• No results found

De Vliermeent

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De Vliermeent"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De Vliermeent

Kwaliteitsonderzoek

voorschoolse educatie

Datum vaststelling: 12 juni 2019

(2)

Samenvatting

Samenvatting

De inspectie heeft op 14 mei 2019 een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de voorschoolse educatie op peuterschool De

Vliermeent. Voorschoolse educatie wil zeggen dat er extra aandacht is voor peuters die dat nodig hebben, zoals peuters met een risico op een (taal)achterstand.

De reden voor dit onderzoek is dat wij in 2019 de kwaliteit van de voorschoolse educatie op kinderdagverblijven in Nederland in beeld brengen. Ook onderzoeken we in de groepen 1 en 2 van basisscholen de kwaliteit van de vroegschoolse educatie voor kleuters met een risico op een (taal)achterstand. We noemen dit onderzoek de "meting kwaliteit voor- en vroegschoolse educatie 2019". Deze

peuterschool maakt deel uit van de steekproef die we hebben getrokken.

Deze samenvatting is geschreven voor ouders en andere belangstellenden. In hoofdstuk drie van dit rapport geven wij een waardering voor de verschillende onderdelen die belangrijk zijn voor voorschoolse educatie. Wij noemen dit standaarden. Per standaard beschrijven we wat goed gaat op het kinderdagverblijf en wat nog beter kan.

Wat gaat goed?

We zien dat de pedagogisch medewerkers rekening houden met wat de peuters nodig hebben. De pedagogisch medewerkers werken met een programma waarmee zij de ontwikkeling van de peuters stimuleren op het gebied van taal, rekenen, gedrag en bewegen. De pedagogisch medewerkers gebruiken veel taal zodat de peuters nieuwe (Nederlandse) woorden leren, maar geven ook de kinderen veel gelegenheid om zelf te spreken. Ze dagen hen uit om samen te spelen. Op deze peuterschool zijn er vaste speelhoeken, maar ook hoeken en materialen die regelmatig wisselen afhankelijk van het thema. Er is veel aandacht voor bewegen en buitenspelen. Daardoor krijgen de peuters de gelegenheid alleen en samen te spelen en tegelijkertijd veel nieuwe dingen te leren.

De pedagogisch medewerkers brengen in kaart waar een peuter staat en hoe de ontwikkeling verloopt. Ze zorgen ervoor dat peuters extra ondersteund worden als ze iets moeilijk vinden, of juist uitgedaagd

Bestuur: SCOH Den Haag (bestuursnummer 70716)

LRK-nummer: [812041860]

Totaal aantal doelgroeppeuters: [7 van 16]

(3)

worden iets nieuws te proberen. Daarbij wordt indien nodig de hulp van de intern begeleider van de basisschool ingeschakeld, na overleg met de ouders.

De pedagogisch medewerkers spelen mee in de hoeken en geven de peuters aandacht in de kleine en grote kring. De sfeer in de groep is positief en actief. De pedagogisch medewerkers gaan op een rustige en positieve manier met de peuters om.

De ouders zijn zeer te spreken over de warme en open manier waarop zij voorgelicht zijn over de opvang. Pedagogisch medewerkers zorgen ervoor dat ouders weten hoe het met hun peuter gaat. In overleg met de ouders dragen zij deze informatie, voordat de peuter vier jaar wordt, over aan de leraar van groep 1 van de basisschool.

We vinden het mooi om te zien dat de pedagogisch medewerkers ouders stimuleren om thuis met hun peuter te spelen en hen nieuwe dingen te leren, die ook op het kinderdagverblijf aan de orde komen.

De ouders met wie we spraken, geven aan dat zij tevreden zijn over hoe het gaat op de peuterschool en dat hun kind er met plezier naar toe gaat.

De leiding van het peuterschool kijkt in hoeverre de peuters zich voldoende hebben ontwikkeld voor ze naar groep 1 van de basisschool gaan.

Door het bestuur zijn coaches aangesteld die de pedagogische medewerkers begeleiden en werken aan het verbeteren van de kwaliteit van de voorschoolse educatie. De leiding maakt jaarlijks samen met het team een plan waarin staat wat goed gaat en wat verbeterd kan worden. Ook volgen de coaches en de pedagogisch medewerkers scholingen om steeds beter te worden in hun werk. Het bestuur van de peuterschool verantwoordt zich aan de gemeente.

Ze legt aan ouders uit of de voorschoolse educatie op orde is of en aan welke ontwikkelpunten ze werken.

Wat kan beter?

Naast bovenstaande positieve punten zijn er ook punten die beter kunnen.

Op het kinderdagverblijf is er genoeg aandacht voor de inrichting van de ruimte, maar omdat dit een lokaal is dat gedeeld wordt met de TSO

(4)

en BSO, moet dit iedere dag weer opgeruimd worden. Dit kost de pedagogisch medewerkers veel energie en daardoor is deze situatie niet optimaal.

Een ontwikkelpunt voor het team is nog de manier waarop zij zich schriftelijk verantwoorden over de resultaten.

Daarnaast is deze peuterschool volop in ontwikkeling, omdat het bestuur sinds anderhalf jaar ook doelgroepkinderen aanneemt op deze en een vijftal andere aantal locaties en daarom bezig is vve- beleid breed te implementeren.

Vervolg

We sturen een afschrift van dit rapport naar de gemeente.

(5)

1 . Opzet van het

kwaliteitsonderzoek

Standaarden voor de voorschool Onderzocht

Ontwikkelingsproces Ontwikkelingsproces

OP1 Aanbod

OP2 Zicht op ontwikkeling

OP3 Pedagogisch-educatief handelen

OP4 (Extra) ondersteuning

OP6 Samenwerking

Resultaten voorschoolse educatie Resultaten voorschoolse educatie

OR1 Ontwikkelingsresultaten

Kwaliteitszorg en ambitie Kwaliteitszorg en ambitie

KA1 Kwaliteitszorg

KA2 Kwaliteitscultuur

KA3 Verantwoording en dialoog

De inspectie van het Onderwijs onderzoekt bij een aantal kinderopvangvoorzieningen met gesubsidieerde voorschoolse educatie en op enkele basisscholen met veel doelgroepkinderen in groep 1 en 2 de educatieve kwaliteit, de resultaten en de

kwaliteitszorg van deze locaties. Zo ook op De Vliermeent.

Werkwijze

Wij vormen ons beeld van de kwaliteit door de praktijk van de voorschool te toetsen aan de standaarden uit het Onderzoekskader 2017 Voorschoolse educatie en primair Onderwijs. Wij hebben onderstaande standaarden onderzocht.

Onderzoeksactiviteiten

We hebben observaties uitgevoerd van de pedagogisch-educatieve praktijk in de groep, documenten geanalyseerd, gesprekken gevoerd met ouders, pedagogisch medewerkers, de coach, de

zorgcoördinatoren en de directeur van de basisschool. Aan het eind van de onderzoeksdag hebben wij de resultaten van het onderzoek besproken met de coördinerend pedagogisch medewerker, de intern begeleider en de directeur van de basisschool en de

portefeuillehouder van het bestuur.

Leeswijzer

In hoofdstuk 2 staan de waarderingen, de conclusie en het

(6)

vervolgtoezicht. Hoofdstuk 3 gaat verder in op de resultaten van het onderzoek op de onderzochte standaarden. In hoofdstuk 4 is de reactie van het bestuur op het onderzoek en het rapport opgenomen.

Legenda

Waarderingen zoals ze in de rapportages worden weergegeven:

K Kan beter V Voldoende G Goed

(7)

2 . Hoofdconclusie en vervolg

In dit hoofdstuk beschrijven we de hoofdconclusie en geven we de afzonderlijke waarderingen weer per standaard op De Vliermeent.

Conclusie

We waarderen de kwaliteit van de voorschoolse educatie op De Vliermeent als goed. Het pedagogisch-educatief handelen en twee standaarden van de kwaliteitszorg zijn goed en de onderzochte standaarden zijn allemaal tenminste voldoende.

Context

De peuterschool is gehuisvest samen met de basisschool en de tussenschoolse en buitenschoolse opvang die gebruik maken van dezelfde lokalen. In deze vleugel worden aangrenzende lokalen gebruikt door een andere kinderopvangorganisatie. Het gebouw is oud en het bestuur wacht al geruime tijd op toestemming van de gemeente om over te gaan tot nieuwbouw.

Het merendeel van de peuters is afkomstig uit de buurt. De ouders van enkele van deze doelgroeppeuters zijn expats met een andere thuistaal.

Basisvoorwaarden voorschoolse educatie volgens de GGD De GGD-toezichthouder heeft op 21 februari 2019 de basisvoorwaarden voorschoolse educatie onderzocht. Uit dit onderzoek bleek dat de basisvoorwaarden geen tekortkomingen vertoonden.

Afspraken over vervolgtoezicht

Er zijn geen afspraken over vervolgtoezicht gemaakt.

(8)

3 . Resultaten kwaliteitsonderzoek voorschoolse educatie

In dit hoofdstuk geven wij per kwaliteitsgebied de waarderingen en de resultaten van het onderzoek op De Vliermeent.

3.1. Ontwikkelingsproces

OP1. Aanbod

De standaard aanbod waarderen we als voldoende.

De pedagogisch medewerkers van het kinderdagverblijf gebruiken een vve-methode die is afgestemd op die van de vroegschool. Hiermee stimuleren zij de ontwikkeling van de peuters op het gebied van taal, rekenen, de sociaal-emotionele ontwikkeling en de motoriek. We constateren dat de pedagogisch medewerkers doelgericht werken aan de uitvoering van het aanbod. Het aanbod bereidt de peuters voor op de start in groep 1 van de basisschool.

De pedagogisch medewerkers richten de ruimte aantrekkelijk en uitdagend in. In de inrichting zien we dat er aandacht is voor het thema waaraan gewerkt wordt en voor de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid van de peuters. Ook zijn er voldoende spel- en leermaterialen aanwezig waarmee de peuters ontdekkingen kunnen doen. Het aanbod wordt afgestemd op onderwerpen en doelen die vaak ook met de basisschool gedeeld worden, zoals het spelend leren, het bewegen en het buitenspelen met aandacht voor groei en natuur.

OP2. Zicht op ontwikkeling

De standaard zicht op ontwikkeling waarderen we als voldoende.

De pedagogisch medewerkers volgen de ontwikkeling van de peuters op de verschillende ontwikkelingsgebieden met behulp van een gestandaardiseerd observatie-instrument. Ze gaan na waar de ontwikkeling van een peuter stagneert en wat daarvoor mogelijke

(9)

verklaringen zijn. De voorschool gebruikt de observatiegegevens in een cyclisch proces van doelen stellen, passende educatie bieden aan peuters, evalueren en bijstellen van doelen en het educatieve aanbod.

Tijdens de observatie hebben we gezien dat de pedagogisch medewerkers de informatie over de ontwikkeling benutten om de voorschoolse educatie af te stemmen op de behoeften van individuele peuters en groepjes peuters.

De pedagogisch medewerkers overleggen intensief over wat zij opmerken en doen dit ook in groter verband. Daarnaast bespreken zij de bevindingen wanneer deze opvallen met de ouders. Er zijn tevens vaste momenten in het jaar afgesproken waarop ouders over de ontwikkeling van hun kind horen.

OP3. Pedagogisch-educatief handelen

Tijdens het onderzoek hebben we het pedagogisch-educatief handelen van de pedagogisch medewerkers geobserveerd.

De standaard pedagogisch-educatief handelen waarderen we als goed.

De pedagogisch medewerkers zorgen voor een warm en respectvol klimaat waarin de regels en routines duidelijk zijn. Zij werken opbrengstgericht en stellen doelen voor peuters die aansluiten op de zone van hun naaste ontwikkeling. Daarnaast structureren de pedagogisch medewerkers het aanbod zo dat de peuter het zich eigen kan maken. Dit doen zij met geschikte opdrachten, heldere uitleg, vrij spel en begeleid spel. Dit zorgt ervoor dat de peuters actief en betrokken zijn. De pedagogisch medewerkers zorgen ervoor dat de peuters activiteiten bijwonen die voor hen bedoeld zijn.

Tijdens de observatie zagen we dat de pedagogisch medewerkers de activiteiten evenwichtig over de dag/het dagdeel verdelen en dat de tijd effectief wordt benut. De pedagogisch medewerkers stemmen de instructies, spelbegeleiding, opdrachten en tijd af op de behoeften van groepjes en individuele peuters. Zij gebruiken bij de instructies en opdrachten passende werkvormen. Zij gaan actief na of peuters de opdrachten begrijpen en of ze daarmee hun doelen gehaald hebben.

Bovendien stimuleren de pedagogisch medewerkers peuters tot interactie, zowel interactie tussen de pedagogisch medewerker en de peuters als interactie tussen peuters onderling. Tot slot geven de pedagogisch medewerkers de peuters inhoudelijk feedback op hun speel- en leerproces.

We waarderen pedagogisch-educatief handelen als goed, omdat het team een gedeelde en doorleefde visie heeft op de begeleiding van de ontwikkeling van peuters en we zien dat deze tot uiting komt in hun handelen. Er zijn ook intensieve contacten met de leraren van de onderbouw van de school, zodat in het educatief handelen mede gebeurt vanuit het perspectief van groep 1.

(10)

OP4. (Extra) ondersteuning

De standaard (extra) ondersteuning waarderen we als goed.

De samenwerking met de zorgcoördinatoren van de basisschool is sinds lang heel intensief. Zij ondersteunen eveneens de toegang tot het netwerk van deskundige externe hulp. De intervisie met hen draagt eraan bij dat de ondersteuning door de pedagogsiche medewerkers actueel en van goed niveau.

Als de peuters zorg nodig hebben die de pedagogisch medewerkers zelf niet kunnen bieden, dan zorgen de pedagogisch medewerkers voor (doorverwijzing naar en aanmelding bij) externe zorg. Een voorbeeld hiervan is logopedie. De voorschool stelt vervolgens zelf ook een passend aanbod samen dat is gebaseerd op de

mogelijkheden van de desbetreffende peuter. Tot slot evalueren de pedagogisch medewerkers regelmatig met ouders of de extra ondersteuning en begeleiding van de (individuele) peuters het gewenste effect heeft. Daarbij betrekken zij de externe partners.

We waarderen de (extra) ondersteuning als goed, omdat de pedagigisch medewerkers zelf deskundig zijn en daarnaast gebruik kunnen maken van de deskundigheid en het zorgnetwerk van de basisschool. Dit is in de afgelopen periode nog versterkt, doordat het team sinds anderhalf jaar ook op dit onderwerp begeleid en gecoacht wordt. Zo wordt bijvoorbeeld in de kindbesprekingen ook video interactie analyse gebruikt. Daarnaast wisselt het team uit met collega's van drie andere locaties.

OP6. Samenwerking

De standaard samenwerking waarderen we als goed.

De peuterschool werkt intensief samen met de partner basisschool op meerdere gebieden. Allereerst nemen de pedagogisch medewerkers deel aan de sociale activiteiten van het basisschoolteam en is er een intensieve werkrelatie op het gebied van de (extra) ondersteuning.

Daarnaast is er regelmatig overleg met de onderbouwleraren, wordt er voor iedere peuter een kennismaking met de basisschool georganiseerd en is er met de betreffende leraar een 'warme overdracht' voorzien.

De onderbouwleraren weten dus dat de peuter het afgestemde vve- programma heeft gevolgd. Er zijn afspraken over de wijze waarop ze de gegevens van de peuters aanleveren aan de basisschool.

De voorschool en de basisschool zorgen bovendien voor een doorgaande leerlijn van voor- naar vroegschoolse educatie. Er is een doorgaande lijn in het aanbod, de zorg en begeleiding, het

ouderbeleid en de kwaliteitszorg rondom het jonge kind.

De voorschool ziet ouders als partner in het stimuleren van de

(11)

ontwikkeling van hun kinderen en zij stemt haar ouderbeleid daar op af. De pedagogisch medewerkers betrekken ouders op verschillende manieren bij de ontwikkeling van hun peuter en stimuleren hen om thuis activiteiten te doen, bijvoorbeeld voorlezen. Zij informeren ouders voldoende over het thema, middels themabrieven en apps of email. Daarbij geven ze ook aan welke woorden, liedjes en activiteiten aan bod gaan komen, zodat ouders hier thuis op in kunnen spelen.

We waarderen de samenwerking als goed, omdat er wederzijds intensieve contacten zijn en de kwaliteitszorg en het

professionaliseringsbeleid van het bestuur een extra kwaliteit bieden om de samenwerking tussen peuterschool en basisschool te laten slagen.

3.2. Resultaten voorschoolse educatie

OR1. Ontwikkelingsresultaten

De standaard ontwikkelingsresultaten waarderen we als voldoende.

De peuterschool heeft hoge verwachtingen van de voortgang in de ontwikkeling die de peuters kunnen bereiken aan het eind van de voorschoolse periode. De leiding en de pedagogisch medewerkers stellen doelen op de verschillende ontwikkelingsgebieden die passen bij de kenmerken van de kindpopulatie. De peuterschool betrekt daarbij de ontwikkelingsgroei van de kinderen. Ze brengt deze in kaart en communiceert met hoeveel achterstand of voorsprong en op welke gebieden de (doelgroep)peuters naar groep 1 van de basisschool gaan.

De kwaliteit van de schriftelijke verantwoording van de resultaten is nog wel een ontwikkelpunt voor dit team.

3.3. Kwaliteitszorg en ambitie

(12)

KA1. Kwaliteitszorg

De standaard kwaliteitszorg waarderen we als voldoende.

Het bestuur van de peuterschool heeft in haar (pedagogisch)

beleidsplan opgeschreven wat ze met de voorschoolse educatie willen bereiken. Het bestuur heeft ook aangegeven hoe zij de kwaliteit van de voorschoolse educatie bewaakt. De GGD houdt hier jaarlijks toezicht op.

De peuterschool heeft ambitieuze doelen geformuleerd. De leiding evalueert via een cyclische werkend systeem van kwaliteitszorg alle doelstellingen uit haar (pedagogisch) beleidsplan en kijkt zij of peuters voldoende worden voorbereid op de basisschool.

Als onderdeel van de kwaliteitszorg brengt de leiding regelmatig het pedagogisch en educatief handelen van de pedagogisch medewerkers in beeld. Daarnaast worden ouders bevraagd op hun tevredenheid. De voorschool neemt op basis van deze evaluaties planmatig en

doelgericht maatregelen ter verbetering.

Naast deze positieve punten zien we ook mogelijkheden voor verdere ontwikkeling. De kwaliteitszorg kan op het gebied van de

samenwerking met de basisschool explicieter gemaakt worden en systematischer gepland. Nu gebeurt veel van de samenwerking nog impliciet. De te bereiken voordelen en effecten hiervan kunnen uitdrukkelijker in bijvoorbeeld het pedagogisch beleidsplan en het schoolplan worden opgenomen.

KA2. Kwaliteitscultuur

De standaard kwaliteitscultuur waarderen we als goed.

Het bestuur, de bestuurscoach en de pedagogisch medewerkers werken samen met de directie en zorgcoördinatoren van de basisschool aan een voortdurende verbetering van hun

professionaliteit. Zo volgen zij verschillende soorten scholing om hun kennis en vaardigheden te versterken. Het beleid van de peuterschool om haar visie op de kwaliteit van voorschoolse educatie en ambities te realiseren, wordt breed gedragen. Daarnaast leveren de

pedagogische medewerkers en de andere betrokkenen voor de uitvoering van dit beleid een grote inzet.

De leiding is zich bewust van de kwaliteit van de voorschoolse educatie en stuurt hierop. De pedagogisch medewerkers zijn zeer betrokken en werken resultaatgericht. Zij zijn aanspreekbaar op gemaakte afspraken en zij zijn zich bewust van en trots op de effecten van hun handelen op de kwaliteit van de educatie en op de

ontwikkeling van de peuters. We constateren dat de voorschool werkt

(13)

vanuit een transparante en integere cultuur en dat er sprake is van een duidelijke verantwoordelijkheidsverdeling.

We waarderen de kwaliteitscultuur als goed, omdat de intenties, doelen en ontwikkelactiviteiten van zowel de peuterschool als de basisschool, als het bestuur, op elkaar zijn afgestemd, elkaar aanvullen en versterken.

KA3. Verantwoording en dialoog

De standaard verantwoording en dialoog waarderen we als goed.

Het bestuur van het kinderdagverblijf verantwoordt zich aan de gemeente over het gevoerde beleid ten aanzien van voorschoolse educatie. Het gaat hierbij bijvoorbeeld over het aantal

doelgroeppeuters en over het aantal maanden dat zij vve hebben gehad. We zien ook dat de voorschool belanghebbenden betrekt bij de ontwikkeling van haar beleid. De leiding van het kinderdagverblijf bespreekt regelmatig haar ambities en welke resultaten ze behaalt.

Uit de gesprekken die we voerden met enkele ouders blijkt dat de voorschool open staat voor hun wensen en voorstellen. Ook geven zij aan dat ze via de nieuwsbrief en de website tijdig, voldoende en relevante informatie ontvangen.

We waarderen de verantwoording en dialoog als goed, omdat de ouders aangeven dat de pedagogisch medewerkers pro actief en open communiceren en deskundig en betrokken zijn.

De directeur van de basisschool stimuleert de dialoog van de peuterschool met de basischool, evenals de coach. Het bestuur heeft vervolgens de begeleiding van de pedagogische medewerkers zo ingericht dat de uitwisseling met drie andere

peuterschoollocaties intensiever wordt en medewerkers met en van elkaar gaan leren.

Tenslotte probeert het bestuur het bestuur via coördinatie op bestuursniveau, via de inzet van coaching,

professionaliseringsactiviteiten en via digitale communicatie de voorwaarden voor professionele dialoog tussen alle leraren en pedagogische medewerkers optimaal te maken.

(14)

4 . Reactie van het bestuur

Hieronder geeft het bestuur een reactie op de uitkomsten van het onderzoek en geeft aan hoe ze hiermee verder aan de slag gaat:

We zijn erg trots op het rapport van het onderzoek naar de kwaliteit van de voorschoolse educatie op Peuterschool De Vliermeent.

Aanleiding voor het onderzoek is de “meting kwaliteit voor- en vroegschoolse educatie 2019”.

We zien dit rapport als een blijk van waardering voor jarenlang hard (samen)werken. Daarnaast zien we het als een bevestiging dat we de zaken goed doen en met de goede zaken bezig zijn. Het is voor ons belangrijk om de met ‘goed’ beoordeelde elementen op dit niveau te houden.

Maar natuurlijk gaan we de komende tijd ook aan de slag met de in het rapport genoemde verbeter- of ontwikkelpunten. Zo zijn we ons aan het oriënteren op nieuwe tijdelijke huisvesting die niet met de BSO-organisatie gedeeld hoeft te worden. In nauwe samenwerking met de coach gaan we ook verder werken aan de schriftelijke

verantwoording van de resultaten. Maar bovenal willen we ons blijven richten op de liefdevolle zorg voor onze peuters.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ook de leiding van het kinderdagverblijf brengt niet in beeld of de peuters zich voldoende ontwikkelen voor ze naar groep 1 van de basisschool gaan.. De leiding van

De leiding van de peuteropvang kijkt in hoeverre de peuters zich voldoende hebben ontwikkeld voor ze naar groep 1 van de basisschool gaan.. Samen met de pedagogisch medewerkers

De leiding van het kinderdagverblijf brengt niet in beeld of de peuters zich voldoende ontwikkelen voor ze naar groep 1 van de basisschool... gaan.De leiding van het

De leiding van het kinderdagverblijf brengt niet in beeld of de peuters zich voldoende ontwikkelen voor ze naar groep 1 van de basisschool gaan.. De leiding van het

De leiding van het kinderdagverblijf kijkt in hoeverre de peuters zich voldoende hebben ontwikkeld voor ze naar groep 1 van de basisschool gaan.. Mooi is dat ze regelmatig

De leiding van het kinderdagverblijf brengt niet in beeld of de meeste peuters zich voldoende ontwikkelen op De Waterratjes voor ze naar groep 1 van de basisschool gaan.. Wel weet

De leiding van het kinderdagverblijf brengt niet in beeld of de peuters zich voldoende ontwikkelen voor ze naar groep 1 van de basisschool

Tenslotte brengt de leiding van het kinderdagverblijf nog niet in beeld of de peuters zich voldoende ontwikkelen voor ze naar groep 1 van de basisschool