. Dit laatste proces loopt via het VisaNet.

Stap 4: De bank van de klant controleert de rekening van de klant en maakt een beslissing om de transactie wel of niet goed te keuren. Deze beslissing wordt terug gestuurd via het VisaNet naar de financiële instelling van de winkel en vervolgens naar de winkel zelf.

Het volledige proces neemt minder dan twee seconden in beslag. Aan het eind van de dag stuurt de winkel al haar ontvangen betalingen door naar haar financiële instelling, die vervolgens het bedrag van de verkopen stort op de rekening van de winkel. Vervolgens verrekent de financiële instelling van de winkel het bedrag met de banken van de klanten. Dit laatste proces verloopt wederom via het VisaNet.

Door dit unieke systeem kan Visa aan haar klanten garanderen dat ze altijd en overal kunnen betalen met hun Visa-kaart.

1.6 Samenvatting

In dit introducerende hoofdstuk is weergegeven welke organisaties de GreenCard Visa uitgeven. Er zijn twee bedrijven die een strategische alliantie zijn aangegaan om de GreenCard daadwerkelijk te kunnen uitgeven: RePay International en PrimeLine Services.

3 Website Visa Corporate (www.corporate.visa.com)

Klant

Stap 1

Winkel

Financiële instelling van de

winkel

Stap 2 VisaNet

Bank van de klant

Stap 3

Stap 3

Stap 4

Stap 4 Stap 4

(17)

Deze organisaties zijn beide weer dochters van twee grotere partijen, te weten Tendris Holding en Lafayette Services.

Wat betreft hun expertise en kennis vullen RePay en PrimeLine elkaar erg goed aan waardoor het mogelijk wordt gemaakt om succesvol een creditcard op de markt te brengen. Naast de expertise is het verkrijgen van toegang tot het Visa-systeem een vereiste om de GreenCard uit te geven. Doordat PrimeLine een officiële licentiehouder is, heeft deze strategische alliantie toegang tot dit systeem en mag er gebruik worden gemaakt van de Visa beeldmerken.

(18)

2 Methodologie onderzoek

2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de methodologie die in dit onderzoek wordt gevolgd.

Allereerst zal de aanleiding van dit onderzoek worden besproken. Vervolgens zullen de probleem- en vraagstelling aan de orde komen. Deze zullen vervolgens worden uitgesplitst in verschillende deelvragen. Hierna worden de belangrijkste randvoorwaarden van dit onderzoek besproken. Tot slot zal er een onderzoeksmodel worden afgebeeld dat de relaties tussen de hoofdstukken zal weergeven. Dit model dient voornamelijk als houvast voor de lezer.

2.2 Aanleiding onderzoek

Het uitgeven de GreenCard Visa heeft voor RePay een aantal belangrijke implicaties. Ten eerste dient het product aan de man gebracht te worden en vervolgens, als de kaarthouder de kaart daadwerkelijk gaat gebruiken, zorgt RePay voor de compensatie van de uitgestoten broeikasgassen.

Het CO2-compensatiesysteem van de GreenCard Visa is van cruciaal belang voor RePay. Aan de ene kant maakt dit systeem de GreenCard uniek waardoor het zich in een positieve manier onderscheidt van de andere creditcards die in omloop zijn. Vooral bij de marketing en de verkoop van de kaart is dit belangrijk. Het blijkt dat het compensatiesysteem vaak de reden voor mensen is om de GreenCard aan te schaffen.

De andere kant van de medaille is dat dit systeem kosten met zich mee brengt. Het CO2- compensatiesysteem wordt voor de gebruiker van de GreenCard kosteloos aangeboden. Wat dit betreft is het een soort loyaliteitsprogramma. De kosten van het CO2-compensatiesysteem gaan van de winstmarge af die RePay heeft op dit product. Dit is dan ook de reden waarom RePay de CO2-compensatiekosten zo laag mogelijk wil houden, om zo de opbrengst per klant zo hoog mogelijk te houden.

RePay heeft vanzelfsprekend ideeën over de manieren van CO2-compensatie, maar een precieze invulling hiervan heeft zij nog niet. Er is dan ook vraag naar meer informatie omtrent de mogelijkheden van CO2-compensatie. Hiernaast wil men binnen de organisatie graag weten welke van de verschillende mogelijkheden aantrekkelijk zijn voor RePay, zowel op financieel als vanuit een marketingtechnisch oogpunt. Op het moment dat RePay hier meer inzicht in krijgt, kan zij, ook met het ook op de toekomst, gefundeerd een keuze voor bepaalde CO2-compensatiemethode(n) maken.

Een eventuele keuze voor bepaalde CO2-compensatiemethoden heeft ook zijn invloed op de organisatie van RePay. Hier heeft RePay weinig inzicht in en zou graag advies willen krijgen hoe deze activiteit het best georganiseerd kan worden.

(19)

2.3 Formulering doel- en vraagstelling

Het is voor RePay van belang om te weten welke verschillende (nieuwe) mogelijkheden er zijn voor het compensatieprogramma van de GreenCard en wat hiervan aantrekkelijke alternatieven voor RePay zijn.

Met de hierboven geschetste achtergrond kan de doelstelling van het onderzoek dan ook als volgt worden geformuleerd:

Het verschaffen van inzicht voor RePay in de mogelijkheden voor de compensatie van broeikasgassen voor de GreenCard Visa om zo deze compensatie goed te kunnen organiseren.

Om de bovenstaande doelstelling te realiseren is een vraagstelling vereist die bij de doelstelling aansluit, maar in voor onderzoek toegankelijke termen is geformuleerd. De centrale onderzoeksvraag die voorkomt uit de doelstelling is:

Welke mogelijkheden heeft RePay voor de compensatie van broeikasgassen, hoe kunnen deze toegepast worden, welke is (zijn) hiervan het meest aantrekkelijk voor RePay om uit te voeren en hoe kan dit het best worden georganiseerd binnen de organisatie?

Om de vraagstelling verder inhoudelijk uit te werken is het van belang de centrale onderzoeksvraag op te delen in verschillende deelvragen. Dit met het oog op de structuur van het onderzoek.

2.4 Deelvragen

Allereerst wordt in dit onderzoek een beschrijving gegeven van het CO2- compensatieprogramma dat RePay aanbiedt aan haar klanten middels de GreenCard Visa. Dit is de basis van de probleemstelling en dient voor de lezer helder uiteen gezet worden.

Hiernaast wordt de achtergrond van het CO2-compensatieprogramma, de klimaatsverandering, besproken.

Dit eerste gedeelte van het onderzoek beschrijft voornamelijk de kenmerken van het CO2- compensatieprogramma dat RePay aan haar klanten aanbiedt. Inzicht hierin is van belang om de rest van het onderzoek in een juist kader te plaatsen.

In het inleidende hoofdstuk (hoofdstuk 3) wordt het CO2-compensatieprogramma geïntroduceerd. Dit is het startpunt van het onderzoek; een deelvraag die voorkomt hieruit is:

Wat is CO2-compensatie en hoe gaat dit in zijn werk?

Deze vraag vormt het startpunt van het onderzoek. Doel van deze deelvraag is om antwoord te geven op wat er verstaan wordt onder CO2-compensatie en wat CO2- compensatie eigenlijk is. Pas als dit gedefinieerd is kan het onderzoek zijn weg vervolgen.

Als CO2-compensatie daadwerkelijk is gedefinieerd wordt de volgende (belangrijke) stap gemaakt naar de doelstelling van het onderzoek. De doelstelling van deze deelvraag is om

(20)

inzicht te geven in de mogelijkheden voor CO2-compensatie. Dit vraagt een brede aanpak en door middel van de volgende deelvraag kan dit inzicht verkregen worden.

Hoe kan CO2-compensatie gerealiseerd worden?

In hoofdstuk 4 wordt hierop ingegaan. Er wordt vanuit een pluriform perspectief gekeken naar de mogelijkheden voor realisatie van CO2-compensatie. Doel van deze deelvraag is om een opsomming te geven van de mogelijkheden voor CO2-compensatie. Om dit overzichtelijk te maken is er gekozen om de CO2-compensatie onder te verdelen in twee soorten: fysieke- en administratieve CO2-compensatie.

Hieruit volgen een aantal deelvragen die onderdeel uitmaken van de vorige deelvraag, zogenaamde sub-deelvragen.

¾ Hoe kan fysieke CO2-compensatie gerealiseerd worden?

Bij deze deelvraag worden voornamelijk projecten benoemd die CO2-compensatie kunnen realiseren.

¾ Hoe kan administratieve CO2-compensatie gerealiseerd worden?

Bij deze deelvraag wordt voornamelijk stilgestaan bij de belangrijkste manier van administratieve CO2-compensatie; het uit de markt halen van emissierechten.

Voordat hierbij kan worden stilgestaan is het van belang om weer te geven hoe de emissierechten ontstaan. De volgende deelvraag wordt dan ook behandeld?

¾ Wat zijn emissierechten, hoe ontstaan deze en hoe kan het uit de markt halen hiervan leiden tot CO2-compensatie?

Door beantwoording van deze vragen kan een breed en pluriform beeld worden gegeven van de mogelijkheden tot realisatie van CO2-compensatie. Dit inzicht is voor RePay van belang met het oog op de keuzemogelijkheden wat betreft de CO2- compensatiealternatieven. Tevens is dit de input voor de volgende deelvragen.

Hoe geschikt zijn de verschillende mogelijkheden voor fysieke CO2-compensatie voor RePay?

Bij de beantwoording van deze deelvraag worden de verschillende manieren die leiden tot fysieke CO2-compensatie beoordeeld. Dit zal gebeuren aan de hand van het criterium haalbaarheid en in hoeverre een dergelijk project aansluit bij de huidige activiteiten van RePay.

Hoe geschikt zijn de verschillende mogelijkheden voor administratieve CO2-compensatie voor Repay?

Hier worden de verschillende mogelijkheden tot administratieve CO2-compensatie besproken. Met name wordt er ingegaan op het aanschaffen van CO2-emissierechten en het hierna niet meer doorverkopen van deze emissierechten waardoor deze rechten in principe uit de markt worden gehaald. Aangezien het aankopen van emissierechten

(21)

transactierisico met zich mee brengt, in verband met prijsstijgingen en -dalingen van de emissierechten, wordt er ingegaan op het afdekken van dit risico door middel van derivaten.

Enkele derivaten zullen worden geïntroduceerd waarna deze zullen worden beoordeeld op basis van hun voor- en nadelen. Uiteindelijk zullen de derivaten worden vergeleken met een reguliere aankoop van emissierechten waarbij het transactierisico niet wordt afgedekt.

Door het vergelijken van de verschillende manieren van aankoop van CO2-emissierechten kan worden beoordeeld hoe geschikt de verschillende aankoopalternatieven zijn en kan er een advies worden gegeven over de meest geschikte manier van administratieve CO2- compensatie voor RePay.

Tot slot van dit onderzoek wordt er stil gestaan bij de organisatie van de CO2-compensatie.

De deelvraag die hier antwoord op tracht te geven is:

Hoe kan de CO2-compensatie binnen RePay het best worden georganiseerd?

Het CO2-compensatieprogramma kan op verschillende manieren worden ingebed in de organisatie van RePay. Doel van deze deelvraag is om een advies te geven over de beste manier van inbedding van de CO2-compensatie in de organisatie van RePay. Er zal met name worden ingegaan op de management control aspecten hiervan. De volgende vragen komen aan bod om de bovenstaande deelvraag goed en volledig te kunnen beantwoorden:

¾ Wat is de huidige structuur van RePay?

¾ Hoe wordt de CO2-compensatie op dit ogenblik georganiseerd binnen RePay?

Deze twee sub-deelvragen zijn van belang om weer te geven wat de huidige structuur van RePay is en hoe er op dit moment wordt omgegaan met de realisatie van de CO2- compensatie. Tevens zijn deze twee vragen een startpunt voor het beschrijven van de toekomstige gewenste organisatievorm van RePay. De volgende deelvraag heeft als doel een advies te genereren omtrent de toekomstige organisatievorm en de organisatie van de CO2-compensatie.

¾ Wat is in de toekomst de meest geschikte organisatiestructuur voor RePay en hoe kan de CO2-compensatie dan het best georganiseerd worden?

Tenslotte wordt er in dit onderzoek stilgestaan bij de meest geschikte manier beoordeling van het verantwoordelijkheidcentrum dat de CO2-compensatie realiseert. De beoordeling slaat hier met name op de mensen die werkzaam zijn binnen het verantwoordelijkheidscentrum. Onder andere komt hier naar voren op welke manier deze mensen het best kunnen worden afgerekend voor hun werkzaamheden.

¾ Hoe kan het verantwoordelijkheidscentrum ‘CO2-compensatie’ het best beoordeeld worden in de toekomst?

Ter afsluiting van dit onderzoek zullen de verschillende gegeven adviezen op een rij worden gezet en zal de centrale onderzoeksvraag worden beantwoord.

(22)

2.5 Afbakening van het onderzoeksgebied

Een belangrijke afbakening van het onderzoek wordt gemaakt door de organisatie RePay als een losse entiteit te zien. Gegeven adviezen worden alleen met het oog op RePay gegeven.

Hierbij wordt niet gekeken naar wensen van de moedermaatschappij Tendris, de strategische partner PrimeLine of andere belanghebbenden van het product GreenCard Visa.

Deze afbakening komt voort uit de beslissingsbevoegdheid binnen de kluwen stakeholders van GreenCard Visa. In principe is RePay contractueel verantwoordelijk voor de CO2- compensatie. Echter, ook andere partijen hebben hier een belang in de CO2-compensatie.

Mochten de kosten van het compensatieprogramma erg hoog worden, dan delen de verschillende aandeelhouders mee in deze kostenpost. Eventuele wensen van deze aandeelhouders worden buiten beschouwing gehouden in dit onderzoek.

En andere afbakening heeft betrekking op het bestaande CO2-compensatieprogramma. Dit programma is ontwikkeld in samenwerking met onderzoeksbureau CE. Dit bureau heeft de CO2 bepaald die vrijkomt tijdens de productie en het gebruik van verschillende producten. De resultaten hiervan worden in dit onderzoek als gegeven en zodoende als onveranderbaar beschouwd. In realiteit is dit wel het geval, en zal dit zeker zijn invloed hebben op de CO2- compensatie. Echter, doordat de resultaten van CE gebaseerd zijn op gegevens van het RIVM worden deze als betrouwbaar aangemerkt en is er geen reden om hieraan te twijfelen.

Hiernaast stoelen de resultaten op technische gegevens die ver buiten het onderzoeksgebied vallen van dit onderzoek.

Naast deze afbakeningen dient er te worden aangenomen dat het aantal GreenCards die in omloop zijn sterk stijgen. Dit is een realistische aanname daar het product nog maar net in de markt staat en het werven van klanten tot op heden goed verloopt. Maar het vergroten van het klantenbestand wordt natuurlijk wel beïnvloed door externe omstandigheden. Te denken valt aan economische neergang, hierdoor wordt het werven van klanten moeilijker en zou het kunnen zijn dat de continuïteit van de GreenCard niet meer te waarborgen is. In dit onderzoek wordt hier geen rekening mee gehouden.

2.6 Onderzoeksmodel onderzoek

Tot slot van dit hoofdstuk zal het onderzoeksmodel van het onderzoek worden weergegeven.

Dit model geeft de opbouw van het onderzoek weer en zorgt voor enige houvast voor de lezer, om ervoor te zorgen dat deze zich niet ‘verliest’ tijdens het lezen van dit onderzoek.

De pijlen in dit model kunnen voor een groot gedeelte worden beschouwd als causale relaties4. Hierbij wordt een verschijnsel veroorzaakt door een ander verschijnsel. Deze relaties gaan er vanuit dat de oorzaak aan het vervolg voorafgaat.

Op de volgende pagina wordt het model weergegeven in figuur 2.1.

4 Leeuw, A.C.J. de, Bedrijfskundige methodologie, Management van onderzoek, Van Gorcum, Assen, 3e druk, 1996

(23)

Figuur 2.1: Onderzoeksmodel

ONDERZOEKSVRAAG

Welke mogelijkheden heeft RePay voor de compensatie van broeikasgassen, hoe kunnen deze toegepast worden en welke is (zijn) hiervan het meest aantrekkelijk voor RePay om uit te voeren en hoe kan dit het best worden georganiseerd binnen de organisatie?

Organisatorische aspecten CO2-compensatie HOOFDSTUK 7

HOOFDSTUK 3

HOOFDSTUK 6 HOOFDSTUK 5

Klimaatverandering

GreenCard Visa

CO2-compensatie

CO2-vastlegging CO2-reductie

Vastleggingsprojecten Reductieprojecten

Biomassa Duurzame energie

Besparing CO2-opslag

Hoeveelh. vastgelegde CO2 Hoeveelh. gereduceerde CO2

HOOFDSTUK 4

Regelgeving door de overheid

Invoeren quota Belastingen Subsidies Regelgeving Emissierechten

ERUs CERs

Emissierechten Kyoto Protocol

ERUs CERs

Emissierechten EU ETS

Emissierechten Anders

HOOFDSTUK 4

Cap-and-trade Baseline & Credit

Gewenst transactie risico

Hoog Laag

Unhedged positie

• Forwards

• Futures

• Call-opties Uit de markt halen van CO2-emissierechten

AAUs

EAUs

AUs VERs

(24)

De basis van het onderzoek is de onderzoeksvraag. Deze levert de input voor de vraag hoe CO2-compensatie gerealiseerd kan worden. Hoofdstuk 4 gaat hier verder op in. De twee methoden voor CO2-compensatie worden besproken in hoofdstuk 5 en 6. Hier zal ook worden weergegeven welke alternatieven binnen de twee methoden van CO2-compensatie aantrekkelijk zijn voor RePay. Tot slot zullen in hoofdstuk 7 de organisatorische aspecten worden besproken van de gekozen CO2-compensatie mogelijkheden.

2.7 Samenvatting

In deze paragraaf is de methodologie van het onderzoek weergegeven. Allereerst is naar voren gekomen dat er bij RePay vraag was naar inzicht in de verschillende alternatieven om de CO2-uitstoot van broeikasgassen te compenseren. Dit met als doel om in de toekomst gefundeerd een beslissing te kunnen nemen voor een bepaalde CO2-compensatiemethode.

Deze behoefte aan informatie heeft tot de volgende doelstelling van dit onderzoek geleid:

Het verschaffen van inzicht voor RePay in de mogelijkheden voor de compensatie van broeikasgassen voor de GreenCard Visa om zo deze compensatie goed te kunnen organiseren.

Om deze doelstelling te realiseren is de volgende centrale onderzoeksvraag geformuleerd:

Welke mogelijkheden heeft RePay voor de compensatie van broeikasgassen, hoe kunnen deze toegepast worden en welke is (zijn) hiervan het meest aantrekkelijk voor RePay om uit te voeren en hoe kan dit het best worden georganiseerd binnen de organisatie?

Deze vraag is in paragraaf 2.4 onderverdeeld in verschillende deelvragen. Deze deelvragen beantwoorden alle een aspect van het onderzoek en geven richting aan het onderzoek om steeds een stukje meer inzicht verwerven in de meest aantrekkelijke manieren van CO2- compensatie voor RePay.

Tenslotte wordt het onderzoeksgebied afgebakend door weer te geven dat er geen rekening wordt gehouden met bepaalde wensen van belanghebbenden buiten RePay en dat er geen advies zal worden gegeven waarbij de compensatieberekeningsmethode van CE veranderd zou moeten worden. Bovendien wordt de aanname gemaakt dat de GreenCard in de toekomst blijft bestaan en dat de hoeveelheid klanten zal toenemen.

(25)

3 CO

2

-compensatieprogramma

3.1 Inleiding

Dit hoofdstuk vormt een introductie voor het daadwerkelijke onderzoek. De lezer wordt geconfronteerd met de kenmerken van het product ‘GreenCard Visa’. Dit om het vervolg van dit onderzoek met voldoende voorkennis te kunnen volgen.

Allereerst wordt de klimaatverandering besproken alsmede de verschillende soorten broeikasgassen die verantwoordelijk zijn hiervoor (paragraaf 3.2). Hierna worden tevens de bronnen besproken die verantwoordelijk zijn voor de uitstoot van deze broeikasgassen.

Vervolgens worden de kenmerken besproken van de GreenCard Visa. Met name zal er worden ingegaan op de kenmerken die deze creditcard uniek maken. Tevens wordt er een voorbeeld gegeven van hoe de CO2-uitstoot van producten en diensten wordt berekend.

Er zal niet worden ingegaan op het compenseren van de CO2-uitstoot, dit is een onderwerp dat in latere hoofdstukken zal worden besproken.

Dit hoofdstuk wordt besloten met een samenvatting.

3.2 Klimaatverandering

De gemiddelde temperatuur van de aarde is in de twintigste eeuw toegenomen met ongeveer 0,6ºCelsius5. De belangrijkste reden voor deze stijging is het door de mens versterkte broeikaseffect. Dit versterkte broeikaseffect is een gevolg van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer. Hiernaast zijn er ook natuurlijke processen die de gemiddelde jaarlijkse temperatuur op aarde beïnvloeden. Dit zijn bijvoorbeeld variaties in de sterkte van de zonnestraling, het optreden van vulkaanuitbarstingen, El Niño’s6, en chaotische fluctuaties in het klimaat. Deze oorzaken zorgen voor een algehele temperatuursstijging en hierdoor voor mondiale klimaatsverandering.

De uitstoot van broeikasgassen is een (belangrijke) oorzaak voor de bovengenoemde temperatuursverandering. De verhoogde concentraties van broeikasgassen in de atmosfeer verstoort de energiebalans van de aarde en leidt tot verandering van het klimaat.

De temperatuur op aarde is voor een belangrijk deel afhankelijk van de aanwezigheid van zogenaamde broeikasgassen in de atmosfeer. Deze stoffen houden de warmtestraling van de aarde gedeeltelijk vast, de zogenaamde broeikaswerking. De belangrijke broeikasgassen zijn waterdamp (H2O), kooldioxide (CO2), methaan (CH4), ozon (O3) en distikstofoxide of lachgas (N2O). Deze stoffen komen van nature al voor in de atmosfeer en worden gevormd en afgebroken door natuurlijke processen. Door de aanwezigheid van broeikasgassen in de atmosfeer is de temperatuur aan het aardoppervlak gemiddeld circa 14°C. Zonder broeikasgassen zou de temperatuur op aarde rond de -18°C zijn.

5 Oldenborgh, G.J. Nederland wordt warmer, KNMI, Weer ! Magazine, 4/2001, 2001

6 Een El Niño is een onregelmatige, om de paar jaar terugkerende toestand van het klimaat van de atmosfeer en oceaan in de tropische Pacific.

(26)

Het natuurlijke evenwicht wordt verstoord door menselijke activiteiten. Hierdoor nemen de concentraties van broeikasgassen in de atmosfeer toe. Dit kan leiden tot extra opwarming van de atmosfeer en het aardoppervlak. Om deze reden spreekt men ook wel van het versterkte broeikaseffect. De waargenomen stijging van de temperatuur op aarde in de laatste 50 jaar is waarschijnlijk voor het grootste deel veroorzaakt door de toename van broeikasgassen.

Van de langlevende broeikasgassen draagt CO2 voor meer dan 60 % bij aan de menselijke beïnvloeding van het klimaat. CO2 komt vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen zoals olie, kolen en gas, en komt vrij bij ontbossing. Sinds het begin van de industriële revolutie (circa 1750) is de CO2-concentratie in de atmosfeer met zo'n 34 % gestegen. De helft van deze toename vond plaats na 1970. Ook methaan, distikstofoxide en gehalogeneerde koolwaterstoffen komen vrij door menselijk handelen en dragen bij aan het versterkte broeikaseffect.7

3.2.1 Effecten van klimaatverandering

De gevolgen van klimaatverandering door het versterkte broeikaseffect kunnen ingrijpend zijn. Stijging van de zeespiegel en veranderingen in de waterhuishouding, zoals verandering van gemiddelde neerslag en extremen, zijn mogelijke effecten van klimaatverandering.

Wereldwijde ecologische, economische en sociale veranderingen kunnen daardoor optreden.

In de natuur treden al veranderingen in ecosystemen op, die verband lijken te houden met de klimaatverandering. Ook zijn op mondiale schaal gletsjers in lengte afgenomen en is de hoeveelheid zeeijs rond de Noordpool fors verminderd. Het is zeer waarschijnlijk dat de temperatuurtoename in de 20e eeuw significant heeft bijgedragen aan de waargenomen stijging van de zeespiegel. Dit is een gevolg van de thermische uitzetting van het zeewater en het wegsmelten van landijs.

Door de trage reactie van het klimaatsysteem en door natuurlijke variaties, worden de gevolgen van menselijke beïnvloeding van het klimaat pas na lange tijd zichtbaar. Toch zijn in de afgelopen 15 jaar gemiddeld op aarde de hoogste temperaturen waargenomen sinds 1880. Dit is ook in Nederland het geval. De gemiddelde temperatuur in Nederland is de afgelopen 20 jaar met ongeveer 0,2°C tot 0,3°C gestegen.

3.2.2 Wie is verantwoordelijk voor de CO2-uitstoot

Door het toenemende aantal broeikasgassen in de atmosfeer verandert het klimaat. Het is voornamelijk de verantwoordelijkheid van menselijk handelen dat er veel broeikasgassen in de lucht komen. Hiernaast heeft de natuur ook een aandeel hierin, bijvoorbeeld bij de uitbarsting van een vulkaan komt veel CO2 in de atmosfeer terecht. Maar dit aandeel is relatief klein ten opzichte van de uitstoot die door menselijk toedoen wordt gerealiseerd.

Mondiaal gezien is de voornaamste veroorzaker van de uitstoot van broeikasgassen de verbranding van fossiele brandstoffen. In onderstaande tabel staat welke bronnen verantwoordelijk zijn voor de uitstoot van broeikasgassen en welk soorten broeikasgassen deze bronnen uitstoten.

7 Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), Werking van het broeikaseffect, Bilthoven, 2004

(27)

Tabel 3.1: Mondiale broeikasgasemissie

CO2

Fossiele energie 26,35* 65%

Ontbossing 2,27 6%

Overig 1,17 3%

CH4

Energie 2,27 6%

Landbouw 2,83 7%

Afval 1,27 3%

Overig 0,15 0%

N2O

Landbouw 3,21 8%

Overig 0,49 1%

HFKs, PFKs en SF6

Overige broeikasgassen 0,50 1%

Uit deze tabel blijkt dat de meeste CO2-uitstoot komt door de verbranding van fossiele brandstoffen. Dit bestaat uit de verbranding van olie, aardgas en steenkool. Verder heeft de ontbossing een aandeel in de uitstoot van broeikasgassen. Dit komt doordat een deel van de CO2 die bomen hebben opgenomen weer vrij komt op het moment dat de bomen sterven of worden verbrand. Naast de verbranding van fossiele brandstoffen en ontbossing heeft de landbouw een significant aandeel in de uitstoot van broeikasgassen.

In figuur 1 staan de sectoren genoemd die verantwoordelijk zijn voor het grootste gedeelte van de uitstoot van broeikasgassen in Nederland8:

Figuur 3.1: Broeikasgasemissies in Nederland

Broeikasgasemissies in Nederland

28%

11% 26%

5%

9%

17%

4%

Industrie en bouw

Energiesector

Landbouw

Dienstensector

Consumenten

Verkeer en vervoer

Afval (stortplaatsen/verbanden)

In deze figuur komt naar voren dat de voornaamste vervuilers de industrie, de energiesector en de transportsector zijn. Deze voornaamste vervuilers verbranden voornamelijk fossiele brandstoffen.

Door de grote hoeveelheid broeikasgassen die in Nederland worden uitgestoten levert Nederland relatief veel bij aan het versterkte broeikaseffect. De Nederlandse overheid

8 Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), Emissieregistratie van de uitstoot in 2002, Bilthoven, 2004

* Getallen in 1012 kg CO2

(28)

ontplooit veel initiatieven om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Echter, het is ook van belang dat de mens zelf bewust wordt van de hoeveelheid broeikasgassen die zij zelf uitstoot. Door een zekere bewustwording letten mensen meer op hun gedrag wat betreft de uitstoot van broeikasgassen en het is de verwachting dat er jaarlijks minder CO2 wordt uitgestoten.

3.3 Eigenschappen van de GreenCard Visa

3.3.1 Inleiding

In het eerste hoofdstuk is de GreenCard Visa al kort naar voren gekomen. In deze paragraaf wordt dieper ingegaan op de eigenschappen van deze creditcard.

Door middel van de GreenCard Visa biedt RePay mensen de mogelijkheid om op een verstandige en milieuverantwoorde manier te consumeren. Zolang de kaarthouder zijn aankopen betaalt met de GreenCard worden de milieulasten van die aankopen gecompenseerd. De natuur wordt als het ware terugbetaald voor de geleden schade. Wat betreft deze milieulasten richt de GreenCard zich op het tegengaan van de klimaatsverandering, ofwel op het verminderen van de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer.

Zoals in paragraaf 3.2 is beschreven kan de klimaatsverandering het best worden bestreden door ervoor te zorgen dat er minder broeikasgassen in de atmosfeer zijn.

Door gebruik te maken van de GreenCard dragen de kaarthouders een steentje bij aan het verminderen van het broeikaseffect.

Om dit alles te bewerkstelligen wordt er door RePay berekend wat de CO2-uitstoot is geweest van ieder product dat wordt aangeschaft door middel van de GreenCard. Deze uitstoot wordt vervolgens door RePay één-op-één gecompenseerd. Dit wordt CO2-compensatie genoemd.

CO2-compensatie is het verminderen en/of voorkomen van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer met dezelfde hoeveelheid als de productie en het gebruik van de aangekochte producten of diensten met de GreenCard hebben toegevoegd aan de atmosfeer.

In het volgende hoofdstuk wordt uitgebreid besproken wat de mogelijkheden voor CO2- compensatie zijn. In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op hoe de hoeveelheid CO2 die gecompenseerd dient te worden, wordt bepaald.

3.3.2 CO2-compensatieprogramma

De CO2-compensatie in het kader van de GreenCard staat niet op zich. De input voor hiervoor is de hoeveelheid CO2 dat door de productie van de aangekochte producten of diensten is toegevoegd aan de atmosfeer. Het bepalen van deze hoeveelheid is dan ook de eerste stap in het CO2 -compensatieproces.

Om uiteindelijk te bepalen hoeveel CO2 er is toegevoegd aan de atmosfeer door de aangekochte producten en diensten is gebruik gemaakt van een onderzoeks- en

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

The Coordinator at the coke plant uses the same densities on a monthly basis to determine the mass of each stockpile of coal (densities X volume = mass). Two to

The general aim of this research is to establish the relationship between sense of coherence, coping, stress and burnout, and to determine whether coping strategies and job

Niet helemaal duidelijk wordt, waarom die saamhorigheid (in kleiner of groter verband) niet gemotiveerd kon zijn door een zorg om het eigen zielenheil?. Aan het boek ligt

Door ook in de conclusie te verwijzen naar de drie onderling samenhangende processen van economische ont- wikkeling, militaire hervormingen en staatsvorming wordt de indruk van

Uit de relatie tussen opbrengst in vers gewicht, waterverbruik en gemiddelde vochtspanning van de grond blijkt, dat indien een uitdrogingsgrens van p F 2,6 of hoger

De vijf segmenten betreffen een beoordeling van 1) handhaving, aanpassing dan wel vernieuwing van de ruimtelijke structuur 2) het ruimtelijk-economisch toekomstperspectief, 3)

De inwoners van de Baskische regio traden niet meer als één volk op, het Euskera raakte in onbruik en de Baskische culturele gebruiken werden door steeds

Van deze vijf landen is Zuid-Korea de enige die ook het verdrag van Kyoto heeft ondertekend, de andere vier zijn juist tegenstanders van het verdrag.. In tegenstelling tot het