• No results found

Page 1of 1Selectieve serotonine-heropnameremmers en hypoglykemie bij patiënten met diabetes...27-7-2010http://gebu.artsennet.nl/Archief/Tijdschriftartikel/Selectieve-serotonineheropnamerem...

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Page 1of 1Selectieve serotonine-heropnameremmers en hypoglykemie bij patiënten met diabetes...27-7-2010http://gebu.artsennet.nl/Archief/Tijdschriftartikel/Selectieve-serotonineheropnamerem..."

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

© 2010 Geneesmiddelenbulletin

Selectieve serotonine-heropnameremmers en hypoglykemie bij patiënten met diabetes mellitus

Achtergrond. Selectieve serotonine-heropnameremmers (SSRI’s) zijn onder meer geregistreerd voor de behandeling van depressieve stoornissen en angststoornissen. Tussen april 1995 en februari 2010 ontving het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb tien meldingen van hypoglykemie bij gebruik van een SSRI door patiënten met bekende diabetes mellitus type 1. Drie meldingen hadden betrekking op fluoxetine (merkloos, Prozac®), drie op paroxetine (merkloos, Seroxat®), twee op citalopram (merkloos, Cipramil®), en twee op escitalopram (merkloos, Lexapro®). Bij één van de meldingen trad hypoglykemie op na dosisverhoging van fluoxetine en bij één melding na dosisverlaging van paroxetine. Daarnaast zijn er twee meldingen van hypoglykemie bij gebruik van venlafaxine (merkloos, Efexor®).

Casus. De leeftijd van de patiënten varieerde van 27 tot 75 jaar, het betrof twee mannen en tien vrouwen. Bij tien patiënten was er sprake van een bekende diabetes mellitus type 1. Van één patiënt was onbekend welke

bloedglucoseverlagende middelen hij gebruikte. Bij één patiënt werd niet vermeld dat er sprake was van diabetes mellitus noch van andere mogelijke oorzaken van een hypoglykemie. Deze patiënt gebruikte ook geen bloedglucoseverlagende middelen. De tijd tussen aanvang of dosisaanpassing van de SSRI of venlafaxine en het optreden van de hypoglykemie varieerde van twee uur tot vier weken. Van de tien patiënten die een SSRI gebruikten, herstelden zeven patiënten. In vijf gevallen werd hiervoor de toediening van de SSRI gestaakt. In twee gevallen herstelde de patiënt zonder staken van de SSRI, maar na verlaging van de dosering insuline. Eenmaal was het noodzakelijk om naast staken van de SSRI, glucagon en glucose 40% toe te dienen, waarna de patiënt herstelde. In drie gevallen was de uitkomst onbekend.

Bij één van de patiënten die venlafaxine gebruikte, werd de dosering gecontinueerd. Deze patiënt herstelde niet. Van de andere patiënt is niet bekend of de dosering werd aangepast. Deze patiënt was op het moment van melden nog niet hersteld.

Literatuur. Uit onderzoek bij patiënten met en zonder diabetes mellitus is gebleken dat het optreden van hypoglykemie kan worden verklaard door een verhoogde gevoeligheid voor insuline en een toename van de secretie van insuline. [1] In een aantal onderzoeken bij patiënten met diabetes mellitus [2 3] en bij obese patiënten zonder diabetes mellitus [3 4] is bijvoorbeeld aangetoond dat het gebruik van fluoxetine de gevoeligheid voor insuline op de korte termijn verhoogt. Er is echter ook literatuur beschikbaar waarin wordt beschreven dat het gebruik van SSRI’s leidt tot een betere autonome respons op hypoglykemie. [5]

Conclusie. In de productinformatie van de verschillende SSRI’s en van venlafaxine wordt hypoglykemie niet genoemd als mogelijke bijwerking.6 Wel wordt in de sectie ‘Waarschuwingen en voorzorgen’ bij fluoxetine, paroxetine en escitalopram gewaarschuwd voor een ontregeling van de glykemische instelling. Het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb ontving een aantal meldingen van hypoglykemie bij gebruik van SSRI’s en venlafaxine. Het is daarom goed bedacht te zijn op het optreden van glykemische ontregeling bij gebruik van deze middelen door patiënten met diabetes mellitus.

Literatuurreferenties

1. Derijks HJ, et al. The association between antidepressant use and hypoglycaemia in diabetic patients: a nested case- control study. Pharmacoepidemiol Drug Saf 2008; 17: 336-344. 2. Gray DS, et al. Fluoxetine treatment of the obese diabetic. Int J Obes Relat Metab Disord 1992; 16: 193-198. 3. Potter van Loon BJ, et al. Fluoxetine increases insulin action in obese nondiabetic and in obese non-insulin-dependent diabetic individuals. Int J Obes Relat Metab Disord 1992;

16: 79-85. 4. Araya V, et al. The effect of fluoxetine on insulin resistance in non diabetic obese patients. Rev Med Chil 1995; 123: 943-947. 5. Briscoe VJ, et al. Effects of a selective serotonin reuptake inhibitor, fluoxetine, on

counterregulatory responses to hypoglycemia in healthy individuals. Diabetes 2008; 57: 2453-2460. 6. Productinformatie SSRI's/venlafaxine via: www.cbg-med.nl, geneesmiddeleninformatiebank (geraadpleegd 24-02-2010).

Publicatie Nr. 6 - 01 juni 2010

Jaargang 44

Rubriek Let op!

Auteur Lareb

Pagina's 67-68

Page 1 of 1 Selectieve serotonine-heropnameremmers en hypoglykemie bij patiënten met diabetes...

27-7-2010

http://gebu.artsennet.nl/Archief/Tijdschriftartikel/Selectieve-serotonineheropnamerem...

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Bepaal enkele dagen na start van de behandeling met corticosteroïden de bloedglucosewaarde voor de avondmaaltijd; herhaal deze bepaling de volgende dag bij een glucosewaarde

Naast de zoektocht van verschillende effectieve onderdelen van een PHR en de visies van belanghebbenden bij een implementatie als deze, werd er met behulp van de laatste

Deze folder kunt u aanvragen op de site van het diabetes fonds (onder gratis brochures).. De diëtist kan u op de poli begeleiden bij aanpassingen in

Deze veranderingen kunnen een verslechtering van het gezichtsvermogen geven en voor uw huisarts, kinderarts of internist een reden zijn om uw behandeling aan te passen..

Gebruik deze folder naast de andere voor- bereidingen die u voor het onderzoek moet treffen.. Als u de dag voor het onderzoek of operatie ook anders moet eten dan u

Zo verzorgt u uw voeten het beste Zorg voor schone voeten.. • was uw voeten tijdens het baden of douchen met

Overzicht van de basisgegevens die in het globaal medisch dossier van de patiënten met diabetes type 2 die de verstrekking voor de follow-up van een patiënt met diabetes type

Tot slot zijn factoren onderzocht die volgens de literatuur invloed kunnen hebben op de PPGR, zoals het aantal stappen, de pati¨ entenkarakteristieken, de hoeveelheid